Richtlijn indicatiestelling voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Eijsden-Margraten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Richtlijn indicatiestelling voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Eijsden-Margraten"

Transcriptie

1 CVDR Officiële uitgave van Eijsden-Margraten. Nr. CVDR306501_1 3 april 2018 Richtlijn indicatiestelling voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Eijsden-Margraten Inhoudsopgave Inleiding Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Indicatie hulp bij het huishouden Indicatie mobiliteitshulpmiddelen Indicatie woonvoorzieningen Normering huishoudelijke taken in minuten Standaardindicaties hulp bij het huishouden Verstrekkingswijzen hulp bij het huishouden Gebruikelijke zorg Afbakening hulp bij het huishouden en een ZZP Normering aantal zones Regiotaxi Algemeen gebruikelijke woonvoorzieningen Voorwoord De gemeente Eijsden-Margraten is bezig om de Wmo door te ontwikkelen. Ze wil meer inzetten op de eigen kracht van mensen, ze wil de regie van mensen versterken en ze wil mensen aanspreken op de eigen verantwoordelijkheid. Dit gebeurt onder de vlag van de Kanteling en past helemaal in de lijn van de overige ontwikkelingen in het sociaal domein, zoals Welzijn Nieuwe Stijl en de decentralisatie van Begeleiding. Met deze inhoudelijke, grote doorontwikkeling wil de gemeente Eijsden-Margraten - binnen de toekomstige financiële kaders - haar ambities op de gebieden zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie waarmaken. In de Wmo gaat het uiteindelijk om Meedoen. Vele burgers van de gemeenten kunnen dit zelf, anderen hebben hier enige hulp bij nodig. Het kan dan gaan om de hulp van buren, familie of vrienden. Maar er zijn ook mensen die afhankelijk zijn van professionele hulp. Hiervoor kunnen zij terecht bij de gemeente en de door haar gesubsidieerde welzijnsinstellingen. Binnen het gedachtegoed van de Kanteling gaat het erom dat de regie zoveel mogelijk bij de burger zelf wordt gehouden. Het benutten van de eigen kracht van mensen en hun sociaal netwerk staat dan ook centraal. Waar dat niet voldoende is worden algemene en eventueel individuele Wmo-voorzieningen ingezet. Dit protocol is een uitwerking van het gekantelde Wmo-beleid van de gemeente en geeft richting aan de verstrekking van de individuele Wmo-voorzieningen. De criteria die bepalen of de gemeente iemand daadwerkelijk een voorziening kan aanbieden worden beschreven in de Verordening maatschappelijke ondersteuning. Dit protocol is een praktisch handvat voor de Wmo-gespreksvoerders die het contact met de burger hebben en geeft voor de desbetreffende burgers inzicht in de wijze waarop hun indicatie tot stand is gekomen. Eijsden-Margraten September 2012 Inleiding Per januari 2007 hebben gemeenten de uitvoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning als taak gekregen. Deze wet verving een aantal andere regelingen, zoals de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) en delen van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Algemeen doel van de Wmo is meedoen ongeacht leeftijd, aandoening of beperking. Centrale thema s hierin zijn zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie. Compensatiebeginsel Met de invoering van de Wmo is een nieuw begrip geïntroduceerd: het compensatiebeginsel. Met dit beginsel heeft de Rijksoverheid gemeenten de plicht opgelegd om mensen met een beperking te compenseren. De wet geeft ook aan dat daarbij rekening gehouden moet worden met de persoonlijke situatie van de cliënt en zijn mogelijkheden om zelf te voorzien in oplossingen. Het is daarmee een 1

2 wederzijdse verplichting om te zoeken naar mogelijkheden om aanwezige problemen op te lossen. Het compensatiebeginsel geldt, zo geeft de tekst van artikel 4, eerste lid Wmo aan, voor de onderdelen: - het voeren van een huishouden; - het zich verplaatsen in en om de woning; - zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel; - het ontmoeten van medemensen en op basis daarvan aangaan van sociale verbanden. Het gaat hierbij om de volgende personen (zoals bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder g, onderdeel 4, 5 en 6 van de Wmo): Het ondersteunen van mantelzorgers en hulp bij het vinden van geschikte oplossingen als zij hun taken tijdelijk niet kunnen uitvoeren, en het ondersteunen van vrijwilligers; Mensen met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem stimuleren om zelfstandig te functioneren en deel te nemen aan het maatschappelijk verkeer; Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem om hun zelfstandig functioneren of deelname aan het maatschappelijk verkeer te behouden of te bevorderen. In dit artikel van de wet wordt gemeenten opgedragen om ten behoeve van compensatie voorzieningen te treffen. De wet stelt daarbij niet vast dat het altijd om individuele voorzieningen moet gaan. In de gemeente Eijsden-Margraten is invulling gegeven aan dit compensatiebeginsel door het opstellen van een breed ondersteuningsarrangement bestaande uit de eigen mogelijkheden van mensen, informele zorg, algemene voorzieningen, collectieve voorzieningen en individuele voorzieningen. De Kanteling Het project de Kanteling is door de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) gestart om het compensatiebeginsel in de Wmo verder te helpen vormgeven. Participatie moet hierbij centraal komen te staan. Dit vraagt om een nieuwe manier van denken en doen, voor burgers, professionals in het veld en de gemeente zelf. Een verandering naar brede vraagverheldering, vanuit de hele persoon en niet enkel vanuit de bestaande voorzieningen. In een zogenaamd keukentafelgesprek wordt gekeken wat de belemmeringen zijn die een persoon ervaart, welke participatiebehoefte er is en welke ondersteuning hiervoor nodig zou zijn. Het gaat hier om maatwerk, passend bij de cliënt en zijn ondersteuningsbehoeften. In het bepalen van oplossingen wordt gekeken naar de mogelijkheden van de cliënt zelf en zijn sociale netwerk. Indien onvoldoende compenserend, wordt gekeken naar oplossingen op het vlak van collectieve en daaropvolgend individuele voorzieningen. De Kanteling beoogt daarin zoveel mogelijk de persoon zelf de regie over zijn leven te laten behouden. De gekantelde Wmo in Eijsden-Margraten In de gemeente Eijsden-Margraten is vanuit de gedachte van de Kanteling sprake geweest van een doorontwikkeling van de Wmo. Hierin wordt, meer dan voorheen, uitgegaan van individueel maatwerk gericht op de zelfredzaamheid en participatie van burgers. In het zoeken naar mogelijkheden om de participatieambitie van deze burger te realiseren, wordt ook gekeken naar de verantwoordelijkheid van de persoon. Dit komt naar voren in de verantwoordelijkheidsladder die de gemeente hanteert. Daarin wordt eerst gekeken naar wat mensen zelf kunnen doen of nog kunnen leren. Vervolgens wordt gekeken of de klant de ondersteuning kan organiseren in zijn naaste omgeving, dus bij familie, vrienden of buren. Als dat niet tot een oplossing leidt, wordt onderzocht of er gebruik gemaakt kan worden van een algemene voorziening. Wanneer een algemene voorziening geen oplossing is, komt de cliënt in aanmerking voor een individuele voorziening, zoals een indicatie voor Hulp bij het huishouden, een woon- of vervoersvoorziening. Het Gesprek Indien een burger zich tot de gemeente wendt vanwege een - door zijn beperking - ervaren probleem wordt door de professional (zogenoemde Wmo-gespreksvoerder) een Gesprek aangegaan. In dit Gesprek, dat vaak uit meerdere afspraken bestaat, wordt breed vanuit de verschillende resultaatgebieden van de Wmo 1 naar de problematiek van de cliënt gekeken. Het Gesprek leidt tot een ondersteuningsarrangement bestaande uit oplossingen vanuit verschillende blokken van de verantwoordelijkheidsladder. Een indicatie voor een individuele Wmo-voorziening kan hier onderdeel van zijn. Deze richtlijn In voorliggende richtlijn wordt beschreven op welke wijze een indicatie voor de individuele Wmovoorzieningen in de gemeente tot stand komt. Het kan dan gaan om een indicatie voor hulp bij het huishouden, een mobiliteitshulpmiddel of een vervoersvoorziening. Door middel van deze richtlijn wil de gemeente Eijsden-Margraten aan haar burgers duidelijk maken hoe de indicatie voor een individuele Wmo-voorziening tot stand gekomen is. In dit document is echter 2

3 niet in detail de werkwijze bij de indicatiestelling beschreven. Dit zal, zeker in aanpak van de Wmo door de gemeente Eijsden-Margraten, maatwerk zijn. 1 De resultaten binnen de Wmo zijn gebaseerd op een viertal resultaatgebieden. De VNG heeft deze vier gebieden binnen de Kanteling uitgewerkt tot acht te behalen resultaten. 1. Iedere burger kan wonen in een schoon en leefbaar huis. 2. Iedere burger kan wonen in een voor hem/haar geschikt huis. 3. Iedere burger kan beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften. 4. Iedere burger kan beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding. 5. Iedere burger kan thuis zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren. 6. Iedere burger kan zich verplaatsen in, om en nabij het huis. 7. Iedere burger kan zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel. 8. Iedere burger heeft de mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan recreatieve, maatschappelijke of reguliere activiteiten. Hoofdstuk 1 Indicatie hulp bij het huishouden De voorziening Hulp bij het huishouden is overgekomen vanuit de AWBZ waarin dit Huishoudelijke Verzorging werd genoemd. Hulp bij het huishouden is bedoeld om ondersteuning te geven aan mensen die beperkingen ervaren in het voeren van een huishouden. 1.1 Indicatiestelling Hulp bij het huishouden Bij de indicatiestelling wordt uitgegaan van de ICF-classificatie (International Classification of Functions, Disabilities and Health). Dit is een gestandaardiseerd begrippenkader over het menselijk functioneren en de problemen die daarin kunnen optreden. De ICF wordt gebruikt om het verband tussen de beperking van een burger en de ervaren belemmering of belemmeringen te kunnen objectiveren. De ICF sluit aan bij het compensatiebeginsel in de Wmo. 1.2 Algemene uitgangspunten Als een cliënt zich meldt bij de gemeente worden, zoals eerder aangegeven, één of meerdere brede vraagverhelderende gesprekken tussen Wmo-gespreksvoerder en burger gehouden. Deze gesprekken leiden tot een samengesteld ondersteuningsarrangement waarbij voor het bepalen van de oplossingen de verantwoordelijkheidsladder als leidraad wordt genomen. De individuele voorziening Hulp bij het huishouden kan - maar hoeft niet altijd - hier een onderdeel van zijn. Voor het bepalen van een eventuele toekenning van Hulp bij het huishouden kan van een aantal basisuitgangspunten uit worden gegaan. Zo kent de gemeente een individuele voorziening voor Hulp bij het huishouden toe als: - de specifieke beperking van de cliënt hierom vraagt, én; - de voorziening noodzakelijk is, én; - dit voor de gemeente de goedkoopste compenserende voorziening is. De gemeente kan een voorziening afwijzen als aan tenminste één van onderstaande voorwaarden voldaan wordt: - de cliënt woont niet in de gemeente Eijsden-Margraten; - de cliënt heeft geen aantoonbare beperkingen; - de cliënt heeft een beperking die aantoonbaar maar niet objectiveerbaar is aan de hand van de ICF; - er is sprake van gebruikelijke zorg; - de voorziening is algemeen gebruikelijk; - de cliënt kan aanspraak maken op een wettelijke voorliggende voorziening; - een collectieve voorziening is voldoende compenserend en beschikbaar; - de cliënt zelf of zijn sociaal netwerk kan een voldoende compenserende oplossing creëren. Bovenstaande zijn basisregels en vinden hun verdere uitwerking in detail tijdens het Gesprek tussen burger en Wmo-gespreksvoerder. 1.3 Afwegingkader Tijdens het maken van een beslissing voor de indicatie van individuele Hulp bij het huishouden worden een aantal kernvragen gesteld. Dit gebeurt in gesprek met de burger en is beeldend weergegeven in onderstaand afwegingskader. Vervolgens worden enkele gebruikte begrippen verder toegelicht. Het afwegingskader is een handreiking die de Wmo-gespreksvoerder gebruikt. Het is echter geen keurslijf. 1.1 Zijn er aantoonbare beperkingen als gevolg van ziekte of gebrek, waardoor de cliënt niet in staat is een goed huishouden te voeren. Nee > geen indicatie Ja > door naar 1.2 3

