Toename van het aantal vroeggeboorten in Nederland: vergelijking van 1983 en 1993
|
|
- Koenraad Alfred Wouters
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 19 Miller OI, Celermajer DS, Deanfield JE, Macrae DJ. Guidelines for the safe administration of inhaled nitric oxide. Arch Dis Child Fetal Neonatal Ed 1994;70:F Hogman M, Frostell C, Arnberg H, Sandhagen B, Hedenstierna G. Bleeding time prolongation and NO inhalation [letter]. Lancet 1993; 341: Hoffman GM, Ross GA, Day SE, Rice TB, Nelin LD. Inhaled nitric oxide reduces the utilization of extracorporeal membrane oxygenation in persistent pulmonary hypertension of the newborn. Crit Care Med 1997;25: Finer NN, Etches PC, Kamstra B, Tierney AJ, Peliowski A, Ryan CA. Inhaled nitric oxide in infants referred for extracorporeal membrane oxygenation: dose response. J Pediatr 1994; 124: Kinsella JP, Neish SR, Ivy DD, Shaffer E, Abman SH. Clinical responses to prolonged treatment of persistent pulmonary hypertension of the newborn with low doses of inhaled nitric oxide. J Pediatr 1993;123: Barefield ES, Karle VA, Phillips 3rd JB, Carlo WA. Inhaled nitric oxide in term infants with hypoxemic respiratory failure. J Pediatr 1996;129: Peliowski A, Finer NN, Etches PC, Tierney AJ, Ryan CA. Inhaled nitric oxide for premature infants after prolonged rupture of the membranes. J Pediatr 1995;126: Karamanoukian HL, Glick PL, Zayek M, Steinhorn RH, Zwass MS, Fineman JR, et al. Inhaled nitric oxide in congenital hypoplasia of the lungs due to diaphragmatic hernia or oligohydramnios. Pediatrics 1994;94: Lönnqvist PA, Jonsson B, Winberg P, Frostell CG. Inhaled nitric oxide in infants with developing or established chronic lung disease. Acta Paediatr 1995;84: Bührer C, Merker G, Falke K, Versmold H, Obladen M. Doseresponse to inhaled nitric oxide in acute hypoxemic respiratory failure of newborn infants: a preliminary report. Pediatr Pulmonol 1995;19: Waffarn F, Turbow R, Yang L, Sills J, Hallman M. Treatment of persistent pulmonary hypertension of the newborn: a randomized trial comparing intermittent mandatory ventilation and high frequency oscillatory ventilation for delivering nitric oxide. Pediatr Res 1995; 37:243(A.1446). Aanvaard op 4 augustus 1997 Oorspronkelijke stukken Toename van het aantal vroeggeboorten in Nederland: vergelijking van 1983 en 1993 wetenschappelijke begeleidingscommissie van de landelijke neonatologie registratie* Zie ook de artikelen op bl. 123, 131, 135 en 138. In de Landelijke Neonatologie Registratie (LNR) wordt een aantal basale gegevens over zwangerschap, geboorte en perinatale problemen verzameld van kinderen die binnen een maand na de geboorte (de neonatale periode) in het ziekenhuis worden opgenomen voor een behandeling door de kinderarts. Het doel van de LNR is in de eerste plaats een permanente kwaliteitscontrole van een belangrijk deel van de kindergeneeskunde mogelijk te maken. Daarnaast kan deze registratie gegevens leveren voor wetenschappelijk onderzoek en voor beleidsbepaling. Zo wordt het plannen van de benodigde capaciteit van neonatale intensive care (IC) gebaseerd op de gegevens die in de LNR worden verzameld. Een belangrijk deel van de plaatsen op een neonatale-intensive-careafdeling (NICU) wordt in beslag genomen door te vroeg geboren kinderen en kinderen met een zeer laag geboortegewicht. Veranderingen in de incidentie van vroeggeboorte of veranderingen in het beleid bij de zorg voor deze kinderen hebben dan ook een grote invloed op het aantal IC-plaatsen dat nodig is. *De leden van deze commissie worden aan het eind van dit artikel genoemd. Correspondentieadres: mw.dr.a.l.den Ouden, kinderarts-epidemioloog, TNO Preventie en Gezondheid, sector Jeugd, Postbus 2215, 2301 CE Leiden. samenvatting Doel. Onderzoeken van veranderingen in frequentie van vroeggeboorte en zeer laag geboortegewicht in Nederland door vergelijken van de gegevens uit 1993 en uit Opzet. Descriptief. Plaats. TNO Preventie en Gezondheid, sector Jeugd, Leiden. Methode. Alle kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) een geboortegewicht < 1500 g werden geselecteerd uit de Landelijke Neonatologie Registratie (LNR) van 1993, die werd aangevuld met een enquête voor kinderen uit de niet in de LNR participerende ziekenhuizen. De gegevens werden vergeleken met dezelfde kinderen uit het Project on preterm and small for gestational age infants (POPS)-onderzoek uit Resultaten. Het absolute aantal vroeggeboren kinderen was toegenomen van 1423 in 1983 tot ongeveer 1882 in Er was ook een relatieve toename: van 8,4 per 1000 levendgeborenen in 1983 tot 9,6 in Het percentage te vroeg geboren kinderen (< 32 weken en (of) < 1500 g) dat alleen in een algemeen ziekenhuis werd verpleegd en niet in een neonatale-intensivecareafdeling werd opgenomen, was afgenomen van 40 in 1983 tot naar schatting 14 in 1993, waarschijnlijk als gevolg van toegenomen centralisatie van faciliteiten voor neonatale intensive care. De sterfte van de kinderen was in alle zwangerschapsduurcategorieën gedaald. Conclusie. Zowel het aantal veel te vroeg geboren kinderen als de overleving was na 10 jaar sterk toegenomen. Meer kinderen werden gedurende een langere periode op een intensivecareafdeling opgenomen. Dit vormt een belangrijke verklaring voor de toegenomen behoefte aan neonatale-intensive-carecapaciteit. Ned Tijdschr Geneeskd januari;142(3) 127
2 Dit artikel gaat over veranderingen in de incidentie van vroeggeboorte in een recente periode van 10 jaar. Daartoe werden de LNR-gegevens uit 1993, die aangevuld werden met de gegevens uit een korte enquête in ziekenhuizen die niet aan de LNR deelnamen, vergeleken met de gegevens uit een landelijk onderzoek naar vroeggeboorte in methode Voor het berekenen van het aantal te vroeg geboren of te kleine pasgeborenen in 1993 werden alle opnamen van kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) een geboortegewicht < 1500 g geselecteerd uit de LNR van dat jaar. Binnen de LNR worden deze opnamen anoniem geregistreerd. Door automatische koppeling van een aantal identificerende gegevens (geboortedatum, geslacht, zwangerschapsduur, geboortegewicht, de eerste twee cijfers van de postcode en volgnummer bij een meerling) werd gecorrigeerd voor dubbeltelling wanneer van een kind door overplaatsing meerdere opnamen uit verschillende ziekenhuizen in de LNR waren geregistreerd. In 1993 namen alle praktijken met een NICU en ruim de helft (56 van de 106) van de algemene kindergeneeskundepraktijken deel aan de LNR. Hoewel veel van de te vroeg geboren kinderen vaak gedurende (een deel van) de neonatale periode in een NICU opgenomen worden, is dit niet voor alle vroeggeborenen het geval; de registratie van kinderen die alleen