TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK VOORTGEZET ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK VOORTGEZET ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019"

Transcriptie

1 TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK VOORTGEZET ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019 April 2019

2 INHOUD Inleiding 3 1 Databronnen en definities Leerlinggegevens (DUO-BRON) CBS Onderzoeken Schoolleidersvragenlijst Oordelen onderwijskwaliteit Vertrouwensinspectie Financiën Excellente Scholen Definities Algemeen Achtergrondgegevens leerling Gegevens scholen 7 2 Participatie Leerlingenpopulatie Aanbod onderwijsniveaus vestigingen Profielkeuze 13 3 Prestaties Schoolloopbaan cohorten vo-leerlingen Onderwijsniveau ten opzichte van advies Doubleren Examenresultaten Uitstroom Gediplomeerde opstroom Inspectieoordelen resultaten 42 4 Kwaliteit onderwijsproces en de leraar Standaarden onderzoekskader 43 5 Sociaal klimaat Meldingen vertrouwensinspecteur 47 6 Sturing op kwaliteit Kwaliteit van besturen Kwaliteit van de instellingen 51 7 Passend onderwijs 54 8 Schoolleidersvragenlijst 57 9 Bijlagen Representativiteit schoolleidersvragenlijst 63 2

3 Inleiding Dit is het technische rapport dat ten grondslag ligt aan het hoofdstuk Voortgezet onderwijs van De Staat van het Onderwijs In dit rapport vindt u de verantwoording van onderzoeksgegevens. Er wordt gebruik gemaakt van zowel informatie die verzameld is door inspecteurs als van informatie uit secundaire databronnen. Dit rapport volgt zoveel mogelijk de paragraafindeling van het sectorhoofdstuk uit De Staat van het Onderwijs. Pagina 3 van 64

4 1 Databronnen en definities In deze paragraaf worden de bestanden en definities beschreven die gebruikt zijn voor de analyses Leerlinggegevens (DUO-BRON) Vanuit DUO krijgt de Inspectie van het Onderwijs inschrijvingsbestanden (BRON) met leerlingaantallen en achtergrondkenmerken. Dit betreft de inschrijving van leerlingen op peildatum 1 oktober van het betreffende schooljaar. Voor de analyses worden altijd alleen de hoofdinschrijvingen meegenomen CBS Om de leerlinggegevens te verrijken zijn de BRON-data op individueel niveau gekoppeld aan CBS-gegevens. Hierdoor kan gebruikt gemaakt worden van de opleiding van de ouders van leerlingen. In sectie 1.2 komen de gebruikte definities aan bod Onderzoeken Bestuur In het schooljaar 2017/2018 is een aselecte steekproef van besturen bezocht. In dit onderzoek is het kwaliteitsgebied kwaliteitszorg en ambitie onderzocht. De onderzochte besturen verschillen niet significant van de besturenpopulatie op de volgende kenmerken: wel of geen multisectoraal bestuur, regio, denominatie, bestuursgrootte op basis van aantal vestigingen, bestuursgrootte op basis van leerlingaantal, wel of geen vrijwilligersbestuur. Afdelingen In het kader van de toezichtactiviteiten van de Inspectie van het Onderwijs zijn ook gegevens op afdelingsniveau verzameld. Deze afdelingen kunnen om allerlei verschillende redenen bezocht zijn, bijvoorbeeld om na te gaan of het bestuursbeleid doorwerkt in de onderwijspraktijk (verificatieonderzoeken), onderzoeken op verzoek van besturen om na te gaan of afdelingen de waardering goed verdienen (onderzoeken naar goed) en kwaliteitsonderzoeken bij risico s. Bij elk onderzoek is op grond van het doel van het onderzoek een selectie gemaakt uit de onderdelen van het onderzoekskader. De onderzoeken op afdelingsniveau zijn dus niet gebaseerd op een steekproef en ook zijn niet altijd dezelfde standaarden beoordeeld. Om deze redenen moeten conclusies op basis van deze gegevens met enige voorzichtigheid getrokken worden. Waarderingskader Tijdens de onderzoeken op de scholen en opleidingen vinden meerdere activiteiten plaats. In elke sector geven inspecteurs oordelen op standaarden uit het waarderingskader, zoals kwaliteitszorg en didactisch handelen. De inspecteurs baseren zich hierbij op meerdere gegevensbronnen: schooldocumenten, leerresultaten, zorgplannen, lesobservaties, gesprekken, etc. Standaarden omvatten deugdelijkheidseisen en eigen aspecten van kwaliteit. Of een standaard als voldoende of onvoldoende wordt beoordeeld, is alleen gebaseerd op de vraag of het bestuur/de school voldoet aan de deugdelijkheidseisen. Voor de waardering goed worden de eigen aspecten van kwaliteit als volgt bij de oordeelsvorming betrokken. Meer informatie en een overzicht van alle standaarden en de wijze van waardering vindt u op Schoolleidersvragenlijst Een aselecte steekproef van scholen heeft een digitale vragenlijst ontvangen van de inspectie. Hierin komen allerlei thema s aan de orde komen. Een aantal vragen komt jaarlijks terug, een aantal komt slechts eenmalig aan de orde. De scholen die dit Pagina 4 van 64

5 schooljaar de vragenlijst ingevuld hebben, verschillen niet significant van de scholenpopulatie. In de bijlage is te vinden op welke kenmerken de representativiteit van de schoolleidersvragenlijst gecontroleerd is Oordelen onderwijskwaliteit Als een school of opleiding bij een onderzoek aan de wettelijke eisen voor basiskwaliteit voldoet, dan krijgt de school het oordeel voldoende. Scholen die niet aan de basiskwaliteit voldoen, krijgen het oordeel onvoldoende. Deze scholen kunnen zelfs het oordeel zeer zwak krijgen als ze beneden de wettelijke norm presteren die daarvoor geldt. Naast deze oordelen kan de inspectie de waardering Goed geven. Op de website van de Inspectie van het Onderwijs ( vindt u een aantal keer per jaar een update van het vervolgtoezicht per school of bestuur Vertrouwensinspectie Bij de vertrouwensinspecteurs komen meldingen binnen over seksuele intimidatie en seksueel misbruik, psychisch en fysiek geweld, discriminatie en radicalisering. Iedereen kan een dergelijke melding doen. Meldingen die binnen deze bovengenoemde categorieën vallen, kunnen voorgelegd worden aan de vertrouwensinspecteur. De vertrouwensinspecteur kan adviseren in het traject naar het indienen van een formele klacht of het doen van aangifte. In De Staat van het Onderwijs doet de inspectie voor de verschillende sectoren verslag van het aantal aangemaakte dossiers Financiën De inspectie rapporteert over het aantal besturen onder aangepast financieel toezicht en over de waarde van de indicatoren solvabiliteit (de mate waarin besturen op langere termijn aan de verplichtingen kunnen voldoen), liquiditeit (de mate waarin besturen op kortere termijn aan hun verplichtingen kunnen voldoen) en rentabiliteit (het evenwicht tussen baten en lasten en de ontwikkeling van het eigen vermogen). Een bestuur komt onder aangepast financieel toezicht als het teveel risico neemt op het gebied van financiële continuïteit, rechtmatigheid of doelmatigheid. In De Staat van het Onderwijs wordt het aantal besturen gerapporteerd dat op 1 augustus 2018 onder aangepast financieel toezicht stond. Voor meer informatie, zie ons rapport De Financiële Staat van het Onderwijs Excellente Scholen Sinds Excellente Scholen 2015 is de organisatie van het traject Excellente Scholen in handen van de Inspectie van het Onderwijs. De toekenning van het predicaat Excellente School betekent dat een school (of schoolsoort) onderwijs biedt van goede kwaliteit en zich daarnaast onderscheidt van andere goede scholen door te excelleren met een specifiek profiel. Een onafhankelijke jury beoordeelt het excellentieprofiel. De juryleden voeren de werkzaamheden voor de beoordeling van de kandidaat-excellente scholen onafhankelijk van de inspectie uit. Hierbij focust de jury zich volledig op het excellentieprofiel terwijl de inspectie in een eerder stadium onderzoekt of de scholen voldoen aan de waardering goed, voorwaardelijk voor deelname aan het traject Excellente Scholen. Voor meer informatie, zie Definities In deze paragraaf wordt een aantal definities beschreven die gebruikt zijn in de analyses. Pagina 5 van 64

6 1.2.1 Algemeen Inschrijvingsjaar Het kalenderjaar waarin op teldatum 1 oktober unieke (hoofd)inschrijvingen worden geteld Achtergrondgegevens leerling Geslacht Het geslacht van de leerling is weergegeven als jongen of een meisje. Hoogst behaalde opleiding ouders Vastgesteld is wie de (juridische) ouders zijn van de leerling en het hoogst behaalde opleidingsniveau onder beide ouders in het inschrijfjaar. Als een leerling één ouder heeft dan geldt het opleidingsniveau van deze ouder. Als het opleidingsniveau van ouders niet bekend was in het inschrijvingsjaar, wordt het hoogst behaalde opleidingsniveau van de ouders in het laatst beschikbare jaar gebruikt. Het opleidingsniveau is ingedeeld in vijf categorieën: Opleiding onbekend; maximaal een mbo 2-opleiding; mbo-3 of mbo-4 ; hbo-ad of - bachelor; wo of hbo-master. Als het gaat om de verdeling van het opleidingsniveau van ouders van leerlingen in de populatie, wordt de statistiek gewogen om rekening te houden met de kans op het niet-bekend zijn van het opleidingsniveau ouders. Migratieachtergrond De migratieachtergrond van de leerling wordt bepaald op basis van zijn/haar geboorteland en de geboortelanden van zijn/haar juridische ouders. Leerlingen worden in vier categorieën ingedeeld: leerlingen zonder migratieachtergrond, leerlingen met een westerse migratieachtergrond, leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond van de tweede generatie, leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond van de eerste generatie. Nieuwkomer Een leerling wordt als nieuwkomer gerekend, als de leerling zelf en de beide juridische ouders niet in Nederland geboren zijn. Deze groep wordt verder ingedeeld in nieuwkomers die korter dan vier jaar in Nederland zijn, en nieuwkomers die vier jaar of langer in Nederland zijn. Hierbij wordt uitgegaan van de peildatum 1 oktober. Schooladvies voortgezet onderwijs (vo): initieel Dit is het schooladvies dat basisschoolleerlingen krijgen, voordat de uitslag van de eindtoets bekend is. Schooladvies voortgezet onderwijs (vo): definitief Dit is het schooladvies van basisschoolleerlingen na een eventuele herziening. Het is dus het advies waarmee leerlingen het voortgezet onderwijs instromen. In aanmerking voor herziening Aan elke eindtoetsscore is een schooladvies gekoppeld dat aansluit bij het cognitieve niveau van de leerling (op basis van de prestatie op de eindtoets). Wanneer dit advies op basis van de eindtoets hoger is dan het initiële schooladvies, heeft een leerling recht op heroverweging van dit advies. In de tabellen wordt onderscheid gemaakt tussen heroverweging op basis van een half niveau of minstens een heel niveau. Niet alle scholen en eindtoetsen geven meervoudige adviezen. Wel geeft het onderscheid in een half niveau of minstens een heel niveau verschil een indicatie van de mate waarin het initiële advies afweek van het toetsadvies. Onderwijsniveau De plaatsing van leerlingen is pas vanaf leerjaar 3 betrouwbaar beschikbaar. In eerdere leerjaren is de data wel beschikbaar, maar wordt de betrouwbaarheid als zeer laag ingeschat. De meeste leerlingen staan ingeschreven voor een van de volgende onderwijsniveaus: praktijkonderwijs (pro), basisberoepsgerichte leerweg Pagina 6 van 64

7 vmbo (vmbo-b), kaderberoepsgerichte leerweg vmbo (vmbo-k), gemengde/theoretische leerweg vmbo (vmbo-g/t), havo, vwo. Een klein deel van de leerlingen staat ingeschreven op een internationale school (internationaal baccalaureaat) of voor een brede klas (meerdere niveaus). Deze leerlingen worden vaak niet meegenomen bij analyses. Onderwijsniveau ten opzichte van advies De eerste keer dat een leerling in leerjaar 3 zit, wordt gekeken hoe de leerling geplaatst is ten opzichte van het basisschooladvies. Tenzij anders aangegeven, betreft dit het advies na eventuele bijstelling (het definitieve advies). Bij een enkelvoudig advies kan een leerling geplaatst worden onder het niveau van het advies, op het niveau van het advies of boven het niveau van het advies. Bij een meervoudig advies is plaatsing op het niveau niet mogelijk, maar kan een leerling geplaatst worden op het laagste niveau van een dubbel advies of op het hoogste niveau van een dubbel advies. Bij sommige analyses is de plaatsing ten opzichte van het advies ingedikt. Indien dit het geval is, staat bij de analyse aangegeven wat als afstroom, plaatsing op niveau en opstroom gerekend wordt. Doublure Een leerling doubleert op het moment dat hij/zij in jaar t in geschreven staat voor een leerjaar en in leerjaar t+1 staat ingeschreven voor hetzelfde leerjaar, onafhankelijk van het niveau waarop een leerling staat ingeschreven Gegevens scholen Denominatie Bij de meeste analyses is de denominatie van scholen ingedeeld in zeven of vier categorieën. De indeling van denominatie in zeven categorieën bestaat uit: openbaar, rooms-katholiek, protestants-christelijk, gereformeerd vrijgemaakt, reformatorisch, islamitisch, overig bijzonder. De ingekorte indeling van denominatie in vier categorieën ziet er als volgt uit: openbaar, rooms-katholiek, protestantschristelijk, overig bijzonder. Regio op basis van provincie De scholen kunnen ingedeeld worden in verschillende regio. Deze regio s worden gemaakt op basis van provincie. Drenthe, Groningen en Friesland behoren tot regio Noord. Flevoland, Gelderland en Overijssel behoren tot regio Oost. Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland behoren tot de regio midden. Zeeland, Limburg en Noord- Brabant behoren tot de regio zuid. Stedelijkheid Stedelijkheid is bepaald op basis van de omgevingsadressendichtheid (oad) van de postcode waar een vestiging zich bevindt. Voor deze variabele worden vijf verschillende categorieën onderscheiden: Zeer sterk stedelijk (2500 of meer adressen per km2), sterk stedelijk (1500 tot 2500 adressen per km2), matig stedelijk (1000 tot 1500 adressen per km2), weinig stedelijk (500 tot 1000 adressen per km2), niet stedelijk (minder dan 500 adressen per km2). Dit is de indeling die ook het CBS hanteert. Pagina 7 van 64

8 2 Participatie 2.1 Leerlingenpopulatie Onderstaande tabel laat het aantal leerlingen zien dat ingeschreven staat voor het voortgezet onderwijs. Sinds 2016 daalt het aantal leerlingen. Tabel Aantal ingeschreven leerlingen in het voorgezet onderwijs, * (n 2018= ) Bron: CBS, DUO en OCW, 2019 (onderwijsincijfers.nl) * Gegevens 2018 voorlopig en gebaseerd op een afwijkende bron De laatste jaren is een groei van het percentage leerlingen dat naar het vwo gaat te zien, evenals een afname van het percentage leerlingen dat naar vmbo-b gaat. Tabel Percentage leerlingen naar schoolsoort in leerjaar 3 (alleen eerste keer leerjaar 3, n 2017/2018= ) 2013/ / / / /2018 % % % % % Pro 2,7 2,9 2,9 2,9 2,8 Vmbo-b 10,6 10,6 10,5 10,2 9,2 Vmbo-k 14,4 14,5 14,3 14,6 14,3 Vmbo-gt 26,9 27,1 27,3 26,9 26,9 Havo 20,6 20,7 20,7 20,8 21,5 Vwo 21,4 21,3 21,6 21,8 22,4 Onderbouw 3,0 2,7 2,3 2,4 2,6 IB 0,2 0,2 0,3 0,3 0,3 Er is geen stijging zichtbaar in het percentage leerlingen dat in leerjaar drie op het gymnasium geplaatst is. Tabel Percentage leerlingen naar schoolsoort (uitgebreid) in leerjaar 3 (alleen eerste keer leerjaar 3, n 2017/2018= ) 2013/ / / / /2018 % % % % % Pro 2,7 2,9 2,9 2,9 2,8 Vmbo-b 10,6 10,6 10,5 10,2 9,2 Vmbo-k 14,4 14,5 14,3 14,6 14,3 Vmbo-g 8,3 8,4 8,2 8,3 8,1 Vmbo-t 18,6 18,7 19,1 18,6 18,8 Havo 20,6 20,7 20,7 20,8 21,5 Atheneum 15,7 15,7 15,9 16,0 16,7 Gymnasium 5,8 5,6 5,7 5,8 5,7 Onderbouw 3,0 2,7 2,3 2,4 2,6 IB 0,2 0,2 0,3 0,3 0,3 Pagina 8 van 64

9 Jongens halen gemiddeld een minder hoog onderwijsniveau in het voortgezet onderwijs dan meisjes. Onderstaande tabel toont de exacte verdeling tussen de onderwijssoorten waarvoor leerlingen in het derde leerjaar staan ingeschreven. Jongens staan vaker ingeschreven voor praktijkonderwijs, vmbo-b en vmbo-k dan meisjes. Tabel Schoolsoort leerlingen in leerjaar 3 (alleen eerste keer leerjaar 3), uitgesplitst naar geslacht (n= ) 2017/2018 Jongen Meisje % % Pro 3,3 2,4 Vmbo-b 10,6 7,9 Vmbo-k 15,1 13,5 Vmbo-g/t 27,0 26,8 Havo 20,9 22,1 Vwo 20,7 24,1 Onderbouw 2,2 2,9 IB 0,3 0,3 Totaal Leerlingen met lager opgeleide ouders staan relatief vaak ingeschreven voor een vmbo-opleiding, terwijl leerlingen van wie de ouders hbo- of wo-opgeleid zijn vaker staan ingeschreven voor de havo of het vwo. Zo heeft een leerling waarvan een van de ouders een academische opleiding heeft, ongeveer 50 procent kans om in leerjaar 3 in het vwo geplaatst te worden. Voor een leerling met ouders met een mbo 3-4 opleiding is dit slechts 15 procent. Deze leerling heeft ruim 10 procent kans om op het vmbo-b geplaatst te worden, terwijl dit voor een leerling met academisch opgeleide ouders slechts 1,3 procent is. Tabel Schoolsoort leerlingen in leerjaar 3 (alleen eerste keer leerjaar 3), uitgesplitst naar opleidingsniveau ouders (n 2017= ) Opleiding onbekend max. mbo2 mbo 3-4 hbo ad/ba wo ba/ma & hbo ma % % % % % Pro 2,6 7,9 2,8 0,8 0,3 Vmbo-b 10,3 20,5 10,5 3,4 1,3 Vmbo-k 17,1 22,6 17,8 8,9 3,4 Vmbo-gt 31,0 27,7 31,4 26,3 14,8 Havo 21,1 13,2 20,6 27,8 24,6 Vwo 15,4 6,7 14,7 29,4 51,8 Onderbou 2,3 1,4 2,1 3,4 3,8 w Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Pagina 9 van 64

