Thema Op het werk. Lesbrief 12. In de pauze.
|
|
- Andreas Abbink
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Thema Op het werk Lesbrief 12. In de pauze. Wat leert u in deze les? Iemand gelijk geven. Nee zeggen. Uw mening geven. Van twee woorden één woord maken. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam
2 HET GESPREK Opdracht 1. Lees het gesprek. U kunt het gesprek ook beluisteren via de website. HET GESPREK DEEL 1. Elisabeth werkt in het Regio Ziekenhuis. Ze heeft pauze en gaat een broodje eten in de kantine. Ze ziet een collega, Naime. Hé Naime, hoe is het? Goed hoor, kom je hier zitten? Ja, gezellig. Heb je ook pauze? Ja, nog een kwartiertje. Ben je weer helemaal beter? Ja hoor, het gaat wel weer. Maar ik werk nog maar halve dagen hoor. Halve dagen? Ja, ik mag nog niet zo lang staan, voor mijn knie, snap je? O ja, natuurlijk. Lukt het wel, dan? Je loopt hier toch de hele dag? O, het gaat best hoor, maar zo n halve dag is voorlopig wel genoeg. En je werkt toch ook niet fulltime? Nee, in deeltijd. Ik werk normaal 4 dagen per week. Op woensdag ben ik altijd vrij. Dus je bent nu 4 keer een halve dag aan het werk? Dat klopt. Volgende week moet ik weer naar de bedrijfsarts. En dan? Nou, ik denk dat ik langzaam wel wat meer kan gaan werken. Misschien tot 3 uur ofzo. Oh ja. Maar eerst ga ik over 2 weken op vakantie. Echt waar? Jee, wat lekker zeg. Had je nog zoveel vakantiedagen, dan? Nou dat niet, maar ik had nog een heleboel overuren staan, van voordat ik ziek werd. En die uren neem ik nu op. Lekker hoor! Ja, door die operatie aan die knie ben ik nog helemaal niet op vakantie geweest. Ja, dat is waar. Waar ga je naartoe? Lekker een weekje naar de zon. Goh, nou, dat ik zou ook wel willen. Maar al mijn dagen zijn al op. 2
3 DE WOORDEN Opdracht 2. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 2. Zet er een streep onder. Tip: U kunt de woorden ook beluisteren via de radioles op internet. Halve dagen werken Als je halve dagen werkt, dan werk je niet de hele dag. Je werkt parttime. Voorbeeld: Ik werk van 9.00 tot uur, ik werk halve dagen. De bedrijfsarts De bedrijfsarts is een dokter die voor het bedrijf werkt. Voorbeeld: Ik moet naar de bedrijfsarts want ik ben ziek en kan nu niet werken. De overuren Overuren zijn uren die je meer werkt dan waarvoor je bent aangenomen. Voorbeeld: Ik werk normaal 20 uur per week. Vorige week heb ik 26 uur gewerkt. Ik heb 6 overuren gemaakt. Een vrije dag opnemen Als je een vrije dag opneemt, dan ga je niet werken. Voorbeeld: Ik wil morgen een vrije dag opnemen, want ik ben jarig. Tip woorden leren Zeg de woorden hardop voor u zelf. Dat is een goede manier om een nieuw woord niet te vergeten. Leer elke dag drie woorden. Schrijf de woorden op een post-it blaadje. Plak het papiertje op de koelkast. 3
4 VRAGEN BIJ HET GESPREK Opdracht 3. Is de zin goed of fout? Zet een kruisje. 1. Naime heeft pauze over een kwartier. Goed Fout 2. Omdat Elisabeth nog niet helemaal beter is, mag ze geen hele dagen werken. 3. Normaal werkt Elisabeth full-time. 4. Naime gaat 2 weken op vakantie. 5. Naime kan niet op vakantie omdat ze geen vakantiedagen meer heeft. Bekijk nu de antwoorden op p
5 HET GESPREK Opdracht 4. Lees het gesprek. U kunt het gesprek ook beluisteren via de website. HET GESPREK DEEL 2 Elisabeth praat verder met haar collega. Eliabeth: Nou, ik moet eerst nog een dienst ruilen. Hoezo? Nou, ik heb weekenddienst in de week dat ik op vakantie wil. Die dienst moet ik van Bobby zelf met iemand ruilen. Echt waar? Ja, flauw van hem, hè? Nou, dat vind ik ook. Hij kan dat veel beter regelen. Als jij het vraagt zeggen ze toch eerder nee. Ja, dat heb ik ook tegen hem gezegd. Maar hij zei: jij wilt op vakantie, dus regel het zelf maar. Wat kan hij af en toe ook vervelend zijn, hé. Vind je niet? Ja, je hebt gelijk, dat vind ik ook. Maar meestal vind ik het wel een aardige vent, hoor. Ja, je kunt wel met hem lachen. Ik ga het straks in het werkoverleg wel even vragen. Dan zijn we allemaal bij elkaar. Dat is een goed idee, misschien heeft er iemand wel zin in een extra weekendje werk. Zeg, wil jij die dienst niet met mij ruilen? Ik? Ja, jij! Nou, eh, ik weet niet. Wanneer is dat dan? Het weekend van 9 en 10 maart. En dan doe jij een keer een weekenddienst voor mij? Natuurlijk. Oké, ik doe het wel. Je bent een schat! Dat ben ik helemaal met je eens! 5