4 1.2 Is dit op te lossen (te compenseren) met Hulp bij het huishouden? Nee > geen indicatie Ja > door naar Is de voorziening algemeen gebruikelijk? Zie voor uitleg over algemeen gebruikelijke voorzieningen paragraaf Is er sprake van gebruikelijke zorg? Zie voor uitleg over gebruikelijke zorg paragraaf 1.4 en bijlage Heeft de client een indicatie voor verblijfszorg (ZZP) en kiest hij/zij ervoor huishoudelijke hulp vanuit de AWBZ te ontvangen? Zie voor uitleg bijlage In hoeverre kan de cliënt het probleem zelf aanpakken? Denk aan activiteiten aanleren, financiële draagkracht etc. 1.7 Kan de omgeving van de cliënt helpen de belemmeringen op te lossen (denk aan vrienden, familie, buren etc. 1.8 Is er een beschikbare voorliggende algemene voorziening die de problemen op kan lossen? 1.9 Er is een indicatie voor Hulp bij het huishouden Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.4 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.5 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.6 Ja > uitvraag mogelijkheden en evt. kortdurende hulp (aanleren) Nee > door naar 1.7 Ja > uitvraag mogelijkheden en evt. mantelzorgondersteuning Nee > door naar 1.8 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.9 Zie bijlage 1 voor de tijdsnormering van huishoudelijke taken en bijlage 2 voor standaardindicaties. Onderstaand wordt ingegaan op diverse onderwerpen die als afweging voor de verstrekking van een indicatie voor hulp bij het huishouden worden gesteld. Zie voor overige aandachtspunten de Beleidsregels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Eijsden-Margraten De leefeenheid is primair zelf verantwoordelijk Onder een leefeenheid wordt verstaan alle bewoners die een gemeenschappelijke woning bewonen met als doel een duurzaam huishouden te voeren. Indien tot de leefeenheid, waar de cliënt deel van uitmaakt, één of meer huisgenoten behoren die wel in staat zijn het huishoudelijk werk te verrichten, komt men niet in aanmerking voor hulp bij het huishouden. Wij spreken dan van gebruikelijke zorg. Gebruikelijke zorg is de ondersteuning die huisgenoten geacht worden elkaar te bieden, omdat zij als leefeenheid een gemeenschappelijk huishouden voeren en op die grond een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben voor het functioneren van dat huishouden. Het principe van gebruikelijke zorg heeft een verplichtend karakter en hierbij wordt geen onderscheid gemaakt op basis van sekse, religie, cultuur, gezinssamenstelling, de wijze van inkomensverwerving, drukke werkzaamheden, lange werkweken of persoonlijke opvattingen over het verrichten van huishoudelijke werkzaamheden. Als er sprake is van kamerverhuur, rekenen we de huurder van de betreffende ruimte niet tot het huishouden. Als mensen zelfstandig samenwonen op een adres en gemeenschappelijke ruimten delen, veronderstellen we dat het aandeel in het schoonmaken van die ruimten bij uitval van een van de leden wordt overgenomen door de andere leden van een leefeenheid. Het eventuele positieve advies voor hulp bij het huishouden betreft dan alleen de eigen woonruimte (kamers) van de zorgvrager en een evenredig deel van het schoonmaken van de gemeenschappelijke ruimten. Denk aan woongroepen, kamerverhuur of meerdere generaties in een huis. Er zijn situaties die op een grensgebied liggen. Bij kloostergemeenschappen bijvoorbeeld is wel sprake van een leefeenheid, maar is over het algemeen een taakverdeling, die zich niet leent voor overname. In die situatie kan wel geïndiceerd worden voor bijvoorbeeld het schoonmaken van de eigen kamer indien men dit zelf niet meer kan. Gemeenschappelijke ruimten die kenmerkend voor kloosters zijn kunnen niet worden geïndiceerd omdat zij het niveau sociale woningbouw te boven gaan (bibliotheken, gebedsruimten, gemeenschapsruimten, refters) en behoren tot de eigen verantwoordelijkheid van de gemeenschap. Indien uit medisch onderzoek blijkt dat een huisgenoot aantoonbare beperkingen heeft op grond van een aandoening, beperking, handicap of probleem waardoor redelijkerwijs de taken niet overgenomen kunnen worden is gebruikelijke zorg niet van toepassing. In Bijlage 4 wordt verder ingegaan op de verwachtingen en inzet van gebruikelijke zorg. 1.5 Algemeen, algemeen gebruiktelijke en voorliggende voorzieningen Algemene hulpmiddelen Algemene hulpmiddelen hebben voorrang op individuele voorzieningen. Waar nodig zal een individuele voorziening worden verstrekt. Hoe de keuze zal worden gemaakt is altijd een individuele afweging. - Inzet van algemene hulpmiddelen: Afwasmachine, aangepast bestek, het plaatsen van een verhoging voor een wasmachine, een wasdroger, een stofzuiger. 4

5 Als een technisch hulpmiddel niet aanwezig is of gerealiseerd kan worden maar wel een goede oplossing biedt, is dit voorliggend op het inzetten van hulp. Hierbij wordt geen rekening gehouden met de persoonlijke opvattingen over de inzet van deze hulpmiddelen door de cliënt Algemeen gebruikelijke voorzieningen Een algemeen gebruikelijke voorziening is een voorziening waarover de aanvrager, gezien zijn individuele situatie, ook zonder zijn handicap of beperking, zou kunnen beschikken. Deze voorzieningen worden als algemeen gebruikelijk beschouwd. Wat in een concrete situatie als algemeen gebruikelijk te beschouwen is, hangt af van de geldende maatschappelijke normen van het moment van de aanvraag. - Inzet van algemeen gebruikelijke voorzieningen: Te denken valt hierbij aan: dagrecreatie voor ouderen, sociale alarmering, boodschappen service, maaltijdservice, klussendienst, ramenwasservice etc Voorliggende voorzieningen Voorliggende voorzieningen zijn voorzieningen, waarop voor zover op grond van enige andere wettelijke regeling of privaatrechtelijke verbintenis, aanspraak bestaat. De voorliggende voorziening moet beschikbaar en passend zijn. Als dit niet het geval is, dan is er geen sprake van een voorliggende voorziening. De consulent moet de sociale kaart goed in beeld hebben, zodat adequaat beoordeeld kan worden of een voorliggende voorziening daadwerkelijk beschikbaar en passend is. Niet relevant is of men gebruik wil maken van een voorliggende voorziening. Het is in principe ook niet relevant welke kosten aan de voorliggende voorziening zijn verbonden, tenzij sprake zou kunnen zijn van een zogenaamd extreem laag inkomen als geldt bij het begrip algemeen gebruikelijk: een inkomen dat door kosten op grond van de ziekte of het probleem onder de bijstandsnorm uitkomt of dreigt uit te komen door deze kosten. - Inzet van wettelijke voorzieningen Hierbij valt te denken aan wettelijke regelingen als AWBZ, Zorgverzekeringswet (ZvW), Wet op de Jeugdzorg Wet werk en bijstand (Wwb), Wet op kinderopvang, etc. Een wettelijke voorziening die het probleem kan oplossen is in deze altijd voorliggend op de Wmo. 1.6 Algemene voorzieningen Binnen de gemeente Eijsden-Margraten zijn enkele algemene voorzieningen beschikbaar of in ontwikkeling. Het gaat daarbij om een was- en strijkservice, een scootmobiel- en rolstoelpool, een klussendienst, een ramenwasservice en vrijwillige boodschappendienst. In het kader van de Kanteling wordt bekeken op welke terreinen het wenselijk is om het aanbod van algemene voorzieningen nog verder uit te breiden. Indien een algemene voorziening de belemmeringen van een persoon voldoende kan compenseren zal deze altijd eerst worden ingezet voordat een verder indicatie voor een individuele Wmovoorziening volgt. 1.7 Particuliere huishoudelijke hulp 1) Wanneer er in de financiële situatie van de aanvrager iets verandert (bv verlies van baan ten gevolge van een beperking) waardoor de particuliere hulp niet gecontinueerd kan worden, kan aanspraak gemaakt worden op de voorziening hulp bij het huishouden. 2) Als een cliënt 9 maanden van een jaar particuliere hulp heeft en op het moment van de aanvraag, nog steeds hulp heeft die activiteiten overneemt (waarmee de cliënt bij hetvoeren van het huishouden problemen ondervindt) dan wordt de particuliere hulp als algemeen gebruikelijk beschouwd voor de overgenomen activiteiten en volgt er eennegatieve indicatie. 3) Als een cliënt 9 maanden van een jaar particuliere hulp heeft en op het moment van de aanvraag, nog steeds hulp heeft die niet alle activiteiten overneemt (waarmee de cliënt bij het voeren van het huishouden problemen ondervindt) dan kan er een indicatie komen voor de activiteiten die niet overgenomen worden. 1.8 Revalideren Wanneer bepaalde aandoeningen die de oorzaak vormen voor de huishoudelijke beperkingen naar de mening van de arts nog behandelmogelijkheden biedt, kan in de regel geen hulp bij het huishouden positief worden geïndiceerd. Het gaat hierbij dan met name om Moeilijk Objectiveerbare Aandoeningen (MOA) en psychische aandoeningen. Hulp bij het huishouden kan in een dergelijke situatie immers antirevaliderend werken. Wel kan Hulp bij het huishouden naast een te volgen behandeling of revalidatie positief worden geadviseerd. Hierover is afstemming met de behandelaar nodig. Een dergelijke indicatie heeft dan in principe een korte geldigheidsduur, afgeleid van de duur van het behandel- of revalidatietraject. 1.9 Technische hulpmiddelen en woonvoorzieningen 5