10 Daarnaast staat een relatief groot gedeelte van de eerste generatie leerlingen met een niet-westerse achtergrond ingeschreven voor het praktijkonderwijs in leerjaar 3. Westerse migranten volgen juist vaak onderwijs op een hoog niveau: zij staan bijvoorbeeld vaker ingeschreven voor het vwo dan leerlingen zonder migratieachtergrond. Tabel Schoolsoort leerlingen in leerjaar 3 (alleen eerste keer leerjaar 3), uitgesplitst naar migratieachtergrond (n= ) 2017/2018 Geen Westers Nietwesters, 2 e gen Nietwesters, 1 e gen % % % % Pro 2,2 2,9 5,0 12,3 Vmbo-b 7,9 8,6 15,2 20,2 Vmbo-k 13,9 12,0 17,4 16,9 Vmbo-g/t 27,2 24,3 27,1 21,2 Havo 22,5 20,4 18,1 13,7 Vwo 23,7 26,8 15,0 10,4 Onderbouw 2,6 2,7 2,2 2,0 IB 0,0 2,2 0,2 3,0 Totaal Aanbod onderwijsniveaus vestigingen Onderstaande tabel geeft weer welke onderwijsniveaus aangeboden worden op de vestiging waar leerlingen naartoe gaan. De verschuivingen zijn klein. Vwo-leerlingen gaan meestal naar een havo/vwo- of vwo-vestiging, en dit aandeel neemt iets toe. Daarnaast komen havo- en vwo-leerlingen in 2017/2018 op hun vestiging minder vaak in aanraking met vmbo-b en vmbo-k leerlingen dan in 2013/2014. Alleen vmbo-b leerlingen volgen in 2017 minder vaak onderwijs op een afdeling waar ook havo en vwo wordt aangeboden. Tabel Aanbod vestiging waar leerlingen onderwijs volgen, per onderwijsniveau (n 2017/2018= ) 2013/ / / / / 2018 % % % % % Vmbo-b/k 22,5 21,6 22,9 22,0 21,3 Vmbo-b Vmbo breed 59,6 61,1 59,9 61,8 62,6 Vmbo-breed/havo/vwo 17,9 17,3 17,2 16,2 16,1 Vmbo-b/k 20,5 20,6 21,8 21,1 20,0 Vmbo-k Vmbo breed 58,3 58,6 55,6 56,8 58,1 Vmbo-breed/havo/vwo 21,2 20,7 22,6 22,0 21,9 Vmbo breed 24,7 24,7 23,7 24,2 24,5 Vmbo-gt Vmbo-gt 20,1 19,9 20,4 19,9 20,0 Vmbo-breed/havo/vwo 15,9 16,2 17,0 16,6 15,5 Vmbo-gt/havo/vwo 39,3 39,2 38,9 39,4 40,0 Vmbo-breed/havo/vwo 15,5 15,3 16,2 15,9 14,6 Havo Vmbo-gt/havo/vwo 45,8 46,3 44,9 45,4 46,7 Havo/vwo 38,7 38,4 38,9 38,8 38,7 Vmbo-breed/havo/vwo 11,4 11,2 11,7 11,5 10,3 Vwo Vmbo-gt/havo/vwo 36,5 37,3 35,2 35,5 36,4 Havo/vwo 36,8 36,1 37,9 37,8 37,8 Vwo 15,3 15,5 15,1 15,2 15,5 Pagina 10 van 64

11 Er zijn in 2017 vergeleken met tien jaar eerder minder vestigingen waar alleen vmbo-b/k wordt aangeboden, terwijl vmbo-breed iets vaker voorkomt is. Vestigingen waar zowel vmbo als havo/vwo worden aangeboden komen minder vaak voor, en er zijn meer havo/vwo- en vwo-vestigingen zijn. De stijging van het percentage havo/vwo- en vwo-vestigingen is in de laatste jaren gestagneerd, en in 2017 zien we zelfs relatief iets minder havo/vwo-vestigingen als in Tabel Aanbod vestigingen, (n 2017=1.194) % % % % % % % % % % % Vmbo-b/k 10,7 9,7 9,5 9,0 8,8 8,4 9,5 9,5 10,2 9,9 9,1 Vmbo breed 23,8 24,6 24,7 25,2 26,2 26,2 25,1 25,0 23,6 24,0 24,6 Vmbo-gt 10,2 10,3 10,1 9,8 10,2 10,5 11,0 10,9 10,8 10,3 10,6 Vmbobreed/havo/vwo 13,3 12,9 13,2 12,3 11,1 10,3 9,3 9,1 9,4 9,2 9,3 Vmbogt/havo/vwo 27,0 27,2 26,1 25,9 25,2 25,1 24,5 24,7 24,8 25,2 25,3 Havo/vwo 11,3 11,5 12,7 13,7 14,2 15,1 16,0 16,1 16,5 16,7 16,4 Vwo 3,8 3,9 3,8 4,3 4,3 4,4 4,7 4,7 4,8 4,7 4,7 Het aanbod van vestigingen hangt samen met de locatie van de vestiging. Zo zijn er in meer stedelijke gebieden meer smallere vestigingen, zoals havo/vwo of vwovestigingen. Bredere onderwijsvormen (vmbo-breed en vmbo-breed/havo/vwo) bevinden zich vaker in niet stedelijke gebieden. Tabel Aanbod vestigingen naar stedelijkheid in 2017/2018 (n=1.194) Zeer sterk Sterk stedelijk Matig stedelijk Weinig stedelijk Niet stedelijk stedelijk % % % % % Vmbo-b/k 10,0 10,5 9,4 8,0 0,0 Vmbo breed 24,3 21,9 26,0 24,6 38,2 Vmbo-gt 9,7 9,0 9,9 13,8 14,7 Vmbo-breed/havo/vwo 3,4 7,5 10,4 17,4 17,6 Vmbo-gt/havo/vwo 25,5 29,8 22,9 20,1 22,1 Havo/vwo 19,3 15,9 18,8 13,8 7,4 Vwo 7,8 5,4 2,6 2,2 0,0 Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Als de veranderingen de afgelopen tien jaar uitgesplitst worden naar stedelijkheid, zien we dat de afname van vmbo-b/k-vestigingen in de minder stedelijke gebieden niet opgaat. Vmbo-breed wordt met name in de meer stedelijke gebieden populairder. De toename van vestigingen met enkel havo/vwo is de afgelopen jaren enigszins gestagneerd en lijkt nu vooral in de matig en weinig stedelijke gebieden nog plaats te vinden. Tabel Aanbod vestigingen in zeer sterk stedelijk gebied, (n 2017=321) % % % % % % % % % % % Vmbob/k 17,0 16,4 15,6 14,0 13,6 12,8 13,0 12,2 12,4 10,7 10,0 Vmbo 19,7 20,1 19,9 21,3 22,1 22,0 20,3 21,9 21,4 23,3 24,3 breed Vmbogt 9,3 10,1 10,6 8,6 9,4 9,9 10,5 10,0 9,9 9,4 9,7 Vmbobreed/ 5,0 4,7 5,3 5,3 4,2 3,8 4,4 3,8 3,4 2,8 3,4 havo/v wo Vmbogt/havo /vwo 29,3 28,9 27,5 27,2 26,3 25,9 25,4 25,4 25,4 25,5 25,5 Pagina 11 van 64

12 Havo/v 13,7 13,8 15,2 16,3 17,2 18,2 18,7 19,1 19,8 20,4 19,3 wo Vwo 6,0 6,0 6,0 7,3 7,1 7,3 7,6 7,5 7,7 7,9 7,8 Tabel Aanbod vestigingen in sterk stedelijk gebied, (n 2017=389) % % % % % % % % % % % Vmbob/k 10,5 10,1 9,8 10,4 10,1 10,3 10,7 11,0 11,7 12,1 10,5 Vmbo 23,2 24,5 24,5 23,5 24,3 23,4 22,6 22,2 21,1 20,5 21,9 breed Vmbogt 8,6 8,2 8,4 9,4 9,3 9,5 10,2 9,9 8,7 8,2 9,0 Vmbobreed/ 10,2 9,0 9,2 8,0 8,3 7,9 6,6 6,9 7,6 7,4 7,5 havo/v wo Vmbogt/havo 30,9 31,1 28,5 28,3 28,3 28,7 27,2 27,6 29,0 29,5 29,8 /vwo Havo/v 11,3 11,7 14,4 15,0 14,7 15,3 17,3 17,1 16,3 16,7 15,9 wo Vwo 5,2 5,4 5,2 5,3 5,1 5,0 5,3 5,4 5,6 5,6 5,4 Tabel Aanbod vestigingen in matig stedelijk gebied, (n 2017=192) % % % % % % % % % % % Vmbob/k 6,9 5,2 5,2 5,1 5,0 4,9 9,0 9,4 10,4 9,3 9,4 Vmbo 26,9 27,2 28,5 29,8 31,5 31,9 28,2 27,7 26,9 27,5 26,0 breed Vmbogt 9,1 9,8 9,3 9,0 8,8 9,3 9,6 9,9 9,8 9,8 9,9 Vmbobreed/ 16,6 16,8 15,7 14,0 12,2 11,5 9,6 9,4 9,8 10,9 10,4 havo/v wo Vmbogt/havo 24,6 26,6 26,2 24,7 24,3 23,6 24,5 23,6 22,8 22,3 22,9 /vwo Havo/v 14,9 13,3 14,0 16,3 16,6 16,5 16,5 16,8 17,6 18,1 18,8 wo Vwo 1,1 1,2 1,2 1,1 1,7 2,2 2,7 3,1 2,6 2,1 2,6 Tabel Aanbod vestigingen in weinig stedelijk gebied, (n 2017=224) % % % % % % % % % % % Vmbob/k 8,8 5,9 6,4 5,4 5,6 4,2 5,5 5,9 7,2 8,5 8,0 Vmbo 24,4 25,6 25,2 25,9 27,2 28,3 29,2 27,5 24,7 23,7 24,6 breed Vmbogt 11,2 12,8 11,4 11,2 12,2 12,3 12,8 13,1 14,3 13,8 13,8 Vmbobreed/ 26,3 26,6 27,7 26,8 23,5 21,2 18,7 18,0 18,4 17,4 17,4 havo/v wo Vmbogt/havo 21,0 19,7 20,3 20,5 19,7 19,3 19,2 20,3 19,7 21,4 20,1 /vwo Havo/v 6,8 7,9 7,4 8,3 9,4 12,3 12,3 13,1 13,5 12,9 13,8 wo Vwo 1,5 1,5 1,5 2,0 2,3 2,4 2,3 2,3 2,2 2,2 2,2 Pagina 12 van 64

13 2.2 Profielkeuze In de havo zijn kleine verschuivingen zichtbaar in profielkeuze. Leerlingen kiezen de laatste twee jaar iets minder vaak voor de profielen natuur & techniek en cultuur & maatschappij. Ook de populariteit van combinatieprofielen neemt iets af, zowel in het havo als in het vwo. Er wordt iets vaker gekozen voor de profielen economie & maatschappij en natuur & gezondheid. Tabel Profielkeuze eerste keer leerjaar 4, 2013/ /2018 (n 2017/2018=85.712) 2013/ / / / /2018 % % % % % N&T 13,7 14,5 14,9 14,3 13,6 N&G 23,3 24,5 24,1 24,8 24,8 E&M 42,2 41,8 42,8 43,2 44,5 Havo C&M 13,3 11,7 11,1 11,4 10,9 N&T/N&G 5,1 5,4 5,2 4,8 4,7 E&M/C&M 2,3 2,2 2,0 1,5 1,5 Overig 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 N&T 20,3 22,2 22,4 23,2 22,6 N&G 25,1 25,0 25,1 25,3 25,4 E&M 25,2 24,3 24,8 25,6 26,1 Vwo C&M 7,6 6,8 7,1 6,6 6,5 N&T/N&G 14,4 14,8 14,3 13,3 13,4 E&M/C&M 7,0 6,6 6,3 5,8 5,8 Overig 0,2 0,1 0,0 0,2 0,1 Onderstaande tabel toont de profielen die vmbo-leerlingen kiezen als ze voor het eerst in het derde jaar van het vmbo komen. Om de leesbaarheid te bevorderen zijn alleen profielen meegenomen die in 2017 door minimaal 100 leerlingen gekozen zijn. Door de verschuiving van de oude sectoren naar de tien nieuwe profielen en de overgangsfase, zien we nog steeds een beeld waarin leerlingen uit heel veel verschillende opties kunnen kiezen. Uiteindelijk is het de bedoeling dat leerlingen uit tien vmbo-profielen kunnen kiezen. Verschuivingen zijn nu lastig te interpreteren. Het is plausibel dat dit sterker samenhangt met een veranderend aanbod, dan met een interesseverschuiving van de leerlingen. Tabel Profielkeuze vmbo, eerste keer leerjaar 3, 2016/ /2018 (n 2017/2018=62.313) Vmbo-b Vmbo-k Vmbo-g economie 2,6 0,9 3,1 0,4 3,6 2,0 techniek 3,4 1,2 3,2 0,7 3,2 0,8 zorg en welzijn 23,3 24,3 22,9 23,9 8,4 9,5 landbouw 14,6 14,9 11,3 11,7 13,6 15,4 ICT route 2,8 0,9 Technologie in gl 15,1 5,6 dienstverlening & 2,7 0,8 commercie bouwen, wonen en 5,1 6,4 4,2 5,7 1,5 1,9 interieur dienstverlening en 16,7 18,8 18,3 21,9 35,4 49,0 producten economie en ondernemen 10,0 11,1 13,0 14,4 5,1 6,7 horeca, bakkerij en 3,9 5,0 4,0 5,0 0,8 1,3 recreatie maritiem en techniek 0,5 0,4 0,4 0,4 media, vormgeving en ict 1,6 2,0 2,0 3,1 0,8 1,5 mobiliteit en transport 3,4 4,0 2,3 2,8 0,6 0,6 Pagina 13 van 64

14 produceren, installeren en 8,9 10,0 8,2 9,2 2,9 3,5 energie Overig 3,2 0,2 7,2 0,6 6,2 1,3 Pagina 14 van 64

15 3 Prestaties 3.1 Schoolloopbaan cohorten vo-leerlingen Er is gekeken welk gedeelte van de leerlingen het vo in één keer succesvol doorloopt. Hiermee wordt bedoeld dat een leerling binnen de nominale tijd een diploma haalt op het niveau van het basisschooladvies, of na deze periode ingeschreven staat voor een hoger niveau dan het basisschooladvies. In onderstaande tabellen wordt per jaar weergegeven welk percentage van de leerlingen van een bepaald cohort zijn loopbaan nominaal doorloopt op het niveau van het basisschooladvies. Een cohort bestaat uit alle leerlingen die in het cohortjaar voor het eerst ingeschreven staan in leerjaar 1 van het voortgezet onderwijs, een geldig advies hebben en in leerjaar 3 op een specifiek onderwijsniveau ingeschreven staan (dus geen driejarige brugklas). Voor leerjaar 1 en 2 is nog geen onderwijsniveau bekend, dus wordt hier alleen gekeken naar doublure. Na twee jaar komt hier plaatsing ten opzichte van het basisschooladvies bij, waardoor een duidelijke daling zichtbaar is. In de daaropvolgende jaren is een leerling succesvol als deze zonder te blijven zitten onderwijs volgt op ten minste het niveau van advies. Voor dubbele adviezen geldt minimaal de laagste onderwijssoort van het advies als plaatsing op niveau. In het laatste onderwijsjaar is een leerling succesvol als hij/zij ingeschreven staat voor het niveau van advies en hiervoor een diploma haalt, of zonder vertraging ingeschreven staat voor een hoger onderwijsniveau. Het is niet zo dat een leerling die via een omweg terecht komt op zijn/haar geadviseerde onderwijsniveau, alsnog als succesvol geldt: na een onsuccesvol jaar (dat wil zeggen vertraging of afstroom) is het niet meer mogelijk om in de categorie succesvol te vallen. Verschillen naar advies Leerlingen met een lager advies bereiken hun advies niveau vaker nominaal dan leerlingen met een hoger advies (de kans op afstromen t.o.v. het advies is kleiner). Daarnaast hebben leerlingen met een enkel advies een grotere kans om af stromen ten opzichte van hun advies (leerlingen met een dubbel advies gelden als succesvol als zij aan de onderkant van hun advies terecht komen). Leerlingen met een havoadvies behalen het minst vaak een havodiploma binnen de nominale tijd die hier voor staat. Tabel Percentage leerlingen dat onvertraagd onderwijs volgt op niveau basisschooladvies of op een hoger niveau, per leerjaar naar enkele adviezen, cohort 2011 (n= ) VO-advies Vmbo-b Vmbo-k Vmbo-gt Havo Vwo % % % % % Begin 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Na 1jr 95,6 97,9 97,7 98,0 98,7 Na 2jr 86,9 73,3 73,3 68,8 81,9 Na 3jr 79,6 66,7 66,5 60,4 74,9 Na 4jr 74,2 62,2 60,3 49,0 68,2 Na 5jr 42,5 62,2 Na 6jr 58,0 Tabel Percentage leerlingen dat onvertraagd onderwijs volgt op niveau basisschooladvies of op een hoger niveau, per leerjaar naar dubbele adviezen, cohort 2011 (n=49.841) VO-advies Pagina 15 van 64