6 DE WOORDEN Opdracht 5. Lees de woorden. Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 5. Zet er een streep onder. Tip: U kunt de woorden ook beluisteren via de website. De dienst Als je s ochtends dienst hebt, dan moet je s ochtends werken. Voorbeeld: Ik heb volgende week avonddienst, van half vijf tot half twaalf. Ruilen Als je een cd met iemand ruilt, dan geef je een cd weg en je krijgt er een andere cd voor terug. Voorbeeld: Wil jij een dienst met mij ruilen? Dan werk ik voor jou en jij voor mij. Regelen Als je een vrije dag regelt, dan zorg je dat je een vrije dag krijgt. Je vraagt het bijvoorbeeld aan je baas of je vult een briefje in. Voorbeeld: Als je werk wilt ruilen, dan moet je dat zelf regelen met een collega. De chef doet dat niet voor je. Vervelend Als je iets vervelend vindt, dan vind je het niet leuk. Voorbeeld: Ik vind het vervelend dat ik weekenddienst heb. Ik wil liever vrij zijn op zaterdag en zondag zoals andere mensen. Je hebt gelijk. Als je gelijk hebt, dan is het waar wat je zegt. Voorbeeld: Je hebt gelijk, ik vind ook dat koffiepauze veel te kort duurt. Lachen Als je lacht, dan maak je een geluid. Dat klinkt als: hahaha. Je lacht als je iets leuk vindt. Voorbeeld: Ik heb altijd veel plezier met hem, je kunt erg met hem lachen. Het werkoverleg Werkoverleg is wanneer mensen van je werk met elkaar praten over het werk. Voorbeeld: We hebben een keer per maand werkoverleg. Dan bespreken we alle dingen over het werk. Extra Extra betekent meer dan normaal. Als je extra moet werken, dan werk je meer dan normaal. Voorbeeld: Ik moet volgende week extra werken. Normaal werk ik drie dagen, maar volgende week moet ik vier dagen werken. Ik ben het met je eens. Als je het met iemand eens bent, dan vind je hetzelfde als iemand anders. Je hebt dezelfde mening. Voorbeeld: Ik ben het met je eens. Ik vind onze chef ook aardig. VRAGEN BIJ HET GESPREK 6
7 Opdracht 6. Klopt dat? Schrijf op Ja, dat klopt of Nee, dat klopt niet. 1. Elisabeth heeft pauze en gaat naar de kantine. Klopt dat? 2. Elisabeth praat met een collega in de kantine. Klopt dat? 3. Elisabeth is ziek geweest en ze werkt nu één dag per week. Klopt dat? 4. Elisabeth gaat met haar collega op vakantie. Klopt dat? 5. Elisabeth moet een weekenddienst met iemand ruilen. Klopt dat? Bekijk nu de antwoorden op p
8 Samenvatting Schrijf in vijf zinnen op waar het gesprek over gaat. Let op: schrijf dus alleen het belangrijkste op! Bekijk de antwoorden op p
9 GRAMMATICA Opdracht 7. Maak van twee woorden één woord. In het Nederlands kan je van twee woorden vaak één lang woord maken. Maak van de woorden steeds één woord. Kijk naar het voorbeeld. Voorbeeld: een kamer om te wachten is een wachtkamer. De dagen om op vakantie te gaan, zijn de De dienst in het weekend, is de Het overleg over het werk, is het De arts van het bedrijf, is de De pauze om koffie te drinken, is de Het gesprek over de sollicitatie, is het Het restaurant van het bedrijf, is het Bekijk nu de antwoorden op p
10 SPREKEN Opdracht 8. Wat kunt u zeggen? U maakt een praatje bij de crèche. Een andere ouder komt naar u toe en praat met u. Geef antwoord op de vragen. Spreek hardop voor uzelf. Hallo, ik ben. Hoe heet uw kind? Hoe oud is uw kind? Hoe vindt u de crèche? Wilt u een keer een kopje koffie met mij drinken? Volgende week maandag, is dat goed? 10
11 SPREKEN Opdracht 9. Wat kunt u zeggen? Iemand vraagt iets aan u. Wat zegt u als het niet zo is? 1. Ga je mee naar de kantine? Nee, ik ga niet mee naar de kantine. 2. Wil jij mijn dienst overnemen? Nee, ik wil de dienst niet overnemen. 3. Vind jij onze chef aardig? Nee, ik vind hem niet aardig. 4. Moet je naar de bedrijfsarts? Nee, ik moet niet naar de bedrijfsarts. 5. Ga jij op vakantie? Nee, ik ga niet op vakantie. 6. Ben je beter? Nee, ik ben niet beter. 7. Moet je morgen werken? Nee, ik moet morgen niet werken. Nu zelf. Geef antwoord met NEE. Kijk eerst naar het voorbeeld. Voorbeeld Ga je mee naar de kantine? Nee, Ik ga niet mee naar de kantine. 1. Wil jij mijn dienst overnemen? Nee, 2. Vind jij onze chef aardig? Nee, 3. Moet je naar de bedrijfsarts? Nee, 4. Ga jij op vakantie? Nee, 5. Ben je beter? Nee, 6. Moet je morgen werken? Nee, 11
12 SCHRIJVEN Opdracht 10. Wat betekent het? Kruis het goede antwoord aan. 1. Vandaag werk ik extra Vandaag moet ik overwerken. Vandaag werk ik een halve dag. 2. Ik wil mijn dienst ruilen. Ik wil jouw dienst overnemen en dan neem jij mijn dienst over. Ik wil een vrije dag regelen. 3. Je hebt gelijk. Ik vind het vervelend. Ik ben het met je eens. 4. Ik werk nu hele dagen maar ik wil graag halve dagen werken. Ik wil extra werken. Ik wil minder gaan werken. 5. Morgen hebben wij een werkoverleg. Morgen gaan wij het regelen. Morgen bespreken wij dingen over het werk. Let op: Vaak zeg je voor niet moeten : niet hoeven. Bijvoorbeeld: Ik hoef morgen niet te werken. Ik hoef niet naar de bedrijfsarts. Bekijk nu de antwoorden op p
13 SCHRIJVEN Opdracht 11. Geef uw mening. Kies uit: - Je hebt geen gelijk. - Ik ben het met je eens. - Dat vind ik vervelend. - Dat vind ik niet vervelend. Schrijf onder elke zin uw mening! 1. Vandaag moet ik weer overwerken. 2. Het werk is erg leuk. 3. Wat een saaie baan is dit. 4. Morgen heb ik een vrije dag opgenomen. 5. Ik kan altijd erg lachen met mijn collega. 6. Over twee dagen moet ik naar de bedrijfsarts. 7. Vanaf volgende maand ga ik halve dagen werken. 8. Ik wil graag mijn dienst ruilen met je. 13
