Dagboek voor de patiënt met chronisch nierlijden

Transcriptie

1 Dagboek voor de patiënt met chronisch nierlijden Patiënt Naam: Adres: Tel. gsm: Huisarts Naam: Adres: Tel. Dienst nierziekten van het ziekenhuis Ziekenhuis: Adres: Nierspecialist: Tel. centrale: Tel. afsprakenbureau: Tel. diëtiste: Tel. maatschappelijk assistente: Tel. kunstnier: U lijdt aan een chronische nierziekte. Dit betekent dat de filterwerking van de beide nieren in min of meerdere mate verminderd is. De kans bestaat dat dit chronisch nierlijden evolueert naar nierfalen. Dit is het geval wanneer de nierwerking minder dan 10 % van het normale bedraagt. Op dat ogenblik zal een nierfunctievervangende behandeling (buikspoeling, kunstnierbehandeling of niertransplantatie) zich opdringen. Het is de bedoeling de evolutie naar nierfalen zoveel mogelijk af te remmen. Dit is mogelijk door: - het in acht nemen van bepaalde dieetmaatregelen, - een strikte bloeddrukcontrole, - het gebruik van 'nierbeschermende' geneesmiddelen, - vermijden van geneesmiddelen die de nierfunctie verminderen. Daarnaast dienen ook de verwikkelingen van chronisch nierlijden zoveel mogelijk worden voorkomen en behandeld: - duidelijk verhoogd risico op hart- en vaatziekten (hartinfarct, hartverzwakking, beroerte ), - bloedarmoede door tekort aan erytropoëtine (EPO), - te veel werking van de bijschildklieren met onder andere botontkalking, - aantasting van de zenuwen (neuropathie).

2 Er moet ook aandacht geschonken worden aan: - rookstop, - tijdig opsporen en behandelen van hoge bloeddruk, - tijdig opsporen en behandelen van een te hoog vetgehalte in het bloed, - tijdig opsporen en behandelen van bloedarmoede, - tijdig opsporen en behandelen van vitamine D-tekort en botlijden, - vaccinatie tegen griep, Pneumococcen, Hepatitis B, - tijdige voorbereiding op nierfalen met informatie over buikspoeling, kunstnierbehandeling, niertransplantatie Dit veronderstelt een langetermijnaanpak in samenwerkingsverband tussen: - uzelf en uw partner/familie, - uw huisarts, - uw nierspecialist, - de verpleegkundige gespecialiseerd in de opvang van patiënten met chronische nierziekte, - de diëtiste, - de sociaal verpleegkundige, - eventueel de psycholoog. In dit dagboek worden alle belangrijke inlichtingen opgenomen: - de geneesmiddelen die u moet innemen, - de vaccinaties, - de opvolging van uw gewicht, - uw pols- en bloeddrukmetingen (door uzelf en of door uw huisarts). Een optimale bloeddrukcontrole (bloeddruk lager dan 130/80 mm Hg) is belangrijk om de nier te beschermen en als preventie van hart- en vaatziekten. De bloeddruk die in het kabinet van uw huisarts en in het ziekenhuis wordt gemeten, is niet altijd een juiste weerspiegeling van uw gemiddelde bloeddruk. Daarom is zelfcontrole in thuisomstandigheden belangrijk. De bloeddruk wordt best gemeten aan de bovenarm (aan de pols is minder goed). Volg de handleiding bij uw bloeddrukmeter. Meet minstens éénmaal per week 's morgens tussen 6 en 10 uur en 's avonds tussen 18 en 22 uur. Meet telkens in zittende houding na 5 minuten rust, tweemaal na elkaar met 5 minuten tussentijd. Noteer enkel de tweede meting in dit boekje. Bij klachten van duizeligheid kan het ook nuttig zijn de bloeddruk eens te meten na 5 minuten rechtstaan om na te gaan of de bloeddruk dan niet te laag zakt. Noteer deze bloeddruk met vermelding staande in de kolom opmerkingen. Uw nierziekte kan ook aanleiding geven tot opstapeling van overtollig vocht in het lichaam. Daarom is het belangrijk dat u uw gewicht minstens wekelijks opvolgt (best 's morgens bij het opstaan). Indien uw gewicht met meer dan 2 kg verschilt van wat u gewoonlijk weegt, dan controleert u het gewicht 's anderendaags. Als deze gewichtstoename of afname zich bevestigt, dan verwittigt u best uw huisarts. Bewaar dit dagboek zorgvuldig. Vul op regelmatige basis uw gewicht, pols, bloeddruk en medicatie in. Overhandig dit dagboek aan uw huisarts bij elke raadpleging en vraag hem/haar het voor hem/haar bestemde deel in te vullen. Vooral medicatiewijzigingen dienen ingevuld. Neem dit dagboek mee naar uw nierspecialist bij iedere raadpleging. Indien u beroep moet doen op een arts met wachtdienst, toon hem dit dagboek.

