In- en doorstroom sectoroverstijgende

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "In- en doorstroom sectoroverstijgende"

Transcriptie

1 In- en doorstroom sectoroverstijgende programma s in het vmbo Cohort 2009, 2010 en 2011 Menno Wester

2 Projectnummer: Opdrachtgever: Verenigde Intersectorale Platforms 2014 ITS, Radboud Universiteit Nijmegen Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, en evenmin in een retrieval systeem worden opgeslagen, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van het ITS van de Radboud Universiteit Nijmegen. No part of this book/publication may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. ii

3 Voorwoord In het vmbo dienen leerlingen al vroeg voor een bepaalde sector en een bijbehorend beroepenveld te kiezen. Dit keuzemoment komt voor veel leerlingen te vroeg. Aanvankelijk konden scholen als experiment sectoroverstijgende of intersectorale programma s aanbieden om leerlingen beter in staat te stellen een keuze te maken voor een sector en een beroepenveld dat bij hun past. Sinds 2008 zijn vier sectoroverstijgende programma s opgenomen als regulier eindexamenprogramma. Deze sectoroverstijgende programma s blijken een succes. Mede doordat steeds meer scholen deze programma s zijn gaan aanbieden is het aantal leerlingen in de sectoroverstijgende programma s gegroeid. Uit dit rapport blijkt dat de verhouding tussen de sectoroverstijgende en de traditionele vmbo-programma s in 2012 inmiddels 30%- 70% bedraagt. De Verenigde Intersectorale Platforms verwachten dan ook dat er een discussie op gang kan komen over waar de klemtoon van het vmbo komt te liggen. Objectieve gegevens over de sectoroverstijgende programma s zijn daarom gewenst. In dit onderzoek belichten we daarom de in- en uitstroom van de sectoroverstijgende programma s, kijken we naar de doorstroom in het vervolgonderwijs en gaan we dieper in op de situatie op het mbo in het eerste en tweede jaar na diplomering. Waar interessant worden de verschillen in sekse belicht. Voor de uitvoering van dit doorstroomonderzoek hebben we veelvuldig gebruik gemaakt van de bestanden van DUO. Onze dank gaat uit naar Cees Vermeulen van DUO voor de levering en de toelichting van de bestanden. Daarnaast gaat onze dank uit naar Jeffrey Whyte van de Verenigde Intersectorale Platforms die namens het Platform de uitvoering heeft begeleid. Menno Wester ITS, Radboud Universiteit Nijmegen iii

4

5 Inhoud Voorwoord iii 1 Inleiding Onderzoeksvragen Leeswijzer 3 2 Onderzoeksopzet Diplomacohorten Voortijdig schoolverlaters De categorie overig onderwijs 7 3 In- en uitstroomresultaten sectoroverstijgende vmbo-progamma s Instroom sectoroverstijgende programma s: leerlingen in het derde leerjaar Leerlingen in het vierde leerjaar Uitstroom sectoroverstijgende programma s: slagingspercentages 11 4 Doorstroom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering Type vervolgonderwijs in het eerste jaar na vmbo-diploma Doorstroom in het eerste jaar na diplomering naar mbo-sector Doorstroom in het eerste jaar na diplomering naar het mbo-niveau 16 5 Doorstroom van vmbo-leerlingen op het mbo in het tweede jaar na diplomering Wisseling van sector of onderwijs in het tweede jaar na diplomering Na twee jaar nog steeds een opleiding in dezelfde sector Schooluitval op het mbo in het tweede jaar na behalen vmbo-diploma Schoolverlaters in het tweede jaar na behalen vmbo-diploma 23 6 Samenvatting en conclusies Inleiding In- en uitstroom van sectoroverstijgende programma s Doorstoom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering Doorstroom van vmbo-leerlingen op het mbo in het tweede jaar na diplomering Tot slot 28 v

6 Bijlage A: In- en uitstroom van de sectoroverstijgende programma s 31 Bijlage B: Doorstroom in het eerste jaar na diplomering 35 Bijlage C: Doorstroom in het tweede jaar na diplomering 44 vi

7 1 Inleiding Het totaal aantal vmbo-leerlingen krimpt 1, maar het aantal leerlingen groeit in sectoroverstijgende vmbo-programma s. De sectorstijgende programma s bestaan uit het Intersectoraal programma, ICT-route, Sport Dienstverlening & Veiligheid en Technologie in de Gemengde Leerweg). Deze groei komt met name doordat het aantal scholen dat de sectoroverstijgende programma s aanbied is gestegen 2. De Verenigde Intersectorale Platforms verwachten dan ook dat er een discussie op gang kan komen waar de klemtoon van het vmbo komt te liggen. Objectieve gegevens over de sectoroverstijgende programma s zijn daarom gewenst. In dit onderzoek presenteert het ITS, Radboud Universiteit Nijmegen de doorstroomgegevens van de sectoroverstijgende en de traditionele vmbo-programma s. De focus van dit onderzoek ligt op de doorstroom van de sectoroverstijgende vmboprogramma s naar het mbo van de diploma-cohorten 2009/10, 2010/11 en 2011/12. Naar welke mbo-sectoren en niveaus stromen deze vmbo ers door en wat is de situatie in het tweede jaar na diplomering? De resultaten worden in tabellen gepresenteerd en kort toegelicht. De doorstroom uit de sectoroverstijgende programma s naar de havo is klein en daarom staan we hier niet uitgebreid bij stil. Om de resultaten voor de sectoroverstijgende programma s in perspectief te kunnen plaatsen zijn ter vergelijking de traditionele sectoren in de tabellen weergegeven. 1.1 Onderzoeksvragen Het Platform heeft aangegeven behoefte te hebben aan een antwoord op de volgende vragen 3 : 1 Exclusief leerlingen in vmbo-tl, deze groep is juist groeiende. Bron: Ministerie van OCW, Kerncijfers Den Haag M. Wester en N. van Kessel (2011) In- en doorstroom sectoroverstijgende programma s in het vmbo: cohort 2008 en 2009 ITS, Radbouduniversiteit Nijmegen. 3 De onderzoeksvragen 2 tot en met 10 zijn uitgesplitst voor de leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s en uit de overige vmbo-sectoren. 1

8 1. Wat is de instroom in sectoroverstijgende programma s in leerjaar 3 van het vmbo (in aantallen leerlingen en in indexcijfers)? 2. Wat is het aantal gezakte en geslaagde vmbo-leerlingen van de sectoroverstijgende programma s en in de overige vmbo-sectoren? 3. Wat is in het eerste jaar na behalen van het vmbo-diploma de doorstroom naar het mbo, havo, vavo of het overige onderwijs, verdeeld naar sekse? 4. Wat is in het eerste jaar na behalen van het vmbo-diploma de doorstroom in het mbo naar mbo-sectoren? 5. Wat is in het eerste jaar na behalen van het vmbo-diploma de doorstroom in het mbo naar mbo-niveau? 6. Wat is in het tweede jaar na behalen van het vmbo-diploma voor de leerlingen die doorstroomden naar het mbo, het aandeel dat nog steeds een mbo-opleiding in dezelfde sector volgt, geen mbo-opleiding meer volgt of helemaal niet meer is ingeschreven bij een vervolgopleiding? 7. En hoe is dit verdeeld naar sekse? Wat is in het tweede jaar na behalen van het vmbodiploma de doorstroom naar het mbo per sekse, het aandeel dat nog steeds op het mbo zit, ander onderwijs is gaan volgen of geen opleiding meer volgt? 8. Wat is in het tweede jaar na behalen van het vmbo-diploma voor de leerlingen die doorstroomden naar het mbo, per mbo-sector het aandeel dat nog steeds een mboopleiding in dezelfde sector volgt? 9. Wat is in het tweede jaar na behalen van het vmbo-diploma voor de leerlingen die doorstroomden naar het mbo, per mbo-sector het aandeel dat niet meer staat ingeschreven bij een vervolgopleiding? 10. Wat is in het tweede jaar na behalen van het vmbo-diploma voor de leerlingen (verdeeld naar sekse) die in het eerste jaar geen vervolgopleiding kozen, het aandeel dat is weggebleven uit het bekostigd onderwijs of dat zich weer heeft ingeschreven bij een opleiding? 2

9 1.2 Leeswijzer De indeling van het onderzoek is opgebouwd rond de volgorde van de onderzoeksvragen. De in- en uitstroom van het vmbo komt in het derde hoofdstuk aan de orde. Vervolgens gaan we in op de situatie in het eerste jaar na diplomering (hoofdstuk 4). Welk onderwijs gaan ze volgen en bij welke mbo-niveaus en sectoren staan ze ingeschreven? Tot slot kijken we naar de situatie in het tweede jaar na diplomering (hoofdstuk 5). In hoeverre volgen de gediplomeerden nog hetzelfde onderwijstype of een mbo-opleiding in dezelfde mbo-sector? Ook kijken we naar de schoolverlaters, welk deel is teruggekeerd in het bekostigd onderwijs? In de hoofdstukken richten we met name de aandacht op het totaal van de sectoroverstijgende programma s en de traditionele vmbo-programma s. De cijfers per programma staan in de bijlagen. We beginnen met een korte uitleg van de onderzoeksopzet. 3

10

11 2 Onderzoeksopzet De gegevens zijn afkomstig uitde etalagebestanden van DUO en een doorstroombestand dat het ITS heeft ontvangen van DUO. Op basis van de BRON-gegevens heeft DUO de aantallen leerlingen en gediplomeerden geïdentificeerd naar opleidingscode. In tabel 2.1 staan de elementcodes die DUO toekent aan de sectoroverstijgende vmbo-opleidingen: Tabel 2.1 Elementcodes van de sectoroverstijgende vmbo-opleidingen Opleiding Elementcodes Platform technologie 3341/ 3342/ 3343/ 3344/ 3441/ 3442/ 3443/ 3444 Platform ict-route 3321/ 3322/ 3323/ 3324/ 3421/ 3422/ 3423/ 3424 Platform sport,dienstverlening en veiligheid 3331/ 3332/ 3334/ 3431/ 3432/ 3434 Platform intersectoraal vmbo 3351/ 3352/ 3353/ 3354/ 3361/ 3362/ 3363/ 3364/ 3371/ 3372/ 3373/ 3374/ 3451/ 3452/ 3453/ 3454/ 3461/ 3462/ 3463/ 3464/ 3471/ 3472/ 3473/ 3474 Aangezien de deelnemende scholen de opleidingscodes vanaf schooljaar 2008/09 integraal gebruiken voor het administreren van hun leerlingen, kunnen we beschikken over de gegevens van schooljaren 2008/09, 2009/10, 2010/11 en 2011/2012 (leerlingen en gediplomeerden) en 2012/13 (leerlingen). Leerlingen zijn per opleidingscode identificeerbaar op basis van hun onderwijsnummer, wat het mogelijk maakt om van de gediplomeerden te bepalen naar welk onderwijstype zij doorstromen na het behalen van hun vmbo-diploma. Een groot deel van hen zal doorstromen naar het mbo, maar een deel zal kiezen voor havo en een ander deel zal helemaal niet kiezen voor bekostigd vervolgonderwijs. De tabellen van hoofdstuk 3 en van bijlage A (over de in- en uitstroomresultaten sectoroverstijgende vmbo-progamma s) zijn ontvangen van DUO. Een uitzondering 5