14 DE WOORDEN Opdracht Vul het goede woord in, maak dan 1 woord van de letters in de rode hokjes. 1. Niet leuk: De dienst overnemen of: Niet huilen maar: Zorgen dat je iets krijgt of dat iets gebeurt: Een dokter die voor een bedrijf werkt: Meer dan normaal:..... Welk woord komt er te staan? Bekijk nu de antwoorden op p
15 SCHRIJVEN Opdracht 13. Schrijf een brief aan uw chef. Uw zus gaat trouwen. U wilt een dag vrij op het werk om naar de bruiloft te gaan. Maak de brief aan uw chef af. Kies uit: overuren / trouwen / een vrije dag kan opnemen / regelen / ruilen. Beste Meneer, Volgende week woensdag gaat mijn zus Hier wil ik graag bij zijn. Daarom wil ik vragen of ik... Ik heb nog. staan. En ik vind het ook niet erg om mijn dienst te met een collega. Dat kan ik zelf met Corrine bijvoorbeeld. Ik hoop dat ik uw toestemming krijg hiervoor. Alvast bedankt. Met vriendelijke groet,. Bekijk nu de antwoorden op p
16 SPREKEN Spreek samen! Doe samen met uw Taalvriend de spreekopdrachten. Lees samen. De een leest A, de ander B. Opdracht 13. Lees samen met uw taalvriend: A Wat vind je daar nou van? Wat vind je daar nou van? B Dat weet ik niet precies. Dat weet ik niet precies. A Vind je het dan niet raar? Vind je het dan niet raar? B Volgens mij valt dat wel mee. Volgens mij valt dat wel mee. A Vind je dat niet gek? Vind je dat niet gek? B Misschien heb je gelijk. Misschien heb je gelijk. A Zeg nou eens wat jij vindt. Zeg nou eens wat jij vindt. B Natuurlijk, maar waar gaat het over? Natuurlijk, maar waar gaat het over? A Over mijn vakantiedagen! Over mijn vakantiedagen! B O, dat! O, dat!?? VRAAG VAN DE LES?? Elisabeth en Naime praten in de pauze met elkaar. Waar praten zij over? Noem minimaal twee dingen. 16
17 LEZEN Opdracht 15. Lees. DE INFORMATIE. De arbeidsovereenkomst. In uw arbeidsovereenkomst staat hoeveel vakantiedagen u per jaar heeft. Als er niets in staat over het aantal vakantiedagen, dan heeft u in ieder geval recht op het wettelijk minimum van vier weken per jaar. Wie vijf dagen per week werkt, heeft dus recht op ten minste (4 x 5 dagen =) 20 vakantiedagen. Maar veel bedrijven vinden 20 vakantiedagen erg weinig. Meestal krijgt u 23 tot 25 vakantiedagen per jaar. Als u niet al uw vakantiedagen op maakt, dan kan u deze dagen meenemen naar het volgende jaar. In uw arbeidsovereenkomst staat hier meer over. Bent u van plan om op vakantie te gaan of wilt u een vrije dag opnemen? Bespreek dat dan met uw chef of afdelingsmanager. Ieder bedrijf heeft zijn eigen regels om vakantie aan te vragen. Soms zegt uw baas in welke periode u op vakantie moet gaan. Maar hij moet dit altijd in overleg met u doen. TIP VAN DE WEEK 1 Het is leuk om af en toe een praatje met iemand te maken, bijvoorbeeld met een collega in de pauze. Of met een andere ouder op het schoolplein. Als u met iemand een praatje maakt dan kan het over van alles gaan. U kunt het bijvoorbeeld hebben over: de vakantie het voetbal het weer een tv-programma Als u af en toe een praatje in het Nederlands maakt, dan leert u ook Nederlands. TIP VAN DE WEEK 2 Begrijpt u niet wat iemand zegt, zeg dan: Ik begrijp het niet. Wat bedoelt u precies? Ik snap het niet. 17
18 TIP VAN DE WEEK 3 Op ETV en de website ETV.nl. zijn maar liefst zestien programma s over werk te vinden. Bijvoorbeeld: Aan het werk blijven en Taal werkt. Zie ook de extraopdracht. PRAKTIJK Opdracht 16. Kijk in de praktijk. PRAKTIJKOPDRACHT EEN PRAATJE MAKEN Maak met iemand een praatje in het Nederlands, bijvoorbeeld met een collega op uw werk, met een andere ouder op het schoolplein of bij de crèche. 18
19 HOE GAAT HET? Opdracht 17. Kent u de woorden? Kruis aan. Halve dagen werken De bedrijfsarts De overuren Een vrije dag opnemen De dienst Ruilen Regelen Vervelend Je hebt gelijk Lachen Het werkoverleg Extra Ik ben het met je eens Opdracht 18. Kunt u het in het Nederlands? Deze les ging over het werk. U heeft geleerd om uw mening te geven, om iemand gelijk te geven en om nee te zeggen. U heeft ook geleerd om van twee woorden één woord te maken. En u? Kunt u uw mening geven, iemand gelijk geven en nee zeggen? En kunt u van twee woorden één woord maken? Kunt u dat nu goed? Of een beetje? Of nog niet zo goed? Schrijf het op. Zet een kruisje. Goed Gaat wel Niet zo goed... Ik kan mijn mening geven. Ik kan iemand gelijk geven. Ik kan nee zeggen. Ik kan van twee woorden één woord maken. 19