worden opgenomen in een ziekenhuis zonder NICU is in de LNR niet volledig. Daarom werd een korte vragenlijst gestuurd naar de 50 niet aan de LNR deelnemende ziekenhuizen, waarbij een opgave werd gevraagd van alle opgenomen kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) een geboortegewicht < 1500 g, die niet ook in een NICU waren opgenomen. De gevraagde gegevens betroffen zwangerschapsduur in weken, geboortegewicht, sterfte inclusief leeftijd bij overlijden, plaats van geboorte (ziekenhuis met NICU, algemeen ziekenhuis of anders) en plaats van behandeling (NICU, algemeen ziekenhuis of combinatie). Door 29 praktijken die niet in de LNR registreerden, werden deze gegevens verstrekt, zodat in het totaal van 80% van de algemene praktijken gegevens bekend waren. Omdat in sommige NICU s alleen kinderen met behoefte aan intensive care werden geregistreerd (en niet kinderen die ten hoogste high care (een zorgintensiteit tussen intensive care en gewone afdeling) nodig hebben), werd hier met dezelfde enquête gevraagd niet-geregistreerde kinderen alsnog te melden. De op deze wijze verkregen gegevens uit 1993 werden vergeleken met de gegevens uit het Project on preterm and small for gestational age infants (POPS)-onderzoek, een samenwerkingsproject van alle Nederlandse kinderartsen, waarbij perinatale gegevens over alle in 1983 in Nederland levendgeboren kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) een geboortegewicht < 1500 g werden verzameld. De volledigheid van deze cohort werd in 1983 bepaald op 94% van alle in aanmerking komende kinderen. 1 2 resultaten Frequentie van vroeggeboorte. In de LNR werden over opnamen geregistreerd van 1703 kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) een geboortegewicht < 1500 g. Voorts werden door middel van de enquête nog 84 kinderen uit algemene praktijken en 43 uit een NICU gemeld, van wie de gegevens niet in de LNR waren opgenomen. Het totale aantal kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) een geboortegewicht < 1500 g was daarmee in 1993 tenminste Van deze kinderen werden er 1622 (89%) gedurende de gehele opnameperiode of gedurende een deel daarvan in een NICU opgenomen en 208 (11%) alleen in een algemeen ziekenhuis. Deze 208 kinderen waren afkomstig uit 80% van de algemene kindergeneeskundige praktijken. Wanneer wij uitgaan van een gelijk aantal veel te vroeg geboren kinderen in de 20% ziekenhuizen die geen gegevens verstrekten, was de totale onderrapportage naar schatting 52 kinderen, een toename van ruim 30% ten opzichte van 1983 (tabel 1). Als percentage van het totale aantal levendgeborenen betekende dit een toename van 0,84 in 1983 tot 0,96 in Vroeggeboorte was dus zowel absoluut als relatief toegenomen. Zwangerschapsduur en sterfte. In de figuur wordt de verdeling van de vroeggeboorten over de verschillende zwangerschapsduurcategorieën in 1983 en 1993 getoond. De toename van het aantal te vroeg geboren kinderen was niet gelijkelijk over de verschillende zwangerschapsduurcategorieën verdeeld: het aantal kinderen met een zwangerschapsduur < 28 weken was in 1993 weinig toegenomen en het aantal kinderen met een zwangerschapsduur 32 weken maar een geboortegewicht < 1500 g was over de 10 jaar afgenomen. De sterfte voor alle geregistreerde levendgeboren kinderen was in ,5% en was in alle zwangerschapsduurcategorieën sterk gedaald ten opzichte van 1983 (tabel 2). De leeftijd van overlijden was voor de gehele groep niet veranderd: zowel in 1983 als in 1993 was de eersteweeksterfte 78% van de totale sterfte. Omdat te vroeg geborenen over het TABEL 1. Aantal pasgeborenen met een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) een geboortegewicht < 1500 g in 1983 en geteld* geschat geteld geschat (%) (%) totaal aantal pasgeborenen met zwangerschapsduur < 32 weken en (of) geboortegewicht < 1500 g (0,84) (0,96) met zwangerschapsduur < 32 weken (0,63) (0,77) met geboortegewicht < 1500 g (0,68) (0,73) *Gegevens uit het Project on preterm and small for gestational age infants (POPS)-onderzoek. 1 2 Schatting voor heel Nederland na extrapolatie van de getelde aantallen. Geregistreerd in de Landelijke Neonatologie Registratie (LNR) en met een enquête onder niet aan de LNR deelnemende ziekenhuizen. Percentage van het totale aantal pasgeborenen. 128 Ned Tijdschr Geneeskd januari;142(3)
3 aantal > 31 (én < 1500 g) zwangerschapsduur (in weken) Aantal vroeggeborenen in Nederland in 1983 ( ) en 1993 ( ) naar zwangerschapsduur. algemeen rond de uitgerekende datum naar huis ontslagen worden, ging de afname van de sterfte met een toename van de gemiddelde opnameduur gepaard. Plaats van behandeling. In 1983 werd 60% van de veel te vroeg geboren kinderen in 1 van de toenmalige 8 ziekenhuizen met een NICU verpleegd. 1 In 1993 was dit toegenomen tot 98% van de geregistreerde kinderen. Ruim 60% werd geboren in een ziekenhuis met een NICU, maar van de 620 in een algemeen ziekenhuis geboren kinderen werd uiteindelijk 71% alsnog overgeplaatst naar een NICU. Wanneer wij rekening hielden met circa 5% kinderen uit praktijken waarover geen gegevens bekend waren, werd uiteindelijk 14% van het geschatte totale aantal kinderen met zwangerschapsduur < 32 weken en (of) geboortegewicht < 1500 g niet in een NICU verpleegd. Bij kinderen met zwangerschapsduur < 30 weken was de centralisatie vrijwel volledig; van dezen werd 2% niet overgeplaatst naar een NICU, in een aantal gevallen omdat het kind al voor overplaatsing was overleden. De meeste kinderen werden na een periode in de NICU wel (terug)verwezen naar een algemeen ziekenhuis. beschouwing Een controle op de representativiteit van de gevonden aantallen is mogelijk door vergelijking hiervan met cijfers uit de Landelijke Verloskunde Registratie (LVR). In 1993 werden in de LVR 1518 levendgeboren kinderen met een zwangerschapsduur van weken geregistreerd. 3 Omdat de LVR 85% van alle bevallingen in Nederland omvat, zou dit betekenen dat er totaal in Nederland circa 1785 kinderen met een zwangerschapsduur van weken werden geboren. Dit is veel meer dan het op basis van ons onderzoek verwachte aantal van 1513 kinderen met zwangerschap < 32 weken. Dit verschil kan mogelijk worden verklaard door een verschil in registratie tussen de LVR en LNR. Het is gebruikelijk dat de kinderarts bij de geboorte van veel te vroeg geboren kinderen aanwezig is, maar als het kind niet levensvatbaar blijkt of ondanks aangevangen behandeling op de verloskamer overlijdt, wordt het niet opgenomen op de kinderafdeling en daarmee niet geregistreerd in de LNR. In de LVR wordt formeel de sterfte in de 1e levensweek geregistreerd, maar in de praktijk betreft dit voornamelijk overlijden op de verloskamer, omdat sterfte na overplaatsing naar de afdeling Kindergeneeskunde vaak niet meer in de LVR terechtkomt. 4 In 1993 werd van 197 kinderen met een zwanger- TABEL 2. Sterfte van pasgeborenen in Nederland naar zwangerschapsduur in 1983 en 1993 zwanger schapsduur in weken aantal in leven overleden leeftijd bij over- aantal in leven overleden leeftijd bij overlevend (%) (%) lijden in dagen (in %) levend (%) (%) lijden in dagen (in %) geborenen geborenen < > 28 < > (100) (100) (100) (100) (100) (38) 10 (62) (35) 41 (65) (51) 26 (49) (38) 48 (62) (60) 43 (40) (54) 47 (46) (77) 30 (23) (66) 46 (34) (79) 48 (21) (78) 37 (22) (84) 40 (16) (81) 38 (19) (93) 23 (7) (89) 26 (11) (94) 22 (6) (85) 14 (15) (94) 7 (6) (91) 7 (9) (94) 4 (6) (94) 3 (6) (91) 5 (9) (90) 5 (10) (94) 2 (6) 100 > (98) 1 (2) (91) 3 (9) onbekend 3 3 (100) (100) totaal (75) 340 (25) (85) 266 (15) Ned Tijdschr Geneeskd januari;142(3) 129