12 is tabel A.3 in bijlage A, welke is gebaseerd op de DUO etalagebestanden 4. De gegevens voor de tabellen in de overige hoofdstukken en bijlagen zijn op basis van het ontvangen doorstroombestand van DUO, de berekeningen zijn uitgevoerd door het ITS. 2.1 Diplomacohorten De gediplomeerden uit de cohorten 2009/10 tot en met 2011/12 zijn door DUO gekoppeld aan de onderwijsbestanden van schooljaar 2010/11 tot en met 2012/13. Hierdoor kunnen we bepalen wie in het volgende schooljaar naar welke opleiding is gegaan, of ze een schooljaar later nog steeds deze opleiding volgden, of ze zijn geswitcht naar een andere opleiding of dat ze zijn gestopt met bekostigd onderwijs. We geven de situatie in het eerste en in het tweede jaar na diplomering. In tabel 2.2 staat per diplomacohort weergegeven welke schooljaren fungeren als het eerste en tweede jaar. De doorstroomgegevens van de diplomacohorten zijn inclusief de vmbo ers die geen examen hebben gedaan of die niet geslaagd zijn, maar toch doorstromen naar een vervolgopleiding. Tabel 2.2 overzicht diplomacohorten. 2009/ / /12 Eerste jaar na diplomering 2010/ / /13 Tweede jaar na diplomering 2011/ / Voortijdig schoolverlaters Indien een vmbo-leerling in het eerste jaar na diplomering niet staat ingeschreven bij een opleiding in het bekostigd onderwijs, dan staat deze leerling bekend als schoolverlater. Het is mogelijk dat deze leerlingen een opleiding volgen buiten het bekostigd onderwijs of dat ze zijn gaan werken. Ook is het mogelijk dat een aantal leerlingen is overleden. Wat deze schoolverlaters exact zijn gaan doen, is uit de onderwijsgegevens van DUO niet te halen. Circa driekwart van de schoolverlaters heeft een vmbo-diploma behaald. Bijna een kwart van de schoolverlaters verlaat het bekostigd onderwijs zonder vmbo-diploma. 4 De etalagebestanden van DUO zijn te vinden op 6

13 2.3 De categorie overig onderwijs In de doorstroomtabellen naar type onderwijs, word alleen mbo, havo en vavo weergegeven. Doorstroom naar andere onderwijstypen is in één categorie samengevoegd. Het betreft dan voornamelijk doorstroom naar speciaal onderwijs, vmbo (mbo2) en soms praktijkonderwijs. 7

14

15 3 In- en uitstroomresultaten sectoroverstijgende vmboprogamma s In dit hoofdstuk belichten we de instroom in de sectoroverstijgende programma s, het aantal leerlingen in het vierde jaar en welk aandeel voor het examen is geslaagd. 3.1 Instroom sectoroverstijgende programma s: leerlingen in het derde leerjaar De instroom staat weergegeven in tabel 3.1. Dit zijn de leerlingen die in het derde leerjaar voor één van deze programma s staan ingeschreven, weergegeven in aantallen en als indexcijfer ten opzichte van Tabel 3.1 Leerlingen in het derde leerjaar sectoroverstijgende programma s (aantallen en in indexcijfers) In aantallen leerlingen 3e leerjaar Intersectoraal ICT-route Sport, Dienstverlening & Veiligheid Technologie in de GL totaal In indexcijfers ten opzichte van 2008 Intersectoraal ICT-route Sport, Dienstverlening & Veiligheid Technologie in de GL totaal Bron: DUO, berekening indexcijfers door ITS. In de afgelopen vijf jaren is het totaal aantal vmbo-leerlingen dat in het derde leerjaar een sectoroverstijgend programma volgt meer dan verdubbeld. Deze groei is het sterkst bij het Intersectorale programma, hier is het leerlingenaantal bijna zeven keer zo groot als in Het Intersectorale programma blijft in de periode elk 9

16 jaar groeien. In tegenstelling tot de ICT-Route of Sport, Dienstverlening & Veiligheid, welke veel stabieler blijven in leerlingenaantal. Technologie in de GL was van oorsprong het programma met de meeste leerlingen, maar is in 2012 voorbijgestreefd door het Intersectorale programma. Technologie in de GL groeit elk jaar met ongeveer 10 indexpunten. De groei van het aantal leerlingen in de sectoroverstijgende programma s is deels te verklaren door een stijging van het aantal scholen dat deze vmbo-programma s aanbied 5. Uit gegevens in tabel A.3 van de bijlage 6 blijkt dat ten opzichte van 2009 het aantal scholen dat sectoroverstijgende programma s aanbied tot 2012 met ongeveer 21 procent is gestegen. Daarnaast is in deze periode voor de sectoroverstijgende programma s het gemiddeld aantal ingestroomde leerlingen per school gestegen. De gemiddelde instroom per school nam tot 2012 (ten opzichte van 2009) met ongeveer 40 procent toe. Dit terwijl het gemiddeld aantal leerlingen per school dat instroomde in de traditionele vmboprogramma s tussen 2009 en 2012 is gedaald met 14 procent. De verhouding tussen het aantal leerlingen in het derde leerjaar van de sectoroverstijgende programma s en van de traditionele vmbo-programma s zijn daardoor veranderd. Was deze verhouding in 2009 respectievelijk nog 20%-80%, in 2012 is deze verhouding inmiddels 30%-70%. 3.2 Leerlingen in het vierde leerjaar In tabel 3.2 staat het aantal leerlingen in het vierde leerjaar weergegeven. Het vierde leerjaar laat met één jaar vertraging grotendeels dezelfde ontwikkeling (in indexcijfers) zien als tabel 3.1 over het derde leerjaar. 5 M. Wester en N. van Kessel (2011) In- en doorstroom sectoroverstijgende programma s in het vmbo: cohort 2008 en 2009 ITS, Radbouduniversiteit Nijmegen. 6 Tabel A.3 van de bijlage is gebaseerd op de etalagebestanden van DUO. 10

17 Tabel 3.2 Instroom in het vierde leerjaar van de sectoroverstijgende programma s (in aantallen en in indexcijfers) In aantallen leerlingen 4e leerjaar Intersectoraal ICT-route Sport, Dienstverlening & Veiligheid Technologie in de GL totaal In indexcijfers ten opzichte van 2008 Intersectoraal ICT-route Sport, Dienstverlening & Veiligheid Technologie in de GL totaal Bron: DUO, berekening indexcijfers door ITS. 3.3 Uitstroom sectoroverstijgende programma s: slagingspercentages Wat is de gediplomeerde uitstroom uit het vmbo? In tabel 3.3 staat het percentage gediplomeerden, exclusief de doublures. Het slagingspercentage van het meest recent examen in 2012/13 is exclusief de resultaten van de herexamens. Hierdoor zijn de resultaten van 2012/13 niet met de andere jaren te vergelijken. 11

18 Tabel 3.3 Slagingspercentages van leerlingen vanuit instroom in leerjaar 3 per vmbo-programma en per instroomcohort (exclusief doublures) * sectoroverstijgende programma's Intersectoraal 91% 89% 88% 81% ICT-route 89% 88% 88% 83% Sport, Dienstverlening & Veiligheid 88% 90% 90% 83% Technologie in de GL 95% 95% 94% 83% totaal sectoroverstijgende programma's 92% 92% 91% 82% Traditionele vmbo-programma's economie 87% 86% 85% 80% techniek 87% 87% 87% 81% techniek breed 85% 84% 85% 81% landbouw 91% 91% 91% 86% zorg 89% 88% 87% 81% totaal traditionele vmbo-programma s 89% 88% 88% 80% vmbo-tl 91% 91% 90% 77% experimenteel mbo2 70% 69% 72% 68% * Slagingspercentage van instroomcohort 2011 is exclusief herkansingen. Bron: DUO, berekening percentages door ITS. In tabel 3.3 zien we dat de slagingspercentages van de sectoroverstijgende en de traditionele vmbo-programma s niet sterk verschillen. De sectoroverstijgende programma s hebben in totaal een iets hoger slagingspercentage dan de traditionele programma s. Jaarlijks ligt dit bij de sectoroverstijgende programma s ongeveer 3 procent hoger. Het hoogste slagingspercentage wordt over het algemeen gevonden bij Technologie in GL. Binnen de sectoroverstijgende programma s zijn de verschillen in slagingspercentages in elk van de jaren kleiner dan 7 procentpunten. De slagingspercentages van de sectoroverstijgende en de traditionele vmboprogramma s van 2011/12 zijn ten opzichte van eerdere instroomcohorten met een procentpunt gedaald. Dit kan deels verklaard worden door de strengere exameneisen die dat schooljaar gelden 7. 7 DUO (2012) Examenmonitor Voortgezet Onderwijs Groningen: Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) 12

19 4 Doorstroom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering In dit hoofdstuk belichten we de doorstroom van de gediplomeerde vmbo-leerlingen in het eerste jaar na hun vmbo-opleiding. We geven de doorstroom naar het type vervolgonderwijs, naar mbo-sector en naar mbo-niveau. Deze doorstroom splitsen we ook uit naar sekse. In het hoofdstuk presenteren we voornamelijk de totalen van de sectoroverstijgende en de traditionele vmbo-programma s. In bijlage B staan de cijfers voor de individuele vmbo-programma s uitgesplitst. We beginnen met de doorstroom naar onderwijstypen. 4.1 Type vervolgonderwijs in het eerste jaar na vmbo-diploma In tabel 4.1 staat de doorstroom naar het vervolgonderwijs in het eerste jaar na diplomering weergegeven. In de tabel is te zien dat het gros van de leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s naar het mbo gaat. Jaarlijks is dit circa 93 procent. Van elk diplomacohort kiest ongeveer 2 procent voor een havo-opleiding en jaarlijks schrijft circa 3 à 4 procent zich niet in voor een vervolgopleiding. Tabel 4.1 Doorstroom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering naar vervolgonderwijs voor diploma-cohorten mbo havo vavo overig (onderwijs) vsv totaal 2009 sectoroverstijgende prog. 93% 2% 0% 1% 4% traditionele vmbo-prog. 94% 0% 0% 1% 5% vmbo-tl 77% 19% 1% 0% 3% sectoroverstijgende prog. 93% 2% 0% 1% 4% traditionele vmbo-prog. 94% 0% 0% 1% 5% vmbo-tl 80% 17% 1% 0% 2% sectoroverstijgende prog. 94% 2% 0% 1% 3% traditionele vmbo-prog. 94% 0% 0% 1% 4% vmbo-tl 81% 16% 1% 0% 2%