20 ANTWOORDBLAD Opdracht Fout, Naime heeft nog een kwartier pauze. 2. Goed, omdat Elisabeth nog niet helemaal beter is, mag ze geen hele dagen werken. 3. Fout, normaal werkt Elisabeth part-time. 4. Fout, Elisabeth gaat 2 weken op vakantie. 5. Goed, Naime kan niet op vakantie omdat ze geen vakantiedagen meer heeft. Opdracht Ja, dat klopt. Elisabeth gaat in haar pauze naar de kantine. 2. Ja, dat klopt. Elisabeth praat met haar collega Naime. 3. Nee, dat klopt niet. Elisabeth werkt 4 keer een halve dag per week. 4. Nee, dat klopt niet. Elisabeth gaat niet met haar collega op vakantie. 5. Ja, dat klopt. Elisabeth moet een weekenddienst met iemand ruilen. Samenvatting Let op! Dit is een samenvatting van het gesprek, hierin staan de belangrijkste dingen uit het gesprek. Uw vijf zinnen kunnen anders zijn! Elisabeth werkt in het ziekenhuis. Ze heeft pauze en gaat naar de kantine. In de kantine komt ze een collega tegen. Ze praat met haar collega over het werk en de operatie aan haar knie. Elisabeth vertelt dat ze halve dagen werkt, want ze mag nog niet zo lang op haar knie staan. Verder praten ze over de vakantie en de chef. Elisabeth wil graag over twee weken op vakantie, maar dan heeft ze een weekenddienst. Haar chef heeft gezegd dat ze zelf die dienst met iemand moet ruilen. Ze vraagt aan haar collega of zij misschien een dienst met haar wil ruilen. Opdracht De vakantiedagen 2. De weekenddienst 3. Het werkoverleg 4. De bedrijfsarts 5. De koffiepauze 6. Het sollicitatiegesprek 7. Het bedrijfsrestaurant Opdracht Vandaag moet ik overwerken. 2. Ik wil jouw dienst overnemen en dan neem jij mijn dienst over. 3. Ik ben het met je eens. 4. Ik wil minder gaan werken. 5. Morgen bespreken wij dingen over het werk. 20
21 Opdracht Vervelend 2. Ruilen 3. Lachen 4. Regelen 5. Bedrijfsarts 6. Extra. Het woord in de rode hokjes moet zijn: dienst. Opdracht 13. Beste Meneer, Volgende week woensdag gaat mijn zus trouwen. Hier wil ik graag bij zijn. Daarom wil ik vragen of ik een vrije kan opnemen. Ik heb nog overuren staan. En ik vind het ook niet erg om mijn dienst te ruilen met een collega. Dat kan ik zelf regelen met Corrine bijvoorbeeld. Ik hoop dat ik uw toestemmming krijg hiervoor. Alvast bedankt. Met vriendelijke groet, Uw naam Vraag van de les Elisabeth en Naime praten over: de operatie van de knie van Elisabeth vakantie hun chef de weekenddienst 21
22 EXTRA OEFENEN VOOR HET INBURGERINGSEXAMEN Deze les over op het werk past in thema 1 Werk en Inkomen van KNS van het Inburgeringsexamen. OEFENEN VOOR HET EXAMEN LUISTEREN Luister naar het gesprek van de les. Luister via Maak daarbij de vragen van opdrachten 3 en 6. OEFENEN VOOR HET EXAMEN SPREKEN Zoek een taalvriend, iemand die goed Nederlands spreekt. Doe opdracht 8, 9 en 13 uit deze les met uw taalvriend. OEFENEN VOOR HET EXAMEN LEZEN Voor het examen Lezen kunt u oefenen met de opdrachten 3 en 6 bij de tekst van de gesprekken uit deze les. Ook kunt u oefenen met de extra opdracht. OEFENEN VOOR HET EXAMEN SCHRIJVEN Zoek een taalvriend, iemand die goed Nederlands spreekt. Doe opdracht 6 (de samenvatting) uit deze les met uw taalvriend. Kijk voor meer informatie over het inburgeringexamen op: Maak de voorbeeldexamens. Beginnersles 42 van Station Nederlands gaat ook over het examen. 22
23 Hoe leer je Nederlands? Door veel te oefenen in de praktijk. Door de lessen van Edusom te volgen op radio, tv en internet. Door met deze lesbrieven te werken. En met Station Nederlands. Kijk ook eens op Oefenen.nl. Daar vindt u programma s over taal, maar ook over rekenen, gezondheid en nog veel meer. Kijk naar AT5 en Leef & Leer. Zoek een taalvriend om spreken en schrijven te oefenen. En zoek een taalcursus om nog meer te leren. U kunt ook naar het Taalspreekuur van de OBA gaan. Veel leerplezier! Meer oefenen? Kijk naar films over gezondheid op ETV en de website ETV.nl en Oefenen.nl en doe de opdrachten. Extra opdracht 1 Bekijk het filmpje uit het programma Aan het werk op: 23
24 Extra opdracht 2 Beantwoord de vragen: 1. Waar komt Tegegn vandaan? 2. Hoe lang woont hij al in Nederland?.. Extra opdracht 3 Beantwoord de vraag: 1. Wat is kritiek geven? 24
25 Extra opdracht 4. Schrijf de kritiek in het goede rijtje. Hieronder zie je 6 zinnen. Is de kritiek positief of negatief? Direi zijn positief en drie negatief. 1. Dat heb je mooi uitgevoerd. 2. Ik zou het volgende keer toch anders doen hoor. 3. Dit ging niet zo goed. 4. Dat werk is heel slecht gedaan. 5. Wow, dat ziet er goed uit! 6. Heel goed gedaan hoor! Positieve kritiek.. Negatieve kritiek... 25
26 Extra opdracht 5. Hieronder staan 3 rijtjes. Kies steeds één zinsdeel uit elk rijtje. Maak een nieuwe zin. Maak steeds zinnen die bij u passen. Kijk naar het voorbeeld. Voorbeeld: U vindt het leuk om met mensen te werken. U kunt de volgende zin maken: Ik werk graag met mensen Ik werk graag samen met mijn handen met mijn hoofd met mensen met machines en producten Ik kan heel goed snel werken onder tijdsdruk werken Ik ben op zoek naar leuk werk makkelijk werk saai werk Nu u! Maak vijf zinnen. Probeer iets te vertellen over wat u graag doet, over waar u goed in bent en naar wat voor werk u op zoek bent
