Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009"

Transcriptie

1 Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND

2 Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009 Een rapportage van RAVON In opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Gegevensautoriteit Natuur Jelger Herder, Annemarie van Diepenbeek & Raymond Creemers STICHTING RAVON POSTBUS BK NIJMEGEN

3 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009 Colofon 2010 Stichting RAVON, Nijmegen Tekst: Jelger Herder, Annemarie van Diepenbeek & Raymond Creemers Met medewerking van Peter Frigge Foto omslag: Zandhagedis Jelger Herder In opdracht van: Gegevensautoriteit Natuur, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Wijze van citeren: Herder, J.E., A. van Diepenbeek & R.C.M. Creemers, Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Stichting RAVON, Nijmegen. Rapport

4 Stichting RAVON INHOUD 1 INLEIDING Kader Vraagstelling PRIORITERING Werkwijze Toelichting gebruikte categorieën Afleiden nulwaarnemingen volgens rode lijst criteria VERZAMELDE GEGEVENS Vrijwilligersgegevens Verkregen via andere organisaties Eindresultaat per doelsoort Validatie VERSPREIDINGSBEELDEN DOELSOORTEN Doelsoorten reptielen hazelworm zandhagedis gladde slang ringslang adder Doelsoorten amfibieën vuursalamander kamsalamander vinpootsalamander knoflookpad rugstreeppad boomkikker heikikker poelkikker WERVING EN BEGELEIDING VAN VRIJWILLIGERS Excursies & Weekeinde Cursussen Website, nieuwsbrief en de media Werving en overige public relations Helpdesk...45

5 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën EVALUATIE Vrijwilligersbestand Gegevensinwinning en -verwerking Knelpunten en aanbevelingen DANKWOORD LITERATUUR...51 BIJLAGE 1 excursieoverzicht...53 BIJLAGE 2 overzicht basiscursussen...54

6 Stichting RAVON 1 INLEIDING 1.1 Kader RAVON is in april 2009 door de Gegevensautoriteit Natuur gevraagd om de verspreiding van beleidsrelevante reptielen en amfibieën in kaart te brengen. Deze opdracht is een vervolg op de Inhaalslag verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën en het verspreidingsonderzoek reptielen & amfibieën 2008 (Spikmans et al., 2006, Kuenen & Creemers, 2007, Kuenen et al.., 2008, Herder et al., 2009). De opdracht is in twee delen uitgezet. Eerst een deel tot eind mei 2009 en vervolgens een vervolg voor de 2 e helft van In deze rapportage word geen onderscheid gemaakt tussen deze twee losse opdrachten. Bij het verzamelen van gegevens met betrekking tot reptielen en amfibieën worden vrijwilligers ingezet. De vrijwilligers onderzoeken volgens een vaste methode of de betreffende soort (nog) aanwezig is in potentieel habitat (van Diepenbeek & van Delft, 2006). Hiernaast wordt gebruik gemaakt van de gegevens die door andere organisaties verzameld worden. 1.2 Vraagstelling Ten behoeve van de rapportage naar de EU voor de Habitatrichtlijn, onderdeel range van soorten, is het gewenst dat de verspreiding van doelsoorten landsdekkend bekend is op een schaal van 10x10 kilometerhokken. Bij het coördineren van het verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën is het uitgangspunt daarom om in de periode het verspreidingsbeeld voor de doelsoorten (zie tabel 1) op 10x10 kilometerhokken zo compleet en actueel mogelijk te krijgen. Het verspreidingsonderzoek concentreert zich met name op de zwakke plekken in het verspreidingsbeeld. Om de Gegevensautoriteit Natuur een indruk te geven van de vorderingen gaat deze rapportage in op de volgende zaken: de hoeveelheid verzamelde verspreidingsgegevens per 10x10 en per 1x1 kilometerhok per doelsoort prioritering (a. hoe wordt de prioriteit van een km-hok bepaald en b. resultaten van onderzoek naar de mogelijkheid om nulwaarnemingen af te leiden uit de database) de actualiteit van de gegevens: o op 10x10 km-hokniveau: waarnemingen die meetellen voor de rapportage naar de EU (2007 t/m 2009) en waarnemingen van 1980 t/m 2006 o op 1x1 km-hokniveau: waarnemingen verzameld sinds de start van het verspreidingsonderzoek (onderverdeeld in drie perioden) evaluatie van het vrijwilligersbestand (aantal vrijwilligers, behoefte aan uitbreiding aantal waarnemers, behoefte aan opleiding/bijscholing) evaluatie van de logistiek van de gegevensinwinning en verwerking een beschrijving van de problemen die zich tijdens de uitvoering van de opdracht hebben voorgedaan en hoe hiermee is omgegaan verbeteringen die doorgevoerd moeten worden en aanbevelingen. 5