16 Vmbo-b/k Vmbok/gt Vmbogt/havo Havo/vwo % % % % Begin 100,0 100,0 100,0 100,0 Na 1jr 97,6 97,8 97,9 98,5 Na 2jr 92,6 83,5 85,9 82,8 Na 3jr 86,9 76,4 79,4 76,4 Na 4jr 81,3 71,2 70,6 65,2 Na 5jr 57,8 Veranderingen door de tijd Hieronder staat weergegeven hoeveel procent van de leerlingen met een vmbo-g/t advies van cohort 2009 tot en met cohort 2013 er in geslaagd is om zonder vertraging onderwijs te volgen op minimaal vmbo-g/t niveau. Hierin is een lichte stijging zichtbaar. Tabel Percentage leerlingen met een vmbo-t advies dat onvertraagd onderwijs volgt op vmbo-gt of op een hoger niveau, cohort 2009 tot en met cohort 2013 (n cohort 2013=39.777) Totale n Begin 100,0 100,0 100,0 Na 1 jaar 97,7 97,8 97,6 Na 2 jaar 73,3 74,1 76,7 Na 3 jaar 66,5 67,7 70,5 Na 4 jaar 60,3 61,5 63,4 Einduitkomst succesvolle leerlingen, cohort 2011 Onderstaande tabel laat zien waar succesvolle leerlingen in het laatste jaar (leerjaar vier voor vmbo, leerjaar vijf voor havo en leerjaar zes voor vwo) eigenlijk zitten: hebben zij een diploma gehaald of staan zij ingeschreven voor een hoger niveau? Weinig verrassend staan met name leerlingen met een dubbel advies ingeschreven voor een hoger niveau. Daarnaast geldt dat opstroom (binnen het vo) met name gebeurt bij leerlingen met een lager vmbo-advies en bij leerlingen met een havo of havo/vwo advies. Leerlingen met een vmbo-gt advies staan het minst vaak ingeschreven voor de havo of hoger na vier jaar (maar dit is dan wel weer de groep die het vaakst gediplomeerd opstroomt, wat in deze analyse buiten beschouwing wordt gelaten). Tabel Positie van succesvolle leerlingen per adviesniveau in het eindjaar, cohort 2011 (n= ) % n Vmbo-b Diploma behaald 70, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 29, Vmbo-b/k Diploma behaald 45, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 54, Vmbo-k Diploma behaald 77, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 22, Vmbo-k/gt Diploma behaald 50, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 49, Vmbo-gt Diploma behaald 89, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 10, Vmbogt/havo Diploma behaald 65, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 34, Havo Diploma behaald 77, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 22, Havo/vwo Diploma behaald 52, Ingeschreven voor hogere onderwijssoort 47, Pagina 16 van 64

17 Vwo Diploma behaald 100, Verschillen naar advies ten opzichte van toetsadvies Onderstaande grafieken geven weer hoe de kans om in leerjaar drie op het advies van het niveau geplaatst te worden, samenhangt met de mate waarin het advies overeenkomt met het toetsadvies. Een leerling met een schooladvies dat hoger is dan het toetsadvies, heeft een grotere kans om af te stromen in de onderbouw. Wat betreft zittenblijven in leerjaar een zijn er bij de hogere niveaus kleine verschillen zichtbaar. Leerlingen die een hoger advies hebben gekregen dan hun toetsadvies, blijven vaker zitten in leerjaar een. Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, vmbo-gt advies, uitgesplitst naar toetsadvies, cohort 2011 (n=34.884) Pagina 17 van 64

18 Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, havo-advies, uitgesplitst naar toetsadvies, cohort 2011 (n=32.743) Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op adviesniveau, vwo-advies, uitgesplitst naar toetsadvies, cohort 2011 (n=29.731) Verschillen naar geslacht Onderstaande grafiek laat de verschillen naar geslacht zien voor leerlingen met een vmbo-gt advies. Daaronder staat een tabel, waarin de verschillen tussen jongens en meisjes voor alle adviezen zijn opgenomen. Pagina 18 van 64

19 Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, vmbo-gt advies, uitgesplitst naar geslacht, cohort 2011 (n=34.101) Tabel Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, naar adviesniveau en geslacht, cohort 2011 (n= ) Vmbo-b Vmbo-k Vmbo-gt Havo Vwo Jonge Jonge Jonge Jonge Jonge n Meisje n Meisje n Meisje n Meisje n Meisje Begin 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Na 1 jaar Na 2 jaar Na 3 jaar Na 4 jaar Na 5 jaar Na 6 jaar 94,8 96,4 97,4 98,3 96,9 98,5 97,2 98,8 98,2 99,3 85,1 88,8 67,9 78,5 67,2 79,2 61,5 76,1 78,0 86,2 77,2 82,3 60,1 73,0 59,5 73,1 52,6 68,3 70,4 80,0 71,5 77,1 56,2 67,9 53,9 66,4 40,5 57,7 63,3 73,8 35,0 50,1 56,9 68,2 53,2 63,3 Verschillen naar geslacht, opleidingsniveau ouders en migratieachtergrond Er zijn verschillen gevonden naar geslacht, opleidingsniveau ouders en migratieachtergrond. Al deze leerlingkenmerken zijn in onderstaande grafieken gecombineerd, waardoor grote verschillen tussen groepen zichtbaar worden. Jongens doorlopen het voortgezet onderwijs minder vaak dan meisjes nominaal op het niveau van het basisschooladvies. Leerlingen met lager opgeleide ouders en een niet-westerse migratieachtergrond (tweede generatie) hebben ook een aanzienlijk kleinere kans om nominaal een diploma op het adviesniveau te halen dan andere leerlingen, terwijl leerlingen zonder migratieachtergrond en leerlingen met hoogopgeleide ouders springen er juist positief uit. Voor het grootste gedeelte ontstaan de verschillen bij de plaatsing in leerjaar 3. In het algemeen zien we dat leerlingen met een niet-westerse achtergrond het in de bovenbouw minder doen dan leerlingen zonder migratieachtergrond. Pagina 19 van 64

20 Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, vmbo-gt advies, uitgesplitst naar hoogste opleidingsniveau ouders, jongens cohort 2012 (n=12.186) NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, vmbo-gt advies, uitgesplitst naar hoogste opleidingsniveau ouders, meisjes cohort 2012 (n=12.831) NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Pagina 20 van 64

21 Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, havo advies, uitgesplitst naar hoogste opleidingsniveau ouders, jongens cohort 2012 (n=10.538) NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Figuur Percentage leerlingen dat het vo onvertraagd doorloopt op minimaal adviesniveau, havo advies, uitgesplitst naar hoogste opleidingsniveau ouders, meisjes cohort 2012 (n=10.385) NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Pagina 21 van 64

22 Tabel Percentage leerlingen met een advies vmbo-gt dat onvertraagd onderwijs volgt op havo of hoger, per leerjaar, naar geslacht en migratieachtergrond, cohort 2012 (n jongen=12.186, n meisje=12.831) Vmbo-gt Jongen Meisje Geen migratie -achtergrond Max mbo 4 Hbo/wo Max mbo 4 Hbo/wo Nietwesters Geen Niet- Geen Niet- Geen migratie westers migratie westers migratie e - e - e - migratie achtergrond migratie achter- migratie achter- - - grond - grond achtergrondgrondgrond, achter- achter- tweede tweede tweede generati generati generati e e e Nietwesters e migratie - achtergrond, tweede generati e % % % % % % % % Begin 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Na 1jr 97,2 95,6 97,8 95,4 98,7 97,3 98,9 n<10 Na 2jr 63,3 57,5 80,2 77,1 78,2 70,5 89,3 76,5 Na 3jr 56,6 47,8 73,6 66,1 72,6 61,8 84,8 69,5 Na 4jr 51,5 39,9 67,3 56,3 66,6 53,0 78,6 58,8 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Tabel Percentage leerlingen met een havoadvies dat onvertraagd onderwijs volgt op havo of hoger, per leerjaar, naar geslacht en migratieachtergrond, cohort 2012 (n jongen=10.538, n meisje=10.385) Havo Jongen Meisje Geen migratie - achtergrond Max mbo4 Hbo/wo Max mbo4 Hbo/wo Nietwesters Geen Niet- Geen Niet- Geen migratie westers migratie westers migratie e - e - e - migratie achtergrond migratie achter- migratie achter- - - grond - grond achtergrondgrondgrond, achter- achter- tweede tweede tweede generati generati generati e e e Nietwesters e migratie - achtergrond, tweede generati e % % % % % % % % Begin 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Na 1jr 96,9 96,0 97,3 94,3 98,9 97,4 99,1 97,3 Na 2jr 55,8 47,0 72,1 62,1 71,5 63,1 84,7 77,6 Na 3jr 47,2 38,4 63,3 52,1 63,7 54,1 79,1 68,4 Na 4jr 36,1 27,8 49,7 39,9 52,8 42,7 68,7 54,3 Na 5jr 31,1 22,7 43,1 33,8 45,4 33,5 61,3 45,4 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Pagina 22 van 64

23 3.2 Onderwijsniveau ten opzichte van advies Het percentage leerlingen dat in leerjaar 3 geplaatst wordt op het niveau van het advies dat ze vanuit de basisschool hebben meegekregen, stijgt de afgelopen jaren. Het percentage leerlingen dat afstroomt of op het laagste advies van een dubbel advies terecht komt, neemt af. Onderstaande tabel toont de plaatsing naar advies ook uitgesplitst naar enkel- en meervoudig advies. De stijging van het percentage leerlingen dat op het niveau van advies geplaatst wordt, is binnen de groep leerlingen met enkelvoudig advies heel klein. De algemene stijging van het percentage leerlingen dat op het niveau van advies geplaatst wordt, is dus te danken aan een toename van enkelvoudige adviezen. Binnen de groep leerlingen met een meervoudig advies, stijgt het percentage dat op de hoogste onderwijssoort van het advies geplaatst wordt met 5 procentpunten in vijf jaar. Daarnaast is zowel bij enkel- als bij meervoudige adviezen zichtbaar dat leerlingen minder vaak afstromen en vaker opstromen. Tabel Onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies (jaar=inschrijfjaar eerste keer leerjaar 3), uitgesplitst naar enkelvoudig en meervoudig advies, 2013/ /2018 (n 2017/2018= ) 2013/ / / / / 2018 % % % % % Enkelvoudige advies Meervoudig advies: 2 niveaus Totaal Afgestroomd t.o.v. 18,6 18,4 17,0 15,5 13,2 advies Plaats in leerjaar 3 gelijk 69,0 69,5 70,5 70,8 70,4 aan advies Opgestroomd t.o.v. 12,4 12,1 12,5 13,7 16,4 advies Aantal leerlingen Afgestroomd t.o.v. 9,5 8,5 7,3 6,4 5,3 advies Laagste onderwijssoort 46,9 47,7 46,7 45,9 44,9 binnen dubbel advies Hoogste onderwijssoort 41,0 41,0 42,9 44,3 46,0 binnen dubbel advies Opgestroomd t.o.v. 2,6 2,8 3,1 3,4 3,9 advies Aantal leerlingen Afgestroomd t.o.v. 15,9 15,7 14,7 13,6 11,9 advies Laagste onderwijssoort 14,2 13,2 11,3 9,2 7,1 binnen dubbel advies Plaats in leerjaar 3 gelijk 48,1 50,3 53,4 56,7 59,3 aan advies Hoogste onderwijssoort 12,4 11,3 10,4 8,9 7,3 binnen dubbel advies Opgestroomd t.o.v. 9,4 9,6 10,2 11,6 14,4 advies Aantal leerlingen Pagina 23 van 64

24 Onderstaande tabel splitst de op-/ en afstroom uit naar het advies dat meegegeven is vanuit de basisschool. Op alle adviesniveaus is afstroom en laagste onderwijssoort van een dubbel advies afgenomen, met uitzondering van plaatsing op het laagste onderwijsniveau van een havo/vwo-advies. Tabel Onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies, uitgesplitst naar vo-advies, 2015/ /2018 (n 2017/2018= ) 2015/ / / 2018 % % % Vmbo-b Plaats gelijk aan advies 72,8 70,6 68,5 Opgestroomd t.o.v. advies 27,2 29,4 31,5 Laagste onderwijssoort dubbel 39,0 37,1 37,7 advies Vmbob/k Hoogste onderwijssoort dubbel advies 48,7 50,4 48,7 Opgestroomd t.o.v. advies 12,3 12,6 13,6 Afgestroomd t.o.v. advies 19,1 16,1 12,0 Vmbo-k Plaats gelijk aan advies 61,4 62,4 61,1 Opgestroomd t.o.v. advies 19,5 21,5 26,9 Afgestroomd t.o.v. advies 8,7 7,9 4,8 Laagste onderwijssoort dubbel 40,8 40,9 39,1 Vmbok/gt advies Hoogste onderwijssoort dubbel 48,3 48,8 52,6 advies Opgestroomd t.o.v. advies 2,2 2,5 3,5 Afgestroomd t.o.v. advies 18,3 16,0 12,7 Vmbo-gt Plaats gelijk aan advies 70,8 71,7 71,7 Opgestroomd t.o.v. advies 10,9 12,3 15,6 Afgestroomd t.o.v. advies 6,7 5,7 4,7 Laagste onderwijssoort dubbel 54,9 54,4 51,3 Vmbogt/ advies Hoogste onderwijssoort dubbel 35,8 37,0 40,7 havo advies Opgestroomd t.o.v. advies 2,7 2,9 3,3 Afgestroomd t.o.v. advies 25,2 23,1 20,7 Havo Plaats gelijk aan advies 58,1 59,5 59,6 Opgestroomd t.o.v. advies 16,7 17,4 19,7 Afgestroomd t.o.v. advies 10,4 9,3 8,5 Laagste onderwijssoort dubbel 44,6 44,0 44,3 Havo/ advies vwo Hoogste onderwijssoort dubbel 45,1 46,7 47,3 advies Vwo Afgestroomd t.o.v. advies 13,8 13,7 12,6 Plaats gelijk aan advies 86,2 86,3 87,4 Onderwijsniveau ten opzichte van advies naar geslacht Onderstaande tabel geeft de plaatsing van leerjaar 3 ten opzichte van het basisschooladvies weer, uitgesplitst naar het geslacht van de leerling. Jongens stromen op alle niveaus vaker af, en minder vaak op dan meisjes. Tabel Onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies, uitgesplitst naar voadvies en geslacht, 2017/2018 (n= ) Jongen Meisje % % Vmbo-b Plaats gelijk aan advies 73,1 63,6 Opgestroomd t.o.v. advies 26,9 36,4 Vmbo-b/k Laagste onderwijssoort dubbel advies 43,3 31,8 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 46,7 50,8 Opgestroomd t.o.v. advies 10,1 17,4 Vmbo-k Afgestroomd t.o.v. advies 15,1 8,9 Plaats gelijk aan advies 63,4 58,8 Opgestroomd t.o.v. advies 21,5 32,3 Pagina 24 van 64

25 Vmbo-k/gt Afgestroomd t.o.v. advies 6,8 2,9 Laagste onderwijssoort dubbel advies 45,9 32,7 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 45,0 59,8 Opgestroomd t.o.v. advies 2,4 4,6 Vmbo-gt Afgestroomd t.o.v. advies 16,3 9,2 Plaats gelijk aan advies 72,0 71,4 Opgestroomd t.o.v. advies 11,7 19,4 Afgestroomd t.o.v. advies 6,4 3,0 Laagste onderwijssoort dubbel advies 57,1 45,7 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 34,1 47,1 Opgestroomd t.o.v. advies 2,3 4,2 Havo Afgestroomd t.o.v. advies 25,7 15,8 Plaats gelijk aan advies 59,5 59,7 Opgestroomd t.o.v. advies 14,8 24,5 Havo/vwo Afgestroomd t.o.v. advies 10,7 6,2 Laagste onderwijssoort dubbel advies 50,1 38,4 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 39,2 55,4 Vwo Afgestroomd t.o.v. advies 15,5 9,5 Plaats gelijk aan advies 84,5 90,5 Zowel jongens als meisjes zijn in 2017/2018 minder vaak afgestroomd en vaker opgestroomd dan in 2016/2017. Tabel Onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies, uitgesplitst naar geslacht, 2016/ /2018 (n 2017/2018= ) Jongen Meisje % % % % Afgestroomd t.o.v. advies 17,0 15,0 10,3 8,9 Laagste onderwijssoort dubbel advies 10,1 8,0 8,3 6,2 Plaats gelijk aan advies 56,3 59,6 57,0 58,9 Hoogste onderwijssoort dubbel 7,7 6,2 10,1 8,3 advies Opgestroomd t.o.v. advies 9,0 11,3 14,3 17,6 Onderwijsniveau ten opzichte van advies naar migratieachtergrond Onderstaande tabel toont de mate van op- en afstroom ten opzichte van het advies, uitgesplitst naar migratieachtergrond. De verschillen tussen leerlingen met een verschillende achtergrond zijn groot, maar dit valt grotendeels weg als de adviezen samengenomen worden in een totaalregel. Dit heeft te maken met het feit dat leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond vaker een vmbo b-advies krijgen, waarbij afstroom niet mogelijk is, en leerlingen zonder migratieachtergrond vaker een vwo-advies, waarbij opstroom niet mogelijk is. Er zijn behoorlijk wat adviesniveaus waarbij leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond vaker opstromen dan leerlingen zonder migratieachtergrond (bijvoorbeeld vmbo-b/k, vmbo-gt en havo). Tegelijkertijd stromen leerlingen zonder migratieachtergrond minder vaak af (bijvoorbeeld vmbo-k, vmbo-gt/havo en vwo) dan leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond. De ontwikkeling van minder afstroom en meer opstroom geldt voor alle leerlingen, ongeacht wel of geen migratieachtergrond. Vmbogt/havo Tabel Onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies, uitgesplitst naar migratieachtergrond, 2016/ /2018 (n 2017/2018= ) Afgestroomd t.o.v. advies Laagste binnen dubbel advies Plaats in leerjaar 3 gelijk aan advies Hoogste binnen dubbel advies Opgestroomd t.o.v. advies Vmbo-b Geen migr. acht. 69,8 67,9 30,2 32,1 Westerse migr. acht. 69,6 65,4 30,4 34,6 Pagina 25 van 64