27 ANTWOORDEN EXTRA OEFENEN Extra opdracht Waar komt Tegegn vandaan? Tegegn komt uit Ethiopië. 2. Hoe lang woont hij al in Nederland? Hij woont al 2 jaar in Nederland. Extra opdracht 3 1. Wat is kritiek geven? Zeggen of je iets wel of niet goed vindt. Extra opdracht 4. Zet de kritiek in het goede rijtje. Positieve kritiek Negatieve kritiek - Dat heb je mooi uitgevoerd. - Ik zou het volgende keer toch anders doen hoor. - Wow, dat ziet er goed uit! - Dit ging niet zo goed. - Heel goed gedaan hoor! - Dat werk is heel slecht gedaan. Opdracht 5. Zinnen die je kon maken: - Ik werk graag samen. - Ik werk graag met mijn handen. - Ik werk graag met mijn hoofd. - Ik werk graag met mensen. - Ik werk graag met machines en producten. - Ik kan heel goed snel werken. - Ik kan heel goed onder tijdsdruk werken. - Ik ben op zoek naar leuk werk. - Ik ben op zoek naar makkelijk werk. - Ik ben op zoek naar saai werk. 27
Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek. Wat leert u in deze les? Moeten en hoeven gebruiken. Vragen hoe het met uw kind gaat. Veel succes! Deze les is ontwikkeld
Nadere informatieThema Nederlandse cultuur en gewoontes
http://www.edusom.nl Thema Nederlandse cultuur en gewoontes Lesbrief 32. Mag ik even uitpraten? Wat leert u in deze les? Eén lange zin maken van twee korte zinnen. Je mening geven. Veel succes! Deze les
Nadere informatieLesbrief 14. Naar personeelszaken.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 14. Naar personeelszaken. Wat leert u in deze les? Wanneer u zeggen en wanneer jij zeggen. Je mening geven en naar een mening vragen. De voltooide tijd gebruiken.
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.
http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden van les 12, 13, 14 en 15. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag
Nadere informatieLes 2. Naar het ziekenhuis.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 2. Naar het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? De weg vragen. Om herhaling en verduidelijking vragen. Je naam spellen. Vragen stellen en beantwoorden. Veel succes!
Nadere informatieLes 4. Naar de apotheek.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 4. Naar de apotheek. Wat leert u in deze les? Waarschuwen. Een bijsluiter lezen. Informatie vragen en om hulp vragen. Wat u kunt zeggen als u iets niet weet of
Nadere informatieLes 1. Bij de huisarts
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 1. Bij de huisarts Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de huisarts. Uw klachten beschrijven. Vragen stellen aan de huisarts. Vragen van de huisarts
Nadere informatieThema Op het werk. Les 15. Vrij vragen
www.edusom.nl Thema Op het werk. Les 15. Vrij vragen Kofi is op het werk. Hij wil een dag vrij. Hij vraagt het aan de vrouw op het kantoor. Zou het Kofi lukken? Souad komt op kantoor. Zij wil ook een dag
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 11. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 7, 8, 9 en 10. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Les 29. Bellen over een probleem Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over een probleem op het werk. Woorden die aangeven hoe vaak
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht. Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de leerkracht. Zinnen maken met omdat. Hulp vragen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Opbellen naar een bedrijf. Wat leert u in deze les? Een telefoongesprek naar een bedrijf begrijpen. Een gesprek over een advertentie begrijpen.
Nadere informatieThema Op het werk. Les 12. De eerste werkdag
www.edusom.nl Thema Op het werk. Les 12. De eerste werkdag Deze les gaat over de eerste werkdag. Kofi gaat voor het eerst werken bij een snoepfabriek. Hij komt binnen en maakt kennis met de chef. De chef
Nadere informatieLes 35. Een nieuw paspoort
http://www.edusom.nl Thema Het stadhuis Les 35. Een nieuw paspoort Wat leert u in deze les? Informatie over het aanvragen en verlengen van uw paspoort of identiteitskaart. Vragen stellen bij het loket.
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 10. Het eindgesprek. Wat leert u in deze les? Een eindgesprek voeren. Informatie vragen en geven. Het verschil tussen werk en vrijwilligerswerk. De
Nadere informatieLes 4. De fysiotherapeut.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 4. De fysiotherapeut. Inleiding Deze les gaat over praten met de fysiotherapeut. Een man, meneer Bashir, belt de fysiotherapeut. Hij maakt een afspraak. Hij zegt
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis.