20 Deze cijfers zijn nagenoeg gelijk aan die van de traditionele vmbo-programma s. De gediplomeerden van de traditionele vmbo-programma s kiezen echter nauwelijks voor de havo en het aandeel dat geen vervolgopleiding kiest is met circa 5 procent jaarlijks 1 procentpunt hoger dan bij de sectoroverstijgende programma s. Dit zijn geen grote verschillen. Hoe verhoudt deze doorstroom zich naar sekse? Dit staat in tabel 4.2 uitgesplitst. We zien dat de doorstroompercentages vergelijkbaar zijn met de totale doorstroom zoals weergegeven in tabel 4.1. De jongens lijken na het behalen van een vmbo-diploma in een sectoroverstijgende programma iets vaker te stoppen met bekostigd onderwijs. Het percentage schoolverlaters ligt jaarlijks circa 1 procentpunt hoger dan bij de meisjes, maar dit is een klein verschil. Tabel 4.2 Doorstroom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering naar sekse en vervolgonderwijs voor diploma-cohorten mbo havo vavo overig (onderwijs) vsv totaal 2009 sector overstijgende programma's man 93% 2% 0% 1% 4% vrouw 92% 3% 0% 1% 3% traditionele vmbo-programma's man 94% 0% 0% 1% 5% vrouw 94% 0% 0% 1% 5% vmbo-tl man 76% 20% 1% 0% 3% vrouw 78% 18% 1% 0% 3% sector overstijgende programma's man 93% 2% 0% 1% 4% vrouw 93% 2% 0% 1% 3% traditionele vmbo-programma's man 93% 0% 0% 1% 5% vrouw 94% 0% 0% 1% 4% vmbo-tl man 79% 18% 1% 0% 2% vrouw 80% 16% 1% 0% 3% sector overstijgende programma's man 93% 2% 0% 1% 4% vrouw 95% 2% 0% 1% 2% traditionele vmbo-programma's man 94% 0% 0% 1% 5% vrouw 95% 0% 0% 1% 4% vmbo-tl man 80% 16% 1% 0% 2% vrouw 82% 16% 1% 0% 2%

21 4.2 Doorstroom in het eerste jaar na diplomering naar mbo-sector Als we kijken naar de doorstoom in het mbo per mbo-sector, dan zien we een verschil tussen gediplomeerde jongens en meisjes uit de sectoroverstijgende programma s. In tabel 4.3 is te zien dat jaarlijks de mbo-sector Economie het populairst is bij de jongens, ongeveer de helft kiest voor deze sector. Terwijl bij de meisjes de mbo-sector Zorg en Welzijn het meest in trek is. Jaarlijks kiest de helft van de gediplomeerde meisjes voor deze sector. Tabel 4.3 Doorstroom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering naar naar mbo-sector en naar sekse voor diploma-cohorten economie techniek zorg en welzijn landbouw combinatie totaal 2009 sector overstijgende programma's man 50% 25% 22% 3% 1% vrouw 30% 11% 55% 4% 1% traditionele vmbo-programma's man 36% 48% 7% 7% 2% vrouw 29% 6% 57% 7% 1% vmbo-tl man 48% 33% 15% 4% 0% vrouw 31% 13% 50% 5% 0% sector overstijgende programma's man 47% 25% 22% 3% 3% vrouw 32% 10% 52% 4% 1% traditionele vmbo-programma's man 36% 48% 7% 7% 3% vrouw 29% 6% 57% 7% 1% vmbo-tl man 47% 32% 15% 4% 2% vrouw 32% 13% 49% 5% 0% sector overstijgende programma's man 48% 27% 20% 3% 2% vrouw 32% 11% 52% 4% 1% traditionele vmbo-programma's man 36% 48% 7% 7% 2% vrouw 29% 7% 56% 7% 2% vmbo-tl man 46% 32% 15% 4% 3% vrouw 32% 14% 49% 5% 0% In tabel 4.3 is te zien dat de keuze van jongens uit de traditionele sectoren iets afwijkt van de jongens uit de sectoroverstijgende programma s. Jaarlijks kiest ongeveer de helft van de jongens uit de traditionele vmbo-programma s voor een mbo-techniek. Ten opzichte van de meisjes uit de traditionele vmbo-programma s wijken de doorstroompercentages voor meisjes uit de sectoroverstijgende programma s nauwelijks 15

22 af. Ook hier volgen de meeste gediplomeerde meisjes een vervolgopleiding in de sector Zorg en Welzijn. Jaarlijks kiest 6 à 7 procent van de meisjes uit de traditionele vmbo-programma s voor mbo-techniek. Deze doorstroom is ongeveer anderhalf keer zo groot voor meisjes uit de sectoroverstijgende programma s. Jaarlijks stroomt 11 procent van deze meisjes door naar een mbo-opleiding in de sector Techniek. Gezien de overheid actief beleid voert om meer meisjes voor een de techniekopleiding te motiveren, is het interessant dat in de sectoroverstijgende programma s een iets groter aandeel meisjes kiest voor een techniekopleiding. Als we in tabel B.2 van de bijlage kijken, dan zien we dat de voorkeuren bij de sectoroverstijgende programma s per programma kunnen verschillen. In totaal kiest jaarlijks ruim een kwart van de jongens uit de sectoroverstijgende programma s voor mbo Techniek, maar in sommige programma s is dit aandeel wat groter. Van de jongens die een diploma behaalden in Technologie in de GL kiest jaarlijks ongeveer 40 procent en van de Intersectorale programma s kiest een ongeveer een derde voor een vervolgopleiding in de mbo-sector Techniek. Bij de andere sectoroverstijgende programma s is dit aandeel kleiner dan gemiddeld. Gediplomeerde meisjes uit alle sectoroverstijgende programma s kiezen voornamelijk voor de mbo-sector zorg en welzijn. Elk jaar is dit aandeel in alle programma s circa de helft. Het populairst is de sector Zorg en Welzijn bij de gediplomeerden uit het programma Sport, Dienstverlening & Veiligheid. Van diplomacohort 2009 en 2010 koos circa 60 procent van de meisjes en 40 procent van de jongens uit dit programma voor een opleiding in deze sector. In diplomacohort 2011 is dit 56 procent van de meisjes en 36 procent van de jongens. Van de traditionele vmbo-programma s kiest het grootste aandeel voor een mboopleiding in dezelfde sector als op het vmbo. Dit geldt met name voor de gediplomeerden uit vmbo-economie en techniek en iets minder sterk voor de gediplomeerden uit vmbo-landbouw en zorg. 4.3 Doorstroom in het eerste jaar na diplomering naar het mbo-niveau De doorstroom naar mbo-niveau verschilt zowel tussen jongens en meisjes als tussen de sectoroverstijgende en de traditionele vmbo-programma s. Dit is te zien in tabel 4.4. In deze tabel zien we dat van de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s jaarlijks ruim een derde van de jongens en bijna de helft van de meisjes een mbo-opleiding tot middenkader of specialist (niveau 4) volgt. 16

23 Het aandeel uit de traditionele programma s dat naar mbo-niveau 4 gaat, schommelt jaarlijks rond een kwart. De jongens zitten hier iets onder, de meisjes zitten hier iets boven. Gediplomeerden uit de traditionele vmbo-programma s stromen eerder door naar een mbo-basisberoepsopleiding. Tabel 4.4 Doorstroom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering naar naar mbo-niveau en naar sekse voor diplomacohorten assistentenopleiding basisberoepsopleiding vakopleiding middenkader/ specialist totaal 2009 sector overstijgende programma's man 2% 33% 28% 38% vrouw 1% 21% 29% 48% traditionele vmbo-programma's man 4% 57% 17% 22% vrouw 2% 42% 29% 27% vmbo-tl man 1% 9% 21% 69% vrouw 0% 3% 20% 77% sector overstijgende programma's man 2% 37% 26% 35% vrouw 1% 23% 29% 47% traditionele vmbo-programma's man 4% 56% 18% 22% vrouw 2% 40% 30% 27% vmbo-tl man 0% 9% 22% 69% vrouw 0% 4% 19% 77% sector overstijgende programma's man 2% 37% 24% 36% vrouw 1% 27% 25% 46% traditionele vmbo-programma's man 4% 55% 18% 23% vrouw 2% 40% 30% 28% vmbo-tl man 1% 8% 18% 73% vrouw 0% 4% 16% 79% In tabel B.3 van de bijlage staat de doorstroom naar mbo-niveau per vmboprogramma weergegeven. We zien dat de gediplomeerden uit het programma Sport Dienstverlening & Veiligheid voornamelijk doorstromen naar een basisberoeps- of een vakopleiding. In het diplomacohort 2011 kiest bijna de helft van de jongens en 37 procent van de meisjes voor een basisberoepsopleiding (niveau 2) en circa een derde (zowel jongens als meisjes) stroomt door naar een mbo-vakopleiding (niveau 3). Gediplomeerden uit het programma Techniek in de GL stromen vooral door naar een mbo-opleiding voor middenkader/specialist (niveau 4). In cohort 2011 bedroeg deze doorstroom 71 procent van de jongens en 75 procent van de meisjes. 17

24 De doorstroom in de mbo-niveau 4 opleiding is voor de sectoroverstijgende en de traditionele programma s redelijk stabiel voor de cohorten 2009 tot en met Tegelijkertijd zagen we in hoofdstuk 3 dat het leerlingenaantal in de sectoroverstijgende programma s groeit. Dit betekent dat het aantal leerlingen dat uit deze programma s doorstroomt naar mbo-niveau 4 is toegenomen. 18