4 schapsduur van weken in de LVR geregistreerd dat zij in de 1e levensweek waren overleden. Hiermee zijn de gegevens uit LVR en LNR vrijwel gelijk; beide wijzen op een sterke toename van het aantal te vroeg geboren kinderen. Deze toename wordt in absolute zin voor een groot deel verklaard door een toename van het totale aantal pasgeborenen. Daarnaast is er echter ook een procentuele stijging, die overeenkomt met trends die ook elders worden gezien. 5 6 Een verklaring kan worden gezocht in een veranderd perinatologisch beleid door de toegenomen overlevingskansen. Hierdoor zou zowel kinderarts als obstetricus eerder geneigd zijn om bij immature kinderen met een zwangerschapsduur van minder dan 26 weken een behandeling te beginnen. Dit wordt niet bevestigd door ons onderzoek: het aantal geregistreerde immature kinderen was in 1993 zelfs kleiner dan dat in De afname van het aantal kinderen met een zwangerschapsduur 32 weken maar een geboortegewicht < 1500 g in ons onderzoek wijst wel op een sneller obstetrisch ingrijpen. Ook bleek uit de LVR het aantal primaire sectio s bij kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken toegenomen van 14,4% in 1989 tot 17,7% in Andere mogelijke oorzaken voor een toename van vroeggeboorte, zoals een toegenomen leeftijd van de moeder of een toename van meerlingen, die blijkt uit gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek, 7 kunnen pas werkelijk worden onderzocht wanneer koppeling van de gegevens uit verschillende perinatale registraties (in-vitrofertilisatie, LVR en LNR) mogelijk is. De sterfte werd in dit onderzoek berekend als percentage van het aantal aan de kinderarts overgedragen kinderen; deze sterfte was in 1993 ten opzichte van 1983 gedaald. Bij het berekenen van de neonatale sterfte moet echter rekening worden gehouden met het aantal kinderen dat kort na de geboorte overlijdt en niet door de kinderarts wordt opgenomen. Ook dit aantal kan pas worden onderzocht wanneer koppeling van de gegevens uit verschillende perinatale registraties mogelijk is. Nu is het niet mogelijk de perinatale sterfte in Nederland te vergelijken met die in andere landen. De in 1983 al bestaande regionalisatie en centralisatie in de zorg voor veel te vroeg geboren kinderen zijn in 1993 verder toegenomen. Vrouwen die voor de 30e zwangerschapsweek dreigen te bevallen worden indien mogelijk voor de geboorte verwezen naar een perinatologisch centrum. Bij een dreigende vroeggeboorte na weken zwangerschap wordt in veel ziekenhuizen alleen verwezen bij bijkomende perinatale problemen, zoals meerlingzwangerschap, intra-uteriene groeivertraging of preëclampsie. Van deze kinderen met een relatief laag risico op neonatale problemen wordt echter driekwart na de geboorte toch naar een NICU verwezen. Het blijft dan ook wenselijk alle moeders die voor 32 weken bevallen, indien mogelijk, vóór de bevalling naar een centrum te verwijzen. De toename van het aantal te vroeg geborenen, de toegenomen centralisatie en de verbeterde overleving, die gepaard gaat met een langere opnameduur, maken dat het totale aantal neonatale IC-dagen toeneemt. Dit vormt een belangrijke verklaring voor de toegenomen perinatale IC-behoefte in Nederland. 8 Door de toename van het aantal overlevenden is het aantal kinderen met een zwangerschapsduur < 32 weken dat levend naar huis wordt ontslagen in 10 jaar tijd bijna verdubbeld. Uit follow-up van de kinderen uit het POPS-onderzoek weten wij dat bij zeer veel van deze te vroeg geboren kinderen later ontwikkelingsstoornissen en leer- of gedragsproblemen voorkomen Een goede organisatie van de nazorg en follow-up is noodzakelijk enerzijds om de gevolgen voor een toenemend aantal overlevenden te evalueren, anderzijds om deze kinderen de noodzakelijke zorg te bieden bij de vaak jarenlange restproblemen. conclusie Zowel het totale aantal veel te vroeg geboren kinderen als hun overlevingskansen zijn in 10 jaar tijd sterk toegenomen. Dit heeft belangrijke gevolgen voor de zorg: zowel de behoefte aan capaciteit voor de neonatale IC als de behoefte aan nazorg en follow-up is hierdoor toegenomen. Onderzoek naar de oorzaken van deze toename en naar mogelijkheden om deze tot staan te brengen kan op basis van landelijke gegevens alleen worden gerealiseerd als de afstemming en de volledigheid van de perinatale registraties worden verbeterd. De wetenschappelijke begeleidingscommissie van de Landelijke Neonatologie Registratie bestaat uit (a) de regionale kinderartsen: J.F.van der Blij, Alkmaar; J.G.Drewes, Hoorn; J.P.de Jager, Helmond; F.H.M.Jansen, s-gravenhage; A.J.M. Kuppevelt, Winterswijk; P.W.Meijers, Wageningen; F.A.E. Nabben, s-hertogenbosch; J.M.J.Sijstermans, Heerlen; H.A. Woltil, Groningen; (b) van de NICU s: S.Bambang Oetomo, Groningen; A.R.Hulsmann, Rotterdam; S.Veen, Leiden; H.A.A. Brouwers, Utrecht; W.P.F.Fetter, Zwolle; M.A.H.B.M.van der Hoeven, Maastricht; M.J.K.de Kleine, Veldhoven; L.A.A. Kollée, Nijmegen; R.de Leeuw en J.F.Samsom, Amsterdam; (c) van SIG Zorginformatie: M.J.Jonker en (d) van de Stichting Perinatale Epidemiologie Nederland: A.L.den Ouden. abstract Increase of preterm birth in the Netherlands in 1993 compared with 1983 Objective. Survey of changes in the number of preterm and very low birth weight infants in the Netherlands in ten years. Design. Descriptive. Setting. TNO Preventie en Gezondheid, sector Jeugd, Leiden, the Netherlands. Method. All infants with a gestational age less than 32 weeks and (or) a birth weight less than 1500 g from the National Neonatal Register born in 1993 were selected, supplemented with data from a questionnaire for hospitals not taking part in the register. The data were compared with those on similar infants from the Project on preterm and small for gestational age infants born in Results. The total number of preterm and very low birth weight infants increased from 1423 in 1983 to approximately 1882 in There was also an increase in terms of proportion, from 8.4 per thousand to 9.6 per thousand. The proportion of preterm infants never treated in a neonatal intensive care unit decreased from 40% in 1983 to 14% in 1993, probably due to increased centralization of neonatal intensive care facilities. In 130 Ned Tijdschr Geneeskd januari;142(3)