3 Geneesmiddelenfiche Geneesmiddel Dosis Morgen Middag Avond Voor slaap Opmerkingen

4 Vaccinaties Hepatitis B (op voorschrift van uw arts) Naam vaccin Dosis Datum 1 Datum 2 Datum 3 Datum 4 / / / / / / / / Griep (1x per jaar) Naam vaccin Datum 1 Datum 2 Datum 3 Datum 4 Datum 5 / / / / / / / / / / Pneumococcen (1x per 5 jaar) Naam vaccin Datum / /

5 Datum Uur Gewicht Pols/minuut Bloeddruk mmhg Opmerkingen

6 Richtlijnen omtrent CNL-raadpleging 1. Deze raadpleging verloopt in nauwe samenwerking met uw huisarts: a) enkel na verwijzing door uw huisarts; b) na elke raadpleging ontvangt uw huisarts een volledig rapport; c) tussen de raadplegingen in het ziekenhuis in is het aangewezen dat u maandelijks uw huisarts raadpleegt. Leg hierbij dit boekje aan hem/haar voor en vraag hem/haar dit boekje ook in te vullen (bloeddruk, medicatieaanpassingen, andere opmerkingen). 2. Deze raadpleging gebeurt ENKEL na voorafgaande afspraak: a) hetzij door uzelf, hetzij door uw huisarts via tel , hetzij tijdens de voorafgaande raadpleging; b) houd u stipt aan deze afspraak. Verwittig zodra mogelijk indien u deze afspraak toch niet kunt nakomen. Voor niet-geannuleerde afspraken kan een (niet-terugbetaalde!) vergoeding worden aangerekend. 3. Laat 10 tot 14 dagen vóór deze afspraak reeds een laboratoriumcontrole uitvoeren (bloedname, urinestaal en 24 uur-urinecollectie): a) bij voorkeur in het ziekenhuis: in dat geval zal de aanvraagbon hiervoor klaarliggen op het laboratorium; b) zo dit voor u moeilijk is, kunt u de laboratoriumcontrole ook laten gebeuren via uw huisarts. Neem in dat geval de aanvraagbon mee van de vorige raadpleging en geef die aan uw huisarts. Vraag in dat geval het laboratoriumprotocol op bij uw huisarts en breng het mee naar de raadpleging. 4. Breng volgende zaken mee naar de raadpleging: a) uw Sis-kaart, b) uw dagboekje, c) uw bloeddrukmeter, d) eventueel (zie punt 5b) het laboratoriumprotocol in geval van laboratoriumcontrole bij uw huisarts. 5. Verloop van de raadpleging: a) kom minstens 30 minuten vroeger dan uw afspraak naar het ziekenhuis en schrijf u in; b) kom daarna naar de raadpleging nefrologie en meld u aan bij de verpleegkundige. 24 uur-urinecollectie START op de eerste dag om 8 uur, door de blaas volledig leeg te wateren in het toilet. Deze urine moet dus niet worden bewaard. Vanaf dat ogenblik moet alle urine worden bijgehouden in een bokaal of fles, gedurende 24 uur (dus zowel overdag als s nachts). Indien ook stoelgang wordt gemaakt, gelieve eerst afzonderlijk te wateren om geen urine in het toilet te verliezen. EINDE op de volgende dag om 8 uur, door de blaas nogmaals volledig leeg te wateren in de bokaal of fles. Bewaar de gevulde bokalen of lessen op een frisse plats (keldertrap of koelkast).