25 5 Doorstroom van vmbo-leerlingen op het mbo in het tweede jaar na diplomering In het vorige hoofdstuk hebben we gezien hoe de gediplomeerde vmbo-leerlingen doorstromen naar het vervolgonderwijs. In dit hoofdstuk bekijken we hoe het deze leerlingen vergaat op het mbo in het tweede jaar na diplomering. Volgen ze nog een opleiding in dezelfde mbo-sector, in een andere mbo-sector, in een andere onderwijstype of volgen ze helemaal geen bekostigd onderwijs meer? Vervolgens kijken we per mbo-sector welk deel van de vmbo-gediplomeerden nog steeds een opleiding in dezelfde sector volgt en welk aandeel het bekostigd onderwijs heeft verlaten. Tot slot van dit hoofdstuk bekijken we welk deel van de leerlingen die in het eerste jaar na diplomering geen bekostigd onderwijs volgden, in het tweede jaar heringetreden is. 5.1 Wisseling van sector of onderwijs in het tweede jaar na diplomering Het grootste deel van de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s die doorstromen naar het mbo, volgt in het tweede jaar na diplomering nog steeds een opleiding op het mbo. In beide diplomacohorten blijft 93 procent op het mbo. In tabel 5.1 is te zien dat uit diplomacohorten 2009 en 2010 iets meer dan 80 procent deze opleiding in dezelfde mbo-sector blijft volgen. Er zijn nauwelijks leerlingen die in het tweede jaar ander onderwijs gaan volgen. In het tweede jaar na diplomering volgt ongeveer 6 procent van de gediplomeerden die waren begonnen met een mboopleiding, geen bekostigd onderwijs. Deze cijfers komen redelijk overeen met de doorstroompercentages van de traditionele vmbo-programma s. Gediplomeerden uit de traditionele vmbo-programma s lijken iets minder vaak te wisselen van mbo-sector (2 procentpunten lager dan sectoroverstijgende programma s). Tegelijkertijd lijken ze iets vaker in het tweede jaar na diplomering gestopt met bekostigd onderwijs (één procentpunt hoger). 19

26 Tabel 5.1 Wisseling van opleiding en uitval in het tweede jaar na behalen vmbodiploma (diplomacohorten 2009 en 2010) in dezelfde mbo-sector andere mbo-sector ander onderwijs gaan volgen geen bekostigd onderwijs (vsv) totaal (n=100%) 2009 sectoroverstijgende programma 82% 10% 1% 6% traditionele vmbo-programma 84% 9% 0% 7% vmbo-tl 86% 8% 2% 4% sectoroverstijgende programma 82% 11% 1% 6% traditionele vmbo-programma 84% 9% 0% 7% vmbo-tl 86% 8% 2% 4% Hoe is dit verdeeld naar sekse? We zien in tabel 5.2 dat de gediplomeerde meisjes uit de sectoroverstijgende programma s in het tweede jaar iets vaker in dezelfde mbosector zitten dan de jongens. De jongens stappen iets meer over naar een opleiding in een andere mbo-sector en zijn in het tweede jaar wat vaker gestopt met het bekostigd onderwijs dan meisjes. Meisjes uit de traditionele vmbo-programma s zijn iets vaker met het onderwijs gestopt dan de meisjes uit de sectoroverstijgende programma s. De uitval is bij meisjes uit de traditionele vmbo-programma s twee procentpunten hoger. Tabel 5.2 Wisseling van opleiding en uitval in het tweede jaar na behalen vmbodiploma naar sekse (diplomacohorten 2009 en 2010) in dezelfde mbosector andere mbo- sector ander onderwijs gaan volgen geen bekostigd onderwijs (vsv) totaal (n=100%) 2009 sectoroverstijgende programma's man 80% 11% 1% 8% vrouw 86% 9% 1% 4% traditionele vmbo-programma's man 81% 10% 1% 8% vrouw 83% 10% 0% 6% vmbo-tl man 84% 9% 2% 4% vrouw 88% 7% 1% 3% sectoroverstijgende programma's man 80% 11% 1% 8% vrouw 85% 11% 0% 4% traditionele vmbo-programma's man 84% 8% 0% 8% vrouw 85% 9% 0% 6% vmbo-tl man 84% 9% 2% 5% vrouw 89% 7% 1% 3%

27 In tabel C.2 van bijlage C staat per vmbo-programma de wisseling van opleiding en uitval uitgesplitst. Van de sectoroverstijgende programma s lijkt de keuze van mbosector voor jongens en meisjes uit Technologie in de GL het meest stabiel. De meeste wisselingen van mbo-sector komen voor bij de ICT-route en Sport, Dienstverlening & Veiligheid. Dit is ongeveer 14 procent van de jongens en van de meisjes wisselt 12 (cohort 2009) tot ongeveer 15 procent (cohort 2010). Van de sectoroverstijgende programma s is de schooluitval in het tweede jaar na diplomering hoogst (ongeveer een tiende) bij jongens in het programma Sport Dienstverlening & Veiligheid (beide cohorten) en jongens uit het Intersectoraal programma (cohort 2010). De uitval is het kleinst bij meisjes uit het programma Technologie in de GL. 5.2 Na twee jaar nog steeds een opleiding in dezelfde sector In de vorige paragraaf zagen we dat ruim viervijfde een opleiding volgt in dezelfde mbo-sector als waarmee ze in het eerste jaar waren begonnen. In hoeverre wisselt dit per mbo-sector? In tabel 5.3 is dit weergegeven. Over het algemeen zit er tussen de gekozen mbo-sectoren weinig verschil in het aandeel gediplomeerde vmbo ers die in het tweede jaar een opleiding in dezelfde mbosector blijven volgen. Ongeveer viervijfde van de leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s volgt in het tweede jaar na diplomering een opleiding in dezelfde mbo-sector. Dit aandeel is iets kleiner voor gediplomeerden uit cohort 2009 in de landbouw-sector. De studiekeuze lijkt het stabielst voor leerlingen uit de traditionele vmbo-programma s die kozen voor mbo-techniek, -zorg en welzijn of -landbouw. Tabel 5.3 Aandeel gediplomeerde vmbo-ers per mbo-sector dat in het tweede jaar na diplomering een opleiding in dezelfde mbo-sector volgt als in het eerste jaar na diplomering (diplomacohort 2009 en 2010) economie techniek zorg en welzijn landbouw combinatie 2009 sectoroverstijgende programma 83% 82% 83% 77% 0% traditionele vmbo-programma 82% 85% 85% 86% 0% vmbo-tl 85% 87% 87% 87% 0% 2010 sectoroverstijgende programma 81% 82% 83% 82% 0% traditionele vmbo-programma 82% 86% 85% 85% 0% vmbo-tl 86% 86% 88% 85% 0% 21

28 Als we naar de gediplomeerden per vmbo-programma kijken, dan zien we dat het aandeel dat in dezelfde mbo-sector blijft, per programma kan variëren. In tabel C.3 van bijlage C is dit per vmbo-programma en per mbo-sector weergegeven. We zien dat van diplomacohort 2010 de leerlingen uit de Technologie in de GL bijna overal het vaakst in de gekozen mbo-sector blijven. Per mbo-sector wisselt dit aandeel tussen de 85 en 89 procent. Gediplomeerden uit Sport, Veiligheid en Dienstverlening wisselen minder vaak van mbo-sector indien ze kozen voor Economie of Zorg en Welzijn. Circa 80 procent volgt in het tweede jaar nog steeds een opleiding in deze sectoren. Indien vmbo-ers uit dit programma kiezen voor de mbo-sector Techniek of Landbouw is het aandeel dat in dezelfde sector blijft iets lager. Van de gediplomeerden uit het Intersectoraal programma die kozen voor een opleiding in de sector Zorg en Welzijn, volgt circa 86 procent twee jaar later nog steeds een opleiding in deze sector. Voor de gediplomeerden uit de traditionele vmbo-programma s geldt dat ruim viervijfde in het tweede jaar nog steeds in dezelfde mbo-sector zit, indien ze voor dezelfde sector als op het vmbo kozen. Indien ze voor een andere mbo-sector kozen dan op het vmbo, dan is dit aandeel lager. Gediplomeerden in het vmbo-programma landbouw vormen hierop een uitzondering. Deze groep is over het algemeen in elke mbosector redelijk stabiel. Circa viervijfde is in het tweede jaar niet gewisseld. 5.3 Schooluitval op het mbo in het tweede jaar na behalen vmbo-diploma In paragraaf 5.1 zagen we dat 6 procent van de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s die kozen voor het mbo, in het tweede jaar niet staat ingeschreven voor bekostigd onderwijs. Deze schoolverlaters betreffen in aantallen ongeveer driehonderd leerlingen in cohort 2009 en vierhonderd leerlingen in cohort In tabel 5.4 staat de schooluitval uitgesplitst naar mbo-sector. Per mbo-sector is aangegeven wat het aandeel is dat in het tweede jaar na diplomering met het onderwijs is gestopt. Het aandeel dat in het tweede jaar na diplomering geen bekostigd onderwijs volgt, is het grootst bij de opleidingen in een gecombineerde mbo-sector. Dit is deels te verklaren doordat de gecombineerde sector voornamelijk uit éénjarige assistentopleidingen bestaat. Het betreft echter een marginaal aantal leerlingen. In tabel 4.3 zagen we dat minder dan 3 procent van de gediplomeerden voor een mbo-opleiding in een gecombineerde sector kiest. 22

29 Het uitvalpercentage voor de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s is in de verschillende mbo-sectoren nagenoeg gelijk aan de uitval van de gediplomeerden uit de traditionele vmbo-programma s, meestal is de uitval voor de sectoroverstijgende progamma s ongeveer één procent lager. De uitval is voor beide cohorten met 8 procent het hoogst in de mbo-sector economie. Het laagst is het uitvalpercentage in de landbouwsector. Tabel 5.4 Aandeel gediplomeerde vmbo-ers per mbo-sector dat na begonnen te zijn met het mbo in het tweede jaar niet staat ingeschreven voor bekostigd onderwijs (diplomacohort 2009 en 2010) economie techniek zorg en welzijn landbouw combinatie 2009 sectoroverstijgende programma 8% 6% 5% 4% 90% traditionele vmbo-programma 9% 7% 6% 5% 97% vmbo-tl 5% 3% 3% 3% 54% 2010 sectoroverstijgende programma 8% 5% 4% 2% 95% traditionele vmbo-programma 9% 7% 5% 6% 94% vmbo-tl 5% 3% 3% 3% 73% In tabel C.5 van de bijlage is de schooluitval in het tweede jaar na diplomering per mbo-sector uitgesplitst voor de verschillende vmbo-programma s. Ongeveer één op de tien vmbo-ers Sport, Dienstverlening & Veiligheid die begonnen met de mbo-sectoren Economie, Techniek en Landbouw is in het tweede jaar na diplomering gestopt. Van de vmbo-ers uit diplomacohort 2010 uit het Intersectoraal programma die begonnen aan mbo Economie, staat 10 procent in het tweede jaar niet meer ingeschreven. Het laagste is de uitval in het tweede jaar bij de gediplomeerden afkomstig uit de Technologie in de GL. Van beide diploma-cohorten de uitval in alle mbo-sectoren is 5 procent of lager. Voor gediplomeerden uit het Intersectorale programma blijft de uitval voor de sectoren Zorg en Welzijn en Landbouw in beide cohorten onder de 5 procent. 5.4 Schoolverlaters in het tweede jaar na behalen vmbo-diploma In tabel 4.1 van hoofdstuk 4 zagen we dat jaarlijks ongeveer 4 procent van de leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s in het eerste jaar na hun diplomering niet meer staat ingeschreven in het bekostigd onderwijs. Hoe vergaat het hen in het 23