5 the same time mortality decreased for all gestational age categories. Conclusion. Both the total number and the survival of preterm and very low birth weight infants increased considerably over a decade. This caused a considerable increase in intensive care days and is therefore an important reason for the increased requirement of neonatal intensive care cots. literatuur 1 Verloove-Vanhorick SP, Verwey RA, Brand R, Bennebroek Gravenhorst JB, Keirse MNJC, Ruys JH. Neonatal mortality risk in relation to gestational age and birthweight. Results of a national survey of preterm and very-low-birthweight infants in the Netherlands. Lancet 1986;1: Verloove-Vanhorick SP, Verwey RA. Project on preterm and small for gestational age infants in the Netherlands 1983 [proefschrift]. Leiden: Rijksuniversiteit Leiden, SIG Zorginformatie. Verloskunde in Nederland. Grote lijnen Utrecht: SIG Zorginformatie, Elferink-Stinkens PM, Brand R, Verloove-Vanhorick SP, Hemel OJS van. Onderrapportage van de eersteweeksterfte bij vroeggeboorte in de Landelijke Verloskunde Registratie. Ned Tijdschr Geneeskd 1993;137: Power C. Children s physical development. In: Botting B, editor. The health of our children. Decennial supplement series DS 11. Londen: HMSO, Alberman E. Prematurity: epidemiology, prevalence and outcome. In: Pless IB, editor. The epidemiology of childhood disorders. New York: OUP, Tas RFJ. Meerlingen in Nederland, Maandstatistiek van de bevolking 1994;94/4: Ouden AL den, Dorrepaal CA. Evaluatie onderzoek artikel 18 neonatale intensive care. TNO-rapport PG Leiden: TNO Preventie en Gezondheid, Hille ETM, Ouden AL den, Bauer L, Oudenrijn C van den, Brand R, Verloove-Vanhorick SP. School performance at nine years of age in very premature and very low birth weight infants: perinatal risk factors and predictors at five years of age. Collaborative Project on preterm and small for gestational age (POPS) infants in the Netherlands. J Pediatr 1994;125: Ouden AL den, Drijkoningen CEM, Spee-van der Wekke J, Sigmond-de Bruin EM, Verloove-Vanhorick SP. Gevolgen van vroeggeboorte: veel medische consumptie en lichamelijke beperkingen; enquête onder ouders van 10-jarigen. Ned Tijdschr Geneeskd 1998;142: Aanvaard op 4 november 1997 Toename van perinatale verwijzing naar regionale centra bij vroeggeboorte in Nederland: vergelijking van 1983 en 1993 l.a.a.kollée, a.l.den ouden, j.g.drewes, h.a.a.brouwers, r.a.verwey en s.p.verloove-vanhorick De neonatale sterfte van kinderen die geboren worden in ziekenhuizen met grote neonatale-intensive-careafdelingen (NICU s) is lager dan die van kinderen die in andere ziekenhuizen worden geboren, ook wanneer men deze cijfers corrigeert voor risicofactoren. 1 2 Om die reden staat regionalisatie van geavanceerde perinatale zorg voor risicozwangeren en -pasgeborenen internationaal in de belangstelling. In een geregionaliseerde organisatie worden door gynaecologen en kinderartsen in regionale ziekenhuizen patiënten geselecteerd voor verwijzing naar een beperkt aantal perinatologische centra. In Nederland is de perinatale zorg voor risicopatiënten in aansluiting op een advies van de Gezondheidsraad gecentraliseerd in 10 perinatologische centra. In dit artikel beschrijven wij de huidige stand met betrekking tot de regionalisatie van de perinatale zorg voor risicopatiënten in Nederland, waarbij wij ons baseren op landelijke verwijzingsgegevens. Academisch Ziekenhuis, afd. Kindergeneeskunde, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen. Dr.L.A.A.Kollée, kinderarts-neonatoloog. TNO Preventie en Gezondheid, sector Jeugd, Leiden. Mw.dr.A.L.den Ouden en mw.prof.dr.s.p.verloove-vanhorick, kinderartsen-epidemiologen. Bronovo Ziekenhuis, afd. Verloskunde, s-gravenhage. Dr.R.A.Verwey, gynaecoloog. Landelijke Neonatologie Registratie, Wetenschappelijke begeleidingscommissie, Utrecht. J.G.Drewes, kinderarts; dr.h.a.a.brouwers, kinderarts-neonatoloog. Correspondentieadres: dr.l.a.a.kollée. Zie ook de artikelen op bl. 123, 127, 135 en 138. samenvatting Doel. Nagaan of er veranderingen zijn opgetreden in verwijzing van te vroeg geboren kinderen in Nederland bij vergelijking van de gegevens uit 1993 en uit Opzet. Descriptief. Plaats. Samenwerkingsverband van de Stichting Perinatale Epidemiologie Nederland, Leiden. Methode. De gegevens over ziekenhuis van geboorte, verwijzing, intensive-carebehoefte en sterfte van de kinderen geboren na een zwangerschapsduur < 32 weken en (of) met een geboortegewicht < 1500 g uit de Landelijke Neonatologie Registratie (LNR) van 1993 werden aangevuld met een enquête voor niet in de LNR geregistreerde kinderen. De gegevens werden vergeleken met die van soortgelijke kinderen uit het Project on preterm and small for gestational age infants (POPS)-onderzoek in Resultaten. In 1983 werd 61% van de vroeggeborenen in een perinatologisch centrum behandeld; 39% werd niet verwezen. In 1993 waren deze cijfers respectievelijk 89 en 11%. Het aandeel van de antenatale verwijzing nam toe van 29 naar 47%, terwijl dat van de postnatale verwijzing afnam van 41 naar 25%. De sterfte tijdens opname daalde van 25,4 in 1983 tot 14,3% in Conclusie. Regionalisatie van de perinatologische zorg voor patiënten met een hoog risico leidde tot een sterke concentratie van de intensieve zorg voor vroeggeborenen. In die zelfde periode deed zich bijna een halvering van de ziekenhuissterfte voor. Ned Tijdschr Geneeskd januari;142(3) 131
Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie RICHTLIJN. Verwijzing naar een perinatologich centrum Samenwerking tweede en derde lijn
NVOG Nederlandse Vereniging voor RICHTLIJN Verwijzing naar een perinatologich centrum Samenwerking tweede en derde lijn No 23 juni 1999 1 OMSCHRIJVING VAN HET PROBLEEM Er zijn geen formele landelijke afspraken
Nadere informatieInhalatie van stikstofmonoxide bij pasgeborenen met pulmonale hypertensie
13 Heeringa P, Brouwer E, Cohen Tervaert JW, Weening JJ, Kallenberg CGM. Animal models of anti-neutrophil cytoplasmic antibody associated vasculitis. Kidney Int [ter perse]. 14 Stegeman CA, Cohen Tervaert
Nadere informatieCHAPTER 12. Samenvatting
CHAPTER 12 Samenvatting Samenvatting 177 In hoofdstuk 1 wordt een toegenomen overleving gerapporteerd van zeer vroeggeboren kinderen, gerelateerd aan enkele nieuwe interventies in de perinatologie. Uitkomsten