26 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 73,7 71,4 26,3 28,6 Geen migr. acht. 35,3 36,4 52,0 50,2 12,7 13,4 Westerse migr. acht. 38,6 40,1 48,3 44,4 13,1 15,4 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 43,3 43,0 44,6 43,5 12,0 13,6 Vmbo-k Geen migr. acht. 15,2 11,1 63,8 63,1 21,0 25,8 Westerse migr. acht. 16,6 13,3 58,2 56,3 25,2 30,4 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 19,5 15,2 58,3 55,0 22,2 29,8 Geen migr. acht. 7,4 4,1 40,5 39,7 49,8 52,8 2,3 3,4 Westerse migr. acht. 13,0 4,9 39,1 31,5 43,0 60,3 4,8 3,3 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 8,9 9,2 43,2 37,5 45,1 48,9 2,8 4,4 Vmbo-gt Geen migr. acht. 15,2 12,0 73,1 73,0 11,7 15,0 Westerse migr. acht. 13,8 11,9 69,9 69,1 16,3 19,0 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 20,5 16,2 66,0 66,1 13,5 17,7 Vmbob/k Vmbok/gt Vmbogt/havo Geen migr. acht. 5,4 4,2 54,7 52,0 37,2 40,7 2,8 3,0 Westerse migr. acht. 4,2 5,1 55,0 46,5 36,4 42,9 4,4 5,6 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 7,6 6,9 52,6 50,5 37,1 39,1 2,8 3,4 Havo Geen migr. acht. 22,6 20,3 60,2 60,4 17,1 19,3 Westerse migr. acht. 20,0 19,1 58,8 57,0 21,2 23,9 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 28,0 24,4 55,0 55,3 17,0 20,3 Havo/ vwo Geen migr. acht. 9,2 8,2 43,9 44,5 46,9 47,3 Westerse migr. acht. 5,8 7,4 41,7 38,3 52,5 54,3 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 12,6 10,8 46,5 46,7 40,9 42,5 Vwo Geen migr. acht. 13,7 12,6 86,3 87,4 Westerse migr. acht. 11,2 10,2 88,8 89,8 Niet-westerse migr. acht., tweede gen. 16,0 14,5 84,0 85,5 Pagina 26 van 64

27 Onderwijsniveau ten opzichte van advies naar opleidingsniveau ouders Onderstaande tabel geeft de plaatsing van leerjaar drie ten opzichte van het basisschooladvies weer, uitgesplitst naar het opleidingsniveau van de ouders. Hierin is geen totaalregel opgenomen. De verschillen tussen leerlingen met een verschillende achtergrond zijn groot, maar dit valt grotendeels weg als de adviezen samengenomen worden in een totaalregel. Dit heeft te maken met het feit dat leerlingen met lager opgeleide ouders vaker een vmbo-b advies krijgen, waarbij afstroom niet mogelijk is, en leerlingen met hoger opgeleide ouders vaker een vwoadvies, waarbij opstroom niet mogelijk is. Leerlingen met lager opgeleide ouders stromen vaker af en minder vaak op. Als voorbeeld vergelijken we leerlingen met ouders met maximaal een mbo 2- opleiding en een wo-opleiding (de twee uitersten) en een vmbo-gt advies. De leerlingen met lager opgeleide ouders stromen vier keer zo vaak af (20 procent tegen 5 procent). Opstroom is ruim tweeënhalf keer zo waarschijnlijk voor de groep met wo-opgeleide ouders (28 procent tegen 11 procent). Tabel Onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies, uitgesplitst naar vo-advies en opleidingsniveau ouders, 2017/2018 (n= ) Oplei ding onbe kend max. mbo2 mbo 3-4 hbo ad/b a wo ba/m a & hbo ma % % % % % Vmbo-b Plaats gelijk aan advies 67,1 74,1 68,0 56,4 52,2 Opgestroomd t.o.v. advies 32,9 25,9 32,0 43,6 47,8 Laagste onderwijssoort dubbel advies 37,1 47,7 35,5 26,6 24,8 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 50,3 42,7 52,1 50,8 49,1 Opgestroomd t.o.v. advies 12,6 9,6 12,4 22,6 26,2 Vmbo-k Afgestroomd t.o.v. advies 10,2 17,6 12,2 5,9 5,7 Plaats gelijk aan advies 64,0 60,7 62,1 58,2 49,7 Opgestroomd t.o.v. advies 25,8 21,6 25,7 36,0 44,6 Afgestroomd t.o.v. advies 3,8 8,1 4,3 4,1 n<10 Laagste onderwijssoort dubbel advies 39,9 46,1 39,9 32,6 n<10 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 51,7 43,7 52,9 60,0 66,0 Opgestroomd t.o.v. advies 4,6 2,0 2,9 3,4 7,6 Vmbo-gt Afgestroomd t.o.v. advies 12,2 20,5 14,2 7,9 5,5 Plaats gelijk aan advies 74,4 68,5 72,8 72,3 66,3 Opgestroomd t.o.v. advies 13,4 11,0 13,0 19,8 28,3 Vmbob/k Vmbok/gt Vmbogt/havo Afgestroomd t.o.v. advies 4,9 9,3 5,6 2,3 1,5 Laagste onderwijssoort dubbel advies 54,0 57,0 55,6 48,2 37,5 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 38,4 31,9 35,9 46,3 54,1 Opgestroomd t.o.v. advies 2,6 1,9 3,0 3,1 6,9 Havo Afgestroomd t.o.v. advies 22,8 34,7 26,2 15,9 9,8 Plaats gelijk aan advies 62,0 53,1 58,8 62,1 58,3 Opgestroomd t.o.v. advies 15,3 12,1 15,0 22,0 31,8 Havo/vw o Afgestroomd t.o.v. advies 11,3 17,0 11,1 6,3 3,4 Laagste onderwijssoort dubbel advies 47,5 48,7 50,2 44,3 35,2 Hoogste onderwijssoort dubbel advies 41,2 34,3 38,8 49,4 61,5 Vwo Afgestroomd t.o.v. advies 16,4 26,1 19,3 12,5 6,2 Plaats gelijk aan advies 83,6 73,9 80,7 87,5 93,8 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Pagina 27 van 64

28 Voor alle verschillende categorieën opleidingsniveau ouders, is dezelfde trend zichtbaar: een afname van het percentage leerlingen dat afstroomt, en een toename van het percentage leerlingen dat opstroomt. Tabel Onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies, uitgesplitst naar opleidingsniveau ouders, 2016/ /2018 (n 2017/2018=) Opleiding onbekend max. mbo2 mbo 3-4 hbo ad/ba wo ba/ma & hbo ma % % % % % % % % % % Afgestroomd 13,6 12,3 18,7 16,3 16,0 14,2 11,5 10,0 7,1 6,3 t.o.v. advies Laagste 9,7 7,8 10,0 7,7 9,8 7,6 9,0 6,9 6,8 5,1 onderwijssoort dubbel advies Plaats gelijk 56,2 58,4 53,2 55,9 54,6 57,3 57,3 59,9 63,7 65,9 aan advies Hoogste 9,0 7,3 6,8 5,7 8,1 6,7 10,0 8,0 10,7 8,6 onderwijssoort dubbel advies Opgestroomd t.o.v. advies 11,6 14,2 11,3 14,5 11,4 14,2 12,3 15,2 11,6 14,1 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Onder- en overadvisering van op- en afstromers Van de leerlingen die in leerjaar 3 opgestroomd zijn ten opzichte van hun advies heeft ruim 70 procent een lager advies gekregen dan hun toetsuitslag (2017, minstens een half niveau). Van de leerlingen die afgestroomd zijn, is ruim 45 procent overgeadviseerd. Ook bij plaatsing op het hoogste of laagste onderwijsniveau binnen een dubbel advies geldt dat leerlingen die het hoogste niveau behalen vaak ondergeadviseerd zijn (ongeveer de helft), terwijl leerlingen die het laagste niveau behalen vaker overgeadviseerd zijn (ongeveer 35 procent). Tabel Advisering ten opzichte van eindtoets, uitgesplitst naar onderwijspositie leerjaar 3 t.o.v. basisschooladvies, 2016/ /2018 (n 2017/2018= ) Advies min. 1 niveau lager dan toets Advies half niveau lager dan toets Advies gelijk aan toets Advies half niveau hoger dan toets Advies min. 1 niveau hoger dan toets % % % % % 2016/201 5,4 16,0 34,6 20,9 23,2 Afgestroomd t.o.v. advies /201 7,5 16,4 29,6 22,7 23, /201 6,5 21,5 38,4 24,0 9,6 Laagste onderwijssoort binnen dubbel advies /201 9,5 21,8 33,4 22,7 12, /201 9,7 19,3 49,3 11,3 10,4 Plaats in leerjaar 3 gelijk aan advies /201 13,4 19,3 43,2 13,1 11, /201 11,7 35,7 33,1 15,6 3,9 Hoogste onderwijssoort binnen dubbel advies / ,5 32,5 29,9 13,5 5,6 2016/201 30,0 31,5 29,1 5,1 4,3 Opgestroomd t.o.v. advies /201 44,4 27,5 18,1 6,5 3,4 8 Pagina 28 van 64

29 3.3 Doubleren Onderstaande tabel toont welk percentage van de leerlingen jaarlijks blijft zitten op de verschillende onderwijssoorten. Met onderbouw worden de eerste twee schooljaren bedoeld. De examenjaren zijn in onderstaande tabellen niet meegenomen. Dit geldt ook voor leerlingen in een vmbo-mbo traject die in een hoger leerjaar dan leerjaar 3 zitten. Op alle niveaus is sprake van een toename van het doubleren. Tabel Doubleren, uitgesplitst naar onderwijssoort, 2012/ /2017 (n 2016/2017= ) 2013/ / / /2017 % % % % Onderbouw 3,4 3,2 3,5 4,0 Vmbo-b 6,4 6,6 6,2 6,4 Vmbo-k 4,1 3,6 3,3 3,6 Vmbo-gt 7,7 7,0 6,4 7,6 Havo 11,4 10,8 11,0 11,5 Vwo 7,5 7,1 6,8 7,3 Totale n Jongens doubleren op alle niveaus vaker dan meisjes. Tabel Doubleren, uitgesplitst naar onderwijssoort en geslacht, 2016/2017 (n= ) Onderbouw Vmbo-b Vmbo-k Vmbo-gt Havo Vwo % % % % % % Jongen 4,9 6,7 4,1 8,9 13,3 8,3 Meisje 2,9 6,1 3,0 6,3 9,7 6,4 Ook blijven leerlingen met een migratieachtergrond vaker zitten dan leerlingen zonder migratieachtergrond. Dit geldt voor alle onderwijsniveaus. Leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond, eerste generatie, blijven vooral opvallend vaak zitten in de onderbouw. Tabel Doubleren, uitgesplitst naar onderwijssoort en migratieachtergrond, 2016/2017 (n= ) Onder- Vmbogt Vmbo- Vmbo- Havo Vwo bouw % % % % % % Geen migratieachtergrond 2,6 5,2 3,3 6,9 11,0 6,9 Westerse 5,1 11,0 4,2 9,2 12,7 7,9 migratieachtergrond Niet-westerse 4,0 6,8 4,5 10,3 13,9 10,0 migratieachtergrond, tweede generatie Niet-westerse migratieachtergrond, eerste generatie 30,5 15,7 4,1 9,9 15,2 10,8 Pagina 29 van 64

30 3.4 Examenresultaten Hieronder wordt voor de afgelopen tien jaren de verdeling van de uitgegeven diploma s in het bekostigd onderwijs weergegeven. Al jaren is de trend dat er relatief minder vmbo b-diploma s worden uitgegeven en meer diploma s op havo/vwo-niveau. Deze trend zet zich ook dit jaar door. Tabel Verdeling gediplomeerden (n 2018= ) % % % % % Basisberoepsgerichte 13,3 13,0 12,1 11,8 11,4 leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte 15,4 15,4 14,9 14,6 14,4 leerweg vmbo Gemengde/theoretisch 27,7 27,8 27,9 27,4 28,8 e leerweg vmbo Havo 23,7 25,0 25,5 26,7 25,9 Vwo 19,9 18,8 19,6 19,5 19,5 Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig % % % % % Basisberoepsgerichte 11,4 11,2 11,0 10,9 10,3 leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte 14,7 14,9 15,2 15,3 15,1 leerweg vmbo Gemengde/theoretisch 29,4 29,7 29,6 29,4 28,9 e leerweg vmbo Havo 25,9 25,5 26,3 25,6 26,5 Vwo 18,5 18,6 17,9 18,8 19,3 Totaal 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Pagina 30 van 64

31 Slagingspercentage Onderstaande tabel toont het slagingspercentage voor het centraal examen naar onderwijsniveau. Van jaar op jaar zijn er slechts kleine verschuivingen zichtbaar. Over een langere periode bekeken was er sinds 2012 sprake van een stijging van het slagingspercentage, maar deze stijging is sinds 2016 gestabiliseerd. Tabel Percentage geslaagd voor centraal examen naar schoolsoort, (n 2018= ) % % % % % % Basisberoepsgerichte 96,0 96,3 96,2 95,4 96,0 96,7 leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte 95,7 94,4 94,4 94,4 93,4 93,1 leerweg vmbo Gemengde/theoretische 94,1 94,5 93,7 92,6 90,3 91,4 leerweg vmbo Havo 89,3 86,8 85,5 85,5 86,7 88,0 Vwo 92,2 91,0 89,2 88,8 87,3 91,9 Totaal 93,1 92,1 91,1 90,5 89,8 91, % % % % % Basisberoepsgerichte 96,9 97,6 97,8 98,1 97,8 leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte 94,9 95,2 95,8 96,0 95,2 leerweg vmbo Gemengde/theoretische 93,4 94,3 94,1 92,8 92,5 leerweg vmbo Havo 87,9 87,4 88,6 87,2 87,7 Vwo 89,7 92,3 91,2 91,0 91,5 Totaal 91,8 92,6 92,7 91,9 91,9 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Op de vmbo-niveaus slagen meisjes relatief vaker dan jongens. Op de havo en het vwo slagen jongens iets vaker. Tabel Percentage geslaagd voor centraal examen naar schoolsoort, uitgesplitst naar geslacht (n 2018= )* Jongen Meisje Jongen Meisje % % % % Basisberoepsgerichte leerweg vmbo 97,9 98,3 97,6 98,1 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 96,0 96,0 95,0 95,4 Gemengde/theoretische leerweg vmbo 92,8 92,8 92,1 92,8 Havo 87,7 86,7 88,5 86,9 Vwo 91,8 90,2 92,1 91,0 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Op alle onderwijsniveaus slagen leerlingen met hoger opgeleide ouders vaker voor het examen. Op de hogere niveaus is dit verschil groter dan op de lagere niveaus. Op de havo slaagt bijvoorbeeld ongeveer 86 procent van de leerlingen met ouders met een mbo 3-4 opleiding, terwijl van de leerlingen met academisch opgeleide ouders ongeveer 90 procent slaagt. Tabel Percentage geslaagd voor centraal examen naar schoolsoort, uitgesplitst naar opleidingsniveau ouders (n 2017= ) Opleiding onbekend max. mbo 2 mbo 3-4 hbo ad/ba wo ba/ma & hbo ma % % % % % Vmbo-b 98,6 97,1 98,5 n<10 n<10 Vmbo-k 96,4 94,4 96,6 97,0 96,6 Vmbo-gt 93,5 89,4 92,7 94,5 94,6 Pagina 31 van 64

32 Havo 87,4 80,2 86,2 89,0 90,6 Vwo 90,6 81,0 89,6 91,4 93,6 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Ook leerlingen met een migratieachtergrond hebben een minder grote kans om hun examen te halen, met name leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond (zowel eerste als tweede generatie). Op de hogere niveaus is dit verschil groter dan op de lagere niveaus. Tabel Percentage geslaagd voor centraal examen naar schoolsoort uitgesplitst naar migratieachtergrond (n 2018= ) Geen migratieachtergrond Westerse migratieachtergrond Niet westerse migratieachtergrond, tweede generatie Niet westerse migratieachtergrond, eerste generatie % % % % Basisberoepsgerichte ,7 97,9 96,7 94,8 leerweg vmbo ,4 97,6 96,5 94,3 Kaderberoepsgerichte ,7 94,7 93,6 92,9 leerweg vmbo ,2 94,8 92,0 89,6 Gemengde/theoretische ,9 91,7 87,6 86,9 leerweg vmbo ,7 92,6 86,6 84,8 Havo ,5 86,9 78,5 73, ,4 85,8 78,4 72,0 Vwo ,3 89,8 80,3 78, ,8 90,3 81,5 77,7 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Ook wanneer er gecontroleerd wordt voor het geslacht en het opleidingsniveau van de ouders, is de kans om te slagen kleiner voor leerlingen met een migrantenachtergrond. In een logistische regressie is gekeken hoe de kans om te slagen beïnvloedt wordt door geslacht, het opleidingsniveau van de ouders en migrantenachtergrond. Van de leerlingen die examen hebben gedaan op het betreffende niveau zijn de volgende groepen uitgesloten: leerlingen waarvan het opleidingsniveau van de ouders niet bekend en leerlingen met een eerste generatie of westerse migratieachtergrond. Als onafhankelijke variabelen zijn het opleidingsniveau ouders (ingedeeld in maximaal mbo-4 en hbo/wo), geslacht, en migratieachtergrond (geen migratieachtergrond vs. tweedegeneratie niet-westerse migratieachtergrond) meegenomen. Het geslacht van de leerling voegde alleen iets toe aan de voorspelling van de vmbo-b- en vwo-examens: bij vmbo-b heeft een meisje een iets grotere kans om het examen te halen, en bij het vwo-examen een iets kleinere kans. Dit effect is echter veel kleiner dan het effect van het opleidingsniveau van de ouders en de migratie-achtergrond. Leerlingen met hbo/wo-opgeleide ouders hebben een grotere kans om te slagen dan leerlingen waarvan de ouders een opleiding hebben op maximaal mbo 4-niveau. Met als uitzondering de slaagkans voor het vmbo-b examen, heeft de migratieachtergrond van leerlingen een grotere invloed op de slaagkans dan het opleidingsniveau van de ouders. Tabel Uitkomst logistische regressie waarin kans op slagen voor het vmbo-b examen voorspeld wordt, 2017/2018 (n=13.782) B S.E. Wald df Sig. Exp(B) Hbo/wo opleiding ouders 1,437 0,361 15, ,000 4,209 Meisje 0,324 0,127 6, ,011 1,383 Niet-westerse achtergrond -0,853 0,123 47, ,000 0,426 Constant 4,019 0, , ,000 55,670 Pagina 32 van 64