30 tweede jaar na diplomering? Blijven ze buiten het bekostigd onderwijs of besluiten ze na een jaar weer terug te keren in het onderwijs? Dit staat in tabel 5.5. Uit de tabel blijkt dat als men terugkeert in het bekostigd onderwijs, dit bijna altijd naar een mbo-opleiding is. Van de schoolverlaters uit diplomacohort 2009 keert ongeveer 41 procent van de jongens en 36 procent van de meisjes in het tweede jaar na diplomering terug in het bekostigd onderwijs. In diplomacohort 2010 is het aandeel dat herintreedt bijna de helft (52 procent van de jongens, 47 procent van de meisjes). Deze percentages zijn nagenoeg gelijk aan de cijfers voor de traditionele vmboprogramma s. Het aandeel schoolverlaters dat terugkeert in het onderwijs ligt bij de sectoroverstijgende programma s een paar procentpunten hoger dan bij de traditionele programma s. Alleen het aandeel mannelijke schoolverlaters uit cohort 2010 verschilt noemenswaardig tussen de twee programmatypen. Waar van de sectoroverstijgende programma s de helft van de schoolverlatende jongens terugkeert, is dit voor de traditionele vmbo-programma s in ruim een derde. Tabel 5.5 Bestemming in het tweede jaar na diplomering van de vmbo-leerlingen die in het eerste jaar na diplomering niet meer stonden ingeschreven in het bekostigd onderwijs (diplomacohort 2009 en 2010) buiten bekostigd onderwijs gebleven herintreder in mbo herintreder in overig onderwijs totaal (n=100%) 2009 sectoroverstijgende programma's man 58% 40% 1% 136 vrouw 64% 30% 6% 66 traditionele vmbo-programma's man 60% 39% 2% vrouw 68% 31% 1% vmbo-tl man 53% 35% 12% 618 vrouw 54% 34% 12% sectoroverstijgende programma's man 49% 51% 1% 160 vrouw 53% 45% 2% 87 traditionele vmbo-programma's man 62% 36% 1% vrouw 56% 43% 1% 982 vmbo-tl man 56% 40% 4% 471 vrouw 46% 50% 4% 526 Het aandeel herintreders staat per vmbo-programma uitgesplitst in tabel C.8 van de bijlage. Door het kleine aantal schoolverlaters is het aantal per programma te klein om uitspraken over te doen. 24

31 6 Samenvatting en conclusies 6.1 Inleiding Het aantal scholen dat sectoroverstijgende vmbo-programma s aanbiedt, is de afgelopen jaren gestegen en het gemiddeld aantal leerlingen in deze programma s (per school) stijgt ook. Terwijl het totaal aantal vmbo-leerlingen in de tradionele vmboprogramma s afneemt, groeit het leerlingenaantal in de sectoroverstijgende programma s. Was de verhouding tussen het aantal leerlingen in de sectoroverstijgende programma s en in de traditionele vmbo-programma s in 2009 nog 20%-80%, in 2012 is deze verhouding inmiddels 30%-70%. Omdat de Verenigde Intersectorale Platforms verwachten dat er een discussie kan komen over de vraag waar de klemtoon van het vmbo komt te liggen, signaleren zij dat objectieve gegevens over de sectoroverstijgende programma s gewenst zijn. In dit onderzoek worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord: 1. Wat is de instroom in sectoroverstijgende programma s in leerjaar 3? 2. Wat is het aantal gezakte en geslaagde vmbo-leerlingen van de sectoroverstijgende programma s? Wat is van diplomacohorten 2009/10 tot en met 2011/12 in het eerste jaar na behalen van het vmbo-diploma de doorstroom: 3. naar het mbo, havo, vavo of het overige onderwijs, verdeeld naar sekse? 4. in het mbo naar mbo-sectoren? 5. in het mbo naar mbo-niveau? Wat is van diplomacohorten 2009/10 en 2010/11 in het tweede jaar na behalen van het vmbo-diploma voor de leerlingen die doorstroomden naar het mbo: 6. het aandeel dat nog steeds een mbo-opleiding in dezelfde sector volgt, geen mboopleiding meer volgt of helemaal niet meer is ingeschreven bij een vervolgopleiding? 7. En hoe is dit verdeeld naar sekse? 8. per mbo-sector het aandeel dat nog steeds een mbo-opleiding in dezelfde sector volgt? 9. per mbo-sector het aandeel dat niet meer staat ingeschreven bij een vervolgopleiding? 25

32 10. Wat is in het tweede jaar na behalen van het vmbo-diploma voor de leerlingen (verdeeld naar sekse) die in het eerste jaar geen vervolgopleiding kozen, het aandeel dat is weggebleven uit het bekostigd onderwijs of dat zich weer heeft ingeschreven bij een opleiding? De eerste twee onderzoeksvragen zijn beantwoord op basis van ontvangen tabellen van DUO en op basis van de etalagebestanden van DUO. De overige onderzoeksvragen zijn beantwoord met behulp van een bestand over de leerlingendoorstroom, dit bestand is ontvangen van DUO. 6.2 In- en uitstroom van sectoroverstijgende programma s In 2012 volgen ruim 18 duizend leerlingen het derde leerjaar van de sectoroverstijgende programma s. We zien dat dit aantal tussen 2008 en 2012 is verdubbeld. De groei is het sterkst bij het Intersectorale programma. Dit leerlingenaantal is sinds 2008 bijna verzevenvoudigd tot ongeveer 8 duizend leerlingen in Het programma Techonlogie in de GL groeit ten opzichte van 2008 jaarlijks met ongeveer 10 procentpunten. We zien dat de slagingspercentages van leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s niet sterk verschillen van de slagingspercentages van de traditionele vmboprogramma s. Jaarlijks is dit slagingspercentages van de sectoroverstijgende programma s ongeveer 3 procent hoger. 6.3 Doorstoom van vmbo-leerlingen in het eerste jaar na diplomering Het merendeel van de gediplomeerde leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s gaat naar het mbo. Gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s lijken iets vaker voor de havo te kiezen (2 procentpunten hoger) en iets minder het onderwijs te verlaten (1 procentpunt lager) dan gediplomeerden van de traditionele programma s. Deze verschillen zijn echter klein. We zien dat van de traditionele programma s het grootste aandeel kiest voor een mbo-opleiding in dezelfde sector als op het vmbo. De sectoroverstijgende programma s lijken deze traditionele keuzepatronen te doorbreken. Kijken we per programma, dan is per sectoroverstijgend programma de keuze voor een mbo-sector minder eenduidig zoals dit bij de traditionele vmbo-programma s Economie, Techniek en Zorg het geval is. 26

33 Kijken we naar de sectoroverstijgende en de traditionele programma s in zijn geheel, dan zien we dat de helft van de jongens uit sectoroverstijgende programma s kiest voor de mbo-sector economie. Deze keuze wijkt af van de mbo-keuze van jongens uit de traditionele vmbo-programma s, van wie de helft kiest voor de mbo-sector Techniek. Over het algemeen verschillen meisjes uit de sectoroverstijgende en de traditionele vmbo-programma s weinig in hun mbo-keuze, ongeveer de helft kiest voor de mbosector Zorg en Welzijn. Gezien de overheid actief beleid voert om meisjes te motiveren voor techniek is het interessant dat ruim een tiende van de meisjes uit de sectoroverstijgende programma s jaarlijks kiest voor een mbo-opleiding in de sector Techniek. Dit aandeel is groter dan bij meisjes uit de traditionele vmbo-programma s. Gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s gaan vaker naar een mboniveau 4 opleiding dan de gediplomeerden uit de traditionele sectoren. Het betreft ongeveer de helft van de meisjes en een derde van de jongens uit de sectoroverstijgende programma s. Doordat het leerlingenaantal in de sectoroverstijgende programma s groeit en doordat de sectoroverstijgende programma s vaker doorstromen naar mbo-niveau 4, stijgt het aantal gediplomeerde vmbo-ers dat doorstroomt naar mbo-niveau Doorstroom van vmbo-leerlingen op het mbo in het tweede jaar na diplomering Over het algemeen blijven de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma iets minder vaak een opleiding in dezelfde mbo-sector volgen dan de gediplomeerden uit de traditionele vmbo-programma s. Dit verschil is niet substantieel. Over het algemeen volgt in het tweede jaar meer dan viervijfde van de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s een opleiding in dezelfde mbo-sector. Van de sectoroverstijgende programma s lijken de gediplomeerden uit Techologie in de GL het stabielst in hun keuze voor de mbo-sector. Ongeveer 6 procent volgt in het tweede jaar na diplomering geen bekostigd onderwijs. Jongens stoppen vaker met het onderwijs dan meisjes, maar ze keren in het tweede jaar na diplomering ook iets vaker dan meisjes terug in het onderwijs. In het tweede jaar na diplomering volgt ruim viervijfde van de gediplomeerden uit de traditionele vmbo-programma s een opleiding in dezelfde mbo-sector, indien ze voor dezelfde sector als op het vmbo kozen. 27