Nadere informatieObstetrie. Extreme vroeggeboorte van uw kind
Obstetrie Extreme vroeggeboorte van uw kind Inhoudsopgave 1. Vroege geboorte...4 2. Perinatologisch Centrum...5 Overplaatsing...5 3. Levenskansen en kwaliteit van leven...6 Risico s...7 4. Gesprek over
Nadere informatie1. ACTIVITEITENRAPPORT 2007 EN PLANNING 2008
1. ACTIVITEITENRAPPORT 2007 EN PLANNING 2008 COLLEGE MOEDER-PASGEBORENE SECTIE PASGEBORENE Doelstellingen Periode van het activiteitenverslag: 1 januari 2007 tot 31 december 2007 opgesteld door Piet Vanhaesebrouck
Nadere informatieAfname van de sterfte maar toename van de morbiditeit van zeer preterm geboren kinderen in een periode van tien jaar
Onderzoeken Afname van de sterfte maar toename van de morbiditeit van zeer preterm geboren kinderen in een periode van tien jaar Auteurs dr. M.J.K. de Kleine, kinderarts-neonatoloog, dr. A.L. den Ouden*,
Nadere informatie24 weken zwanger en dan? Kansen, onmogelijkheden, resultaten en toekomst
24 weken zwanger en dan? Kansen, onmogelijkheden, resultaten en toekomst Dr. J.J. Duvekot, gynaecoloog/perinatoloog Moeder en Kind Centrum subafdeling verloskunde en prenatale geneeskunde Erasmus MC, Rotterdam
Nadere informatiePerinatale sterfte verschillen naar zorgregio s in Nederland
Perinatale sterfte verschillen naar zorgregio s in Nederland Anita CJ Ravelli, AMC afdeling Klinische Informatiekunde Mede namens: Martine Eskes, Jan Jaap HM Erwich, Hens AA Brouwers, Erna Kerkhof, Joris
Nadere informatieOp de grens van levensvatbaarheid: Nederlands verwijsbeleid bij vroeggeboorte te terughoudend
oorspronkelijke stukken Op de grens van levensvatbaarheid: Nederlands verwijsbeleid bij vroeggeboorte te terughoudend J.A.Gerrits-Kuiper, R.de Heus, H.A.A.Brouwers, G.H.A.Visser, A.L.den Ouden en L.A.A.Kollée
Nadere informatieFactsheet Zwangerschap en Geboorte 2016 gegevens onder embargo tot donderdag 25 januari, 08.00u
Factsheet Zwangerschap en Geboorte 2016 gegevens onder embargo tot donderdag 25 januari, 08.00u Een globaal overzicht uit de perinatale registratie In Nederland worden gegevens over de perinatale zorg
Nadere informatiemw.dr. J. Dijs-Elsinga (PRN), mw. C. de Vries (PRN) mw.dr. E. de Miranda (KNOV), mw.dr. A.C.J. Ravelli (AMC), dhr. P.
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Redactie Tabellen, figuren en bijlagen Stichting Perinatale Registratie Nederland dhr.dr. H.A.A. Brouwers (NVK), dhr.prof.dr. H.W. Bruinse (NVOG), mw.dr. J.
Nadere informatieBetreft: Perinatale Zorg in Nederland 2013
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Redactie Tabellen, figuren en bijlagen Stichting Perinatale Registratie Nederland dhr.dr. H.A.A. Brouwers (NVK), dhr.prof.dr. H.W. Bruinse (NVOG), mw.dr. J.
Nadere informatieRichtlijn JGZ-richtlijn Vroeg en/of small voor gestational age (SGA) geboren kinderen
Richtlijn JGZ-richtlijn Vroeg en/of small voor gestational age (SGA) geboren kinderen Inleiding Aanleiding In Nederland werden in 2008 in totaal 13.649 kinderen (7,7% van alle pasgeborenen) te vroeg (zwangerschapsduur
Nadere informatieVoorspellen van sterfte bij zeer premature kinderen*
Onderzoek Voorspellen van sterfte bij zeer premature kinderen* Ewoud Schuit, Chantal W.P.M. Hukkelhoven, Bradley N. Manktelow, Dimitri N.M. Papatsonis, Martin J.K. de Kleine, Elizabeth S. Draper, Ewout
Nadere informatiemw.dr. J. Dijs-Elsinga (PRN), mw. C. de Vries (PRN) mw.dr. E. de Miranda (KNOV), mw.dr. A.C.J. Ravelli (AMC), dhr. P.
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Redactie Tabellen, figuren en bijlagen Stichting Perinatale Registratie Nederland dhr.dr. H.A.A. Brouwers (NVK), dhr.prof.dr. H.W. Bruinse (NVOG), mw.dr. J.
Nadere informatieBetreft: Perinatale Zorg in Nederland 2013
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Redactie Tabellen, figuren en bijlagen Stichting Perinatale Registratie Nederland dhr.dr. H.A.A. Brouwers (NVK), dhr.prof.dr. H.W. Bruinse (NVOG), mw.dr. J.
Nadere informatieBetreft: Perinatale Zorg in Nederland 2010
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Redactie Tabellen, figuren en bijlagen Stichting Perinatale Registratie Nederland dhr.dr. H.A.A. Brouwers (NVK), dhr.prof.dr. H.W. Bruinse (NVOG), mw.dr. J.
Nadere informatieBetreft: Perinatale Zorg in Nederland 2014
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Redactie Tabellen, figuren en bijlagen Perined mw.dr. J. Dijs-Elsinga (Perined), dhr.dr. F. Groenendaal (NVK), mw. A.M. van Huis (KNOV), mw.dr. E. de Miranda
Nadere informatieBetreft: Perinatale Zorg in Nederland 2009
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Stichting Perinatale Registratie Nederland Redactie dhr.dr. H.A.A. Brouwers (NVK), dhr.prof.dr. H.W. Bruinse (NVOG), mw.dr. J. Dijs-Elsinga (PRN), mw. A.M.
Nadere informatiePerinatale Zorg in Nederland
Perinatale Zorg in Nederland 2002 Inhoud Proloog 5 Introductie 6 Leeswijzer 7 Hoofdstuk 1 Vrouwen bevallen in 2002 9 Tabel 1.1 Bevallen vrouwen naar eenling/meerling en pariteit in 2002 11 Tabel 1.2 Bevallen
Nadere informatieSamenvatting. Keuze voor à terme sterfte. Hoe werkt perinatale audit in de praktijk?
Samenvatting In 2003 blijkt uit de eerste Peristatstudie dat de perinatale sterfte in 1998 2000 in Nederland het hoogst is binnen de toenmalige Europese Unie. In 2004 is de sterfte in Nederland gedaald
Nadere informatieNota. Verwijzing naar een perinatologisch centrum. Samenwerking tweede en derde lijn.
Nota Verwijzing naar een perinatologisch centrum. Samenwerking tweede en derde lijn. Dr. J.J. Duvekot, gynaecoloog, Erasmus MC, Rotterdam, namens de Otterlo Werkgroep en in samenwerking met de sectie Neonatologie
Nadere informatieAfname van foetale en neonatale sterfte in Nederland
public health Afname van foetale en neonatale sterfte in Nederland Vergelijking met andere Euro-Peristat-landen in 2004 en 2010 Ashna D. Mohangoo, Chantal W.P.M. Hukkelhoven, Peter W. Achterberg, Patty
Nadere informatieAuthors and affiliations*
181 Abbreviations AGA : appropriate for gestational age BMI : body mass index BPD : bronchopulmonary dysplasia BW : birth weight CI : confidence interval DA : definitely abnormal GA : gestational age HC
Nadere informatieInternationale positie van Nederlandse geboortezorg is verbeterd
Voor dit bericht geldt een embargo tot maandag 26 november 2018, 09.05 uur Utrecht, 26-11-2018 EURO-PERISTAT 2018 over cijfers uit 2015 Internationale positie van Nederlandse geboortezorg is verbeterd
Nadere informatienazorg-poli neonatale intensive care unit
nazorg-poli neonatale intensive care unit inleiding Door vroeggeboorte en/of problemen voorafgaand aan, of rondom de bevalling, verbleef uw kind op de Neonatale Intensive Care Unit (NICU) van ons ziekenhuis.