33 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Tabel Uitkomst logistische regressie waarin kans op slagen voor het vmbo-k examen voorspeld wordt, 2017/2018 (n=19.342) B S.E. Wald df Sig. Exp(B) Hbo/wo opleiding ouders 0,342 0,102 11, ,001 1,407 Meisje -0,027 0,073 0, ,715 0,974 Niet-westerse achtergrond -0,621 0,078 63, ,000 0,537 Constant 3,299 0, , ,000 27,094 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Tabel Uitkomst logistische regressie waarin kans op slagen voor het vmbo-gt examen voorspeld wordt, 2017/2018 (n=39.338) B S.E. Wald df Sig. Exp(B) Hbo/wo opleiding ouders 0,394 0,045 78, ,000 1,483 Meisje 0,014 0,039 0, ,727 1,014 Niet-westerse achtergrond -0,754 0, , ,000 0,470 Constant 2,585 0, , ,000 13,262 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Tabel Uitkomst logistische regressie waarin kans op slagen voor het havo examen voorspeld wordt, 2017/2018 (n=36.741) B S.E. Wald df Sig. Exp(B) Hbo/wo opleiding ouders 0,341 0, , ,000 1,406 Meisje -0,024 0,032 0, ,455 0,977 Niet-westerse achtergrond -0,683 0, , ,000 0,505 Constant 1,891 0, , ,000 6,625 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Tabel Uitkomst logistische regressie waarin kans op slagen voor het vwo examen voorspeld wordt, 2017/2018 (n=26.855) B S.E. Wald df Sig. Exp(B) Hbo/wo opleiding ouders 0,429 0,046 88, ,000 1,536 Meisje -0,155 0,044 12, ,000 0,857 Niet-westerse achtergrond -1,005 0, , ,000 0,366 Constant 2,309 0, , ,000 10,060 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Leerlingen die onderwijs hebben gevolgd in de leerwegondersteunende leerweg (lwoo), slagen minder vaak voor hun examen dan leerlingen zonder lwoo. Tabel Percentage geslaagd voor centraal examen, uitgesplitst naar lwoo (n 2018= ) 2018 geen lwoo lwoo % % Pagina 33 van 64

34 Basisberoepsgerichte leerweg vmbo 98,5 97,3 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 95,5 94,3 Gemengde/theoretische leerweg vmbo 92,7 87,6 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig De slaagpercentages van de verschillende profielen ontlopen elkaar met ongeveer vijf procentpunten. Zowel op het havo als op het vwo is het slaagpercentage van de leerlingen met een N&T-profiel het hoogst. Dit geldt ook voor leerlingen met een combinatieprofiel N&G/N&T. Leerlingen met profiel N&G slagen relatief het minst vaak. De gemiddelde cijfers voor het centraal examens liggen dicht bij elkaar, maar ook hier presteren de N&T-leerlingen het beste. Tabel Percentage geslaagd voor centraal examen naar schoolsoort en profiel (n 2018=93.455) 2018 C&M C&M/ E&M N&G N&G/ N&T E&M N&T % % % % % % Havo 86,7 87,5 87,7 86,2 89,5 89,9 Vwo 90,3 91,0 90,1 88,4 93,3 94,4 Leerlingen die zakken voor hun examen, hebben in het jaar daarna meestal weer een inschrijving in het voortgezet onderwijs. Vooral kandidaten die zakken het havoof vwo-examen, schrijven zich daarna in voor het volwassenonderwijs. Afstroom vindt zeer weinig plaats na het zakken voor het eindexamen. Gezakte vmbo-b leerlingen hebben relatief vaak geen inschrijving in het vo het jaar na zakken, maar dit zijn in absolute aantallen erg weinig leerlingen (omdat er maar weinig leerlingen zakken op vmbo-b). Tabel Inschrijving van gezakte leerlingen, schooljaar volgend op deelname aan het eindexamen, 2014/ /2016 (n 2015/2016=12.459) 2014/ / 2016 % n % n Vmbo-b Vmbo-b 85, ,8 157 Geen inschrijving in bekostigd vo 12, ,6 23 Vmbo-k Vmbo-b 9,9 93 8,3 70 Vmbo-k 85, ,4 732 Geen inschrijving in bekostigd vo 3,7 35 4,5 38 Vmbo-gt Vmbo-k 2,6 73 2,3 68 Vmbo-gt 74, , VAVO 20, ,9 625 Geen inschrijving in bekostigd vo 2,6 74 1,0 31 Havo Havo 53, , VAVO 42, , Geen inschrijving in bekostigd vo 3, ,6 198 Vwo Havo 2,1 55 2,2 67 Vwo 33, , VAVO 60, , Geen inschrijving in bekostigd vo 3,6 95 2,9 88 Totaal Afstroom 1, ,6 205 Zelfde niveau 57, , VAVO 37, , Geen inschrijving in bekostigd vo 3, ,0 378 Gemiddelde examencijfers Hieronder staat het gemiddelde examencijfer op leerlingniveau weergegeven voor de periode Het betreft zowel het centraal examen (CE) als het Pagina 34 van 64

35 schoolexamen (SE). Over de jaren heen zijn hierin slechts minimale verschuivingen zichtbaar. Tabel Gemiddelde cijfers centraal examen en schoolexamen naar schoolsoort (n 2018= ) CE SE CE SE CE SE Basisberoepsgerichte leerweg vmbo 6,6 6,4 6,7 6,4 6,7 6,4 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 6,3 6,4 6,3 6,4 6,3 6,4 Gemengde/ theoretische leerweg vmbo 6,4 6,5 6,5 6,5 6,4 6,5 Havo 6,4 6,4 6,3 6,4 6,4 6,4 Vwo 6,4 6,7 6,6 6,7 6,5 6,7 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig CE SE CE SE Basisberoepsgerichte leerweg vmbo 6,8 6,4 6,7 6,4 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 6,3 6,5 6,3 6,4 Gemengde/ theoretische leerweg vmbo 6,4 6,5 6,3 6,5 Havo 6,3 6,4 6,3 6,4 Vwo 6,5 6,7 6,5 6,7 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Verschil CE-SE De inspectie houdt toezicht op het verschil tussen het SE en CE. Hieronder is het gemiddelde verschil op leerlingniveau weergegeven, uitgesplitst naar onderwijsniveau. Net als voorgaande jaren is dit verschil erg klein. Tabel Verschil SE en CE (n 2018= ) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo -0,2-0,3-0,2 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 0,1 0,1 0,1 Gemengde/theoretische leerweg vmbo 0,1 0,0 0,1 Havo 0,0 0,0 0,0 Vwo 0,2 0,1 0,2 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Basisberoepsgerichte leerweg vmbo -0,4-0,3 Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo 0,1 0,1 Gemengde/theoretische leerweg vmbo 0,1 0,2 Havo 0,0 0,0 Vwo 0,1 0,1 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Het gemiddeld cijfer voor het schoolexamen minus het gemiddeld cijfer centraal examen valt voor meisjes hoger uit: Dat wil zeggen dat zij gemiddeld een hoger cijfer voor hun schoolexamen halen vergeleken met hun centraal examen, dan Pagina 35 van 64

36 jongens. Een leerlinge op vmbo-gt haalt bijvoorbeeld gemiddeld 0,3 punt lager voor haar centraal examen dan voor haar schoolexamen, terwijl dit verschil voor jongens gemiddeld 0,1 punt is. Overige leerlingkenmerken laten niet zo n duidelijk patroon zien. Wel halen leerlingen met een niet-westerse migratieachtergrond gemiddeld een iets lager cijfer voor hun centraal examen vergeleken met hun schoolexamen dan leerlingen zonder niet-westerse migratieachtergrond. Dit verschil is het grootste op het vwo. Tabel Gemiddeld SE-CE verschil naar schoolsoort en geslacht (n 2018= ) 2018 Jongen Meisje Gem Gem Basisberoepsgerichte -0,3-0,2 leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte 0,0 0,2 leerweg vmbo Gemengde/theoretische 0,1 0,3 leerweg vmbo Havo -0,1 0,2 Vwo 0,0 0,3 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Tabel Gemiddeld SE-CE verschil naar schoolsoort en migratieachtergrond (n 2018= ) 2018 Geen migratieachtergrond Westerse migratieachtergrond Niet westerse migratieachtergrond, tweede generatie Niet-westerse migratieachtergrond, eerste generatie Gem Gem Gem Gem Basisberoepsgerichte -0,3-0,3-0,2 0,0 leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte 0,1 0,1 0,2 0,3 leerweg vmbo Gemengde/theoretische 0,2 0,1 0,2 0,3 leerweg vmbo Havo 0,0 0,0 0,1 0,2 Vwo 0,1 0,1 0,3 0,3 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig Resultaten kernvakken Onderstaande tabellen tonen de percentages leerlingen die bij het centraal examen minstens een 5,5 halen voor een van de drie kernvakken. Wat betreft wiskunde is het gemiddelde examencijfer amper veranderd: op de meeste onderwijsniveaus is dit een of enkele tienden hoger dan vorig jaar, alleen op het vmbo-b en vwo is er sprake van een zeer lichte daling. Ook het percentage leerlingen dat een voldoende haalt voor wiskunde neemt op de meeste niveaus (behalve vmbo-b en vwo) weer iets toe. Wat betreft de examencijfers is er dus geen trend ingezet van constant dalende wiskunderesultaten. Tabel Percentage voldoende voor centraal examen Wiskunde naar schoolsoort (n 2018= ) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo % % % % % 83,9 82,7 87,3 84,3 81,9 72,2 78,0 76,9 70,4 71,5 Pagina 36 van 64

37 Gemengde/theoretische leerweg vmbo 77,4 85,5 81,0 77,6 83,0 Havo 81,6 80,5 83,1 75,8 80,8 Vwo 82,8 90,0 87,5 87,8 85,6 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig. Tabel Percentage voldoende voor centraal examen Nederlands naar schoolsoort (n 2018= ) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/theoretische leerweg vmbo % % % % % 87,6 90,8 91,8 93,9 92,7 81,8 81,2 81,4 86,0 81,4 81,3 86,5 84,5 79,7 81,8 Havo 79,0 74,5 83,6 78,7 81,3 Vwo 85,3 76,9 80,3 81,3 82,2 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig. Tabel Percentage voldoende voor centraal examen Engels naar schoolsoort (n 2018= ) Basisberoepsgerichte leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte leerweg vmbo Gemengde/theoretische leerweg vmbo % % % % % 87,9 89,7 87,0 88,9 87,7 74,6 77,6 76,6 78,8 78,3 83,6 82,4 84,6 82,3 77,6 Havo 88,2 87,9 85,3 85,8 86,4 Vwo 89,0 89,5 90,7 88,8 91,6 NB: Examengegevens meest recente jaar voorlopig. Vakken op hoger niveau Slechts een heel klein gedeelte van de leerlingen sluit een examenvak af op een hoger niveau dan het diploma dat behaald wordt. Een deel van deze leerlingen volgde in het voorgaande jaar nog onderwijs op een hoger niveau, en sluiten vakken af als gevolg van het afstromen naar een lager niveau. Vakken afsluiten op een hoger niveau komt met name voor bij examenkandidaten vmbo-b- en vmbo-k. In 2017 hebben in totaal 4,7 procent van de vmbo b-kandidaten en 2,4 procent van de vmbo k-kandidaten een vak afgesloten op een hoger niveau. Als we de leerlingen weglaten die in het voorgaande jaar ingeschreven stonden op een hoger niveau, gaat het resp. om 3,7 procent en 2,3 procent. Tabel Aantal leerlingen dat een vak op hoger niveau afsluit, per onderwijsniveau (n 2017= ) Geen vakken op hoger niveau Minstens een vak op hoger niveau Minstens een vak op hoger niveau, excl. afstroom % n % n % n vmbo-b , , , , , , , , , , , , , , ,7 758 Pagina 37 van 64

38 vmbo-k , , , , , , , , , , , , , , ,3 681 vmbo-gt , ,0 2 0, , ,0 10 0, , ,0 12 0, , ,1 32 0, , ,1 40 0,1 36 havo , , , , ,2 95 0, , , , , , , , , ,3 174 Op een redelijk aantal afdelingen sluiten leerlingen vakken af op een hoger niveau (zonder afstroom), met uitzondering van vmbo gt-afdelingen. In de meeste gevallen betreft het echter maximaal tien examenkandidaten. Tabel Aantal afdelingen waar leerlingen examen doen op hoger niveau, (exclusief afstroom, n=2.311) Geen 1-10 examenkandidaten >11 examenkandidaten % n % n % n vmbo-b , , , , , , , , , , , , , , ,4 17 vmbo-k , ,8 54 1, , ,9 60 1, , ,2 87 0, , ,8 95 2, , , ,6 13 vmbo-gt , ,2 2 0, , ,0 8 0, , ,9 7 0, , ,1 9 0, , ,6 21 0,0 0 havo , ,8 24 0, , ,1 26 0, , ,9 46 0, , ,1 52 0, , ,4 74 0,2 1 Pagina 38 van 64

39 3.5 Uitstroom Uitstroom vmbo Onderstaande tabellen laten zien welk gedeelte van de leerlingen die een vmbodiploma behaalden, in het volgende schooljaar ingeschreven staan voor het mbo. Er is een afname zichtbaar van het percentage leerlingen waar geen inschrijving van bekend is na diplomering en een toename van het percentage leerlingen dat na diplomering zich inschrijft in het voortgezet onderwijs. Tabel Positie in jaar t+1 van leerlingen die in jaar t een vmbo diploma hebben behaald (n 2016= ) Vervolginschrijving in vo Vervolginschrijving mbo Vervolginschrijving mbo NBI geen inschrijving in bekostigd vo* % n % n % n % n , , , , , , , , , , , , , , , , * Deze leerlingen kunnen wel een inschrijving hebben in hbo/wo, vavo, of (na een tussenjaar) in een later jaar instromen in het mbo In onderstaande tabel wordt bovenstaande informatie voor het laatste jaar uitgesplitst naar vmbo-niveau en mbo-niveau. Leerlingen met een vmbo k-diploma stromen in het mbo op verschillende niveaus van het mbo in, met name mbo-3 en mbo-4. Leerlingen met een vmbo-gt diploma stromen voornamelijk op mbo-4 niveau in (ongeveer 70 procent). Hier zien we ook de grootste groep die een vervolginschrijving in het vo heeft (ongeveer 15 procent). Tabel Inschrijving in 2017/2018 van vo-leerlingen die in 2016/2017 een vmbo-diploma hebben behaald (n= ) Vervolginschrijvin g in vo mbo-1 mbo-2 mbo-3 mbo-4 geen inschrijvin g in bekostigd vo of mbo* % % % % % % Vmbo-b 2,8 0,0 89,9 3,7 0,5 3,1 Vmbo-k 0,5 0,0 8,9 45,5 43,2 1,9 Vmbo-gt 15,6 0,0 1,9 8,3 72,3 1,9 Vmbob-leerlingen hebben het vaakst geen inschrijving in bekostigd vo of mbo na het behalen van een diploma. Bij vmbo b- en vmbo k-gediplomeerden zien we een daling van dit percentage, bij vmbo-gt gediplomeerden is dit redelijk stabiel. Tabel Percentage leerlingen dat in jaar t+1 geen inschrijving heeft in bekostigd vo of mbo, naar diplomasoort, 2013/ /2017 (n 2016/2017= ) Vmbo-b Vmbo-k Vmbo-gt % n % n % n 2013/2014 4, , , /2015 4, , , /2016 3, , , /2017 3, , , Pagina 39 van 64