34 De schooluitval in het tweede jaar na diplomering is voor leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s per mbo-sector nagenoeg gelijk aan het uitvalpercentage van de leerlingen uit de traditionele programma s. Van de sectoroverstijgende programma s is het aandeel dat in het tweede jaar na diplomering stopt met bekostigd onderwijs het grootst bij het programma Sport, Dienstverlening en Veiligheid en bij gediplomeerden uit het Intersectoraal programma die begonnen met een mboopleiding in de Economische sector. Het laagst is de uitval bij Technologie in de GL. Leerlingen die in het eerste jaar na hun diplomering stopten met het bekostigd onderwijs, kunnen in het tweede jaar weer intreden in het bekostigd onderwijs. Van de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s die in het eerste jaar na diplomering waren gestopt, komt van cohort 2010 circa de helft in het tweede jaar terug in het onderwijs. 6.5 Tot slot In dit onderzoek zijn de cijfers van de in- en uitstroom van de sectoroverstijgende programma s in kaart gebracht en keken we naar de doorstroompercentages in het vervolgonderwijs en gingen we dieper in op hun situatie op het mbo in het eerste en tweede jaar na diplomering. De conclusies lijken weinig veranderd ten opzichte van het vorige doorstroomonderzoek. In dit onderzoek is uitsluitend gekeken naar de cijfers. Er is geen aandacht besteed aan de achterliggende redenen van de ontwikkeling van deze cijfers. De sectoroverstijgende programma s groeien. Dit komt niet alleen doordat het aantal scholen stijgt die deze programma s aanbieden. We zien nu ook dat in deze programma s het gemiddeld aantal leerlingen per school is gestegen. De leerlingen uit de sectoroverstijgende programma s hebben een iets hoger slagingspercentage en stromen vaker door naar een mbo-niveau 4-opleiding dan de leerlingen uit de traditionele vmbo-programma s. Dit doorstroompercentage naar mbo-niveau 4 blijft voor elk cohort stabiel, maar gezien het feit dat de sectoroverstijgende programma s groeien, stijgt het aantal leerlingen dat naar mbo-niveau 4 doorstroomt. Gediplomeerden uit de traditionele vmbo-programma s wisselen in het tweede jaar na diplomering iets minder van mbo-sector dan de gediplomeerden uit de sectoroverstijgende programma s, maar dit verschil is klein. Indien leerlingen uit de sectoroverstijgende vmbo-programma s na hun diploma geen vervolgopleiding kiezen, dan keert de helft van deze leerlingen in het tweede jaar na diplomering terug in het bekostigd onderwijs. 28

In- en doorstroom sectoroverstijgende programma s in het vmbo

In- en doorstroom sectoroverstijgende programma s in het vmbo In- en doorstroom sectoroverstijgende programma s in het vmbo Cohort 2008 en 2009 Menno Wester Nico van Kessel CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Wester, M., Kessel, N. ITS, Radboud Universiteit

Nadere informatie

Stromen door het onderwijs

Stromen door het onderwijs Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het

Nadere informatie

Opleidingsniveau stijgt

Opleidingsniveau stijgt Opleidingsniveau stijgt Grote doorstroom naar hogere niveaus Meer leerlingen vanuit vmbo naar havo Grote groep mbo ers naar het hbo 10 Jongens groeien gedurende hun onderwijsloopbaan Jongens na een diploma

Nadere informatie

FACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom

FACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom FACTSHEET Verwante en niet-verwante doorstroom in de beroepskolom In het Nederlands onderwijsbestel moeten kinderen op jonge leeftijd belangrijke keuzes maken die de rest van hun loopbaan beïnvloedt. De

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Het effect van brede vmbo-opleidingen

Het effect van brede vmbo-opleidingen KO RT L O P E N D O N D E RW I J S O N D E R Z O E K Professionele organisatie Het effect van brede vmbo-opleidingen Op verzoek van de platforms ICT-route, Intersectoraal, Techniek Breed en Technologie

Nadere informatie

Stapelaars in het voortgezet onderwijs

Stapelaars in het voortgezet onderwijs [Geef tekst op] Stapelaars in het voortgezet onderwijs Een analyse van de basisschooladviezen en schooltypen van de stapelaars. Onderzoek, Informatie en Statistiek Onderzoek, Informatie en Statistiek Stapelaars

Nadere informatie

Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs?

Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs? Welke routes doorlopen leerlingen in het onderwijs? Wendy Jenje-Heijdel Na het examen in het voortgezet onderwijs staan leerlingen voor de keuze voor vervolgonderwijs. De meest gangbare routes lopen van

Nadere informatie

Studievoortgang in het voortgezet onderwijs

Studievoortgang in het voortgezet onderwijs Studievoortgang in het voortgezet onderwijs Lieke Stroucken 1. Leerlingen naar herkomstgroepering en aantal kinderen in het huishouden, brugklascohort 2004/ 05 Leerlingen uit éénoudergezinnen en niet-westers

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Samenvatting. Doorstroomatlas vmbo. De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht

Samenvatting. Doorstroomatlas vmbo. De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht Samenvatting Doorstroomatlas vmbo De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht Samenvatting Doorstroomatlas vmbo De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht 2012 Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

Opdrachtgevers & Netwerkpartners

Opdrachtgevers & Netwerkpartners Opdrachtgevers & Netwerkpartners van Synthese Mate van tevredenheid [Externe versie] Rapportage 2017 Ronald De Meyer Laura Beurskens-Claessens Februari 2018 2 2018 Praktikon Behoudens de in of krachtens

Nadere informatie

Analyse instroom

Analyse instroom Instroomontwikkeling 2016 2017 In 2016 was er een instroomtoename van 5,5% bij de hbo-bachelor- en ad-opleidingen, opgebouwd uit: Een toename van de directe doorstroom vanuit havo, mbo en vwo met 1,0%

Nadere informatie

Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs

Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs 1 Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs Factsheet oktober 2014 In 2013 heeft O+S in opdracht van de Amsterdamse Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO) voor het eerst onderzoek gedaan naar de

Nadere informatie

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze

Nadere informatie

Van mbo en havo naar hbo

Van mbo en havo naar hbo Van mbo en havo naar hbo Dick Takkenberg en Rob Kapel Studenten die naar het hbo gaan, komen vooral van het mbo en de havo. In het algemeen blijven mbo ers die een opleiding in een bepaald vak- of studiegebied

Nadere informatie

De studieloopbaan van mbo-deelnemers

De studieloopbaan van mbo-deelnemers Paper Symposium, Het belang van het onderwijsnummer voor beleidsinformatie ORD 2012 De studieloopbaan van mbo-deelnemers De verblijfsduur in relatie met het behaalde op het mbo. DUO/INP 1 juni 2012 Jaap-Jan

Nadere informatie

Aandeel meisjes in de bètatechniek VMBO

Aandeel meisjes in de bètatechniek VMBO Vrouwen in de bètatechniek Traditioneel kiezen veel meer mannen dan vrouwen voor een bètatechnische opleiding. Toch lijkt hier de afgelopen jaren langzaam verandering in te komen. Deze factsheet geeft

Nadere informatie

Maatschappelijke Ontwikkeling Ingekomen stuk D17 (PA 4 september 2013) Beleidsontwikkeling. Datum uw brief

Maatschappelijke Ontwikkeling Ingekomen stuk D17 (PA 4 september 2013) Beleidsontwikkeling. Datum uw brief Ingekomen stuk D17 (PA 4 september 2013) Aan de Gemeenteraad van Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 323 59 92 E-mail gemeente@nijmegen.nl Postadres Postbus 9105

Nadere informatie

Factsheet. Samenvatting

Factsheet. Samenvatting Studiesucces en uitval 2018 Deze factsheet bevat de belangrijkste ontwikkelingen in het hbo op het gebied van studiesucces, studieduur, uitval en studiewissel van voltijd bachelorstudenten uitgesplitst

Nadere informatie

Paper Symposium, Het belang van het onderwijsnummer voor beleidsinformatie ORD 2012

Paper Symposium, Het belang van het onderwijsnummer voor beleidsinformatie ORD 2012 1 Paper Symposium, Het belang van het onderwijsnummer voor beleidsinformatie ORD 2012 'Curiouser and curiouser!' Relatie eindcijfers op het vmbo en het succes op het MBO DUO/INP 1 juni 2012 Erik Fleur

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens,

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens, , Toelichting bij geleverde maatwerktabellen 2006/2007 en 2007/2008* Levering: 17 februari 2010 De maatwerktabel over voortijdig schoolverlaters 2006/2007 bevat gegevens over het voortgezet onderwijs (vo)

Nadere informatie

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave ijs arbeid dat a zorg onderwijs zekerheid t enschap rg welzijn obilit eit n beleids- Het ITSmaakt deel uit van de Radboud Universiteit Nijmegen evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave CE

Nadere informatie

Trends in passend onderwijs

Trends in passend onderwijs DEFINITIEF Trends in passend onderwijs 2014-2017 DUO Informatieproducten Susan Borggreve, Daniël van Eck & Thijs Nielen 12 juni 2018 Inhoud 1 SAMENVATTING... 3 2 LEESWIJZER... 5 3 ONTWIKKELINGEN IN LEERLINGAANTALLEN...

Nadere informatie

Middelbaar beroepsonderwijs regio Arnhem

Middelbaar beroepsonderwijs regio Arnhem Deze factsheet toont de ontwikkeling van het aantal studenten in het middelbaar beroepsonderwijs in de regio Arnhem. De cijfers geven inzicht in de ontwikkelingen per sector, niveau en leerweg. Daarnaast

Nadere informatie

DOORSTROOM VAN VMBO NAAR HAVO Onderzoek onder ruim vmbo-scholieren naar hun intentie om voor de havo te kiezen

DOORSTROOM VAN VMBO NAAR HAVO Onderzoek onder ruim vmbo-scholieren naar hun intentie om voor de havo te kiezen DOORSTROOM VAN VMBO NAAR HAVO Onderzoek onder ruim 20.000 vmbo-scholieren naar hun intentie om voor de havo te kiezen Februari 2019 Surrounded by Talent 2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Onderzoeksvragen

Nadere informatie

Monitoring Utrechtse School: Tweede meting

Monitoring Utrechtse School: Tweede meting Monitoring Utrechtse School: Tweede meting R. Kennis M. Roelofs T. Eimers E. Keppels 29 augustus 2012 Kenniscentrum Beroepsonderwijs Arbeidsmarkt, Nijmegen 2012 Kenniscentrum Beroepsonderwijs Arbeidsmarkt,

Nadere informatie

De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw

De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren Techniek, Economie & Handel, Zorg & Welzijn, en Landbouw Colofon Titel De deelname van dertigplussers in het mbo-onderwijs: de sectoren

Nadere informatie

Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1

Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1 Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1 Inleiding Hoeveel en welke studenten (autochtoon/allochtoon) schrijven zich in voor de pabo (lerarenopleiding basisonderwijs) en blijven na

Nadere informatie

Schoolloopbanen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs

Schoolloopbanen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs Schoolloopbanen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs Amsterdamse leerlingen gestart in het VO in 2007/ 08, gevolgd tot in 2013/ 14 Foto: Amsterdams lyceum, fotograaf Edwin van Eis (2009) In opdracht