Nadere informatieDe medische ontwikkelingen op het grensvlak van levensvatbaarheid. Mirjam van Weissenbruch
De medische ontwikkelingen op het grensvlak van levensvatbaarheid Mirjam van Weissenbruch Agenda Inleiding Historisch perspectief Ontwikkelingen in de neonatologie De regels in Nederland Wat mag wel wat
Nadere informatieFeiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting.
Feiten en cijfers Uitgave van de Nederlandse Hartstichting November 211 Beroerte Definitie Beroerte (in het Engels Stroke ), ook wel aangeduid met cerebrovasculaire aandoeningen/accidenten/ziekte (CVA),
Nadere informatieBetreft: Perinatale Zorg in Nederland 2015
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Perined Tabellen, figuren en bijlagen mw.dr. A.E. van Dijk, mw.dr. J. Dijs-Elsinga, mevr.dr. E. de Miranda, Bestuur Perined: dhr. drs. J.H. Blaauw, dhr. dr.
Nadere informatieDerdelijns verloskundige zorg: doelstellingen van het Planningsbesluit bijzondere perinatologische zorg uit 2001 nog niet gehaald
oorspronkelijke stukken Derdelijns verloskundige zorg: doelstellingen van het Planningsbesluit bijzondere perinatologische zorg uit 2001 nog niet gehaald J.van Eyck, K.W.M.Bloemenkamp, A.C.Bolte, J.J.Duvekot,
Nadere informatieGevolgen van vroeggeboorte: veel medische consumptie en lichamelijke beperkingen; enquête onder ouders van 10-jarigen
were determined (e.g. absence of need for special care, vital function monitoring or nasogastric tube feeding). Results. Forty-nine infants were enrolled. Mean hospital stay was 28.7 days in an incubator
Nadere informatieStop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap.
Stop or Go? TerugvalprevenDe training bij het begeleid aiouwen van anddepressiva in de zwangerschap. Promovendi: Drs. Nina Molenaar, arts, Erasmus MC Marlies Brouwer, MSc, psycholoog, UU Projectleaders:
Nadere informatiePerinatale Zorg in Nederland
Perinatale Zorg in Nederland 2001 Inhoud Proloog 3 Introductie 4 Hoofdstuk 1 Vrouwen bevallen in 2001 7 Hoofdstuk 2 Geboren kinderen 21 Hoofdstuk 3 Perinatale sterfte 33 Hoofdstuk 4 Foetale sterfte 37
Nadere informatieAddendum bij de multidisciplinaire richtlijn Dreigende Vroeggeboorte gepubliceerd in 2011. Opgesteld door de Otterlo Werkgroep, versie 2014
Addendum bij de multidisciplinaire richtlijn Dreigende Vroeggeboorte gepubliceerd in 2011 Opgesteld door de Otterlo Werkgroep, versie 2014 Uitgangsvraag: Leidt een rescue -behandeling met corticosteroïden
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting nederlandse samenvatting De groei en de ontwikkeling van diverse orgaansystemen en regelmechanismen in de foetus tijdens de periode in de baarmoeder worden verstoord door vroeggeboorte.
Nadere informatieVaccineren tegen Diarree; Wel of Niet? (of een beetje ) Patricia Bruijning-Verhagen
Vaccineren tegen Diarree; Wel of Niet? (of een beetje ) Patricia Bruijning-Verhagen Patient SEH, 10 uur s avonds Joanna, 20 maanden oud Verpleegkundige belt: bedreigd kind Bij binnenkomst: Lethargisch
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Inhoudsopgave Klik op het onderwerp om verder te lezen. Vroegtijdige weeën 1 Vroegtijdig gebroken vliezen 1 Oorzaken voor een vroegtijdige bevalling 2 Behandeling
Nadere informatieSamenvatting. Hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2
Samenvatting 125 Samenvatting Hoofdstuk 1 Gedurende de laatste 20 jaar is binnen de IVF de aandacht voornamelijk uitgegaan naar de verbetering van zwangerschapsresultaten. Hierdoor is er te weinig aandacht
Nadere informatieVoorbeeld Perinatale Audit 1
Voorbeeld Perinatale Audit 1 Doel Doel van de audits is om de kwaliteit van de zorgverlening te verbeteren door reflectie op het eigen handelen. Het uiteindelijke doel is een daling van de perinatale sterfte.
Nadere informatiePerinatale Zorg in Nederland. Perinatal Care in the Netherlands. Perinatale Zorg. in Nederland
Informatie Informatie uit de Perinatale Registratie kan schriftelijk worden aangevraagd bij de Stichting Perinatale Registratie Nederland. Een formulier voor een gegevensaanvraag, met vermelding van de
Nadere informatieValgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands]
Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Klaas A. Hartholt; Nathalie van der Velde; Casper W.N. Looman;
Nadere informatiePDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/66/9
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Afdeling Verloskunde/Gynaecologie Inleiding Deze brochure geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap
Nadere informatiePerinatale Zorg in in Nederland. 2007 Perinatal Care in in the the Netherlands
Perinatale Zorg in in Nederland Perinatal Care in in the the Netherlands Perinatale Zorg in Nederland 1 Inhoud Proloog 3 Samenvatting 5 Introductie 16 Leeswijzer 18 Hoofdstuk 1 Vrouwen bevallen in 21 Hoofdstuk
Nadere informatiePrematuren Nazorg Bureau Parkstad
Prematuren Nazorg Bureau Parkstad Inleiding Deze brochure is bedoeld voor ouders waarvan het kindje te vroeg is geboren (minder dan 34 zwangerschapsweken), een extreem laag geboortegewicht heeft of ernstige
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Deze brochure geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën, een dreigende vroeggeboorte en vroegtijdig gebroken vliezen.
Nadere informatieNederlandse perinatale sterfte daalt
Concept persbericht 23052013 EMBARGO TOT MAANDAG 27 MEI 2013 00.01 UUR De internationale positie verbetert: Nederlandse perinatale sterfte daalt MAASTRICHT, 26 mei 2013 De perinatale sterfte (sterfte rond
Nadere informatieFollow-up polikliniek Neonatologie
Follow-up polikliniek Neonatologie Uw kind werd behandeld op de afdeling neonatologie, meestal in de neonatale intensive care unit (NICU). Dat was voor u ongetwijfeld een spannende tijd waarin u veel
Nadere informatieVrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte
Samenvatting Vrouwen die zwanger zijn van een meerling hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte in vergelijking met vrouwen die zwanger zijn van een eenling. Ongeveer 5-9% van de eenlingen wordt te vroeg
Nadere informatieLange termijn gevolgen van neonatale pijn
Together into the future Lange termijn gevolgen van neonatale pijn Christ-jan van Ganzewinkel Verpleegkundig Specialist Intensieve Zorg bij Somatische Aandoeningen Máxima Medisch Centrum Veldhoven Vraagje.heb
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte 1 Deze brochure geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken, maar een periode
Nadere informatieKraamafdeling. Vroegtijdige weeën. gebroken vliezen en vroeggeboorte
Kraamafdeling Vroegtijdige weeën gebroken vliezen en vroeggeboorte In deze folder leest u over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken, maar
Nadere informatieEetstoornissen. Rubriekhouder: Prof. dr. H.W. Hoek, Parnassia Groep en UMCG ( en ) Inleiding
Eetstoornissen Rubriekhouder: Prof. dr. H.W. Hoek, Parnassia Groep en UMCG (1985-1989 en 1995-2015) Inleiding Anorexia nervosa en boulimia nervosa zijn ernstige eetstoornissen waarvan het onduidelijk is
Nadere informatieStop or Go? TerugvalprevenBe training bij het begeleid ahouwen van anbdepressiva in de zwangerschap.