40 Uitstroom praktijkonderwijs Vanuit het praktijkonderwijs stroomt de meerderheid door binnen het onderwijs. Daarnaast heeft ruim een kwart van de leerlingen direct na uitstroom een baan. Het percentage leerlingen dat direct na uitstroom een uitkering heeft of geen werk en geen uitkering is in 2017 lager dan in Tabel Positie uitstroomcohort praktijkonderwijs, oktober van jaar uitstroom, (n 2017=6.630) Uitstroom cohort 2015/2016 Uitstroomcohort 2016/2017 % n % n Doorstroom 53, , Uitstroom Werknemer 24, , Werknemer en uitkering 1,4 90 0,9 60 Uitkering 9, ,3 420 Geen werk, geen uitkering 11, ,1 670 Totaal 100, , Bron: CBS.nl (gedownload op ) Als we kijken naar de leerlingen die voor het laatst ingeschreven stonden in het vo (praktijkonderwijs), komen we op een wat kleiner uitstroomcohort. Doorstroom binnen het vo is hierin niet meegenomen. Van deze groep leerlingen is iets minder dan de helft (rond de 45 procent) terug te vinden in het mbo, voornamelijk op mbo niveau 1 en 2. Tabel Inschrijving mbo in jaar t+1 van leerlingen die uitgestroomd zijn uit het vo vanuit het praktijkonderwijs, 2013/ /2017 (n 2016/2017=5.879) geen inschrijving in mbo-1 mbo-2 mbo-3/4 bekostigd vo* % % % % 2013/14 22,2 21,3 0,3 56,2 2014/15 25,1 19,2 0,1 55,6 2015/16 27,9 17,5 0,2 54,4 2016/17 27,7 19,8 0,2 52,3 Bron: CBS.nl (gedownload op ) 3.6 Gediplomeerde opstroom Na het behalen van een diploma kiest een deel van de leerlingen ervoor om binnen het vo op te stromen. Hiermee wordt bedoeld dat een leerling zich in het schooljaar volgend op het behalen van een diploma, inschrijft voor een hoger onderwijsniveau binnen het vo. Onderstaande tabel geeft aan welk percentage van de leerlingen hiervoor kiest. Afgelopen jaar is dit weer enigszins gestegen, met uitzondering van een daling van vmbo b-leerlingen die gediplomeerd opstromen (vorig jaar was daar een piek zichtbaar). Tabel Percentage gediplomeerden dat opstroomt binnen het vo (n 2016/2017= ) 2012/ / / / / 2017 % % % % % Behaald Vmbo-b 2,3 2,4 2,6 3,3 2,9 diploma Vmbo-k 0,3 0,4 0,4 0,4 0,5 Vmbo-gt 12,9 13,5 14,7 15,1 15,6 Havo 3,2 3,5 5,1 5,2 5,3 Totale n Leerlingen met hbo- of wo-opgeleide ouders stromen na het behalen van een vmbogt of havodiploma vaker op dan leerlingen met ouders met een mbo-diploma. Pagina 40 van 64

41 Tabel Percentage gediplomeerden dat opstroomt binnen het vo, uitgesplitst naar opleidingsniveau ouders, 2015/ /2107 (n 2016/2017= ) 2015/ /2017 % % Opleiding onbekend 12,8 13,6 max. mbo2 13,0 14,0 Vmbo-gt mbo ,0 13,4 hbo ad/ba 18,5 18,5 wo ba/ma & hbo ma 25,6 26,3 Totaal 15,1 15,6 Opleiding onbekend 4,1 4,0 max. mbo2 3,7 4,3 Havo mbo 3-4 4,4 4,4 hbo ad/ba 5,3 5,3 wo ba/ma & hbo ma 9,7 9,6 Totaal 5,2 5,3 NB: Resultaten gebaseerd op eigen berekeningen IvhO op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Er zijn ook aanzienlijke verschillen per provincie, die deels samenhangen met de stedelijke verschillen. In Drente en Overijssel stapelen leerlingen met een vmbo gtdiploma bijvoorbeeld relatief weinig. In Noord-Holland komt dit juist vaak voor. Tabel Percentage gediplomeerde opstroom vanuit vmbo-gt en havo, naar provincie, 2017 (n= ) Vmbo-gt Havo % % Groningen 16,5 7,0 Friesland 14,9 4,6 Drenthe 11,3 4,7 Overijssel 12,6 4,5 Flevoland 16,3 4,0 Gelderland 16,2 4,8 Utrecht 16,7 6,1 Noord-Holland 19,0 6,8 Zuid-Holland 15,1 5,0 Zeeland 15,6 3,9 Noord-Brabant 14,8 5,2 Limburg 14,6 5,0 Totaal 15,6 5,3 In de g4 stromen leerlingen relatief vaak op. Dit geldt met name voor Amsterdam en Den Haag, en in mindere mate voor Rotterdam. Tabel Percentage gediplomeerden dat opstroomt binnen het vo, uitgesplitst naar g4, 2015/ /2107 (n 2016/2017= ) 2015/ /2017 % % Vmbo-gt Geen G4 14,9 15,2 Amsterdam 22,2 21,6 Rotterdam 15,2 15,9 Den Haag 17,3 20,7 Utrecht 15,4 17,2 Totaal 15,1 15,6 Havo Geen G4 5,0 5,0 Amsterdam 7,8 9,3 Rotterdam 5,7 6,9 Den Haag 8,1 7,2 Utrecht 6,1 8,5 Totaal 5,2 5,3 Pagina 41 van 64

42 3.7 Inspectieoordelen resultaten De inspectie berekent jaarlijks een oordeel over de resultaten van elke afdeling. Het huidige onderwijsresultatenmodel is in 2016 in gebruik genomen. Hieronder staan de oordelen zoals die de afgelopen drie jaren zijn afgegeven voor de populatie zoals gedefinieerd voor de Staat van het Onderwijs. De beoordeling van resultaten is gebaseerd op een aantal indicatoren, namelijk de onderwijspositie van leerlingen ten opzichte van het basisschooladvies, de onderbouwsnelheid, het bovenbouwsucces en de examencijfers. Als een afdeling op twee of meer indicatoren onder de norm scoort, krijgt deze afdeling het berekend eindoordeel onvoldoende. Voor bijna alle onderwijssoorten is een stijging zichtbaar in het percentage afdelingen dat als voldoende beoordeeld wordt op de onderwijsresultaten. Dit geldt alleen niet voor vmbo-gt afdelingen. Tabel Percentage afdelingen dat voldoende onderwijsresultaten (berekend eindoordeel) heeft naar schoolsoort in (n 2018=2.514) % % % Basisberoepsgerichte 94,4 96,6 97,8 leerweg vmbo Kaderberoepsgerichte 92,1 95,4 95,5 leerweg vmbo Gemengde/theoretische 94,4 96,5 95,5 leerweg vmbo Havo 88,9 90,8 92,3 Vwo 94,3 93,9 97,4 Totaal 92,9 94,8 95,6 Totale n Onderstaande tabel toont de afzonderlijke indicatoren die voor de beoordeling van de onderwijsresultaten gebruikt worden. Opvallend is de stijging in vmbo-afdelingen die als voldoende beoordeeld worden op de indicator onderwijspositie t.o.v. schooladvies. Tabel Percentage afdelingen dat op de afzonderlijke indicatoren boven de norm presteert naar schoolsoort, (percentages boven de norm) Vmbo-b Vmbo-k Vmbo-gt 16 % 17 % 18 % 16 % 17 % 18 % 16 % 17 % 18 % Onderwijspositie t.o.v. schooladvies 89, 1 91, 8 95, 0 89, 3 91, 9 95, 0 88, 7 90, 8 92, 5 Onderbouwsnelheid 90, 0 91, 4 92, 7 90, 1 91, 5 92, 7 92, 0 91, 7 92, 0 Bovenbouwsnelheid 89, 8 91, 9 93, 3 89, 1 92, 7 93, 9 91, 5 94, 8 92, 6 Examencijfers 99, 3 99, 3 99, 5 87, 7 92, 2 93, 6 93, 0 94, 8 94, 4 16 % Onderwijspositie 87, t.o.v. schooladvies 5 Onderbouwsnelheid 91, 0 Bovenbouwsnelheid 84, 1 Examencijfers 86, 6 Havo 17 % 89, 4 90, 4 87, 1 83, 5 18 % 89, 7 92, 4 88, 6 81, 5 16 % 87, 4 89, 5 95, 0 94, 5 Vwo 17 % 86, 9 89, 1 95, 9 92, 0 18 % 87, 1 90, 8 96, 5 93, 6 Pagina 42 van 64

43 4 Kwaliteit onderwijsproces en de leraar 4.1 Standaarden onderzoekskader Hieronder worden alleen standaarden weergegeven die in het schooljaar 2017/2018 minstens 150 keer gescoord zijn tijdens een onderzoek (met uitzondering van de resultaten). Tabel Didactisch handelen naar onderzoektype (n=296) % n Goed 6,3 8 Verificatie Onvoldoende 0,8 1 Voldoende 92,9 118 Totaal 100,0 127 Goed 17,6 9 Goed Voldoende 82,4 42 Totaal 100,0 51 Goed 1,9 1 Risico Onvoldoende 25,9 14 Voldoende 72,2 39 Totaal 100,0 54 Onvoldoende 15,6 10 Herstel Voldoende 84,4 54 Totaal 100,0 64 Goed 6,1 18 Totaal Onvoldoende 8,4 25 Voldoende 85,5 253 Totaal 100,0 296 Tabel Zicht op ontwikkeling en begeleiding naar onderzoekstype (n=277) % n Goed 9,3 10 Verificatie Voldoende 90,7 97 Totaal 100,0 107 Goed 64,7 33 Goed Voldoende 35,3 18 Totaal 100,0 51 Goed 3,7 2 Risico Onvoldoende 16,7 9 Voldoende 79,6 43 Totaal 100,0 54 Goed 1,5 1 Herstel Onvoldoende 9,2 6 Voldoende 89,2 58 Totaal 100,0 65 Goed 16,6 46 Totaal Onvoldoende 5,4 15 Voldoende 78,0 216 Totaal 100,0 277 Pagina 43 van 64

44 Tabel Kwaliteitszorg naar onderzoekstype (n=273) % n Goed 6,5 7 Verificatie Onvoldoende 11,2 12 Voldoende 82,2 88 Totaal 100,0 107 Goed 30,6 15 Goed Voldoende 69,4 34 Totaal 100,0 49 Goed 1,9 1 Risico Onvoldoende 43,4 23 Voldoende 54,7 29 Totaal 100,0 53 Onvoldoende 21,9 14 Herstel Voldoende 78,1 50 Totaal 100,0 64 Goed 8,4 23 Totaal Onvoldoende 17,9 49 Voldoende 73,6 201 Totaal 100,0 273 Tabel Veiligheid naar onderzoekstype (n=201) % n Goed 9,5 4 Verificatie Voldoende 90,5 38 Totaal 100,0 42 Goed 19,2 10 Goed Voldoende 80,8 42 Totaal 100,0 52 Goed 3,8 2 Risico Onvoldoende 3,8 2 Voldoende 92,3 48 Totaal 100,0 52 Herstel Voldoende 100,0 55 Totaal 100,0 55 Goed 8,0 16 Totaal Onvoldoende 1,0 2 Voldoende 91,0 183 Totaal 100,0 201 Tabel Kwaliteitscultuur naar onderzoekstype (n=195) % n Goed 11,0 10 Verificatie Onvoldoende 9,9 9 Voldoende 79,1 72 Totaal 100,0 91 Goed 91,7 44 Goed Voldoende 8,3 4 Totaal 100,0 48 Goed 6,7 2 Risico Onvoldoende 3,3 1 Voldoende 90,0 27 Totaal 100,0 30 Onvoldoende 11,5 3 Herstel Voldoende 88,5 23 Totaal 100,0 26 Goed 28,7 56 Totaal Onvoldoende 6,7 13 Voldoende 64,6 126 Totaal 100,0 195 Pagina 44 van 64

45 Hieronder wordt ook de standaard verantwoording en dialoog gepresenteerd, omdat deze aansluit bij de onderzochte standaarden op bestuursniveau. Tabel Verantwoording en dialoog naar onderzoekstype (n=101) % n Goed 5,3 2 Verificatie Voldoende 94,7 36 Totaal 100,0 38 Goed 17,4 8 Goed Voldoende 82,6 38 Totaal 100,0 46 Risico Voldoende 100,0 11 Totaal 100,0 11 Herstel Voldoende 100,0 6 Totaal 100,0 6 Goed 9,9 10 Totaal Voldoende 90,1 91 Totaal 100,0 101 Onderstaande standaarden zijn bij onderzoeken naar goed vaak gewaardeerd als goed. Tabel Aanbod naar onderzoekstype (n=96) % n Verificatie Goed 42,3 11 Onvoldoende 3,8 1 Voldoende 53,8 14 Totaal 100,0 26 Goed Goed 82,4 42 Voldoende 17,6 9 Totaal 100,0 51 Risico Goed 23,5 4 Onvoldoende 5,9 1 Voldoende 70,6 12 Totaal 100,0 17 Herstel Voldoende 100,0 2 Totaal 100,0 2 Totaal Goed 59,4 57 Onvoldoende 2,1 2 Voldoende 38,5 37 Totaal 100,0 96 Tabel Pedagogisch klimaat naar onderzoekstype (n=109) % n Verificatie Goed 16,7 7 Kan beter 7,1 3 Voldoende 76,2 32 Totaal 100,0 42 Goed Goed 63,3 31 Kan beter 4,1 2 Voldoende 32,7 16 Totaal 100,0 49 Risico Goed 20,0 3 Kan beter 13,3 2 Voldoende 66,7 10 Totaal 100,0 15 Herstel Kan beter 33,3 1 Voldoende 66,7 2 Totaal 100,0 3 Totaal Goed 37,6 41 Kan beter 7,3 8 Voldoende 55,0 60 Pagina 45 van 64

46 Totaal 100,0 109 Tabel Samenwerking naar onderzoekstype (n=61) % n Verificatie Goed 55,6 5 Voldoende 44,4 4 Totaal 100,0 9 Goed Goed 62,7 32 Voldoende 37,3 19 Totaal 100,0 51 Risico Voldoende 100,0 1 Totaal 100,0 1 Totaal Goed 60,7 37 Voldoende 39,3 24 Totaal 100,0 61 Bij onderzoeken naar goed werden de resultaten niet vaak als goed gewaardeerd, maar wel als voldoende. Tabel Onderwijsresultaten naar onderzoekstype (n=95) % n Verificatie Goed 33,3 2 Voldoende 66,7 4 Totaal 100,0 6 Goed Goed 29,5 13 Voldoende 70,5 31 Totaal 100,0 44 Risico Onvoldoende 26,3 5 Voldoende 73,7 14 Totaal 100,0 19 Herstel Onvoldoende 50,0 13 Voldoende 50,0 13 Totaal 100,0 26 Totaal Goed 15,8 15 Onvoldoende 18,9 18 Voldoende 65,3 62 Totaal 100,0 95 Pagina 46 van 64

47 5 Sociaal klimaat 5.1 Meldingen vertrouwensinspecteur In 2017/2018 is het aantal meldingen seksueel misbruik in de sector voortgezet onderwijs toegenomen ten opzichte van de twee vorige schooljaren. Het aantal meldingen in de categorieën seksuele intimidatie, psychisch en fysiek geweld is afgenomen. Tabel Totaal aantal meldingen vertrouwensinspectie voor het voortgezet onderwijs in de periode 2015/ /2018 (n 2017/2019=563) Meldingen Schooljaar Seksueel misbruik Waarvan met taken belaste personen Seksuele intimidatie Waarvan met taken belast personen Psychisch geweld* Fysiek geweld Discriminatie Radicalisering overig Totaal: 2015/ (45,1%) (41,1%) 321 (53%) / (53,1%) (57%) 286 (58%) / (45%) (58,1%) 266 (50%) * Tussen haakjes het percentage pesten ten opzichte van alle meldingen psychisch geweld. Zie verder het factsheet meldingen vertrouwensinspecteurs op Pagina 47 van 64

48 6 Sturing op kwaliteit Scholen en besturen sturen op de kwaliteit van het onderwijs dat ze aanbieden. Over deze sturing worden in dit hoofdstuk gegevens gepresenteerd. 6.1 Kwaliteit van besturen In deze paragraaf staan de gegeven oordelen en de waardering op de kwaliteitszorgstandaarden op bestuursniveau voor het voortgezet onderwijs. De oordelen zijn gesplitst naar achtergrondkenmerken. Verschillen tussen achtergrondkenmerken zijn getoetst met een chi-kwadraattoets. Significante verschillen zijn dikgedrukt. Tabel Gegeven oordelen kwaliteitszorgstandaarden, (n=63) Onvoldoende Voldoende Goed Totaal n % n % n % n % Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog In de onderstaande tabel zijn de verschillende kwaliteitszorgstandaarden bij elkaar gevoegd. Er is gekeken naar het percentage besturen met minstens één onvoldoende op de kwaliteitszorgstandaarden ten opzichte van het percentage besturen dat geen onvoldoendes heeft gekregen op de kwaliteitszorgstandaarden. Tabel Gegeven oordelen kwaliteitszorgstandaarden (n=63) Minstens één onvoldoende Alleen voldoende/goed Totaal n % n % n % Oordelen kwaliteitszorgstandaarden De regio midden heeft het hoogste percentage onvoldoendes op kwaliteitszorg. De regio oost heeft het laagste percentage onvoldoendes op kwaliteitszorg en het hoogste percentage waarderingen goed (48 procent). Regio midden en regio oost verschillen dan ook significant van elkaar als het gaat om de verdeling van de oordelen op kwaliteitszorg. Regio midden heeft het laagste percentage onvoldoendes op kwaliteitscultuur. Op de standaard kwaliteitscultuur verschilt regio midden significant van de regio s oost en zuid. Bij verantwoording en dialoog valt op dat besturen in de regio noord meer onvoldoendes hebben gekregen dan besturen in andere regio s. Tabel Gegeven oordelen kwaliteitszorgstandaarden naar regio, (n=63) Onvoldoende Voldoende Goed Totaal n % n % n % n % Noord Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Oost Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Midden Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur 2* 6 26* 84 3* Verantwoording en dialoog Pagina 48 van 64

49 Zuid Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Totaal Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog *KA2 Regio midden verschilt significant van de regio s oost en zuid Openbare besturen hebben relatief vaak een onvoldoende gekregen op kwaliteitszorg. Overig bijzondere besturen hebben juist vaak de waardering goed gekregen op kwaliteitszorg. Ook voor kwaliteitscultuur hebben overig bijzondere besturen vaker de waardering goed gekregen dan besturen met andere denominaties. Besturen met meerdere denominaties hebben hier het vaakst een onvoldoende gekregen. Tot slot valt bij verantwoording en dialoog op dat besturen met meerdere denominaties het vaakst een onvoldoende hebben gekregen, maar ook het vaakst een waardering goed. Tabel Gegeven oordelen kwaliteitszorgstandaarden naar denominatie, (n=62) Onvoldoende Voldoende Goed Totaal n % n % n % n % Openbaar Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Roomskatholiek Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur % Verantwoording en dialoog Protestantschristelijk Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Overig Kwaliteitszorg bijzonder Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Meerdere Kwaliteitszorg denominaties Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Totaal Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Pagina 49 van 64