Nadere informatie

Doelstelling Percentage en streefcijfers uitval naar onderwijssoort Haaglanden Tussenstand verloop dit schooljaar

Doelstelling Percentage en streefcijfers uitval naar onderwijssoort Haaglanden Tussenstand verloop dit schooljaar Nieuwe voortijdige schoolverlaters in RMC regio Haaglanden 4 e voortgangsrapportage 2012-2013 teldatum 01 oktober 2013 (versie 2) Doelstelling In het convenant Voortijdig Schoolverlaten 2012-2015 Haaglanden

Nadere informatie

B-toets Vragenlijst Bejegening Versie voor jongeren

B-toets Vragenlijst Bejegening Versie voor jongeren B-toets Vragenlijst Bejegening Versie voor jongeren J.W. Veerman N. van Erve M. Poiesz Praktikon BV Postbus 6906 6503 GK Nijmegen tel. 024-3615480 www.praktikon.nl praktikon@acsw.ru.nl 2010 Praktikon

Nadere informatie

Notitie Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd

Notitie Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd Notitie a Aansluiting vanuit het onderwijs op de arbeidsmarkt van jongens en meisjes met een diploma gehaald op het mbo bol-voltijd of ho voltijd Juli 2014 Nelet Kuipers, team Onderwijs SQS 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Uitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie

Uitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie Uitleg en verdieping CBS data infographic Participatie zonder Startkwalificatie DOOR- EN UITSTROOM UIT PRAKTIJKONDERWIJS, VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS EN ENTREE-OPLEIDINGEN (COHORT 2013/14, 2014/15 EN

Nadere informatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie

Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Update door- en uitstroomcijfers participatie zonder startkwalificatie Samenvatting Op basis van de geactualiseerde gegevens van het CBS zien de samenwerkende inspecties binnen Toezicht Sociaal Domein

Nadere informatie

Gelijke kansen in het onderwijs

Gelijke kansen in het onderwijs Gelijke kansen in het onderwijs Toegankelijke tekstversie Pagina 1 Inleiding Dit is het dashboard gelijke kansen in het onderwijs. Dit dashboard monitor beschrijft voor verschillende groepen leerlingen

Nadere informatie

Rapportage invullijst (1)

Rapportage invullijst (1) Rapportage invullijst (1) Eerste inventarisatie bestand leerling flexkrachten d.d. 16 januari 2013 Gert de Jong Hedwig Vermeulen Projectnummer: 34001230 Opdrachtgever: A+O Metalektro 2013 ITS, Radboud

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2011 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2012/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten

Factsheets. Voortijdig Schoolverlaten Factsheets Voortijdig Schoolverlaten Februari 2007 Inleiding Deze factsheets behoren bij de brief kenmerk BVE/INI/2007/3891 en presenteren een weergave van de nu bekende feiten en getallen over de groep

Nadere informatie

Het middelbaar beroepsonderwijs

Het middelbaar beroepsonderwijs Het middelbaar beroepsonderwijs Dick Takkenberg Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) levert grote aantallen gediplomeerden voor de arbeidsmarkt. De ongediplomeerde uitval is echter ook groot. Het aantal

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt : een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt Harry Bierings en Robert de Vries Direct nadat zij school hadden verlaten, maar ook nog vier jaar daarna, hebben voortijdig naar verhouding vaak geen baan. Als

Nadere informatie

Doorstroomatlas vmbo. De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht

Doorstroomatlas vmbo. De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht Doorstroomatlas vmbo De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht Doorstroomatlas vmbo De onderwijsloopbanen van vmbo ers in kaart gebracht 2012 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave

Nadere informatie

Doorstroom van vmbo/havo naar mbo (2010-2013)

Doorstroom van vmbo/havo naar mbo (2010-2013) Doorstroom van vmbo/havo naar mbo (2010-2013) Waar komt de instroom in de Kenteq-kwalificaties vandaan? Komt die uit direct verwante vmbo-opleidingen, of ook uit andere richtingen? Hoe zit dat omgekeerd?

Nadere informatie

Uitleg van de figuren PO 1

Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren - PO In dit document worden de verschillende figuren nader toegelicht die in het NCO rapport Waar blijven uw oud-leerlingen? worden getoond. Voor ieder

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999- ROA Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA). Niets uit deze uitgave mag op enige manier worden verveelvoudigd zonder voorafgaande

Nadere informatie

Evaluatieonderzoek experiment theoretische leerweg vmbo groen

Evaluatieonderzoek experiment theoretische leerweg vmbo groen Evaluatieonderzoek experiment theoretische leerweg vmbo groen Eerste tussenrapportage Ton Eimers Annet Jager Rita Kennis KBA projectnummer [2008.752] Nijmegen, 1 december 2009 Kenniscentrum Beroepsonderwijs

Nadere informatie

Ontwikkeling en regionale verdeling van de vmbo-leerlingen elektro-, installatie- en metaaltechniek ( )

Ontwikkeling en regionale verdeling van de vmbo-leerlingen elektro-, installatie- en metaaltechniek ( ) Ontwikkeling en regionale verdeling van de vmbo-leerlingen elektro-, installatie- en metaaltechniek (2005-2013) Dit onderzoeksbericht geeft een eerste beeld van de ontwikkeling van het aantal vmbo-leerlingen

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 1999-4Middelbaar BeroepsOnderwijs ROA De cijfers in deze publicatie zijn gebaseerd op de jaarlijkse schoolverlatersonderzoeken van het Researchcentrum voor

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2012 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2013/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

Uitleg van de figuren VO 1

Uitleg van de figuren VO 1 Uitleg van de figuren VO 1 Uitleg van de figuren - VO In dit document worden de verschillende figuren nader toegelicht die in het NCO rapport Waar blijven uw oud-leerlingen? worden getoond. Voor ieder

Nadere informatie

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA

ROA Fact Sheet. Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers. Research Centre for Education and the Labour Market ROA Research Centre for Education and the Labour Market ROA Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2013 Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/2 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Doorstroom naar het mbo en succes in het mbo van jongeren uit praktijkonderwijs, vmbo-b en vso

Doorstroom naar het mbo en succes in het mbo van jongeren uit praktijkonderwijs, vmbo-b en vso Doorstroom naar het mbo en succes in het mbo van jongeren uit praktijkonderwijs, vmbo-b en vso Pjotr Koopman, Guuske Ledoux Doorstroom naar het mbo en succes in het mbo van jongeren uit praktijkonderwijs,

Nadere informatie

Factsheet. Samenvatting

Factsheet. Samenvatting Afgestudeerden en uitvallers 2017 In deze factsheet staan de belangrijkste kengetallen en ontwikkelingen met betrekking tot uitval, studiewissel en studiesucces. Alle cijfers betreffen voltijd hbo-bachelorstudenten

Nadere informatie

Veranderen van opleiding

Veranderen van opleiding Totale switch na stijging weer op 20 procent... 3 Switchers pabo oorzaak stijging in 2012 en 2013... 4 Meer switch van mbo ers in sector Onderwijs in 2013... 5 Bij tweedegraads lerarenopleidingen meer

Nadere informatie

Almeerse Monitor Voortijdig Schoolverlaten Schooljaar 2010-2011

Almeerse Monitor Voortijdig Schoolverlaten Schooljaar 2010-2011 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Almeerse Monitor Voortijdig Schoolverlaten Schooljaar 2010-2011 Voorwoord Het voorkomen van voortijdig schoolverlaten lijkt zo eenvoudig. Je zorgt voor een strenge aanpak,

Nadere informatie

Verlangd basisonderwijs in de wijk Overvecht, gemeente Utrecht. Rapportage. Menno Wester

Verlangd basisonderwijs in de wijk Overvecht, gemeente Utrecht. Rapportage. Menno Wester Verlangd basisonderwijs in de wijk Overvecht, gemeente Utrecht Rapportage Menno Wester Maart 2014 Projectnummer: 34001333 Opdrachtgever: Stichting HIO 2014 ITS, Radboud Universiteit Nijmegen Behoudens

Nadere informatie

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s.

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s. Na nominaal plus 1 jaar 45 procent een diploma... 2 Rendement wo stijgt, hbo-rendement daalt... 4 Hbo-ontwerpopleidingen laagste rendement van de sector... 6 Hoger rendement wo biologie, scheikunde en

Nadere informatie

index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant

index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant index Technocentrum Kwantitatieve regioanalyse technisch beroepsonderwijs Provincie Noord-Brabant Inhoudsopgave 1. Mbo Techniek... 3 1.1 Deelnemers mbo techniek... 3 1.1.1 Onderwijsinstellingen... 3 1.1.2

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort

Voortijdig schoolverlaters 0c van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort 08 Voortijdig schoolverlaters 0c olverlaters verdacht van misdrijf in Nederland, naar woongemeente ente (G4) en schoolsoort Toelichting bij geleverde everde maatwerktabellen De maatwerktabel bevat gegevens

Nadere informatie

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 2014 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 2014 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 214 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS Inhoud Inleiding... 1 Deel I Speciaal onderwijs... 2 1.1 Uitstroom vanuit het speciaal onderwijs... 2 1.2

Nadere informatie

FACTSHEET. Toptalenten VO in het vervolgonderwijs

FACTSHEET. Toptalenten VO in het vervolgonderwijs FACTSHEET Toptalenten VO in het vervolgonderwijs De onderwijsprestaties van Nederlandse leerlingen zijn gemiddeld genomen hoog, maar er blijft ruimte voor verbetering. Deze factsheet geeft inzicht in de

Nadere informatie

kengetallen vmbo mbo Ad hbo

kengetallen vmbo mbo Ad hbo ECABO arbeidsmarktonderzoek kengetallen vmbo mbo Ad hbo Odile Sondermeijer april 2011 1 Inhoud blz. Inleiding 3 Samenvatting 4 1 Het voortgezet onderwijs 5 1.1 Het vmbo 5 1.2 Leerlingen vmbo sector economie

Nadere informatie

RENDEMENTEN EN DIPLOMA S

RENDEMENTEN EN DIPLOMA S 2. ONDERWIJSOPBRENGSTEN EN DEELNEMERSONTWIKKELING RENDEMENTEN EN DIPLOMA S DIPLOMA S VMBO 2-24 De rendementen vmbo zijn gebaseerd op de opbrengsten oordelen van de onderwijsinspectie. Als een leerling