6 Er is geen positieve indicatie voor hulp bij het huishouden als de problemen van de cliënt afdoende kunnen worden opgelost met technische hulpmiddelen of woonvoorzieningen (zie ook 1.5). Hulpmiddelen kunnen bestaan uit algemeen gebruikelijke huishoudelijke apparatuur, zoals een wasmachine of stofzuiger. Deze hulpmiddelen dienen uit oogpunt van verantwoorde werkomstandigheden ook voor een helpende aanwezig te zijn. Daarnaast kan gebruik gemaakt worden van al aanwezige hulpmiddelen, zoals een wasdroger of een afwasmachine. Als dergelijke apparaten niet aanwezig zijn maar wel een adequate oplossing zouden bieden voor het probleem, is de aanschaf van deze hulpmiddelen algemeen gebruikelijk. Woonvoorzieningen kunnen bijvoorbeeld keukenaanpassingen zijn of het plaatsen van een verhoging voor een droger/wasmachine. Hulpmiddelen kunnen ook gefinancierd zijn uit een andere betalingsregeling, gericht op of aangepast aan de handicap van de cliënt (AWBZ, Regeling hulpmiddelen of WMO) Normering en verstrekkingswijze Indien tijdens het Gesprek met een cliënt blijkt dat een indicatie voor hulp bij het huishouden noodzakelijk is om de belemmeringen te compenseren, wordt hier een indicatie voor gesteld. Deze indicatie is altijd maatwerk, maar kan wat betreft tijdsnormering onderbouwd worden aan de hand van de normeringen genoemd in bijlage 1. Daarnaast wordt in bijlage 2 een lijst van standaardindicaties gegeven. Ook deze is voornamelijk informatief en als leidraad bedoeld. In de specifieke situatie van een cliënt kan hiervan afgeweken worden. Daarnaast is meer- en minderwerk (en dus tijdsnormering) mogelijk. In sommige gevallen zal een cliënt eveneens ondersteuning vanuit de AWBZ ontvangen en een indicatie voor verblijf hebben (ZZP). In bijlage 5 wordt aangegeven wanneer noodzakelijke hulp in de huishouding dan wel of juist niet vanuit de Wmo verstrekt kan worden. De wijze van verstrekking kan via zorg in natura of een PGB. Daarnaast zal bij de beschikbaarheid van een algemene voorziening, deze voorliggend zijn en is dan geen indicatie nodig. Hierop wordt verder ingegaan in bijlage 3. Hoofdstuk 2. Indicatie mobiliteitshulpmiddelen Het eerder genoemde compensatiebeginsel in de Wmo richt zich ook op de vervoersbehoefte van mensen. Het kan dan gaan om de mogelijkheid om zich te verplaatsen in en om de woning of het zich lokaal verplaatsen per vervoersmiddel. Daarnaast kan een vervoersmiddel noodzakelijk zijn om medemensen te kunnen ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. Deze vervoersmiddelen worden ook wel mobiliteitshulpmiddelen genoemd. Het kan dan gaan om een: - Deeltaxipas - Pas voor collectief vraagafhankelijk vervoer (Regiotaxi) - PGB voor vervoerskosten - Scootmobiel - Rolstoel - Rijwiel bijzonder uitvoering 2.1 Algemene uitgangspunten Als een cliënt zich meldt bij de gemeente worden, zoals eerder aangegeven, één of meerdere brede vraagverhelderende gesprekken tussen Wmo-gespreksvoerder en burger gehouden. Deze gesprekken leiden tot een samengesteld ondersteuningsarrangement waarbij voor het bepalen van de oplossingen de verantwoordelijkheidsladder als leidraad wordt genomen. De individuele voorziening voor een mobiliteitshulpmiddel kan - maar hoeft niet altijd - hier een onderdeel van zijn. Voor het bepalen van een eventuele toekenning van een mobiliteitshulpmiddel kan van een aantal basisuitgangspunten uit worden gegaan. Zo kent de gemeente een individuele voorziening voor een mobiliteitshulpmiddel toe als: - de specifieke beperking van de cliënt hierom vraagt, én; - de voorziening noodzakelijk is, én; - dit voor de gemeente de goedkoopste compenserende voorziening is. De gemeente kan een voorziening afwijzen als aan tenminste één van onderstaande voorwaarden voldaan wordt: - de cliënt woont niet in de gemeente Eijsden-Margraten; - de cliënt heeft geen aantoonbare beperkingen; - de cliënt heeft een beperking die aantoonbaar maar niet objectiveerbaar is aan de hand van de ICF; - de voorziening is algemeen gebruikelijk; - de cliënt kan aanspraak maken op een wettelijke voorliggende voorziening; - een collectieve voorziening is voldoende compenserend en beschikbaar; - de cliënt zelf of zijn sociaal netwerk kan een voldoende compenserende oplossing creëren. Bovenstaande zijn basisregels en vinden hun verdere uitwerking in detail tijdens het Gesprek tussen burger en Wmo-gespreksvoerder. 6

7 2.2 Afwegingskader Tijdens het maken van een beslissing voor de indicatie van een individueel mobiliteitshulpmiddel worden een aantal kernvragen gesteld. Dit gebeurt in gesprek met de burger en is beeldend weergegeven in onderstaand afwegingskader. Omdat onder het begrip mobiliteitshulpmiddelen veel verschillende voorzieningen vallen, zal elk gesprek verschillend zijn en voor iedere cliënt maatwerk geleverd moeten worden. De vragen in het afwegingskader kunnen wel helpen om te bepalen of een individuele voorziening de meest geschikte oplossing is. Bij verdere indicatiestelling zal aan de hand van het ICF bekeken worden wat de meest geschikte vorm van de voorziening is en de omvang (denk aan PGB-vervoersbudget). Daarbij is de meest eenvoudige en goedkoopst-compenserende oplossing eerste keus (bvb. handbewogen rolstoel t.o.v. elektrische rolstoel). In dit afwegingskader wordt zoveel als mogelijk gekeken naar het benutten en versterken van de eigen mogelijkheden van mensen. Het heeft bijvoorbeeld de voorkeur dat iemand leert om gebruik te maken van het OV dan dat een aparte individuele voorziening voor de vervoersbehoefte van deze persoon wordt verstrekt. Het gebruik van reguliere vervoersmiddelen draagt sterker bij aan de zelfredzaamheid, mobiliteitsvrijheid en maatschappelijke participatie van cliënten dan geïndiceerde voorzieningen. 1.1 Is er reële alledaagse behoefte aan vervoer of is de cliënt grotendeels Nee > geen indicatie aangewezen op zittend vervoer? Ja > door naar Zijn er aantoonbare beperkingen als gevolg van ziekte of gebrek, waardoor de cliënt niet in staat is zich in en om het huis of lokaal te vervoeren? 1.3 Is dit op te lossen (te compenseren) met een mobiliteitshulpmiddel? 1.4 Is er een algemeen gebruikelijke compenserende voorziening? Zoals een fiets, brommer of fiets met hulpmotor. Zie voor uitleg over algemeen gebruikelijke voorzieningen paragraaf Is het mobiliteitshulpmiddel langdurig noodzakelijk? (Bij rolstoelen langer dan 6 maanden, anders Zvw). 1.6 In hoeverre kan de cliënt het probleem zelf aanpakken? Denk aan activiteiten aanleren, financiële draagkracht etc. 1.7 Kan de omgeving van de cliënt helpen de belemmeringen op te lossen (denk aan vrienden, familie, buren etc. 1.8 Is er een beschikbare voorliggende algemene voorziening die de problemen op kan lossen? Denk aan rolstoel- /scootmobielpool 1.9 Is er sprake van regelmatig gebruik van het hulpmiddel? Bvb. minimaal wekelijks gebruik van een rolstoel 1.10 Is de cliënt rijvaardig en is het verplaatsen met het hulpmiddel verkeersveilig te noemen? 1.11 Er is een indicatie voor het mobiliteitshulpmiddel. In het geval van de Regiotaxi kan ook sprake zijn van een gedeeltelijke indicatie. Nee > geen indicatie Ja > door naar 1.3 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.4 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.5 Nee > geen indicatie Ja > door naar 1.6 Ja > uitvraag mogelijkheden en evt. kortdurende hulp (aanleren) Nee > door naar 1.7 Ja > uitvraag mogelijkheden en evt. mantelzorgondersteuning Nee > door naar 1.8 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.9 Nee > geen indicatie Ja > door naar 1.10 Nee > geen indicatie Ja > door naar 1.11 Bij een indicatie voor de Regiotaxi, zie voor bepaling aantal zones bijlage Aandachtspunten indicatie mobiliteitshulpmiddelen Voor het verstrekken van een individueel mobiliteitshulpmiddel geldt aldus de beleidsregels: Indien een persoon geen 800 meter, al dan niet met hulpmiddelen en in een redelijk tempo, kan lopen én in het openbaar vervoer kan komen, dan komt deze persoon in aanmerking voor een indicatie voor het collectief vraagafhankelijk vervoer; Indien een persoon een loopafstand van minder dan 100 meter of tussen de 100 en 800 meter heeft, dan zal het college beoordelen of eveneens een voorziening voor de korte afstand verstrekt moet worden; Met de positie van mantelzorgers kan rekening worden gehouden bij het bepalen van de vervoersvoorziening. Zie voor overige uitwerkingen van de verstrekking van een individueel mobiliteitshulpmiddel de Beleidsregels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Eijsden-Margraten Hoofdstuk 3 Indicatie woonvoorzieningen Als cliënten door hun beperking problemen ondervinden in het normale gebruik van de woning, dan kan een woonvoorziening geïndiceerd worden. De volgende voorzieningen worden onderscheiden: Woningaanpassingen: hierbij kan het gaan om kleine aanpassingen zoals een douchezitje of het verwijderen van een drempel. Maar ook ingrijpende verbouwingen kunnen nodig zijn, zoals het aanbrengen van een traplift of het aanpassen van een keuken of badkamer. Als het verschil in kosten tussen aanpassen van de woning en verhuizen naar een al aangepaste woning groot is, wordt eerst bekeken of verhuizing wellicht zinvol is. Roerende woonvoorzieningen: hierbij kan het gaan om losse voorzieningen zoals een tillift. 7