50 Eenpitters hebben op alle kwaliteitszorgstandaarden het hoogste percentage onvoldoendes gekregen. Middelgrote besturen hebben op geen van de kwaliteitszorgstandaarden een onvoldoende gekregen. De waardering goed komt bij middelgrote besturen ook weinig voor. Wel is het belangrijk om hierbij op te merken dat het aantal besturen bij sommige categorieën erg laag is. Tabel Gegeven oordelen kwaliteitszorgstandaarden naar aantal OVT s onder het bestuur, (n=63) Onvoldoende Voldoende Goed Totaal n % n % n % n % Eenpitter Kwaliteitszorg Kwaliteitscultu ur Verantwoordin g en dialoog Klein Kwaliteitszorg bestuur Kwaliteitscultu (2-7) ur Verantwoordin g en dialoog Middelgro Kwaliteitszorg ot Kwaliteitscultu 0* 0 13* 100 0* bestuur (8-15) ur Verantwoordin g en dialoog Groot Kwaliteitszorg bestuur Kwaliteitscultu (>15) ur Verantwoordin g en dialoog Totaal Kwaliteitszorg Kwaliteitscultu ur Verantwoordin g en dialoog **KA2 Middelgrote besturen wijken significant af van alle andere besturen Vrijwilligersbesturen hebben op alle kwaliteitszorgstandaarden meer onvoldoendes gekregen dan niet-vrijwilligersbesturen. Er is geen sprake van significante verschillen. Tabel Gegeven oordelen kwaliteitszorgstandaarden naar wel of geen vrijwilligersbestuur, (n=63) Onvoldoende Voldoende Goed Totaal n % n % n % n % Vrijwilligersbestuur Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Geen Kwaliteitszorg vrijwilligersbestuur Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Totaal Kwaliteitszorg Kwaliteitscultuur Verantwoording en dialoog Pagina 50 van 64

51 6.2 Kwaliteit van de instellingen Onderstaande tabellen tonen welk gedeelte van de afdelingen als zwak of zeer zwak beoordeeld is, ten opzichte van de gehele populatie zoals vastgesteld door de inspectie. Omdat in de voorgaande jaren een percentage berekend werd ten opzichte van alle afdelingen met een arrangement, kunnen de percentages afwijken van de percentages die in voorgaande jaren werden gepubliceerd. Tabel Oordelen voortgezet onderwijs in (n 2019=3.085) 1 september september januari 2019 % n % n % n Onvoldoende/zwak 2,1 65 1,6 51 1,8 57 Zeer zwak 0,3 9 0,3 8 0,5 16 Overig 95, , , Totaal 100, , , Tabel Oordelen praktijkonderwijs, (n 2019=180) 1 september september januari 2019 % n % n % n Onvoldoende/zwak 0,6 1 0,6 1 0,6 1 Zeer zwak 0,0 0 0,0 0 0,0 0 Overig 99, , ,4 179 Totaal 100, , ,0 180 Op peildatum 1 september 2018 zijn er 61 afdelingen die de waardering goed hebben. Op 1 januari is dit aantal gestegen tot 114 afdelingen. Tabel Aantal afdelingen vo (inclusief pro) dat als goed gewaardeerd is (n 2019=3.265) 1 sept jan 2019 n n Overig Goed Hieronder wordt het percentage (zeer) zwakke afdelingen weergegeven, uitgesplitst naar verschillende kenmerken. Hierin zijn de pro-afdelingen niet meegenomen. Tabel Oordelen naar onderwijssoort (n 2019=3.085) Overig Onv./ Zeer Totaal zwak zwak % % % n Vmbo-b 98,2 1,0 0,8 508 Vmbo-k 97,5 1,5 1,0 519 Vmbo-gt 98,5 1,2 0,3 933 Havo 95,7 3,8 0,5 559 Vwo 97,7 2,1 0,2 566 Totaal 97,6 1,8 0, Tabel Oordelen naar aanbod (n 2019=2.735) Onvoldoende/ Zeer zwak Totaal zwak % % n vmbo-b/k 2,0 1,5 198 vmbo breed 1,0 0,9 800 vmbo-gt 1,7 0,0 117 vmbobreed/havo/vwo 2,1 0,4 471 vmbogt/havo/vwo 2,0 0,4 754 Pagina 51 van 64

52 havo/vwo 3,8 0,0 345 vwo 2,0 0,0 50 Totaal 1,9 0, Tabel Oordelen naar denominatie (n 2019=3.080) Onvoldoende/ zwak Zeer zwak Totaal % % n Openbaar 2,6 0,8 853 Rooms-katholiek 1,2 0,6 661 Protestantschristelijk 0,8 0,2 509 Overig bijzonder 2,2 0, Totaal 1,9 0, Tabel Oordelen naar regio (n 2019=3.085) Onvoldoende/ zwak Zeer zwak Totaal % % n Noord 1,8 0,0 391 Oost 1,7 0,0 604 Midden 2,1 0, Zuid 1,4 1,2 646 Totaal 1,8 0, Tabel Oordelen naar provincie (n 2019=3.085) Onvoldoende/ Zwak Zeer zwak Totaal % % n Groningen 3,2 0,0 125 Friesland 1,2 0,0 163 Drenthe 1,0 0,0 103 Overijssel 1,3 0,0 225 Flevoland 7,8 0,0 90 Gelderland 1,8 0,0 379 Utrecht 0,4 0,9 226 Noord-Holland 1,9 0,4 477 Zuid-Holland 2,2 0,6 651 Zeeland 0,0 0,0 49 Noord-Brabant 0,5 0,2 403 Limburg 3,6 3,6 194 Totaal 1,8 0, Tabel Oordelen naar stedelijkheid (n 2019=3.085) Onvoldoende/ zwak Zeer zwak Totaal % % n Zeer sterk 2,5 0,3 749 stedelijk Sterk stedelijk 2,0 1, Matig stedelijk 1,5 0,0 529 Weinig stedelijk 0,7 0,0 580 Niet stedelijk 3,0 0,6 169 Totaal 1,8 0, Tabel Oordelen naar G4 Onvoldoende/ zwak Zeer zwak Totaal % % n Geen G4 1,8 0, Pagina 52 van 64

53 Amsterdam 3,3 0,0 152 Rotterdam 1,6 0,0 126 Den Haag 1,1 1,1 92 Utrecht 2,2 0,0 46 Totaal 1,8 0, Pagina 53 van 64

54 7 Passend onderwijs In dit hoofdstuk worden gegevens gepresenteerd die betrekking hebben op leerlingstromen tussen verschillende onderwijssoorten. Hieronder wordt weergegeven hoeveel leerlingen de overstap maken tussen vo, pro en vso. Voor tot en met zijn de absolute aantallen weergegeven. Het totale aantal schoolwisselingen is de afgelopen jaren stabiel. Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, (n= ) 2015/16 vo pro vso Totaal Aantal Aantal Aantal Aantal 2014/15 vo pro vso Totaal Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, (n= ) 2016/17 vo pro vso Totaal Aantal Aantal Aantal Aantal 2015/16 vo pro vso Totaal Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, (n= ) 2017/18 vo pro vso Totaal Aantal Aantal Aantal Aantal 2016/17 vo pro vso Totaal Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, (n= ) 2018/19 vo pro vso Totaal Aantal Aantal Aantal Aantal 2017/18 vo pro vso Totaal Voor de periode tot en met zijn daarnaast tabellen opgenomen die aangeven welk percentage van de leerlingen een overstap maakt van en naar vo, pro en vso. De verschillen tussen de jaren zijn niet groot. Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, , gepercenteerd tov afkomst 2014 (n= ) 2015/16 vo pro vso Totaal % % % % 2014/15 vo 99,5 0,2 0,4 100,0 pro 1,3 97,1 1,6 100,0 vso 3,4 0,8 95,8 100,0 Pagina 54 van 64

55 Totaal 93,1 3,0 4,0 100,0 Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, , gepercenteerd tov afkomst 2015 (n= ) 2016/17 vo pro vso Totaal % % % % 2015/16 vo 99,4 0,2 0,5 100,0 pro 1,3 97,0 1,7 100,0 vso 3,1 0,8 96,1 100,0 Totaal 93,2 3,0 3,9 100,0 Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, , gepercenteerd tov afkomst 2016 (n= ) 2017/18 vo pro vso Totaal % % % % 2016/17 vo 99,4 0,2 0,5 100,0 pro 1,3 97,1 1,6 100,0 vso 3,3 0,8 95,9 100,0 Totaal 93,2 3,0 3,8 100,0 Tabel Stromen tussen vo, pro en vso, , gepercenteerd tov afkomst 2017 (n= ) 2018/19 vo pro vso Totaal % % % % 2017/18 vo 99,3 0,2 0,5 100,0 pro 1,2 97,2 1,7 100,0 vso 2,5 0,7 96,8 100,0 Totaal 93,2 2,9 3,9 100,0 Per samenwerkingsverband vo is het aandeel leerlingen in het voortgezet onderwijs (vo); praktijkonderwijs (pro) en voortgezet speciaal onderwijs (vso) bepaald. Het aantal leerlingen pro en vo is vastgesteld door middel van toewijzing aan het samenwerkingsverband van hun school en het aantal leerlingen vso aan de hand van het (bekostigend) samenwerkingsverband waar zij toebehoren. In onderstaande grafiek zijn de deelnamepercentages van de samenwerkingsverbanden vo grafisch weergegeven. Hierdoor wordt inzichtelijk dat de verschillen behoorlijk groot zijn. De deelnamepercentages aan het praktijkonderwijs variëren van 0,5 tot 5,4 procent, en van het vso van 1,4 tot 7,1 procent. Pagina 55 van 64

56 Figuur Deelnamepercentage per samenwerkingsverband vo, 2018 (n=75) Pagina 56 van 64

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK VOORTGEZET ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK VOORTGEZET ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK VOORTGEZET ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 April 2018 INHOUD Inleiding 3 1 Databronnen en definities 4 1.1 Databronnen 4 1.1.1 Leerlingtellingen (DUO-BRON)

Nadere informatie

TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK PRIMAIR ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019

TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK PRIMAIR ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019 TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK PRIMAIR ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 9 April 9 INHOUD Inleiding Bronnen en definities.. Leerlinggegevens (DUO-BRON).. CBS.. Onderzoeken.. Schoolleidersvragenlijst.. Oordelen

Nadere informatie

Gelijke kansen in het onderwijs

Gelijke kansen in het onderwijs Gelijke kansen in het onderwijs Toegankelijke tekstversie, september 2019 Pagina 1 Inleiding Dit is het dashboard gelijke kansen in het onderwijs. Dit dashboard monitort voor verschillende groepen leerlingen

Nadere informatie

TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK SPECIAAL ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019

TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK SPECIAAL ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019 TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK SPECIAAL ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2019 April 2019 INHOUD Inleiding 3 1 Databronnen en definities 4 1.1.1 Leerlinggegevens (DUO-BRON) 4 1.1.2 CBS 4 1.1.3 Onderzoeken

Nadere informatie

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK PRIMAIR ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK PRIMAIR ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK PRIMAIR ONDERWIJS STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 April 2018 INHOUD Inleiding 4 1 Databronnen en definities 5 1.1 Databronnen 5 1.2 Definities 7 2 Participatie 12 2.1

Nadere informatie

Gelijke kansen in het onderwijs

Gelijke kansen in het onderwijs Gelijke kansen in het onderwijs Toegankelijke tekstversie Pagina 1 Inleiding Dit is het dashboard gelijke kansen in het onderwijs. Dit dashboard monitor beschrijft voor verschillende groepen leerlingen

Nadere informatie

Kansengelijkheid in het onderwijs in Den Haag

Kansengelijkheid in het onderwijs in Den Haag Notitie Kansengelijkheid in het onderwijs in Den Haag datum 7 juni 2017 aan van auteur Suzanne Beek, Gemeente Den Haag SEO Economisch Onderzoek Paul Bisschop rapportnummer 2017-33 Achtergrond Naar aanleiding

Nadere informatie

De overstap van primair naar voortgezet onderwijs

De overstap van primair naar voortgezet onderwijs De overstap van primair naar voortgezet onderwijs INFORMATIE VOOR OUDERS VAN LEERLINGEN UIT GROEP 8 LET OP! INFORMATIE OVER DE AANMELDPROCEDURE KRIJGT U TIJDENS DE INFORMATIEAVONDEN IN NOVEMBER EN DECEMBER

Nadere informatie

Werkwijze en verantwoording De Staat van het Onderwijs 2014/2015

Werkwijze en verantwoording De Staat van het Onderwijs 2014/2015 Werkwijze en verantwoording De Staat van het Onderwijs 2014/2015 Inleiding In dit document treft u een algemene verantwoording aan. Aan de orde komen de werkwijze en gebruikte gegevensbronnen. Algemene

Nadere informatie

Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs

Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs 1 Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs Factsheet oktober 2014 In 2013 heeft O+S in opdracht van de Amsterdamse Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling (DMO) voor het eerst onderzoek gedaan naar de

Nadere informatie

Schoolloopbanen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs

Schoolloopbanen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs Schoolloopbanen in het Amsterdamse voortgezet onderwijs Amsterdamse leerlingen gestart in het VO in 2007/ 08, gevolgd tot in 2013/ 14 Foto: Amsterdams lyceum, fotograaf Edwin van Eis (2009) In opdracht

Nadere informatie

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO De Overstap Let op! Informatie over de procedure aanmelding wordt tijdens de decemberavonden in het VO aan de ouders gegeven. Inrichting van

Nadere informatie

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012

SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 SCHORSINGEN EN VERWIJDERINGEN 2007/2008-2011/2012 Utrecht, januari 2013 INHOUD Samenvatting 4 Inleiding 6 1 Trends en wetenswaardigheden 8 1.1 Inleiding 8 1.2 Trends 8 1.3 Wetenswaardigheden 11 2 Wet-

Nadere informatie

TECHNISCH RAPPORTAGE ONDERWIJSKANSEN EN SEGREGATIE DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017

TECHNISCH RAPPORTAGE ONDERWIJSKANSEN EN SEGREGATIE DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 TECHNISCH RAPPORTAGE ONDERWIJSKANSEN EN SEGREGATIE DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 April 2018 INHOUD Samenvatting 4 Inleiding 5 1 Databronnen, methodes en definities 6 1.1 BRON- en 1-cijferbestanden

Nadere informatie

Kansengelijkheid in het onderwijs in Leiden

Kansengelijkheid in het onderwijs in Leiden Kansengelijkheid in het onderwijs in Leiden Amsterdam, februari 2018 In opdracht van gemeente Leiden Kansengelijkheid in het onderwijs in Leiden Een analyse van de aansluiting primair onderwijs - voortgezet

Nadere informatie

De waarde van eindtoetsen in het primair onderwijs

De waarde van eindtoetsen in het primair onderwijs De waarde van eindtoetsen in het primair onderwijs Er zijn verschillende eindtoetsen, ze zijn slechts beperkt vergelijkbaar CET 56% Eindtoetsen 29% 13% Overige toetsen De informatie uit de eindtoets wordt

Nadere informatie

Controle voorlopige gegevens eindtoets en schooladvies

Controle voorlopige gegevens eindtoets en schooladvies Controle voorlopige gegevens eindtoets en schooladvies 2015-2016 Basisschool De Klinkert Deze rapportage betreft de indicatoren Resultaten eindtoets en Schooladvies. De weergaven en tabellen zijn gebaseerd

Nadere informatie

Onderzoek naar het gebruik van ICT in het basis- en voortgezet onderwijs in het schooljaar

Onderzoek naar het gebruik van ICT in het basis- en voortgezet onderwijs in het schooljaar Onderzoek naar het gebruik van ICT in het basis- en voortgezet onderwijs in het schooljaar 2006-2007 Technisch Rapport Versie 0.1-7 maart 2007 Interne notitie Inspectie van het onderwijs Afdeling Kennis

Nadere informatie

Studievoortgang in het voortgezet onderwijs

Studievoortgang in het voortgezet onderwijs Studievoortgang in het voortgezet onderwijs Lieke Stroucken 1. Leerlingen naar herkomstgroepering en aantal kinderen in het huishouden, brugklascohort 2004/ 05 Leerlingen uit éénoudergezinnen en niet-westers

Nadere informatie

Stromen door het onderwijs

Stromen door het onderwijs Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het

Nadere informatie

Uitleg van de figuren PO 1

Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren PO 1 Uitleg van de figuren - PO In dit document worden de verschillende figuren nader toegelicht die in het NCO rapport Waar blijven uw oud-leerlingen? worden getoond. Voor ieder

Nadere informatie

Factsheet Schorsingen en verwijderingen

Factsheet Schorsingen en verwijderingen Factsheet Schorsingen en verwijderingen Elektronische meldingen 2009/2010 tot en met 2013/2014 Kern Scholen voor voortgezet onderwijs zijn verplicht aan de inspectie te melden als zij een leerling langer

Nadere informatie

Schoolloopbanen. Deel twee: Een verdieping naar basisschooladvies. In opdracht van: DMO. Projectnummer: Lotje Cohen MSc

Schoolloopbanen. Deel twee: Een verdieping naar basisschooladvies. In opdracht van: DMO. Projectnummer: Lotje Cohen MSc Deel twee: Een verdieping naar basisschooladvies In opdracht van: DMO Projectnummer: 12262 Merel van der Wouden MSc dr. Esther Jakobs Lotje Cohen MSc Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300 Telefoon 020

Nadere informatie

Onderzoek naar het gebruik van ICT in het basis- en voortgezet onderwijs

Onderzoek naar het gebruik van ICT in het basis- en voortgezet onderwijs Onderzoek naar het gebruik van ICT in het basis- en voortgezet onderwijs Technisch Rapport Versie 1.0-17 maart 2006 Interne notitie Inspectie van het onderwijs Afdeling Kennis Joke Kordes 1. Inleiding