Thema Gezondheid Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? De weg vragen. Om herhaling en verduidelijking vragen. Je naam spellen. Vragen stellen en beantwoorden. Veel succes! 1 HET GESPREK
Nadere informatieThema Kinderen en school. Les 17. De kinderopvang
www.edusom.nl Thema Kinderen en school. Les 17. De kinderopvang zoekt opvang voor haar kind. Ze belt naar een kinderdagverblijf. Is er een plaats vrij? Is de peuterspeelzaal misschien een oplossing? Gaat
Nadere informatieThema Kinderen en school
http://www.edusom.nl Thema Kinderen en school Lesbrief 18. Het 10-minutengesprek. Wat leert u in deze les? Vergelijkingen maken. Zeggen hoe vaak iets gebeurt. Verkleinwoordjes. Veel succes! Deze les is
Nadere informatieThema Gezondheid. Les 2. De wachtkamer
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Een man, meneer Bashir, gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er
Nadere informatieThema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag
Thema Op het werk. Demet TV Lesbrief 8. De eerste werkdag Deze les gaat over de eerste werkdag. gaat voor het eerst werken bij een snoepfabriek. Hij komt binnen en maakt kennis met de chef. De chef vertelt
Nadere informatieThema In en om het huis.
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis. Les 22. Een huis zoeken Wat leert u in deze les? Praten over uw huis Informatie over het vinden van een nieuwe woning Praten over wat afgelopen is Veel succes!
Nadere informatieLes 34. Meedoen in het verpleeghuis
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 34. Meedoen in het verpleeghuis Wat leert u in deze les? Informatie over de activiteiten in het verpleeghuis begrijpen Van twee woorden één lang woord maken Vragen
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk. Les 9. Het sollicitatiegesprek ntwoord geven op vragen Inleiding Maria heeft een afspraak met de manager voor een sollicitatiegesprek. Deze les gaat over het
Nadere informatieOpstartlessen. Les 1. Kennismaken
www.edusom.nl Opstartlessen Les 1. Kennismaken Wat leert u in deze les? Uzelf voorstellen Kennismaken Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam HET GESPREK
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Les 7. Naar het uitzendbureau.
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 7. Naar het uitzendbureau. Wat leert u in deze les? Een gesprek bij het uitzendbureau begrijpen. Hoe je je kunt inschrijven bij het uitzendbureau. Wat u
Nadere informatieThema Op het werk. Les 13. Hoe werkt de machine?
www.edusom.nl Thema Op het werk Les 13. Hoe werkt de machine? Kofi is op het werk. Kofi moet aan de machine werken. De chef vertelt Kofi eerst hoe de machine werkt. Dan werkt Kofi met de machine. De machine
Nadere informatieThema Op het werk. Les14. Opdrachten
www.edusom.nl Thema Op het werk. Les14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Daarna
Nadere informatieLesbrief 3. De fysiotherapeut.
MDS-65 speakerstand Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De fysiotherapeut. Inleiding Deze les gaat over praten met de fysiotherapeut. Een man, meneer Kaya, belt de fysiotherapeut. Hij maakt een afspraak. Hij
Nadere informatieLes 3. Familie, vrienden en buurtgenoten
www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Les 30. Herhaling thema Wat leert u in deze les? De woorden uit les 27, 28 en 29. Informatie vragen bij een instelling. Veel succes! Deze
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Les 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek.
Nadere informatieBeginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen
Beginnerslessen Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Wat leert u in deze les? Gesprekken over het inburgeringsexamen begrijpen. Welke examens bij het inburgeringsexamen horen. Waar u kunt oefenen met de
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 12. De eerste werkdag
Thema Op het werk. Lesbrief 12. De eerste werkdag Deze les gaat over de eerste werkdag. gaat voor het eerst werken bij een snoepfabriek. Hij komt binnen en maakt kennis met de chef. De chef vertelt hem
Nadere informatieThema Gezondheid. Les 3. De huisarts
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 3. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Bashir, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat
Nadere informatieLesbrief 1. Bij de huisarts
Thema Gezondheid Lesbrief 1. Bij de huisarts Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met de huisarts. Uw klachten beschrijven. Vragen stellen aan de huisarts. Vragen van de huisarts beantwoorden. Veel
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 6. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 6. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen Inleiding heeft een afspraak met de manager voor een sollicitatiegesprek. Deze les gaat over het eerste deel van het
Nadere informatieLes 6. Herhaling thema.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 6. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 1, 2, 3, 4 en 5. Vragen beantwoorden. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente
Nadere informatieThema In en om het huis.
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis. Les 23. Veilig verkeer Wat leert u in deze les? Hoe kinderen veilig kunnen spelen op straat Praten met de buren over de buurt en het verkeer Woorden met een
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw, Maria, gaat weer naar de winkel om over werk te
Nadere informatieHerhalingsles van het thema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk Les 11. Herhaling Inleiding Deze les is een herhalingsles van de vier gesprekken van les 7 tot en met 10. Wat leert u in deze les? Vragen
Nadere informatieLes 5. In het ziekenhuis.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 5. In het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? Een gesprek in het ziekenhuis begrijpen. Woorden omschrijven. Welke vragen u kunt stellen in het ziekenhuis. Vragen
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Lesbrief 9. Het sollicitatiegesprek. Wat leert u in deze les? Een sollicitatiegesprek voeren. De voltooide tijd gebruiken. Vragen naar interesse stellen en
Nadere informatieLes 33. Zwangerschap
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 33. Zwangerschap Wat leert u in deze les? Informatie begrijpen over zwanger zijn. Zeggen dat u zwanger bent of dat u zich niet lekker voelt. Woorden die hetzelfde
Nadere informatieThema Gezondheid Beginnerslessen
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Beginnerslessen Les 1. Een afspraak maken Deze les gaat over een afspraak maken. Een afspraak met de dokter. U gaat naar de huisarts. Eerst moet u een afspraak maken.