8 Financiële tegemoetkoming: hierbij kan het gaan om een tegemoetkoming in de kosten voor een noodzakelijke verhuizing, sanering of tijdelijke huisvesting 3.1 Algemene uitgangspunten Als een cliënt zich meldt bij de gemeente worden, zoals eerder aangegeven, één of meerdere brede vraagverhelderende gesprekken tussen Wmo-gespreksvoerder en burger gehouden. Deze gesprekken leiden tot een samengesteld ondersteuningsarrangement waarbij voor het bepalen van de oplossingen de verantwoordelijkheidsladder als leidraad wordt genomen. De individuele voorziening voor een woonvoorziening kan - maar hoeft niet altijd - hier een onderdeel van zijn. Voor het bepalen van een eventuele toekenning van een woonvoorziening kan van een aantal basisuitgangspunten uit worden gegaan. Zo kent de gemeente een individuele voorziening voor een woonvoorziening toe als: - de specifieke beperking van de cliënt hierom vraagt, én; - de voorziening noodzakelijk is, én; - dit voor de gemeente de goedkoopste compenserende voorziening is. De gemeente kan een voorziening afwijzen als aan tenminste één van onderstaande voorwaarden voldaan wordt: - de cliënt woont niet in de gemeente Eijsden-Margraten; - de cliënt heeft geen aantoonbare beperkingen; - de cliënt heeft een beperking die aantoonbaar maar niet objectiveerbaar is aan de hand van de ICF; - de voorziening is algemeen gebruikelijk; - de cliënt kan aanspraak maken op een wettelijke voorliggende voorziening; - een collectieve voorziening is voldoende compenserend en beschikbaar; - de cliënt zelf of zijn sociaal netwerk kan een voldoende compenserende oplossing creëren. Bovenstaande zijn basisregels en vinden hun verdere uitwerking in detail tijdens het Gesprek tussen burger en Wmo-gespreksvoerder. 3.2 Afwegingskader Tijdens het maken van een beslissing voor de indicatie van een woonvoorziening worden een aantal kernvragen gesteld. Dit gebeurt in gesprek met de burger en is beeldend weergegeven in onderstaand afwegingskader. Het afwegingskader is een handreiking die de Wmo-gespreksvoerder gebruikt. Het is echter geen keurslijf en iedere situatie vraagt dan ook om maatwerk. In de beleidsregels individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning worden verdere handvatten gegeven voor de afweging tot het verstrekken van een individuele woonvoorziening. Noot: Algemeen uitgangspunt bij woonvoorzieningen is dat iedereen eerst zelf zorg dient te dragen voor een eigen woning. De gemeente heeft hierin geen verantwoordelijkheid. Dit geldt ook in het geval van een aanvraag voor een mantelzorgwoning. Bij het zorg dragen voor een woning dient de belanghebbende rekening te houden met huidige, en toekomstige beperkingen voor zover inschatbaar (chronisch zieken of beperkingen i.v.m. te verwachten ouderdom) WOONVOORZIENINGEN 1.1 Zijn er aantoonbare beperkingen als gevolg van ziekte of gebrek, waardoor de cliënt niet in staat is de woning op een normale manier te gebruiken of te bereiken? 1.2 Kan het resultaat wonen in een geschikt huis ook bereikt worden met een verhuizing? 1.3 Is dit op te lossen (te compenseren) met een woonvoorziening? 1.4 Is er een algemeen gebruikelijke compenserende voorziening? Zoals een keramische kookplaat, een thermostatische mengkraan etc. Zie voor uitleg over algemeen gebruikelijke voorzieningen paragraaf 1.5 en voor een lijst van algemeen gebruikelijke hulpmiddelen bijlage Is de benodigde woonvoorziening langer dan zes maanden noodzakelijk om de beperkingen op het gebied van wonen te verhelpen (te compenseren)? 1.6 In hoeverre kan de cliënt het probleem zelf aanpakken? Denk aan activiteiten aanleren, financiële draagkracht etc. 1.7 Kan de omgeving van de cliënt helpen de belemmeringen op te lossen (denk aan vrienden, familie, buren etc. 1.8 Is er een beschikbare voorliggende algemene voorziening die de problemen op kan lossen? Denk aan een klussendienst voor het plaatsen van een algemeen gebruikelijke voorziening. 1.8 Er is een indicatie voor de woonvoorziening. Nee > geen indicatie Ja > door naar 1.2 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.3 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.3 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.4 Nee > geen indicatie Ja > door naar 1.5 Ja > uitvraag mogelijkheden en evt. kortdurende hulp (aanleren) Nee > door naar 1.6 Ja > uitvraag mogelijkheden en evt. mantelzorgondersteuning Nee > door naar 1.7 Ja > geen indicatie Nee > door naar 1.8 8

9 3.3 Aandachtspunten indicatie woonvoorzieningen Als gekozen wordt voor een indicatie voor een aanbouw zijn de volgende beleidsregels van toepassing: In geval van een huurwoning wordt enkel een aanbouw geplaatst als tevoren vast staat dat de aanbouw hergebruikt kan worden; In geval van een eigen woning wordt zoveel als mogelijk gekozen voor het plaatsen van een herbruikbare losse woonunit én wordt allereerst beoordeeld wat iemands mogelijkheden zijn om hierin zelf te voorzien (vanuit een kostenoogpunt); Als een inpandige aanpassing mogelijk is, bijvoorbeeld in de situatie van een ruimebenedenverdieping, zal het college allereerst die situatie beoordelen, voordat uitbreiding vande woning aan de orde komt; Bij deze en overige (grote) bouwkundige aanpassingen geldt aldus de beleidsregels het volgende:. Bij aanpassingen aan gemeenschappelijke ruimten zal het college ook beoordelen ofhet verantwoord is voorzieningen als trapliften op een voor eenieder bereikbare plaats tezetten. Ook zal naar aspecten als slijtage door weer en wind door het college wordengekeken.. Bij het bepalen van al dan niet bouwkundige woonvoorzieningen houdt het college rekeningmet de belangen van mantelzorgers, zoals bij tilliften en andere hulpmiddelen die doormantelzorgers bediend moeten worden. Bij het eventueel verstrekken van een verhuiskostenvergoeding geldt:. Dat het college rekening houdt met de mate waarin de verhuizing te verwachten of te voorspellen was. Bij een te verwachten of voorspelbare verhuizing wordt in principe geen verhuiskostenvergoeding toegekend. Zie voor overige uitwerkingen van de verstrekking van een individuele woonvoorziening de Beleidsregels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Eijsden-Margraten

10 Bijlage 1 Normering huishoudelijke taken in minuten De gemeente Eijsden-Margraten hanteert standaard normtijden bij het indiceren van hulp bij het huishouden. Het spreekt voor zich dat er altijd per cliënt een individuele afweging gemaakt dient te worden. Afwijkingen van normtijden dienen te worden gemotiveerd. Voor de huishoudelijke werkzaamheden zijn standaardindicaties ontwikkeld die zijn opgenomen in bijlage 1. In dit hoofdstuk wordt per activiteit een normtijd aangegeven. 1.1 Uitgangspunten vaststellen normering - Het aantal volwassen personen is niet leidend; er wordt gekeken naar de grootte van de woning. - Voor de aanwezigheid van kinderen kan meerzorg worden geïndiceerd. - Het hebben van huisdieren is een eigen keuze; hiervoor wordt geen meerzorg geïndiceerd. - Er wordt uitgegaan van sociale woningbouw; het hebben van een grote (vrijstaande) woning leidt niet tot meerzorg c.q. een hogere indicatie. - Bij bepaalde problematiek, zoals bv. incontinentie en COPD wordt niet standaard meerzorg geïndiceerd. Het betreft een individuele beoordeling dan wel op basis van medisch advies. 1.2 Activiteiten Hulp bij het huishouden Hulp bij het huishouden is als voorziening veelomvattend en bestaat uit de volgende activiteiten: Boodschappen doen en in uitzonderlijke situaties een boodschappenlijst samenstellen. Broodmaaltijden bereiden/ warme maaltijd opwarmen en in uitzonderlijke situaties warme maaltijden bereiden; Licht huishoudelijk werk; Zwaar huishoudelijk werk; Textielverzorging; Verzorging van kinderen bij uitval van ouders en/of verzorgers; Dagelijkse organisatie van het huishouden; Psychosociale begeleiding; Advies, instructie en voorlichting gericht op het huishouden; het aanleren van bepaalde vaardigheden. 1.3 Boodschappen doen Boodschappen doen (is incl. maken boodschappenlijst) Maken van een boodschappenlijst (als aparte indicatie) 60 minuten per week 15 minuten per week Boodschappenlijst samenstellen (uitzondering) Boodschappen inkopen en opruimen Het inkopen van boodschappen wordt in de gemeente Eijsden-Margraten niet geïndiceerd. De boodschappenservice is algemeen gebruikelijk en voorhanden. Wanneer sprake is van een regieprobleem of een dusdanige beperking dat het maken van een boodschappenlijst niet mogelijk is, kan hier 15 min. per week voor worden geïndiceerd. Wanneer deze niet beschikbaar is kent de gemeente een algemene voorziening voor het doen van boodschappen. Enkel wanneer ook dit niet voldoende compenserend is, wordt een individuele voorziening geïndiceerd. 1.4 Maaltijdverzorging: broodmaaltijd/warme maaltijd Bereiden broodmaaltijd 15 minuten per keer Max. 2-maal daags Broodmaaltijd klaarzetten Tafel dekken en afruimen Koffie/thee zetten Afwassen Indien mogelijk s ochtends de boterhammen voor s avonds klaarmaken en afgedekt in de koelkast bewaren Factoren meer/minder hulp: -Er zijn kinderen < 12 jaar: + max. 20 min per keer Opwarmen warme maaltijd Eten bereiden Voorbereiden koken Afwassen en opruimen Bereiden warme maaltijd alleen in uitzonderlijke situaties (hele specifieke diëten die niet verkrijgbaar zijn via een maaltijdservice of gezinnen met jonge kinderen <12 jaar) Maaltijdservice en kant en klaar maaltijden zijn algemeen gebruikelijk en gaan altijd voor 15 minuten per dag 1.5 Licht huishoudelijk werk Woning met 2 slaapkamers of minder Woning met 3 slaapkamers of meer Stof afnemen Opruimen Afwassen 40 minuten per week 60 minuten per week 10

11 Bed opmaken Alleen kamers die in gebruik zijn worden schoongehouden Bij de beschikbaarheid van een algemene of collectieve voorziening is deze voorliggend aan de indicatie van een individuele voorziening Factoren meer/minder hulp: - Er zijn kinderen < 12 jaar: +max. per week - Sprake van PG problematiek of communicatieproblemen: + max. per week - Allergie voor huisstofmijt, COPD (gesaneerde woning): + max. per week - Indien ook maaltijdverzorging is geïndiceerd, minder hulp omdat de afwas al gedaan wordt: uten per keer - Bij meewerkcapaciteit, minder hulp: -15, 30 of 45 minuten per week 1.6 Zwaar huishoudelijk werk Woning met 2 slaapkamers of minder Woning met 3 slaapkamers of meer 70 minuten per week 100 minuten per week Stofzuigen Schrobben, dweilen, soppen van sanitair en keuken Bedden verschonen Opruimen huishoudelijk afval Ramen wassen Bij de beschikbaarheid van een algemene of collectieve voorziening is deze voorliggend aan de indicatie van een individuele voorziening Factoren meer/minder hulp: - Woning met een trappenhuis (eengezinswoning): + per week - Extra volwassene: + max. per week - Er zijn kinderen < 12 jaar: +max. 15 min per week per kind - Sprake van PG problematiek of communicatieproblemen: +max. per week - Allergie voor huisstofmijt, COPD (gesaneerde woning): +max. per week - Hoge vervuilingsgraad ten gevolge van de beperking: +max. per week 1.7 Textielverzorging Eenpersoonshuishouden Meerpersoonshuishouden 45 minuten per week max. 60 minuten per week max. Kleding en linnengoed sorteren en wassen in de wasmachine Was drogen in droger Vouwen, strijken en opbergen Bij de beschikbaarheid van een algemene of collectieve voorziening is deze voorliggend aan de indicatie van een individuele voorziening Alleen bovenkleding wordt gestreken. Onderkleding en beddengoed wordt gevouwen. Factoren meer/minder hulp: - Aantal kinderen <16 jaar: + 15 min per kind per week - Bedlegerige cliënten: + max. per week - Extra bewassing i.v.m. overmatige transpiratie, incontinentie (wanneer alle mogelijkheden betreffende incontinentiemateriaal zijn uitgeprobeerd), speekselverlies enz.: + max. per week 1.8 Koffie drinken Koffie drinken per week Sociaal contact: koffie drinken Bemerken (sociale) problematiek cliënt en in de gaten houden situatie ten aanzien van verslechtering van de beperking van belanghebbende Indien nodig signalen doorgeleiden naar gemeente en/of maatschappelijk werk Alleen bij cliënten zonder indicatie voor psychosociale begeleiding, tevens observeren. Alleen indien sprake is van eenzaamheid, dreigend sociaal isolement of verslechterende situatie t.a.v. de beperking door het gebrek aan sociaal contact. 1.9 Verzorging en/of tijdelijke opvang van kinderen Per week Voor kinderen tot 7jaar geldt: Naar bed brengen/uit bed halen: 10 min per keer per kind Wassen en kleden: 20 min per dag per kind Tot max. 40 uur aanvullend op eigen mogelijkheden 11