Nadere informatie

Van 2 BB/KB naar 3 BB/KB Intersectoraal

Van 2 BB/KB naar 3 BB/KB Intersectoraal Van 2 BB/KB naar 3 BB/KB Intersectoraal Op Echnaton volgen de leerlingen in leerjaar 3 en 4 een intersectoraal programma op BBL of KBL niveau. Door het volgen van een intersectoraal programma hoeft uw

Nadere informatie

Onderwijs: kiezen voor en leren in de techniek

Onderwijs: kiezen voor en leren in de techniek Horizontale as: % +/- t.o.v. jaar eerder Onderwijs: kiezen voor en leren in de Ontwikkeling instroom mbo 24, 25, 26 4% 24 3% 2% % 25 % -4% -3% -2% -% % -% % 2% 3% 4% 26-2% -3% -4% Verticale as: afwijking

Nadere informatie

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten Jongeren en gezin Ontwikkeling van het aantal jongeren (2000-2011, index: 2000=100) Bron:CBS bevolkingsstatistiek, bewerking ABF Research In Houten is het aantal jongeren in

Nadere informatie

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Versie 2 Datum 15 oktober 2018 Status Definitief Onze referentie 1427719 Colofon Directie Projectnaam Contactpersoon Kennis/DUO Mobiliteit leraren Ministerie

Nadere informatie

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave ijs arbeid data zorg onderwijs zekerheid etenschap rg welzijn mobiliteit jn beleids- Het ITS maakt deel uit van de Radboud Universiteit Nijmegen evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave Verlangd

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 ROA Titel Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 Per Bles Christoph Meng ROA Fact Sheet ROA-F-2018/11 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Research Centre For Education and

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant

Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant Arbeidsmarkt Metaalbewerking 2004 Regio Zeeland/West-Brabant Overview Hieronder wordt ingegaan op een aantal arbeidsmarktaspecten in de regio Zeeland, West Brabant, die op basis van de resultaten van het

Nadere informatie

Doorstroom niet-westers allochtone scholieren naar vervolgonderwijs

Doorstroom niet-westers allochtone scholieren naar vervolgonderwijs Suzan van der Aart In augustus 1998 is de Wet Gemeentelijk Onderwijsachterstandenbeleid in werking getreden. Deze wet heeft als doel de onderwijsachterstanden van voornamelijk niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4

Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4 Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4 Colofon Titel Inventarisatie verkorte bol-opleidingen op niveau 4 Auteurs Regina Petit, Jan Neuvel en Wil van Esch Datum 18 april 2011 ecbo s-hertogenbosch

Nadere informatie

Studenten aan lerarenopleidingen

Studenten aan lerarenopleidingen Studenten aan lerarenopleidingen Factsheet januari 219 In de afgelopen vijf jaar is het aantal Amsterdamse studenten dat een lerarenopleiding volgt met ruim 9% afgenomen. Deze daling is het sterkst voor

Nadere informatie

De schoolloopbaan na het Flex College

De schoolloopbaan na het Flex College De schoolloopbaan na het Flex College Monitor Flex College Derde meting T. Eimers R. Kennis M. Roelofs De schoolloopbaan na het Flex College Monitor Flex College Derde meting T. Eimers R. Kennis M. Roelofs

Nadere informatie

VMBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs

VMBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs VMBO: Tevredenheid en aansluiting met vervolgonderwijs Christoph Meng Johan Coenen Timo Huijgen Ger Ramaekers Jesper van Thor ROA-R-2009/6 Colofon Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA).

Nadere informatie

Figuur 1: aandeel mannelijke studenten in instroom bij de pabo s in 2010 (bron: HBO-Raad, bewerking sbo)

Figuur 1: aandeel mannelijke studenten in instroom bij de pabo s in 2010 (bron: HBO-Raad, bewerking sbo) Analyse: mannelijke studenten op de pabo Mannelijke studenten zijn ondervertegenwoordigd op de pabo s. Bovendien vallen relatief meer mannen uit dan vrouwen. In 2009 was ongeveer 13 procent van de gediplomeerde

Nadere informatie

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave

evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave ijs arbeid data zorg onderwijs zekerheid etenschap rg welzijn mobiliteit jn beleids- Het ITS maakt deel uit van de Radboud Universiteit Nijmegen evaluatie, monitoring, tevr effectonderzoek en datave Wachtdagen

Nadere informatie

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Definitie Voortijdig schoolverlaters zijn leerlingen tot 23 jaar die het (door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Nadere informatie

Resultaten instaptoetsen Rekenen en Nederlands 2010 Rapportage aan de Profijtscholen

Resultaten instaptoetsen Rekenen en Nederlands 2010 Rapportage aan de Profijtscholen Resultaten instaptoetsen Rekenen en Nederlands 2010 Rapportage aan de Profijtscholen Rapportage: Analyse en tabellen: 4 Februari 2011 Mariëlle Verhoef Mike van der Leest Inleiding Het Graafschap College

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

Gediplomeerden 2015 SOMA College

Gediplomeerden 2015 SOMA College Gediplomeerden 2015 SOMA College Samenvattende rapportage van de uitkomsten van het onderzoek onder gediplomeerden van het SOMA College Utrecht, september 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven

Nadere informatie

OPBRENGSTENKAART 2015 ALGEMENE TOELICHTING

OPBRENGSTENKAART 2015 ALGEMENE TOELICHTING OPBRENGSTENKAART 2015 ALGEMENE TOELICHTING Utrecht, juni 2015 INHOUD 1.1 1.2 Inleiding 5 School 5 1.3 Vestiging 5 1.4 Onderbouw 5 1.5 1.6 Bovenbouw 6 Landelijke gegevens 7 1.7 Afkortingen schoolsoorten

Nadere informatie

Update basisinformatie Koers VO

Update basisinformatie Koers VO Update basisinformatie Koers VO Actuele stand 1-10-010 Actis onderzoek M. Bouwmans MSc. Rotterdam, 6 mei 011 Inhoudsopgave 1 Inlei di ng 3 1.1 Leeswijzer 3 Sam enw er kingsver band Koers VO 4.1 Aantal

Nadere informatie

Veranderen van opleiding

Veranderen van opleiding Veranderen van opleiding Veel hbo-psychologie studenten door naar een wo-opleiding... 2 Havisten in Gedrag & Maatschappij stappen vaker over naar wo... 3 Mbo ers en havisten in psychologie-opleidingen

Nadere informatie

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017

Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 ROA Titel Schoolverlaters tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2017 Per Bles Christoph Meng ROA Fact Sheet ROA-F-2018/11 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt ROA Research Centre For Education and

Nadere informatie

Het gebruik van studiefinanciering met de verkeerde intenties

Het gebruik van studiefinanciering met de verkeerde intenties Het gebruik van studiefinanciering met de verkeerde intenties Verkenning op basis van de registraties van DUO Oktober 2016 Jaap-Jan Bakker DUO 1 Inleiding Naar aanleiding van een bericht in de media over

Nadere informatie

Over reguliere wegen, hobbelige sporen en hinkelpaden

Over reguliere wegen, hobbelige sporen en hinkelpaden Over reguliere wegen, hobbelige sporen en hinkelpaden De jaren voorafgaand aan onderwijsuitval Barbara van Wijk, Sandra van den Dungen en Erik Fleur Colofon Titel Over reguliere wegen, hobbelige sporen

Nadere informatie

Informatie 8ste jaarsouders

Informatie 8ste jaarsouders Informatie 8ste jaarsouders NIO donderdag 8 november 2012 Deze wordt afgenomen door Eduniek, onze schoolbegeleidingsdienst. Uitslag na de kerstvakantie, samen met het schooladvies. Aanvullende informatie

Nadere informatie

Kwantitatieve gegevens examenkandidaten t/m Informatietechnologie voor vmbo TL (ITTL)

Kwantitatieve gegevens examenkandidaten t/m Informatietechnologie voor vmbo TL (ITTL) Kwantitatieve gegevens examenkandidaten 2008-2009 t/m 2012-2013 Informatietechnologie voor vmbo TL (ITTL) Carla van den Brandt Martine Hoefeijzers Wendy Albers Hans Plomp 1 TOTALE AANTAL EXAMENKANDIDATEN

Nadere informatie

Basismonitor Onderwijs Nationaal Programma Rotterdam Zuid

Basismonitor Onderwijs Nationaal Programma Rotterdam Zuid Basismonitor Onderwijs Nationaal Programma Rotterdam Zuid (School)loopbanen 2019 J. de Boom A.L. Roode P. van Wensveen P.A. de Graaf Risbo, Erasmus Universiteit OBI, gemeente Rotterdam Basismonitor Onderwijs

Nadere informatie

Leerlingen en studenten naar onderwijssoort per 1-10 en woongemeente Lingewaard

Leerlingen en studenten naar onderwijssoort per 1-10 en woongemeente Lingewaard Leerlingen en studenten naar onderwijssoort per 1-10 en woongemeente Lingewaard 2010/'11 2011/'12* Onderwijssoorten Leeftijd Lingewaard Lingewaard Totaal voortgezet onderwijs Leeftijd totaal 2751 2853

Nadere informatie

Onderzoek eindadviezen werkers WP BO die doorstromen naar WP VO

Onderzoek eindadviezen werkers WP BO die doorstromen naar WP VO Onderzoek eindadviezen werkers WP BO die doorstromen naar WP VO Voor het eerst hebben wij uitgebreid onderzoek verricht naar de kwaliteit van de basisschooladviezen van De Werkplaats aan het einde van

Nadere informatie

Wijziging van de sectorvakken in het vmbo

Wijziging van de sectorvakken in het vmbo Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Bestemd voor bevoegde gezagsorganen van scholen voor voortgezet onderwijs. inwerkingtreding

Nadere informatie

Technisch rapport Studentenstromen en selecterende opleidingen

Technisch rapport Studentenstromen en selecterende opleidingen Technisch rapport Studentenstromen en selecterende opleidingen Technisch rapport Studentenstromen en selecterende opleidingen De hoofdlijnen Na een jarenlange daling stabiliseert de totale doorstroom vanuit

Nadere informatie

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013

Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Uitstroommonitor praktijkonderwijs 2012-2013 Samenvatting van de monitor 2012-2013 en de volgmodules najaar 2013 Platform Praktijkonderwijs Rotterdam, 2 december 2013 1 Introductie In deze beknopte samenvatting

Nadere informatie

Ervaringen van vrijwilligers

Ervaringen van vrijwilligers Ervaringen van vrijwilligers Synthese [Externe versie] Ronald De Meyer Laura Beurskens-Claessens Augustus 2017 2017 Praktikon Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen

Nadere informatie