Stop or Go? TerugvalprevenBe training bij het begeleid ahouwen van anbdepressiva in de zwangerschap. Promovendi: Drs. Nina Molenaar, arts, Erasmus MC Marlies Brouwer, MSc, psycholoog, UU Projectleiders:
Nadere informatieProbably not important
Probably not important Definitie counseling Laagdrempelige vorm van (emotionele) hulpverlening Letterlijk: raadgeven Het doel van counseling is het helpen van mensen bij: Het oplossen of hanteren van problemen
Nadere informatieInvasieve beademing bij longfibrose. Liselotte Boerman, ANIOS
Invasieve beademing bij longfibrose Liselotte Boerman, ANIOS Casus Man, 82 jaar, Opname ivm respiratoire insufficiëntie, DD: 1. Acute exacerbatie Idiopathische Pulmonale Fibrose (IPF) 2. overvulling cardiaal
Nadere informatieOpzet. Methode. Inleiding. Resultaten. Conclusie. Martine Eskes, Adja Waelput, Sicco Scherjon, Klasien Bergman en Anita Ravelli
Martine Eskes, Adja Waelput, Sicco Scherjon, Klasien Bergman en Anita Ravelli Een kwart van de aterme perinatale sterfte betreft SGA (
Nadere informatieAantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016
Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,
Nadere informatieMedicalisering van de partus:
Medicalisering van de partus: Gevolgen voor de borstvoeding Rob Hardeman Klinisch verloskundige Ziekenhuis Rivierenland Tiel "Borstvoeding loont" 7-10-2008 Medicaliseren van de partus Actief ingrijpen
Nadere informatieZuurstof of niet bij reanimatie pasgeborene?
Zuurstof of niet bij reanimatie pasgeborene? 6e Nationale Reanimatie Congres Frank van den Dungen Kinderarts-neonatoloog Afd. IC Neonatologie VU medisch centrum NVK werkgroep Reanimatie Pasgeborenen INHOUD
Nadere informatieHet nagaan van het verloop van borstvoeding bij de pasgeborene
INFANT BREASTFEEDING ASSESSMENT TOOL (IBFAT) Matthews M.K. (1988) Developing an instrument to assess infant breastfeeding behavior in early neonatal period. Midwifery, 4, 154-165. Meetinstrument Afkorting
Nadere informatieEetstoornissen. Rubriekhouder: Prof. dr. H.W. Hoek, Parnassia Bavo Groep (1985-1989 en 1995-2013) Inleiding
Eetstoornissen Rubriekhouder: Prof. dr. H.W. Hoek, Parnassia Bavo Groep (1985-1989 en 1995-2013) Inleiding Anorexia nervosa en boulimia nervosa zijn ernstige eetstoornissen waarvan het onduidelijk is of
Nadere informatieTo ventilate or not to ventilate, that s the question
To ventilate or not to ventilate, that s the question Prof Jan Bakker Afdelingshoofd Intensive Care Volwassenen jan.bakker@erasmusmc.nl VRAAG Opname op Intensive Care? JA Kan ik nog niet zeggen Doet opname
Nadere informatieEen effectieve donormailing: vooral personen tussen de 45 en 49 jaar Zomer 2006
Deze factsheet is geschreven door RD Friele en R Coppen van het NIVEL in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt. Versie
Nadere informatieImpact van vroeggeboorte op het gezin
Impact van vroeggeboorte op het gezin Ook na 19 jaar ondervinden families nog gevolgen Cynthia D.J. Kusters, Sylvia M. van der Pal, Gert J. van Steenbrugge, Lya S. den Ouden en Louis A.A. Kollée Doel Opzet
Nadere informatieInclusief levendgeboren kinderen, doodgeboren kinderen en afgebroken zwangerschappen.
Factsheet Aangeboren hartafwijkingen bij kinderen Cijfers en feiten Prevalentie Aangeboren hartafwijkingen betreffen aanlegstoornissen in de structuur van het hart en/of de grote vaten. De gemiddelde totale
Nadere informatieHoofd-Halstumoren 12
Boukje van Dijk, Otto Visser, Katja Aben en Sabine Siesling namens de Nederlandse Kankerregistratie. Vereniging van Integrale Kankercentra. www.ikcnet.nl Hoofd-halstumoren: ontwikkelingen in Nederland
Nadere informatieIsala Vrouw-kindcentrum
Isala Vrouw-kindcentrum Terugkomdag NICU AABR neonatale gehoorscreening Auteur: K.S de Graaff-Korf Datum: 17 januari 2018 Isala Vrouw-kindcentrum Welkom! AMC VUMC SKZ WKZ AZN MMC LUMC / JKZ UMCG AZM Isala
Nadere informatieDemografische Data, 2004-2010. Stichting Algemeen Bureau voor de Statistiek
Demografische Data, 2004-2010 Stichting Algemeen Bureau voor de Statistiek Bevolkingskarakteristieken Een schatting van de bevolking voor 2010: 531.170 zielen waarvan: Paramaribo 265.953; Wanica: 95.125
Nadere informatieLichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and
Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers
Nadere informatieHet bepalen van de overlevingskansen
Het bepalen van de overlevingskansen van een kind met congenitale hernia diafragmatica Door: Dr Arno van Heijst, kinderarts-neonatoloog, Amalia Kinderziekenhuis-Radboudumc Nijmegen en Prof Dr Dick Tibboel,
Nadere informatieThe Lancet Midwifery Series
The Lancet Midwifery Series Een artikelenreeks over de invloed van verloskundigenzorg op vrouwen en hun pasgeborenen, gezinnen, families en gemeenschappen Joke Klinkert, verloskundige, MPH, directeur EVAA
Nadere informatiePerinatale Zorg in Nederland. Perinatal Care in the Netherlands
Informatie Informatie uit de Perinatale Registratie kan schriftelijk worden aangevraagd bij de Stichting Perinatale Registratie Nederland. Een formulier voor een gegevensaanvraag, met vermelding van de
Nadere informatieAngst voor de pijn. Prof. dr. Arie Franx. Pre-eclampsia and cardiovascular disease. Kennispoort Verloskunde, 3 februari 2012
Angst voor de pijn Pre-eclampsia and cardiovascular disease Kennispoort Verloskunde, 3 februari 2012 Prof. dr. Arie Franx Overdracht van 1 e naar 2 e lijn voor sedatie/pijnbestrijding Nederland 2001-2010,
Nadere informatieHartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken
1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:
Nadere informatieRegistratieformulier voor de gegevens rondom de zwangerschap en bevalling
Registratieformulier voor de gegevens rondom de zwangerschap en bevalling Beste collega, Hierbij treft u het registratieformulier aan voor de gegevens rondom de zwangerschap en bevalling van uw patiënte.
Nadere informatie10-6-2009. Inhoud. Het belang van Team training het gezichtspunt vanuit de Neonatologie. Inleiding. Inleiding. Factoren die bijdragen aan.