12 Eten en/of drinken geven: 20 min per broodmaaltijd/20 min per warme maaltijd Babyvoeding (flesje): 20 min per keer Luier verschonen: 10 min per keer Naar school/crèche brengen: 15 min per keer Het is hierbij mogelijk om taken te combineren, zoals het gezamenlijk naar bed brengen van kinderen. Dan telt de tijdsnormering voor één kind. De frequentie is gerelateerd aan de leeftijd en ontwikkelingsfase van het kind. Kinderopvang (crèche, kinderdagverblijf, overblijfmogelijkheden op school, voor- en naschoolse opvang) is altijd voorliggend. Een kind van 3 maanden of ouder kan gebruik maken van een kinderdagverblijf voor maximaal 5 dagen per week. Verzorging en/of tijdelijke opvang van kinderen is altijd HH-Plus Factoren meer/minder hulp: - Aantal kinderen: -/+ - Leeftijd kinderen: -/+ - Gezondheidssituatie/functioneren kinderen/huisgenoten: -/+ - Aanwezigheid gedragsproblematiek: -/+ - Samenvallende activiteiten: Dagelijkse organisatie van het huishouden Administratieve werkzaamheden Organisatie van huishoudelijke activiteiten Plannen en beheren van middelen t.b.v. het huishouden Organisatie van het huishouden is altijd HH-Plus uten per week Factoren meer/minder hulp: - Aanwezigheid kinderen <16 jaar: + max. per week - Sprake van PG problematiek of communicatieproblemen: + max.15 min per week 1.11 Psychosociale begeleiding, tevens observeren Formuleren doelen/bijstellen doelen met betrekking tot het huishouden Helpen handhaven/verkrijgen/herkrijgen structuur in het huishouden Helpen handhaven/vergroten van zelfredzaamheid m.b.t. budget In principe is maatschappelijk werk en begeleiding vanuit de AWBZ voorliggend Psychosociale begeleiding, tevens observeren is altijd HH-Plus 1.12 Advies, instructie en voorlichting 3 x per week, maximaal 6 weken Instructie omgaan met hulpmiddelen Instructie licht huishoudelijk werk Instructie textielverzorging Maximale duur is 6 weken Advies, instructie en voorlichting is altijd HH-Plus uten per week uten per week per activiteit, max. 90 min 1.13 Deskundigheid per activiteit HH Basis Boodschappen doen Bereiden broodmaaltijden Opwarmen warme maaltijd Licht huishoudelijk werk Zwaar huishoudelijk werk Textielverzorging Koffie drinken HH Plus Verzorging en/of tijdelijke opvang van kinderen Dagelijkse organisatie van het huishouden Psychosociale begeleiding, tevens observeren Advies, instructie en voorlichting 12

13 Bijlage 2 Standaardindicaties hulp bij het huishouden De tijdsnormering is indicatief. Hierbij moet tijdens het Gesprek met de cliënt altijd een individuele afweging gemaakt worden. Als er reden is om af te wijken van onderstaande normeringen, dan kan dit altijd met een onderbouwing. Tijdsnormering algemeen Activiteiten Boodschappen doen Boodschappenlijst samenstellen (als aparte indicatie) Bereiden broodmaaltijd Opwarmen warme maaltijd Licht huishoudelijk werk, 2 slaapkamers Licht huishoudelijk werk, 3 slaapkamers Zwaar huishoudelijk werk, 2 slaapkamers Zwaar huishoudelijk werk, 3 slaapkamers Textielverzorging eenpersoonshuishouden Textielverzorging meerpersoonshuishouden Koffie drinken Verzorging en/of tijdelijke opvang van kinderen Dagelijkse organisatie van het huishouden Psychosociale begeleiding, tevens observeren Advies, instructie en voorlichting Minuten 60 p week 15 p weer 15 p keer, max 2x pd 15 p dag 40 p week 60 p week 70 p week 100 p week 45 p week 60 p week Max 40 uur Uren 1 u 15 min 15 min 40 min 1 u 1 u 10 min 1 u 40 min 45 min 1 u Max 40 u Let op meerdere factoren voor meerwerk mogelijk Let op meewerkcapaciteit licht huishoudelijk werk! Let op minderwerk bij licht huishoudelijk werk indien ook maaltijdverzorging is geïndiceerd (dubbeling in activiteit afwassen). EENPERSOONSHUISHOUDEN HbH alleenstaande seniorenwoning/flat 2 slaapkamers of minder (in gebruik) Nr Activiteiten Boodschappen doen Broodmaaltijd bereiden Opwarmen warme maaltijd Licht huishoudelijk werk Zwaar huishoudelijk werk De was doen Koffie drinken Minuten 60 p week 15 p keer 15 p dag 40 p week 70 p week 45 p week HbH alleenstaande seniorenwoning/flat 3 slaapkamers of meer (in gebruik) Nr Activiteiten Boodschappen doen Broodmaaltijd bereiden Opwarmen warme maaltijd Licht huishoudelijk werk Zwaar huishoudelijk werk De was doen Koffie drinken Minuten 60 p week 15 p keer 15 p dag 60 p week 100 p week 45 p week Uren 1 u 15 min 40 min 1 u 10 min 45 min Uren 1 u 15 min 1 u 1 u 40 min 45 min Hbh alleenstaande eengezinswoning Nr. Activiteiten 1.5a Meerwerk trappenhuis Voor alle andere activiteiten is de normering gelijk Minuten Uren MEERPERSOONSHUISHOUDEN Hbh twee/meerpersoonshuishouden seniorenwoning/flat 2 slaapkamers of minder (in gebruik) Nr a 1.5b 1.6 Activiteiten Boodschappen doen Broodmaaltijd bereiden Opwarmen warme maaltijd Licht huishoudelijk werk Zwaar huishoudelijk werk Extra volwassene Aanwezigheid kinderen De was doen Minuten 60 p week 15 p keer 15 p dag 40 p week 70 p week 15 p week p kind 60 p week Uren 1 u 15 min 40 min 1 u 10 min afh. aantal kinderen 1 u 13

14 1.7 Koffie drinken Let op meerwerk indien aanwezigheid kinderen Hbh twee/meerpersoonshuishouden seniorenwoning/flat 3 slaapkamers of meer (in gebruik) Nr. Activiteiten Minuten Uren 1.1 Boodschappen doen 60 p week 1 u 1.2 Broodmaaltijd bereiden 15 p keer 1.3 Opwarmen warme maaltijd 15 p dag 15 min 1.4 Licht huishoudelijk werk 60 p week 1 u 1.5 Zwaar huishoudelijk werk 100 p week 1 u 40 min 1.5a Extra volwassene 1.5b Aanwezigheid kinderen 15 p week p kind afh. aantal kinderen 1.6 De was doen 60 p week 1 u 1.7 Koffie drinken Let op meerwerk indien aanwezigheid kinderen Hbh twee/meerpersoonshuishouden eengezinswoning Nr. 1.5a Activiteiten Meerwerk trappenhuis Voor alle andere activiteiten is de normering gelijk Let op meerwerk indien aanwezigheid kinderen Minuten Uren Hbh overige activiteiten alleenstaanden/twee- meerpersoonshuishouden Nr. Activiteiten Minuten 1.1 Verzorging en/of tijdelijke opvang van kinderen Max 40 uur 1.2 Dagelijkse organisatie van het huishouden 1.3 Psychosociale begeleiding, tevens observeren 1.4 Advies, instructie en voorlichting per activiteit Uren Max 40 u min 14

15 Bijlage 3 Verstrekkingswijzen hulp bij het huishouden Artikel 9 van de Verordening van de gemeente Eijsden-Margraten bepaalt dat ter compensatie van de beperkingen ten gevolge van een ziekte of gebrek inclusief chronische, psychische en psychosociale problemen bij het voeren van een huishouden een voorziening verstrekt kan worden. Deze voorziening kan bestaan uit: Hulp bij het huishouden als algemene voorziening; Hulp bij het huishouden in natura; Een persoonsgebonden budget voor Hulp bij het huishouden; 3.1 Hulp bij het huishouden als algemene voorziening Het betreft hier een snelle en eenvoudige dienstverleningsoplossing zonder veel administratieve rompslomp voor gemeente en aanvrager. In de gemeente Eijsden-Margraten is er op dit moment voor het onderdeel wassen/strijken binnen de Hulp bij het huishouden een algemene voorziening beschikbaar. Wellicht zal deze algemene voorziening in de toekomst in het kader van de Kanteling nog verder uitgebreid worden. 3.2 Hulp bij het huishouden in natura Als de cliënt recht heeft op een indicatie voor Hulp bij het huishouden kan hij kiezen voor een natura voorziening. De gemeente zorgt dat de zorg wordt geleverd door een van de gecontracteerde zorgaanbieders. De gemeente bepaalt de omvang van de hulp en de geldigheidsduur van de indicatie. 3.3 Persoonsgebonden budget (PGB) voor Hulp bij het huishouden Als de cliënt recht heeft op een indicatie voor Hulp bij het huishouden kan hij kiezen voorhulp bij het huishouden in de vorm van een PGB. Als het College een individuele voorziening toekent in de vorm van een PGB kan dit bestaan uit: Een financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget; de cliënt kan zelf hulp bij het huishouden inkopen. De cliënt is officieel werkgever en machtigt de gemeente om het PGB rechtstreeks te betalen aan de zorgaanbieder. De zorgaanbieder betaalt de hulp en verzorgt ook de verantwoording van het PGB. Dit is een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden in de vorm van dienstverlening ingevolge een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5 lid 1 van de Wet op de loonbelasting 1964, ook wel de alfa hulp genoemd. 15

NORMERINGSKADER. 1.1 Boodschappen. De boodschappenservice is algemeen gebruikelijk en voorhanden.