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Les 26. Herhaling thema Wat leert u in deze les? De woorden uit les 22, 23, 24 en 25 Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag
Nadere informatieThema Kinderen en school
http://www.edusom.nl Thema Kinderen en school Lesbrief 19. Lid worden van een club. Wat leert u in deze les? Hoe u lid kunt worden van een club. Vragen beantwoorden. Zeggen hoe vaak iets gebeurt. De toekomende
Nadere informatieLesbrief 35. AOW aanvragen.
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Lesbrief 35. AOW aanvragen. Wat leert u in deze les? Informatie over AOW begrijpen. Uitleg vragen. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den
Nadere informatieThema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang
Thema Kinderen en school. Demet TV Lesbrief 9. De kinderopvang zoekt opvang voor haar kind. belt naar een kinderdagverblijf. Is er plaats? Is de peuterspeelzaal misschien een oplossing? Gaat inschrijven
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 9. Het sollicitatiegesprek Antwoord geven op vragen Inleiding heeft een afspraak met de manager voor een sollicitatiegesprek. Deze les gaat over het eerste deel van het
Nadere informatieThema Kinderen en school. Les 18. Voor het eerst naar school
Thema Kinderen en school. Les 18. Voor het eerst naar school Taban brengt zijn dochter Ama voor het eerst naar school. Hij praat met de juf. Ama is al op een peuterspeelzaal geweest. Is Ama verlegen? Wat
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel Inleiding Deze les gaat over het zoeken naar werk. Over hoe je een baan kunt vinden. In deze les gaat een vrouw, Maria, naar een winkel om
Nadere informatieThema Op het werk. Les 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? Veel succes! www.edusom.nl
www.edusom.nl Thema Op het werk. Les 16. Herhaling thema Dit is een herhalingsles. U heeft vier gesprekken van Kofi gelezen. In deze gesprekken was Kofi op zijn werk. U heeft in les 12, 13, 14 en 15 veel
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken
Thema Op zoek naar werk. Demet TV Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 3. Bij de specialist.
Thema Gezondheid Lesbrief 3. ij de specialist. Wat leert u in deze les? Een omschrijving geven. Een gesprek voeren met de specialist. dvies vragen. Iets afraden. Veel succes! Deze lesbrief is ontwikkeld
Nadere informatieThema Kinderen en school.
www.edusom.nl Thema Kinderen en school. Les 20. Op het schoolplein Taban brengt zijn dochter Ama naar school. Hij praat met een moeder van een ander kind op het schoolplein. De moeder heet Meryem. Waar
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Lesbrief 28. De belastingaanslag. Wat leert u in deze les? Informatie over uw inkomsten begrijpen. Informatie over uw uitgaven begrijpen.
Nadere informatieThema Gezondheid. Les 5. De tandarts
http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Les 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. Meneer Bashir komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen
Nadere informatieThema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek
www.edusom.nl Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek Taban gaat met zijn dochter voor het eerst naar de bibliotheek. Hij schrijft haar in bij de bibliotheek. Daarna laat Soumiya
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer
Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Een man, meneer Wong, gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen.
Nadere informatieHerhalingsles van het thema Op zoek naar werk
Herhalingsles van het thema Op zoek naar werk Lesbrief 11. Herhaling Inleiding Deze les is een herhalingsles van de vier gesprekken van het thema. Wat leert u in deze les? Vragen naar werk. Je voorstellen.
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 3. De huisarts
Thema Gezondheid Lesbrief 3. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Wong, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat leert u in deze les?
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?
Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 3. Bij de specialist.
Thema Gezondheid Lesbrief 3. ij de specialist. Wat leert u in deze les? Een omschrijving geven. Een gesprek voeren met de specialist. dvies vragen. Iets afraden. Veel succes! Deze lesbrief is ontwikkeld
Nadere informatieOpstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.
www.edusom.nl Opstartlessen Les 2. Wonen Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam
Nadere informatieLesbrief 5. In het ziekenhuis.
Thema Gezondheid Lesbrief 5. In het ziekenhuis. Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren in het ziekenhuis. Woorden omschrijven. Welke vragen u kunt stellen in het ziekenhuis. Vragen beantwoorden. Veel
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 7. Werk vragen in een winkel
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 7. Werk vragen in een winkel Inleiding Deze les gaat over het zoeken naar werk. Over hoe je een baan kunt vinden. In deze les gaat een vrouw, Maria, naar een winkel om
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts
Thema Gezondheid Lesbrief 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. Meneer Wong komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen goed zijn. Wat leert
Nadere informatiePluslessen. Les 42. Contact met elkaar. Wat leert u in deze les? Succes! 0 Een praatje beginnen met onbekenden.
http://www.edusom.nl Pluslessen Les 42. Contact met elkaar Wat leert u in deze les? 0 Een praatje beginnen met onbekenden. 0 Praten over uw persoonlijke situatie. 0 Vriendelijk zeggen wat iemand moet doen.
Nadere informatieLesbrief 4. Naar de apotheek.
Thema Gezondheid Lesbrief 4. Naar de apotheek. Wat leert u in deze les? Waarschuwen. Een bijsluiter lezen. Informatie vragen en om hulp vragen. Wat u kunt zeggen als u iets niet weet of begrijpt. Veel
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieLesbrief 40. Een nieuwe woning zoeken
http://www.edusom.nl Beginnerslessen Lesbrief 40. Een nieuwe woning zoeken Wat leert u in deze les? Waar u op kunt letten als u een nieuwe woning zoekt. Een gesprek voeren over een nieuwe woning. Uitdrukkingen!