7 6 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009

8 Stichting RAVON 2 PRIORITERING Dit hoofdstuk geeft een toelichting op de toegepaste priortering. Er is voor de prioritering rekening gehouden met vijf verschillende criteria waarvan Aanvullen van het verspreidingsbeeld op 10x10km het belangrijkst is. 2.1 Werkwijze Evenals vorige jaren wordt sturing gegeven aan de vrijwilligers door middel van een systeem van prioritering, onder andere op basis van de Nieuwe Kaart van Nederland. Per kilometerhok is op de website van RAVON aangegeven welke prioriteit het desbetreffende hok heeft. Er bestaan verschillende opties om de prioriteit te berekenen. Bij de prioritering van kilometerhokken is rekening gehouden met: Aanvulling van het verspreidingsbeeld (10 x 10 km, eventueel 5 x 5 km) Bestaande kansenkaarten (alleen voor de poelkikker) De Nieuwe Kaart van Nederland Ouderdom van de gegevens Aanwezigheid van andere relevante soorten (meer soorten = hogere prioriteit) Ieder kilometerhok gelegen binnen een te onderzoeken hok van 10 x 10 kilometer krijgt voor alle bovenstaande categorieën een prioriteitsgetal. De combinatie van al deze getallen leidt tot een totale prioriteitswaarde. Bijstelling van de prioriteitswaarden kan plaatsvinden door een weegfactor mee te geven aan de bovengenoemde categorieën. In overleg met de Gegevensautoriteit Natuur zijn de prioriteit en de weegfactor vastgesteld op hoofdlijnen. 2.2 Toelichting gebruikte categorieën Aanvullen verspreidingsgebied Er is ingezet op het onderzoeken van de potentiële habitat op een schaal van 10 x 10 kilometer. Alle hokken van dit schaalniveau die waarschijnlijk niet zullen worden ingevuld door losse waarnemingen en de Meetnetten, vallen onder het verspreidingsonderzoek. Bestaande kansenkaarten Kansenkaarten zijn gebaseerd op een aantal factoren die verband houden met de verspreiding van soorten. Op basis van deze factoren wordt een kans berekend dat een soort ergens aanwezig is. Voor de poelkikker bestaat een bruikbare kansenkaart. Voor deze soort is de prioritering uitgebreid en deze is gericht op die gebieden die leiden tot een kwaliteitsverhoging van de bestaande kansenkaart. Nieuwe Kaart van Nederland De Nieuwe Kaart van Nederland geeft een beeld van geplande ingrepen in het landschap. In de legenda van deze kaart is een aantal verschillende categorieën gebiedsingrepen te zien. Er is gekeken naar het aantal hectares binnen een km-hok dat in de categorie natuur of in de categorie bedrijf, wonen en recreatie valt. De prioriteit wordt hoger als er weinig hectares als natuur staan aangemerkt en veel als bedrijf, wonen en recreatie, en lager als dat omgekeerd is. Aan de hand van de Nieuwe Kaart van Nederland is er dus per kilometerhok een prioriteitswaarde berekend. 7