NORMERINGSKADER. 1.1 Boodschappen. De boodschappenservice is algemeen gebruikelijk en voorhanden. NORMERINGSKADER Huishoudelijke werkzaamheden Er worden standaard normtijden gehanteerd bij het indiceren van hulp bij het huishouden. De leefsituatie al dan niet in combinatie met de woonsituatie is niet

Nadere informatie

Bijlage 5: Normtijdentabel uren Hulp bij het Huishouden (HH)

Bijlage 5: Normtijdentabel uren Hulp bij het Huishouden (HH) Bijlage 5: Normtijdentabel uren Hulp bij het Huishouden (HH) Het doen van boodschappen voor het dagelijkse leven. Het inkopen van boodschappen wordt in de gemeente Alphen-Chaam niet geïndiceerd. De boodschappenservice

Nadere informatie

Thuishulp is ingedeeld in twee categorieën:

Thuishulp is ingedeeld in twee categorieën: BIJLAGE I BESCHRIJVING THUISHULP Thuishulp is ingedeeld in twee categorieën: Thuishulp basis: Omschrijving: op de woning en de cliënt gericht zwaar huishoudelijk werk zoals stofzuigen en reinigen toilet

Nadere informatie

Bijlage 3: Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het huishouden Gemeente Eijsden-Margraten

Bijlage 3: Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het huishouden Gemeente Eijsden-Margraten Bijlage 3: Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het huishouden Gemeente Eijsden-Margraten 1. Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het Huishouden In voorliggende richtlijn wordt beschreven op welke wijze

Nadere informatie

besluit van het college

besluit van het college besluit van het college dossiernummer 1231 onderwerp Wijziging Regeling maatschappelijke ondersteuning Gouda 2017 Het college van burgemeester en wethouders van Gouda; gelezen het voorstel van 13 juni

Nadere informatie

Bijlage 3: Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het huishouden Gemeente Eijsden-Margraten

Bijlage 3: Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het huishouden Gemeente Eijsden-Margraten Bijlage 3: Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het huishouden Gemeente Eijsden-Margraten 1. Richtlijn indicatiestelling Hulp bij het Huishouden In voorliggende richtlijn wordt beschreven op welke wijze

Nadere informatie

Bijlage 6 - Richtlijn tijd en frequentie: huishoudelijke activiteiten en begeleiding

Bijlage 6 - Richtlijn tijd en frequentie: huishoudelijke activiteiten en begeleiding Bijlage 6 - Richtlijn tijd en frequentie: huishoudelijke activiteiten en begeleiding De normen voor huishoudelijke taken zijn slechts een richtlijn. Het College kan besluiten om in voorkomende gevallen

Nadere informatie

Huishoudelijke werkzaamheden: stofzuigen, wc/badkamer schoonmaken

Huishoudelijke werkzaamheden: stofzuigen, wc/badkamer schoonmaken BIJLAGE II NORMERING THUISHULP Thuishulp Basis Huishoudelijke werkzaamheden: stofzuigen, wc/badkamer schoonmaken : Zwaar huishoudelijk werk Signalering, sociaal contact en extra schoonmaakwerkzaamheden

Nadere informatie

Bijlage 2 Richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden 2015. Normering huishoudelijke taken

Bijlage 2 Richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden 2015. Normering huishoudelijke taken Bijlage 2 Richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden 2015 Normering huishoudelijke taken Voor de hulp bij het huishouden zijn normtijden ontwikkeld waarin voor elke huishoudelijke taak een bepaald

Nadere informatie

Richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden 2015 (Bijlage 2 bij Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning)

Richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden 2015 (Bijlage 2 bij Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Beuningen. Nr. 17933 3 maart 2015 Richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden 2015 (Bijlage 2 bij Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning) Normering

Nadere informatie

Boodschappen voor het dagelijkse leven doen: Omschrijving Boodschappenlijst opstellen Boodschappen inkopen Boodschappen opslaan. 60 minuten per week

Boodschappen voor het dagelijkse leven doen: Omschrijving Boodschappenlijst opstellen Boodschappen inkopen Boodschappen opslaan. 60 minuten per week BIJLAGE 1 Tabel normering huishoudelijke taken Bron: Richtlijn indicatieadvisering Hulp bij het Huishouden (januari 2011) van de MO-zaak. Indien wijzigingen plaats vinden, zal de meest actuele richtlijn

Nadere informatie

Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden Gemeente Stein 2012

Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden Gemeente Stein 2012 Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden Gemeente Stein 2012 Uitgave: Gemeente Stein, november 2012 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Hoofdstuk 1 Uitgangspunten voor Hulp

Nadere informatie

Protocol Indicatiestelling Hulp bij het Huishouden

Protocol Indicatiestelling Hulp bij het Huishouden BIJLAGEN Bijlage 1: Protocol indicatiestelling hulp bij het huishouden Protocol Indicatiestelling Hulp bij het Huishouden Gemeente Brunssum 2 Activiteiten en tijdsnormering Hulp bij het Huishouden Algemeen

Nadere informatie

Totaal 1 keer per week 60 min per week

Totaal 1 keer per week 60 min per week Bijlage 6: Normering huishoudelijke taken in minuten 1 Huishoudelijke werkzaamheden In deze paragraaf wordt per activiteit een normtijd aangegeven. Aan de hand van de normtijden kan voor de individuele

Nadere informatie

PROTOCOL INDICATIESTELLING HULP BIJ HET HUISHOUDEN

PROTOCOL INDICATIESTELLING HULP BIJ HET HUISHOUDEN PROTOCOL INDICATIESTELLING HULP BIJ HET HUISHOUDEN Gemeente Brunssum 5 december 2013 Inleiding Per 1 januari 2007 is de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) in werking getreden. Deze wet verving een

Nadere informatie

1. Taken schoonmaakondersteuning

1. Taken schoonmaakondersteuning Bijlage 2 Normtijden huishoudelijke ondersteuning Als bedoeld in artikel 6.24. Deze normtijden zijn richtinggevend voor het indiceren van huishoudelijke ondersteuning. De ondersteuningsvraag van de cliënt

Nadere informatie

Protocol hulp bij het huishouden

Protocol hulp bij het huishouden Protocol hulp bij het huishouden Gouda Oktober 2013 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 Hoofdstuk 1 Uitgangspunten voor Hulp bij het huishouden 1.1 Als er beperkingen zijn bij het voeren van een

Nadere informatie

Richtlijnen Huishoudelijk werk (HHW) Gemeente Peel en Maas 2013

Richtlijnen Huishoudelijk werk (HHW) Gemeente Peel en Maas 2013 Richtlijnen Huishoudelijk werk (HHW) Gemeente Peel en Maas 2013 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Hoofdstuk 1 Uitgangspunten voor Huishoudelijk werk 1.1 Als er beperkingen zijn bij het voeren van

Nadere informatie

Normtijden hulp bij het huishouden

Normtijden hulp bij het huishouden Bijlage 1 Normtijden hulp bij het huishouden Schoonmaaktaken Algemene voorziening voor schoonmaakondersteuning) / boodschappen doen Het doen van boodschappen voor het dagelijkse leven Hieronder vallen

Nadere informatie

BIJLAGE 2 NORMENSYSTEEM

BIJLAGE 2 NORMENSYSTEEM BIJLAGE 2 NORMENSYSTEEM Om het resultaat van een schoon en leefbaar huis te bereiken wordt gewerkt met het onderstaande normen. Alvorens echter te komen tot het invullen van het resultaat een schoon en

Nadere informatie

Protocol gebruikelijke zorg en richtlijnen hulp bij het huishouden gemeente Den Helder

Protocol gebruikelijke zorg en richtlijnen hulp bij het huishouden gemeente Den Helder Protocol gebruikelijke zorg en richtlijnen hulp bij het huishouden gemeente Den Helder Definities Gebruikelijke zorg : de normale, dagelijkse zorg die huisgenoten geacht worden elkaar onderling te bieden

Nadere informatie

Notitie Uitgangspunten hulp bij het huishouden

Notitie Uitgangspunten hulp bij het huishouden Notitie Uitgangspunten hulp bij het huishouden Inleiding Op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is elke gemeente in Nederland verplicht voorzieningen op het gebied van maatschappelijke

Nadere informatie

Indicatieprotocol. Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

Indicatieprotocol. Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Indicatieprotocol Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Indicatieprotocol Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 22 november 2006 Voor zieningen maat schappelijke ondersteuning p Gemeente

Nadere informatie

Bijlage 1: Basismodule en aanvullende modules

Bijlage 1: Basismodule en aanvullende modules Bijlage 1: Basismodule en aanvullende modules Basismodule De basismodule huishoudelijke ondersteuning bestaat uit basis schoonmaakactiviteiten en incidentele schoonmaakactiviteiten per bewoonde woonruimte

Nadere informatie

Bijlage Overzicht wijzigingen nadere regels

Bijlage Overzicht wijzigingen nadere regels De vetgedrukte cursieve teksten in onderstaand stuk geeft aan waar een wijziging is aangebracht in de huidige teksten in de nadere regels. Daarnaast wordt uiteraard verwezen naar de nieuwe verordening,

Nadere informatie

Concept-Opdracht objectief onderzoek naar normering van de basisvoorziening Schoon huis

Concept-Opdracht objectief onderzoek naar normering van de basisvoorziening Schoon huis Concept-Opdracht objectief onderzoek naar normering van de basisvoorziening Schoon huis Hierbij verstrekt de gemeente Utrecht, vertegenwoordigd door de directeur Maatschappelijke ontwikkeling, KPMG Plexus

Nadere informatie

BIJLAGE 2. Afwegingskader Hulp bij het huishouden

BIJLAGE 2. Afwegingskader Hulp bij het huishouden BIJLAGE 2 Afwegingskader Hulp bij het huishouden Eigen verantwoordelijkheid leefeenheid De belanghebbende is primair zelf verantwoordelijk voor het eigen huishouden, met inbegrip van het bevorderen en

Nadere informatie

Indicatieprotocol Hulp bij Huishouden gemeente Krimpenerwaard 2015

Indicatieprotocol Hulp bij Huishouden gemeente Krimpenerwaard 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Krimpenerwaard. Nr. 55216 2 mei 2016 Indicatieprotocol Hulp bij Huishouden gemeente Krimpenerwaard 2015 1 HULP BIJ HET HUISHOUDEN Wanneer er sprake is van een

Nadere informatie

Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2015

Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Purmerend. Nr. 82937 30 december 2014 Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Purmerend 2015 Overwegende dat het van belang is de Wmo richtlijn indicatieadvisering

Nadere informatie

Werkinstructie inzet huishoudelijke ondersteuning Wmo 2015 WM&W ingaande

Werkinstructie inzet huishoudelijke ondersteuning Wmo 2015 WM&W ingaande Van Heemstraweg 50 6658 KH Beneden-Leeuwen T 0487 790 790 info@vraagwijzerwestmaasenwaal.nl www.vraagwijzerwestmaasenwaal.nl Werkinstructie inzet huishoudelijke ondersteuning Wmo 2015 WM&W ingaande 01-01-2017

Nadere informatie

Beleidsregels bijzondere bijstand huishoudelijke hulp Berkelland 2015

Beleidsregels bijzondere bijstand huishoudelijke hulp Berkelland 2015 Het college van de gemeente Berkelland; Gelet op het bepaalde in de Beleidsregels bijzondere bijstand en minimabeleid in 2015 en volgende, de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht; Gehoord de

Nadere informatie

Protocol Indicatiestelling hulp bij het huishouden. ISD de Kempen

Protocol Indicatiestelling hulp bij het huishouden. ISD de Kempen Protocol Indicatiestelling hulp bij het huishouden ISD de Kempen indicatieprotocol hbh ISD de Kempen 2012 Inhoudsopgave 1 Uitgangspunten voor Hulp bij het huishouden... 4 1.1 Als disfunctioneren dreigt...