Het belang van Team training het gezichtspunt vanuit de Neonatologie Sidarto Bambang Oetomo 6e Nationale Reanimatie Congres Inhoud Inleiding Elementen van Teamtraining Teamgedragskenmerken Communicatie
Nadere informatieBetreft: Perinatale Zorg in Nederland 2016
Betreft: Perinatale Zorg in Nederland Auteur Perined Tabellen, figuren en bijlagen mw. drs. A.M. Arns-Schiere, mw. dr. A.E. van Dijk, mw. dr. J. Dijs-Elsinga, mw. drs. A. Henseler, mw. dr. C.W.P.M. Hukkelhoven,
Nadere informatieKINDERGENEESKUNDE IN HET FRANCISCUS GASTHUIS
KINDERGENEESKUNDE IN HET FRANCISCUS GASTHUIS FRANCISCUS GASTHUIS Kindergeneeskunde in het Franciscus Gasthuis Het Franciscus Gasthuis heeft deze folder over de gang van zaken op de polikliniek en kliniek
Nadere informatieAantal te voorkomen bloedingen door vitamine K-deficiëntie
Aantal te voorkomen bloedingen door vitamine K-deficiëntie Nr. 2017/04A, Den Haag 11 april 2017 Achtergronddocument bij: Vitamine K bij zuigelingen Nr. 2017/04, Den Haag 11 april 2017 Aantal te voorkomen
Nadere informatieHet Euro-Peristat-project
Hoofdstuk 1 Het Euro-Peristat-project Frank Muller, Nijmegen Ashna Mohangoo, Simone Buitendijk, Anita Ravelli, Chantal Hukkelhoven, Greta Rijninks-van Driel, Pieter Tamminga en Jan Nijhuis Op 11 december
Nadere informatiePROTOCOL DREIGENDE PARTUS
PROTOCOL DREIGENDE PARTUS PREMATURUS Definitie We spreken van een dreigende partus prematurus wanneer er sprake is van gebroken vliezen en/of contracties bij een amenorroeduur tussen de 24 en 36+6 weken.
Nadere informatieDreigende vroeggeboorte
Dreigende vroeggeboorte U bent zwanger en heeft te maken met een dreigende vroeggeboorte. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken. Een periode van 37 tot 42 weken wordt gezien als een normale duur van
Nadere informatieHoge perinatale sterfte in Nederland vergeleken met andere Europese landen: de Peristat-II-studie
oorspronkelijke stukken Hoge perinatale sterfte in Nederland vergeleken met andere Europese landen: de Peristat-II-studie A.D.Mohangoo, S.E.Buitendijk, C.W.P.M.Hukkelhoven, A.C.J.Ravelli, G.C.Rijninks-van
Nadere informatieFoto: v.l.n.r. dr. Anke Thaens, dr. Tinne Mesens en dr. Caroline Van Holsbeke. 6 Ziekenhuis Oost-Limburg ZOLarium 2018 nr. 68
Dr. Caroline Van Holsbeke, gynaecoloog: Als je beslist om een baby te vroeg op de wereld te zetten, moet je dit in de best mogelijke omstandigheden laten gebeuren. Foto: v.l.n.r. dr. Anke Thaens, dr. Tinne
Nadere informatieOntwikkeling van een instrument / werkwijze om perinatale zorg te stroomlijnen in psychiatrische en sociaal zwakkere moeders
POP : Regeren is Vooruitzien Ontwikkeling van een instrument / werkwijze om perinatale zorg te stroomlijnen in psychiatrische en sociaal zwakkere moeders Om een goede dokter te zijn. Logistiek Empathie
Nadere informatieVROEGTIJDIGE WEEËN EN DREIGENDE VROEGGEBOORTE
VROEGTIJDIGE WEEËN EN DREIGENDE VROEGGEBOORTE 335 Inleiding Deze folder geeft informatie over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken, maar
Nadere informatiecijfers en feiten Hart- en vaatziekten bij vrouwen en mannen Uitgave van de Nederlandse Hartstichting februari 2011
cijfers en feiten Hart- en vaatziekten bij vrouwen en mannen Uitgave van de Nederlandse Hartstichting februari 211 Sterfte bij vrouwen en mannen Hart- en vaatziekten zijn een belangrijke oorzaak van overlijden
Nadere informatieVroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte
Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte Inleiding In deze folder leest u meer over de oorzaak, gevolgen en behandeling van vroegtijdige weeën. Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken, maar een
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) Risk factors and prognostic models for preterm birth. Schaaf, J.M. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Risk factors and prognostic models for preterm birth Schaaf, J.M. Link to publication Citation for published version (APA): Schaaf, J. M. (2013). Risk factors and
Nadere informatieNieuwe richtlijn Perinataal beleid bij extreme vroeggeboorte. Leven met 24 weken
Nieuwe richtlijn Perinataal beleid bij extreme vroeggeboorte beeld: BSIP, HH Leven met 24 weken A.A. Eduard Verhagen, kinderarts, afdeling Kindergeneeskunde Beatrix Kinderziekenhuis UMCG Martin Offringa,
Nadere informatieGHB hulpvraag in Nederland
GHB hulpvraag in Nederland Belangrijkste ontwikkelingen van de hulpvraag voor GHB problematiek in de verslavingszorg 2007-2012 Houten, mei 2013 Stichting IVZ GHB hulpvraag in Nederland Belangrijkste ontwikkelingen
Nadere informatieVSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties
VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties Doel Het doel van dit protocol is preventie, herkenning, optimalisering van diagnostiek en behandeling van early-onset
Nadere informatieENQUÊTE COLLEGE MOEDER/PASGEBORENE Materniteit & neonatologie Deel voor gynaecologen
ENQUÊTE COLLEGE MOEDER/PASGEBORENE Materniteit & neonatologie Deel voor gynaecologen LUIK 1. Algemene vragen (kwantitatief luik) Hoeveel bevallingen hadden plaats in uw dienst in de loop van 2004? Aantal
Nadere informatieDutch summary. Nederlandse samenvatting
Dutch summary Nederlandse samenvatting 127 Kinderen die te vroeg geboren worden, dat wil zeggen bij een zwangerschapsduur korter dan 37 weken, worden prematuren genoemd. Na de bevalling worden ernstig
Nadere informatieInduction of Labor versus Expectant management in women with Preterm Prelabor Rupture of Membranes between 34 and 37 weeks
Induction of Labor versus Expectant management in women with Preterm Prelabor Rupture of Membranes between 34 and 37 weeks David van der Ham namens de PPROMEXIL projectgroep ISRCTN 29313500 ZonMW projectnummer:
Nadere informatieZiekenhuizen. Cytomegalovirusinfecties bij zwangeren
Ziekenhuizen Cytomegalovirusinfecties bij zwangeren Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: februari 2007 Revisie: februari 2012 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits de
Nadere informatieSectie Infectieziekten
Sectie Infectieziekten 1 December 2015 U kunt helpen de HIV / AIDS epidemie te beëindigen You can help to end the HIV / AIDS epidemic Sectie Infectieziekten Weet uw HIV status Know your HIV status by 2020
Nadere informatieHoe kan wetenschappelijk onderzoek versneld worden met de diagnosethesaurus? Jan Verschuuren. Symposium DHD 24 september 2015
Hoe kan wetenschappelijk onderzoek versneld worden met de diagnosethesaurus? Jan Verschuuren Symposium DHD 24 september 2015 Spierziekten ALS Polyneuropathie Myasthenia Myopathie Spierziekten ALS Polyneuropathie
Nadere informatie