9 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009 Ouderdom van gegevens De beschikbare data over de verspreiding van soorten verschillen in ouderdom. De kilometerhokken met de oudste gegevens krijgen een hogere prioriteit omdat de noodzaak van onderzoek hier het hoogst is. Aanwezigheid van andere doelsoorten Veel te onderzoeken kilometerhokken hebben betrekking op meerdere soorten. Een kilometerhok krijgt een hogere prioriteit wanneer het onderzoek meerdere doelsoorten betreft. Hoe hoger het aantal te actualiseren doelsoorten, des te hoger de prioriteitswaarde voor deze categorie. Ter verduidelijking is Figuur 1 opgenomen waarin een voorbeeld wordt gegeven van het resultaat van prioritering. Figuur 1: Werkwijze prioritering binnen een hok van 10 x 10 kilometer. A. De donkere hokken vallen binnen potentieel habitat en worden naar verwachting niet opgevuld met losse waarnemingen. B. De zwarte kilometerhokken liggen in een gebied waar ingrepen in de ruimtelijke ordening zijn gepland. De grijze kilometerhokken maken deel uit van A. C. De zwarte hokken bevatten verouderde gegevens. Hier is de betreffende soort ooit waargenomen. De grijze kilometerhokken maken deel uit van B. D. De zwarte kilometerhokken bevatten de oudste gegevens. Binnen afzienbare tijd vervallen deze data omdat ze dan te oud zijn. De data worden dan gezien als historisch en tellen alleen nog mee voor het vaststallen van de potentiële habitat. De grijze kilometerhokken maken deel uit van C. 8

10 Stichting RAVON 2.3 Afleiden nulwaarnemingen volgens rode lijst criteria Voor de meeste soorten is de kern van hun verspreidingsgebied nu zo goed als geactualiseerd en blijven er lastige hokken aan de randen van het verspreidingsonderzoek open staan voor actualisatie. Van een aantal soorten is bekend dat ze kunnen zwerven en dat individuen soms kilometers ver van bekende populaties kunnen worden aangetroffen. Dit geldt voor de boomkikker, rugstreeppad en ringslang. Uit sommige nog te actualiseren hokken, met name langs de randen van het verspreidingsgebied, is slechts een enkele historische waarneming bekend. Actualisatie van deze hokken is erg lastig omdat de kans groot is dat de historische waarneming een zwervend exemplaar betrof en er dus nooit een populatie aanwezig is geweest. We hebben daarom besloten om volgens de criteria die ook voor de Rode Lijst zijn gebruikt opnieuw te berekenen of het zin heeft om dergelijke hokken herhaald te bezoeken en ten koste van veel tijd en inspanning te trachten deze te actualiseren. Als het niet voldoende aannemelijk is dat er een populatie aanwezig is geweest zullen we het hok afronden als automatische nulwaarneming. De volgende criteria zijn gebruikt (zie Rode Lijst van Delft et al., 2007) Er zijn minimaal drie relevante waarnemingen uit het 10x10 hok. Er zijn minimaal 6 individuen geteld tijdens 1 waarneming. In totaal leverde deze methode een groot aantal nulwaarnemingen op voor boomkikker (11), ringslang (24) en rugstreeppad (33). Foto 1: Boomkikker man in het voortplantingswater. (foto Jelger Herder). 9