Nadere informatie

Aanpassing Beleidsregels Huishoudelijke Ondersteuning

Aanpassing Beleidsregels Huishoudelijke Ondersteuning Aanpassing Beleidsregels Huishoudelijke Ondersteuning Het resultaat dat moet worden bereikt bij de huishoudelijke ondersteuning is dat de cliënt: a) kan wonen in een schoon en leefbaar huis; b) kan beschikken

Nadere informatie

Kaart 1: Wmo = meedoen Achtergrondinformatie voor patiënten

Kaart 1: Wmo = meedoen Achtergrondinformatie voor patiënten Kaart 1: Wmo = meedoen Achtergrondinformatie voor patiënten De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) betekent voor gemeenten een andere manier van denken en doen. De Nederlandse gemeenten werken gezamenlijk

Nadere informatie

Wijzigingsbesluit beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordoostpolder

Wijzigingsbesluit beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordoostpolder GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Noordoostpolder Nr. 233660 29 december 2017 Wijzigingsbesluit beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Noordoostpolder Het college van burgemeester

Nadere informatie

Bijlage 3 indicatie-advisering Huishoudelijke ondersteuning (HO)

Bijlage 3 indicatie-advisering Huishoudelijke ondersteuning (HO) Bijlage 3 indicatie-advisering Huishoudelijke ondersteuning (HO) Inhoudsopgave 1 Huishoudelijke ondersteuning... 3 1.1 Beperkingen in het uitvoeren van huishoudelijke taken... 3 1.2 Ondersteuning en resultaat...

Nadere informatie

NADERE TOELICHTING AFWEGINGSKADER PER DOMEIN

NADERE TOELICHTING AFWEGINGSKADER PER DOMEIN NADERE TOELICHTING AFWEGINGSKADER PER DOMEIN Domein 1: Het voeren van een huishouden Allereerst beoordeelt het College of het probleem opgelost kan worden op eigen kracht Uitgangspunt is dat iedere burger

Nadere informatie

BIJLAGE 1 RICHTLIJNEN TIJDEN HULP BIJ HET HUISHOUDEN

BIJLAGE 1 RICHTLIJNEN TIJDEN HULP BIJ HET HUISHOUDEN BIJLAGE 1 RICHTLIJNEN TIJDEN HULP BIJ HET HUISHOUDEN Vaststellen richtlijnen Hulp bij het HH1 Hulp bij het HH1 richt zich op het overnemen van lichte huishoudelijke taken zware huishoudelijke taken de

Nadere informatie

BIJLAGEN. 1. Normeringskader.

BIJLAGEN. 1. Normeringskader. BIJLAGEN. 1. Normeringskader. 1. Normering huishoudelijke taken in minuten. Naast de in bijlage 3 opgenomen normering gelden de volgende standaardindicaties: 1.1. Huishoudelijke werkzaamheden 1.1.1. Boodschappen

Nadere informatie

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Verordening individuele voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Lingewaard 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Begripsomschrijvingen... 3 Artikel 2 De te bereiken resultaten...

Nadere informatie

Nadere regels en beleidsregels huishoudelijke ondersteuning (HO/HO+) Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Nadere regels en beleidsregels huishoudelijke ondersteuning (HO/HO+) Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 Nadere regels en beleidsregels huishoudelijke ondersteuning (HO/HO+) Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 Burgemeester en wethouders van Molenwaard: Overwegende dat in de Verordening Maatschappelijke

Nadere informatie

Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Wijdemeren 2017 Versie 30 maart 2017

Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Wijdemeren 2017 Versie 30 maart 2017 Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Wijdemeren 2017 Versie 30 maart 2017 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Richtlijnen Huishoudelijke Hulp 3 2 Uitgangspunten 3 2.1 Maatwerkvoorziening

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 BEOORDELING VAN HET RESULTAATGEBIED HET VOEREN VAN EEN HUISHOUDEN

HOOFDSTUK 3 BEOORDELING VAN HET RESULTAATGEBIED HET VOEREN VAN EEN HUISHOUDEN HOOFDSTUK 3 BEOORDELING VAN HET RESULTAATGEBIED HET VOEREN VAN EEN HUISHOUDEN Het Utrechtse Wmo beleid gaat uit van de mogelijkheden van mensen. Ontbreekt het aan eigen mogelijkheden om participatieproblemen

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Renkum Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum;

Besluit maatschappelijke ondersteuning Renkum Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum; CVDR Officiële uitgave van Renkum. Nr. CVDR611133_1 29 juni 218 Besluit maatschappelijke ondersteuning Renkum 218 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum; gelet op de Verordening

Nadere informatie

Hierna volgt een schematische weergave van de tijdnormering zoals die bij de indicatiestelling gehanteerd wordt:

Hierna volgt een schematische weergave van de tijdnormering zoals die bij de indicatiestelling gehanteerd wordt: BIJLAGE 1 TIJDNORMERING HULP BIJ HET HUISHOUDEN Tijdens de indicatiestelling wordt voor de werkzaamheden en taken aan de hand van een tijdnormering bepaald wat het exact aantal uren/minuten zijn die ingezet

Nadere informatie

Indicatieadvisering voor. Hulp bij het Huishouden. Wmo richtlijn. Versie 1.0. Colofon Uitgave: Centrum Indicatiestelling Zorg, december 2006

Indicatieadvisering voor. Hulp bij het Huishouden. Wmo richtlijn. Versie 1.0. Colofon Uitgave: Centrum Indicatiestelling Zorg, december 2006 Wmo richtlijn Indicatieadvisering voor Hulp bij het Huishouden Versie 1.0 Colofon Uitgave: Centrum Indicatiestelling Zorg, december 2006 Postadres: CIZ Postbus 232 3970 AE Driebergen Tel: 030-698 16 30

Nadere informatie

Maatstaf: activiteit, tijdsbesteding en frequentie voor het resultaat schoon en leefbaar huis

Maatstaf: activiteit, tijdsbesteding en frequentie voor het resultaat schoon en leefbaar huis Bijlage 1 Normeringskader Hulp bij het Huishouden Het normeringskader zoals beschreven in deze bijlage is afgeleid van het Onderzoek Maatstaf hulp bij het huishouden, gemeente Amsterdam van 28 februari

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn besluit:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoorn besluit: CVDR Officiële uitgave van Hoorn. Nr. CVDR613027_1 3 oktober 2018 Vaststellen richtlijnen huishoudelijke hulp Zaaknummer: 1438786 Gelezen het voorstel van Zorg & Samenleving Vaststellen richtlijnen huishoudelijke

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen De raad van de gemeente Grootegast; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 november 2012; gelet op artikel 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning en artikel 149

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2012

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2012 CVDR Officiële uitgave van Noord-Beveland. Nr. CVDR183016_2 1 augustus 2017 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2012 Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Voorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning

Voorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning Voorzieningen in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning Samenvatting Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning en Besluit maatschappelijke ondersteuning Drechtsteden Waarover

Nadere informatie

UITVOERING WMO. Gemeente Eersel

UITVOERING WMO. Gemeente Eersel UITVOERING WMO Gemeente Eersel Deze beknopte informatie is samengesteld op basis van: De Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning gemeente Eersel 2018 Het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2013

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2013 VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE VELSEN 2013 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 3 Wet 3 College 3 Lid 3. Compensatieplicht 3 Lid 4. Aanmelding 3 Lid

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst

Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst CVDR Officiële uitgave van Staphorst. Nr. CVDR259012_1 28 februari 2017 Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Staphorst De raad van de gemeente Staphorst; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

1. De situatie van het overgangsrecht voor diegenen die een AWBZ-indicatie hebben op 31 december 2006

1. De situatie van het overgangsrecht voor diegenen die een AWBZ-indicatie hebben op 31 december 2006 Bijlage 1 Hoofdstuk 3 Verstrekkingenboek Wmo (Hulp bij het huishouden) Tijdelijke situaties overgangsrecht ex artikel 41 Wmo. De Wmo regelt in artikel 41 overgangsrecht voor hulp bij het huishouden als

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN HOOFDSTUK 2 BASISPAKKET. Het College van Burgemeester en Wethouders,

HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN HOOFDSTUK 2 BASISPAKKET. Het College van Burgemeester en Wethouders, Het College van Burgemeester en Wethouders, gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 1.2.1, 2.3.2 en 2.3.5 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 en de artikelen 5.1,

Nadere informatie

WIJZIGING WMO-BELEIDSREGELS

WIJZIGING WMO-BELEIDSREGELS 1 WIJZIGING WMO-BELEIDSREGELS Artikel 1 Hoofdstuk 5 ondersteuning bij schoon en leefbaar huis van de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2017 Wordt vervangen door de aangehechte Beleidsregels

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning 2011

Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning 2011 CVDR Officiële uitgave van Voerendaal. Nr. CVDR112154_2 28 november 2017 Verordening voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning 2011 Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

WIJZIGING BELEIDSREGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING

WIJZIGING BELEIDSREGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Korendijk Nr. 212894 4 december 2017 WIJZIGING BELEIDSREGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Artikel 1 Hoofdstuk 5 ondersteuning bij schoon en leefbaar huis

Nadere informatie

Nadere regels Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2015

Nadere regels Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2015 Nadere regels Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2015 1. De nadere regels Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Doetinchem 2015 worden aangehaald als Nadere regels

Nadere informatie

Hulp bij het huishouden

Hulp bij het huishouden Hulp bij het huishouden Hulp bij het huishouden (Hbh) is het geheel of gedeeltelijk overnemen van huishoudelijke activiteiten bij Amsterdammers die dit niet (meer) zelf kunnen (regelen). Hbh kan ook worden

Nadere informatie

BIJLAGE 1: PROTOCOL HUISHOUDELIJKE ONDERSTEUNING

BIJLAGE 1: PROTOCOL HUISHOUDELIJKE ONDERSTEUNING BIJLAGE 1: PROTOCOL HUISHOUDELIJKE ONDERSTEUNING I.1 INLEIDING In de wet is, onder andere, geregeld dat mensen die hulp nodig hebben bij het zo zelfstandig mogelijk functioneren in het dagelijks leven,

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen Nummer: 106-127 Portefeuillehouder: Schalkwijk Onderwerp: Vaststellen Verordening voorzieningen Wmo gemeente Waterland 2013 De raad van de gemeente Waterland, gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning drechtsteden

verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning drechtsteden VERORDENING VOORZIENINGEN MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING DRECHTSTEDEN 2013 verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning drechtsteden 2013 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Indicatieprotocol Huishoudelijke Ondersteuning 2017 Gemeente Stede Broec

Indicatieprotocol Huishoudelijke Ondersteuning 2017 Gemeente Stede Broec GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Stede Broec Nr. 67615 30 maart 2018 Indicatieprotocol Huishoudelijke Ondersteuning 2017 Gemeente Stede Broec Inleiding De gemeente heeft de plicht om burgers

Nadere informatie

Beleidsregel Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Peel en Maas

Beleidsregel Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Peel en Maas GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Peel en Maas Nr. 191354 2 november 2017 Beleidsregel Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Peel en Maas Zaaknummer: 1894/2017/1108282 Documentnummer: 1894/2017/1117950

Nadere informatie

Artikel 2.1 Hoogte van persoonsgebonden budget voor ondersteuning bij het huishouden

Artikel 2.1 Hoogte van persoonsgebonden budget voor ondersteuning bij het huishouden Opmerking vooraf Bij het berekenen van de concept- tarieven is de Algemene Maatregel van Bestuur Inkoop maatschappelijke ondersteuning gehanteerd en is rekening gehouden met de CAO-VVT. De in dit Besluit

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN WMO GEMEENTE HEERENVEEN 2012