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten
Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Het is weer netjes
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Les 28. Geld lenen Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren met een bank over geld lenen. Woorden en zinnen gebruiken die gaan over het
Nadere informatieThema Informatie vragen bij een instelling
http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Lesbrief 27. De vakopleiding. Wat leert u in deze les? Praten over het verleden, het heden en de toekomst. Een gesprek voeren met de studieadviseur.
Nadere informatieVERLENGEN KOPEN RUILEN BETALEN
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis VERLENGEN KOPEN RUILEN BETALEN Lesbrief 26. Herhaling thema Wat leert u in deze les? De woorden uit les 22, 23, 24 en 25. Veel succes! Deze les is ontwikkeld
Nadere informatieLesbrief 8. Een taxi bellen
www.edusom.nl Opstartlessen Lesbrief 8. Een taxi bellen Wat leert u in deze les? Een taxi bellen. Het tegenovergestelde van dingen zeggen. Zeggen wat u mooi vindt, of waar u gek op bent. Veel succes! Deze
Nadere informatieThema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek
Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek Taban gaat met zijn dochter voor het eerst naar de bibliotheek. Hij schrijft haar in bij de bibliotheek. Dan laat Soumiya aan Taban en Ama
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
http://www.edusom.nl Thema Op zoek naar werk Les 7. Werk vragen in een winkel Inleiding Deze les gaat over het zoeken naar werk. Over hoe je een baan kunt vinden. In deze les gaat een vrouw, Maria, naar
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen
Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen Kofi is op het werk. Hij wil een dag vrij. Hij vraagt het aan de vrouw op het kantoor. Zou het Kofi lukken? Souad komt op kantoor. Zij wil ook een dag vrij.
Nadere informatieHerhalingsles van het thema Gezondheid
http://www.edusom.nl Herhalingsles van het thema Gezondheid Les 6. Herhaling thema gezondheid Inleiding Deze les is een herhalingsles van de zes gesprekken uit les1 tot en met 5. Wat leerde u in deze lessen?
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 24. Een wasmachine kopen. Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u een wasmachine wilt kopen. Zeggen hoe groot iets is. Vergelijkingen. Veel
Nadere informatieThema Kinderen en school. Lesbrief 20. Op het schoolplein
Thema Kinderen en school. Lesbrief 20. Op het schoolplein brengt zijn dochter Ama naar school. Hij praat met een moeder van een ander kind op het schoolplein. De moeder heet. Waar werkt? Wat leert u in
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken
Thema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken Deze les gaat over een afspraak maken. Een afspraak met de dokter. U gaat naar de huisarts. Eerst moet u een afspraak maken. U praat met de assistente.
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 25. Een jurk ruilen. Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u een jurk gaat ruilen. Verleden tijd gebruiken. Vragen stellen. Veel succes! Deze
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer
Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Meneer Bashir gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen. Ze praten.
Nadere informatieThema Kinderen en school
http://www.edusom.nl Thema Kinderen en school Lesbrief 21. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 17, 18, 19 en 20. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den
Nadere informatieThema Kinderen en school. Lesbrief 18. Voor het eerst naar school
Thema Kinderen en school. Lesbrief 18. Voor het eerst naar school brengt zijn dochter Ama voor het eerst naar school. Hij praat met de juf. Ama is al op een peuterspeelzaal geweest. Is Ama verlegen? Wat
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Les 24. Boodschappen doen in de supermarkt Wat leert u in deze les? Welke zinnen en woorden u kunt gebruiken tijdens het boodschappen doen. Welke producten
Nadere informatieThema Kinderen en school. Les 21. Herhaling thema
www.edusom.nl Thema Kinderen en school. Les 21. Herhaling thema Dit is een herhalingsles. U heeft vier gesprekken van ouders gelezen. U heeft in les 17, 18, 19 en 20 veel geleerd over kinderen en school.
Nadere informatieLes 5. Tijd & het weer
www.edusom.nl Opstartlessen Les 5. Tijd & het weer Wat leert u in deze les? Praten over het weer. Praten over de tijd. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam
Nadere informatieThema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?
Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken
Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken Inleiding Maria heeft een sollicitatiegesprek met de manager. Deze les gaat over het tweede deel van het gesprek. Maria en
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 2. De huisarts
Thema Gezondheid Lesbrief 2. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Kaya, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat leert u in deze les?
Nadere informatieThema Kinderen en school. Lesbrief 10. Voor het eerst naar school
Thema Kinderen en school. Lesbrief 10. Voor het eerst naar school brengt zijn dochter Ama voor het eerst naar school. Hij praat met de juf. Ama is al op een peuterspeelzaal geweest. Is Ama verlegen? Wat
Nadere informatieThema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts
Thema Gezondheid Lesbrief 5. De tandarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de tandarts. De man (meneer Onuso / Bashir) komt voor controle bij de tandarts. De tandarts kijkt of alle tanden en kiezen
Nadere informatieLesbrief 39. Vrije tijd en vakantie
http://www.edusom.nl Beginnerslessen Lesbrief 39. Vrije tijd en vakantie Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over vakantie. Een gesprek voeren over vrije tijd. Een vakantiehuisje huren Informatie
Nadere informatieThema Kinderen en school
http://www.edusom.nl Thema Kinderen en school Lesbrief 17. De informatieavond. Wat leert u in deze les? Informatie vragen op school. Informatie van school begrijpen. Zeggen dat iets niet zeker is. De voltooide
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 23. Een praatje met de buren. Wat leert u in deze les? Een praatje maken met de buren. Informatie over een rijbewijs begrijpen. Veel succes! Deze les
Nadere informatie