Nadere informatie

Werkwijze en verantwoording De Staat van het Onderwijs 2013/2014

Werkwijze en verantwoording De Staat van het Onderwijs 2013/2014 Werkwijze en verantwoording De Staat van het Onderwijs 2013/2014 Inleiding De inspectie doet jaarlijks verslag van de staat van het onderwijs in het Onderwijsverslag. Hierin staan ontwikkelingen in de

Nadere informatie

Onderwijskansen. 2.1 Opleidingsniveau ouders

Onderwijskansen. 2.1 Opleidingsniveau ouders de staat van het onderwijs 2 Onderwijskansen Een aantal ontwikkelingen veroorzaakt grotere verschillen tussen leerlingen in kansen voor goed onderwijs. Allereerst is het opleidingsniveau van ouders steeds

Nadere informatie

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond

Onder- en overadvisering in beeld 2006/ /2009 Gemeente Helmond Onder- en overadvisering in beeld 6/7-8/9 Gemeente Helmond November 9 Mevrouw drs. Marian Calis OCGH Advies Samenvatting Een goede aansluiting tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs is in

Nadere informatie

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK SPECIAAL ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017

TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK SPECIAAL ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 2016/2017 TECHNISCH RAPPORT SECTORHOOFDSTUK SPECIAAL ONDERWIJS DE STAAT VAN HET ONDERWIJS 21/21 April 218 INHOUD Inleiding 3 1 Databronnen en definities 4 1.1 Databronnen 4 1.1.1 Leerlingtellingen (DUO-BRON) 4 1.1.2

Nadere informatie

Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs Factsheet november 2017

Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs Factsheet november 2017 Monitor schoolloopbanen voortgezet onderwijs Factsheet november 2017 Twee derde van de middelbare scholieren in Amsterdam heeft een succesvolle schoolloopbaan. Dat wil zeggen dat zij een diploma halen

Nadere informatie

Factsheet Schorsingen en Verwijderingen Trends, analyses en wetenswaardigheden

Factsheet Schorsingen en Verwijderingen Trends, analyses en wetenswaardigheden Factsheet Schorsingen en Verwijderingen 2008-2013 Trends, analyses en wetenswaardigheden Scholen voor voortgezet onderwijs zijn verplicht aan de inspectie te melden als zij een leerling langer dan één

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2012-201 Feitenblad Gemeente Leerlingen op de basisscholen in de gemeente De gemeente heeft basisscholen. Dit is één minder dan

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-201 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Voortgezet onderwijs

Voortgezet onderwijs Voortgezet onderwijs Meer opstroom dan afstroom in de onderbouw Afgestroomd t.o.v. advies Plaats in leerjaar 3 gelijk aan advies Opgestroomd t.o.v. advies Enkelvoudig advies 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40%

Nadere informatie

Voortgezet onderwijs. 3.1 Participatie Studiesucces Kwaliteit scholen Onderwijsproces Sociale kwaliteit 106

Voortgezet onderwijs. 3.1 Participatie Studiesucces Kwaliteit scholen Onderwijsproces Sociale kwaliteit 106 3 voortgezet onderwijs 3 Voortgezet onderwijs 3.1 Participatie 89 3.2 Studiesucces 91 3.3 Kwaliteit scholen 100 3.4 Onderwijsproces 104 3.5 Sociale kwaliteit 106 3.6 Sturing op kwaliteit 107 3.7 Passend

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Westerveld Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 01-01 Feitenblad Na 1 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS

VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS Programma: Voorlichting wordt verzorgd door drie scholen uit de buurt namens alle VO-scholen Verschillende onderwijsvormen Onderbouw en bovenbouw

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Hoogeveen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-20 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

De kwaliteit van ons onderwijs Examenresultaten Stedelijk College Zoetermeer

De kwaliteit van ons onderwijs Examenresultaten Stedelijk College Zoetermeer De kwaliteit van ons onderwijs Examenresultaten Stedelijk College Zoetermeer schooljaar 2005-2006 schooljaar 2006-2007 schooljaar 2007-2008 Gemiddelde examenresultaten over de laatste drie schooljaren

Nadere informatie

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO De Overstap Let op! Informatie over de aanmeldprocedure krijgt u tijdens de informatieavonden in november en december op de vo-scholen. Inrichting

Nadere informatie

Interne doorstroom Walewyc-mavo

Interne doorstroom Walewyc-mavo Interne doorstroom 2015-2016 Walewyc-mavo Dit rapport over de interne doorstroom toont informatie over de leerlingenstromen binnen de school. De informatie geeft u inzicht in de snelheid van doorstroom

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-201 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Borger-Odoorn Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

TOELICHTING ONDERWIJSRESULTATENOVERZICHT

TOELICHTING ONDERWIJSRESULTATENOVERZICHT TOELICHTING ONDERWIJSRESULTATENOVERZICHT Inspectie van het Onderwijs Maart 2017 Toelichting Onderwijsresultatenoverzicht 2017 1/8 1 Inleiding De Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) kijkt op

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 2019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-208 Feitenblad Na jaren van schriftelijke edities is vanaf april 209 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website van

Nadere informatie

Interne doorstroom !mpulse Leeuwarden, school van OSG Piter Jelles

Interne doorstroom !mpulse Leeuwarden, school van OSG Piter Jelles Interne doorstroom 205-206!mpulse Leeuwarden, school van OSG Piter Jelles Dit rapport over de interne doorstroom toont informatie over de leerlingenstromen binnen de school. De informatie geeft u inzicht

Nadere informatie

ICT in het basis- en voortgezet onderwijs. Schooljaar

ICT in het basis- en voortgezet onderwijs. Schooljaar ICT in het basis- en voortgezet onderwijs Schooljaar 2007-2008 Technisch Rapport Versie 0.1 Maart 2008 Inspectie van het Onderwijs Afdeling Kennis Wietske Idema TR ICT Maart 2008.doc Pagina 1 van 21 Gemaakt

Nadere informatie

Interne doorstroom Dr. Mollercollege - Waalwijk

Interne doorstroom Dr. Mollercollege - Waalwijk Interne doorstroom 06-07 Dr. Mollercollege - Waalwijk Inleiding Het rapport Interne doorstroom geeft inzicht in de onderbouwsnelheid en het bovenbouwsucces van uw school. Daarnaast wordt ook het Hinkelpad

Nadere informatie

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO De Overstap Let op! Informatie over de procedure aanmelding wordt tijdens de decemberavonden in het VO aan de ouders gegeven. Inrichting van

Nadere informatie

socio-demografie 2.597.232 jongeren geslacht leeftijd woonplaats 4 grote steden en per provincie afkomst opleiding religie

socio-demografie 2.597.232 jongeren geslacht leeftijd woonplaats 4 grote steden en per provincie afkomst opleiding religie FACTSHEET: socio-demografie Hoeveel jongeren zijn er eigenlijk in Nederland? Wonen er meer jongeren in Limburg of in Zeeland? Wat zijn de cijfers rondom geslacht, afkomst, opleidingsniveau en religie?

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Assen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Midden- Kerncijfers uit de periode 01-0 Feitenblad Midden- Na 1 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 019 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Coevorden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2012-20 Feitenblad Na 12 jaren van schriftelijke edities is vanaf april 201 de Drentse Onderwijsmonitor online beschikbaar via de website

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente De Wolden Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Schoolloopbanen middelbare scholieren Amsterdam. Lotje Cohen Merel van der Wouden Esther Jakobs

Schoolloopbanen middelbare scholieren Amsterdam. Lotje Cohen Merel van der Wouden Esther Jakobs Schoolloopbanen middelbare scholieren Amsterdam Lotje Cohen Merel van der Wouden Esther Jakobs 4 juni 2015 4 juni 2015 Schoolloopbanen 2 Vandaag Onderzoekscohort toelichten De schoolloopbanen Inzoomen

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Aa en Hunze Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.

Nadere informatie

VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS

VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS Programma: Voorlichting wordt verzorgd door drie scholen uit de buurt namens alle VO-scholen Verschillende onderwijsvormen Onderbouw en bovenbouw

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Uitwerking berekening prestatieanalyse (voortgezet) speciaal onderwijs 2017

Uitwerking berekening prestatieanalyse (voortgezet) speciaal onderwijs 2017 Uitwerking berekening prestatieanalyse (voortgezet) speciaal onderwijs 2017 INHOUD 1. Inleiding... 1 2. Data... 1 3. Uitgangspunten bij de prestatieanalyse... 1 3.1 Bepaling van groepen binnen het so en

Nadere informatie

Interne doorstroom d'oultremontcollege

Interne doorstroom d'oultremontcollege Interne doorstroom 207-208 d'oultremontcollege Inleiding Het rapport Interne doorstroom geeft inzicht in de onderbouwsnelheid en het bovenbouwsucces van uw school. Daarnaast wordt ook het Hinkelpad weergegeven.

Nadere informatie

TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK 1 GELIJKE KANSEN. De Staat van het Onderwijs 2015/2016. April 2017

TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK 1 GELIJKE KANSEN. De Staat van het Onderwijs 2015/2016. April 2017 TECHNISCH RAPPORT HOOFDSTUK 1 GELIJKE KANSEN De Staat van het Onderwijs 2015/2016 April 2017 2a. Voor- en vroegschoolse educatie Voor- en vroegschoolse educatie goed voor kwaliteit, maar groepen gescheiden

Nadere informatie

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING SPECIAAL ONDERWIJS 2016

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING SPECIAAL ONDERWIJS 2016 KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING SPECIAAL ONDERWIJS 2016 INHOUD Inleiding 3 1 Speciaal onderwijs 4 1.1 Uitstroom vanuit het speciaal onderwijs 4 1.2 IQ van de uitstroomde leerlingen vanuit het

Nadere informatie

Doorstroom naar voortgezet onderwijs

Doorstroom naar voortgezet onderwijs Doorstroom naar voortgezet 2014-2015 Openbare Basisschool De Weide Dit rapport toont detailinformatie over de doorstroom naar het voorgezet van de leerlingen van de school. Naast gegevens over de vervolgscholen

Nadere informatie

Schorsingen en verwijderingen in het funderend onderwijs

Schorsingen en verwijderingen in het funderend onderwijs Schorsingen en verwijderingen in het funderend onderwijs Inspectie van het Onderwijs, december 2015 Jaarlijks rapporteert de Inspectie van het Onderwijs over het schorsen en verwijderen van leerlingen

Nadere informatie

Doorstroom naar voortgezet onderwijs

Doorstroom naar voortgezet onderwijs Doorstroom naar voortgezet 2014-2015 Dit rapport toont detailinformatie over de doorstroom naar het voorgezet van de leerlingen van de school. Naast gegevens over de vervolgscholen en marktaandeel, toont

Nadere informatie

Het oordeel over de leerresultaten van de afdeling komt tot stand op de wijze als vastgesteld in bijlage B.

Het oordeel over de leerresultaten van de afdeling komt tot stand op de wijze als vastgesteld in bijlage B. Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van.. 2016, nr..., houdende vernieuwde voorschriften in het kader van de meting en beoordeling van leerresultaten als bedoeld in artikel

Nadere informatie

VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS

VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS VOORLICHTING VAN DE BASISSCHOOL NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJS Programma: Voorlichting wordt verzorgd door drie scholen uit de buurt namens alle VO-scholen 1 2 3 Verschillende Onderbouw en Hoe komt u aan

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties van Drentse

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Uitwerking berekening Risicomodel sector SO 2015

Uitwerking berekening Risicomodel sector SO 2015 Uitwerking berekening Risicomodel sector SO 2015 INHOUD 1. Inleiding... 1 2. Data... 1 3. Uitgangspunten bij het risicomodel... 1 3.1 Bepaling van groepen binnen het so en vso... 1 3.2 Scores op de indicatoren...

Nadere informatie

OPBRENGSTENKAART 2015 ALGEMENE TOELICHTING

OPBRENGSTENKAART 2015 ALGEMENE TOELICHTING OPBRENGSTENKAART 2015 ALGEMENE TOELICHTING Utrecht, juni 2015 INHOUD 1.1 1.2 Inleiding 5 School 5 1.3 Vestiging 5 1.4 Onderbouw 5 1.5 1.6 Bovenbouw 6 Landelijke gegevens 7 1.7 Afkortingen schoolsoorten

Nadere informatie

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO

Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO Informatie voor ouders groep 8 over: D De E O Overstap V E R S T A P Overgang van PO naar VO Let op! Informatie over de procedure aanmelding wordt tijdens de decemberavonden in het VO aan de ouders gegeven.

Nadere informatie

Voortgezet onderwijs anno Op weg naar de toekomst van uw kind. Fijn dat u er bent!

Voortgezet onderwijs anno Op weg naar de toekomst van uw kind. Fijn dat u er bent! Voortgezet onderwijs anno 2017 1 Op weg naar de toekomst van uw kind Fijn dat u er bent! 2 Belangrijk is dat we vanavond uw vragen zo goed mogelijk beantwoorden Welke vragen heeft u meegenomen? Een reis

Nadere informatie

Het voortgezet onderwijs van nu. Op weg naar de toekomst van uw kind. Fijn dat u er bent!

Het voortgezet onderwijs van nu. Op weg naar de toekomst van uw kind. Fijn dat u er bent! Het voortgezet onderwijs van nu 1 Op weg naar de toekomst van uw kind Fijn dat u er bent! 2 Belangrijk is dat we vanavond uw vragen zo goed mogelijk beantwoorden Welke vragen heeft u meegenomen? Een reis

Nadere informatie

Welkom. op de informatieavond voor ouders over: Overgang van PO naar VO

Welkom. op de informatieavond voor ouders over: Overgang van PO naar VO Welkom op de informatieavond voor ouders over: Overgang van PO naar VO SCHOOLSOORTEN PRO VMBO HAVO PRaktijkOnderwijs Voorbereidend Middelbaar BeroepsOnderwijs Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs VWO Voorbereidend

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 37a en 37b van het Inrichtingsbesluit WVO;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 37a en 37b van het Inrichtingsbesluit WVO; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 39322 27 juli 2016 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 12 juli 2016, nr. 812176,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 37b en 37c van het Inrichtingsbesluit W.V.O.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 37b en 37c van het Inrichtingsbesluit W.V.O. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11458 21 juli 2010 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 7 juli 2010, nr. VO/222043,

Nadere informatie

Walewyc-mavo. Waalwijk OVER DE SCHOOL NA Waalwijk. Aantal leerlingen

Walewyc-mavo. Waalwijk OVER DE SCHOOL NA Waalwijk. Aantal leerlingen Waalwijk OVER DE SCHOOL Soort onderwijs VMBO-GT Onderwijsvisie Regulier Identiteit school Rooms-katholiek Adres school Olympiaweg 8a Plaats 5143 NA Waalwijk Aantal leerlingen 637 BEOORDELING SCHOOL EINDOORDEEL

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2011 en 2015 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 2011-201 Feitenblad Onlangs verscheen de 11 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie en -prestaties

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 0-0 Drentse Onderwijsmonitor 0 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

De Overstap. Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO

De Overstap. Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO Informatie voor ouders groep 8 over: Overgang van PO naar VO Let op! Informatie over de procedure aanmelding wordt tijdens de decemberavonden in het VO aan u gegeven! De Overstap SCHOOLSOORTEN PRO VMBO

Nadere informatie

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 www. gelijke-kansen.nl 2 3 Indicator 1: heroverwegingen 35,1% 47,3% 71,4% 12,5% De gemeente laat een gemiddelde zien van 47,3% t.o.v. een landelijk gemiddelde van

Nadere informatie

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 www. gelijke-kansen.nl 2 3 Indicator 1: heroverwegingen 35,1% 24,5% 28,6% 15,6% De gemeente laat een gemiddelde zien van 24,5% t.o.v. een landelijk gemiddelde van

Nadere informatie

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 www. gelijke-kansen.nl 2 3 Indicator 1: heroverwegingen 35,1% 35,3% 42,4% 25,6% De gemeente laat een gemiddelde zien van 35,3% t.o.v. een landelijk gemiddelde van

Nadere informatie

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 www. gelijke-kansen.nl 2 3 Indicator 1: heroverwegingen 35,1% 27,8% 34,6% 15,1% De gemeente laat een gemiddelde zien van 27,8% t.o.v. een landelijk gemiddelde van

Nadere informatie

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016

Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 Factsheet Schooljaar 2014, 2015, 2016 www. gelijke-kansen.nl 2 3 Indicator 1: heroverwegingen 35,1% 38,6% 63,6% 29,7% De gemeente laat een gemiddelde zien van 38,6% t.o.v. een landelijk gemiddelde van

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode - Drentse Onderwijsmonitor Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

FACTSHEET. Toptalenten VO in het vervolgonderwijs

FACTSHEET. Toptalenten VO in het vervolgonderwijs FACTSHEET Toptalenten VO in het vervolgonderwijs De onderwijsprestaties van Nederlandse leerlingen zijn gemiddeld genomen hoog, maar er blijft ruimte voor verbetering. Deze factsheet geeft inzicht in de

Nadere informatie

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Kerncijfers uit de periode 20-20 Drentse Onderwijsmonitor 20 Feitenblad Onlangs verscheen de de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit rapport brengt de onderwijspositie

Nadere informatie

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 2012 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS

KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 2012 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS KWANTITATIEVE GEGEVENS OPBRENGSTBEVRAGING 2012 SPECIAAL ONDERWIJS EN VOORTGEZET SPECIAAL ONDERWIJS Utrecht, juni 2013 Inhoud 1 Kort verblijf 4 2 Deel I - Speciaal onderwijs 5 2.1 Uitstroom 5 2.2 IQ van

Nadere informatie

Onderwijsmonitor Lelystad. de staat van het onderwijs van bo tot mbo

Onderwijsmonitor Lelystad. de staat van het onderwijs van bo tot mbo Onderwijsmonitor de staat van het onderwijs van bo tot mbo november 2016 Inhoudsopgave Samenvatting en discussie: 3 1. Inleiding: 4 2. Basisonderwijs en speciaal onderwijs: 5 2.1 Onderwijsdeelname: 5 2.2

Nadere informatie