VERORDENING VOORZIENINGEN WMO GEMEENTE HEERENVEEN 2012 VERORDENING VOORZIENINGEN WMO GEMEENTE HEERENVEEN 2012 officiële titel citeertitel wettelijke grondslag Verordening Voorzieningen Wmo Gemeente Heerenveen Verordening Voorzieningen Wmo Artikel 5 Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Beleidsregels Maatwerkvoorziening Huishoudelijke Ondersteuning 2016

Beleidsregels Maatwerkvoorziening Huishoudelijke Ondersteuning 2016 Beleidsregels Maatwerkvoorziening Huishoudelijke Ondersteuning 2016 1 Inhoud 1. Algemeen... 3 1.1 Inleiding... 3 2.Uitgangspunten huishoudelijke ondersteuning... 4 2.1 Schoon en veilig huis... 4 2.2 Als

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Woensdrecht 2013

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Woensdrecht 2013 CVDR Officiële uitgave van Woensdrecht. Nr. CVDR84884_2 22 mei 2018 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Woensdrecht 2013 De raad van de gemeente Woensdrecht, in vergadering

Nadere informatie

Gelet op de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente 2015,

Gelet op de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente 2015, Gemeenteblad nr. 321, 4 augustus 2016 Het college van burgemeester en wethouders van Deurne, Gelet op artikel 1.2.1. van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, Gelet op de Verordening Maatschappelijke

Nadere informatie

Aanvullende Beleidsregel Huishoudelijke Verzorging gemeente Landerd. Aanvullende Beleidsregels MO nav uitspraken Crvb over Huishoudelijke verzorging

Aanvullende Beleidsregel Huishoudelijke Verzorging gemeente Landerd. Aanvullende Beleidsregels MO nav uitspraken Crvb over Huishoudelijke verzorging GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Landerd. Nr. 116958 26 augustus 2016 Aanvullende Beleidsregel Huishoudelijke Verzorging gemeente Landerd Aanvullende Beleidsregels MO nav uitspraken Crvb over

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wmo gemeente Middelburg 2012

Verordening voorzieningen Wmo gemeente Middelburg 2012 Verordening voorzieningen Wmo gemeente Middelburg 2012 De raad van de gemeente Middelburg; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 november 2011, registratienummer 11/17097; gelet op

Nadere informatie

Verordening Wmo Winsum

Verordening Wmo Winsum Verordening Wmo Winsum De raad van de gemeente Winsum Gelezen het voorstel van het college Gelet op artikel 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning Besluit Vast te stellen de volgende Verordening Wmo

Nadere informatie

Versie januari 2012 PROTOCOL HULP BIJ HET HUISHOUDEN GEMEENTE ROOSENDAAL

Versie januari 2012 PROTOCOL HULP BIJ HET HUISHOUDEN GEMEENTE ROOSENDAAL Versie januari 2012 PROTOCOL HULP BIJ HET HUISHOUDEN GEMEENTE ROOSENDAAL Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding 1.1 Eigen verantwoordelijkheid 4 1.2 Doelstelling van Hulp bij het huishouden... 4 1.3 Wanneer

Nadere informatie

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Borger-Odoorn 2013

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Borger-Odoorn 2013 Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Borger-Odoorn 2013 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen... 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen... 3 Hoofdstuk 2. Resultaatgerichte

Nadere informatie

Uitgave: Gemeente Beek, oktober 2012. Wmo richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden Gemeente Beek 2012

Uitgave: Gemeente Beek, oktober 2012. Wmo richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden Gemeente Beek 2012 Uitgave: Gemeente Beek, oktober 2012 Wmo richtlijn indicatieadvisering hulp bij het huishouden Gemeente Beek 2012 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Hoofdstuk 1 Uitgangspunten voor Hulp bij het

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ROERDALEN 2012

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ROERDALEN 2012 VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING ROERDALEN 2012 Inhoud HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3 HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 5 Artikel 2. De te

Nadere informatie

Tweede wijziging nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente Asten 2015

Tweede wijziging nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente Asten 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Asten. Nr. 77290 25 augustus 2015 Tweede wijziging nadere regels maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente Asten 2015 Het college van burgemeester en wethouders,

Nadere informatie

Beleidsregels huishoudelijke hulp. Conceptversie 10 november 2016

Beleidsregels huishoudelijke hulp. Conceptversie 10 november 2016 Beleidsregels huishoudelijke hulp Conceptversie 10 november 2016 1. Doel van de ondersteuning Het doel van de ondersteuning is dat de clënt kan participeren en zo veel mogelijk zelfredzaam is. Daarbij

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen Conform het bepaalde in artikel 7 van het besluit worden de volgende voorzieningen in ieder geval als algemeen gebruikelijk aangemerkt: Vervoer a. fiets

Nadere informatie

VERORDENING VOORZIENINGEN WET MAATSCHAPPEIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KOLLUMERLAND C.A. 2012

VERORDENING VOORZIENINGEN WET MAATSCHAPPEIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KOLLUMERLAND C.A. 2012 VERORDENING VOORZIENINGEN WET MAATSCHAPPEIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE KOLLUMERLAND C.A. 2012 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 5 Artikel 1. Begripsomschrijvingen... 5 Wet... 5 College... 5 Lid 3. Compensatieplicht...

Nadere informatie

Formulier keukentafelgesprek intake Bestwijzer

Formulier keukentafelgesprek intake Bestwijzer Formulier keukentafelgesprek intake Bestwijzer Persoonsgegevens cliënt Geboortenaam en voorletters Gewenste naamvoering Geboortedatum Adres Postcode + woonplaats Evt postadres Postcode + woonplaats Telefoonnummer

Nadere informatie

Verordening voorzieningen Wmo Oldenzaal 2012 en de daarbij behorende toelichting

Verordening voorzieningen Wmo Oldenzaal 2012 en de daarbij behorende toelichting CVDR Officiële uitgave van Oldenzaal. Nr. CVDR403290_3 5 december 2017 Verordening voorzieningen Wmo Oldenzaal 2012 en de daarbij behorende toelichting De raad van de gemeente Oldenzaal; gelezen het voorstel

Nadere informatie

BIJLAGE 1: WIJZIGING BELEIDSREGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING

BIJLAGE 1: WIJZIGING BELEIDSREGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING KDK/12667/i.07028 BIJLAGE 1: WIJZIGING BELEIDSREGELS MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Artikel 1 Hoofdstuk 5 ondersteuning bij schoon en leefbaar huis van de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2017

Nadere informatie

Verordening maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente Deurne 2014

Verordening maatschappelijke ondersteuning Peelgemeente Deurne 2014 Gemeenteblad nr. 136, 26 juni 2014 Nr. 00511990-a DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 november 2013, nr. 00511990; gehoord de commissie Samenleving van

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen Conform het bepaalde in artikel 7 van het besluit worden de volgende voorzieningen in ieder geval als algemeen gebruikelijk aangemerkt: Vervoer a. fiets

Nadere informatie

Nadere omschrijving bij resultaatgebied: (regie bij het) voeren van een huishouden

Nadere omschrijving bij resultaatgebied: (regie bij het) voeren van een huishouden Concept beleidsregel schoon huis Nadere omschrijving bij resultaatgebied: (regie bij het) voeren van een huishouden Aanleiding: De uitspraken centrale raad van beroep uit 2016 dwingen ons om aanpassingen

Nadere informatie

Wmo richtlijnen voor de Indicatiestelling voor de Hulp bij het Huishouden In de gemeente Onderbanken

Wmo richtlijnen voor de Indicatiestelling voor de Hulp bij het Huishouden In de gemeente Onderbanken CVDR Officiële uitgave van Onderbanken. Nr. CVDR58637_1 8 mei 2018 Wmo richtlijnen voor de Indicatiestelling voor de Hulp bij het Huishouden In de gemeente Onderbanken Wmo richtlijnen voor de Indicatiestelling

Nadere informatie

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen

Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen Bijlage 1: Algemeen gebruikelijke voorzieningen Conform het bepaalde in artikel 7 van het besluit worden de volgende voorzieningen in ieder geval als algemeen gebruikelijk aangemerkt: Vervoer a. fiets

Nadere informatie

Beleidsregels Ondersteuning bij het Huishouden gemeente Enschede 2017

Beleidsregels Ondersteuning bij het Huishouden gemeente Enschede 2017 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Enschede Nr. 83853 18 mei 2017 Beleidsregels Ondersteuning bij het Huishouden Gemeente Enschede 2017 Het College van Burgemeester en Wethouders, gelet op

Nadere informatie

WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING

WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Wat is de Wmo? De Wmo staat voor de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Uw gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wmo. Het doel van de Wmo is dat

Nadere informatie

WMO/HULP BIJ HET HUISHOUDEN (Gemeenten Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen)

WMO/HULP BIJ HET HUISHOUDEN (Gemeenten Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen) ALGEMENE INFORMATIE WMO/HULP BIJ HET HUISHOUDEN (Gemeenten Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen) Algemene toelichting Hebt u een beperking, een chronisch psychisch- of psychosociaal probleem

Nadere informatie

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Opsterland

Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Opsterland Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Opsterland 2013 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 4 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 4 Lid 1. Aanmelding 4 Lid 2. Aanvraag 4 Lid 3. Algemeen gebruikelijke

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 5 Artikel 2. De te bereiken resultaten...5

HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 5 Artikel 2. De te bereiken resultaten...5 MODELVERORDENING WMO HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen...3 Wet...3 College...3 Compensatieplicht...3 Lid 4. Aanmelding...3 Lid 5. Gesprek...3 Lid 6. Aanvraag...3 Lid

Nadere informatie

Verordening MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING gemeente Boxmeer

Verordening MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING gemeente Boxmeer VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GEMEENTE BOXMEER 2014 Verordening MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING gemeente Boxmeer 2014 1 HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3 Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Vaststelling netto jaarinkomen

Vaststelling netto jaarinkomen BIJLAGE I INKOMENSGRENS In hoofdstuk 3.5 wordt gesproken over algemeen gebruikelijke voorzieningen. In sommige gevallen komt een cliënt toch voor een dergelijke algemeen gebruikelijke voorziening in aanmerking.

Nadere informatie

Verstrekkingenboek Individuele Wmo Voorzieningen Gemeente Ten Boer 2013

Verstrekkingenboek Individuele Wmo Voorzieningen Gemeente Ten Boer 2013 Verstrekkingenboek Individuele Wmo Voorzieningen Gemeente Ten Boer 2013 Inhoudsopgave Hfst. 1 Algemene uitgangspunten verstrekkingenbeleid 1.1. Inleiding en juridisch kader 1.2 Compensatieplicht 1.3 Doelgroep

Nadere informatie

Maatstaf Hulp bij het Huishouden gemeente Amsterdam

Maatstaf Hulp bij het Huishouden gemeente Amsterdam Maatstaf Hulp bij het Huishouden gemeente Amsterdam Achtergronden De voorliggende maatstaf Hulp bij het Huishouden Amsterdam is opgesteld na onderzoek door de combinatie van bureau HHM en KPMG Plexus.

Nadere informatie

Vaststelling netto jaarinkomen

Vaststelling netto jaarinkomen BIJLAGE I INKOMENSGRENS In hoofdstuk 3.5 wordt gesproken over algemeen gebruikelijke voorzieningen. In sommige gevallen komt een cliënt toch voor een dergelijke algemeen gebruikelijke voorziening in aanmerking.

Nadere informatie