11 10 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009

12 Stichting RAVON 3 VERZAMELDE GEGEVENS In dit hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van de verspreidingsgegevens die in 2009 verzameld zijn. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen gegevens die door vrijwilligers verzameld zijn en gegevens die via andere organisaties verkregen zijn. In totaal zijn er 2918 km-hokwaarnemingen van de dertien doelsoorten verkregen. 3.1 Vrijwilligersgegevens De verspreidingsgegevens van reptielen en amfibieën die worden verzameld komen uit verschillende bronnen: via de kaartjes op de RAVON website van het verspreidingsonderzoek Reptielen en Amfibieën via de online invoerportals Telmee.nl en Waarneming.nl via de formulieren van de Meetnetten (monitoring) Losse waarnemingen (op waarnemingskaartjes of in persoonlijke bestanden). waarnemingen die verzameld zijn tijdens (door RAVON) georganiseerde excursies. Website verspreidingsonderzoek Reptielen & Amfibieën Op de RAVON website is een aparte pagina aangemaakt voor het verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën: Op deze pagina kunnen de vrijwilligers voor iedere doelsoort van het verspreidingsonderzoek kaartjes vinden met de prioritaire km-hokken die onderzocht dienen te worden. Vrijwilligers kunnen op basis hiervan de km-hokken gaan onderzoeken en hun bevindingen doorgeven. Nulwaarnemingen kunnen ze op de pagina zelf doorgeven via een formulier. Voor het doorgeven van positieve waarnemingen worden de vrijwilligers doorgestuurd naar het invoerportal Telmee.nl. Door een koppeling tussen Telmee.nl en de kaartjes met prioritaire km-hokken worden reeds afgeronde hokken direct groen op de kaartjes zodat er geen dubbel werk wordt gedaan. Telmee.nl en Waarneming.nl Via de online invoerportals komen jaarlijks duizenden waarnemingen binnen. Omdat Telmee.nl deels ook voor het verspreidingsonderzoek en de losse waarnemingen uit de Meetnetten wordt gebruikt is het moeilijk onderscheid te maken tussen losse waarnemingen en gericht verzamelde gegevens. Meetnetten Via de Meetnetten reptielen en amfibieën (NEM) worden op gestandaardiseerde wijze gegevens verzameld op trajecten verspreid over heel Nederland. Doel van de Meetnetten is het verkrijgen van trends. Naast de doelsoorten worden er op de trajecten ook veel waarnemingen verzameld van andere reptielen en amfibieën. Deze worden genoteerd op de formulieren en vervolgens ingevoerd via Telmee.nl. De data van de doelsoorten zelf worden ook aan de RAVON-database toegevoegd en dragen dus ook bij aan het verspreidingsonderzoek. 11

13 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009 Losse waarnemingen Nog steeds komt bijna de helft van de waarnemingen binnen als losse bestandjes, waarnemingskaartjes, mondelinge meldingen etc. Deze bestanden worden geconverteerd en toegevoegd aan de RAVON-database. Excursies Tijdens de excursies die in 2009 zijn georganiseerd zijn er weer een groot aantal km-hokken onderzocht op de aanwezigheid van één of meer van de doelsoorten. 3.2 Verkregen via andere organisaties In het kader van het verspreidingsonderzoek wordt er ook gebruikt gemaakt van gegevens die verzameld zijn door andere organisaties zoals adviesbureaus en terreinbeheerders. Met een groot aantal organisaties bestaat een gegevensuitwisselingsovereenkomst waarbij jaarlijks gegevens (van een bepaald gebied of regio) worden uitgewisseld. Voor deze bestanden is RAVON afhankelijk van andere organisaties die de gegevens pas kunnen uitwisselen als ze hun eigen bestanden op orde hebben. Hierdoor komen de gegevens vaak met een jaar vertraging in de RAVON database. Zo worden bijvoorbeeld voor deze rapportage de gegevens van het NHGL van 2008 gebruikt; de in 2009 verzamelde gegevens komen pas halverwege 2010 binnen en kunnen dus nog niet worden verwerkt in deze rapportage. Met de volgende organisaties is een structurele gegevensuitwisseling overeengekomen: Natuur Historisch Genootschap Limburg (NHGL) Vereniging Natuurmonumenten Waarneming.nl Provincie Drenthe Werkgroep Amfibieën Reptielen Drenthe Werkgroep Amfibieën Reptielen Friesland Waterschap Zuiderzeeland Provincie Flevoland Provincie Utrecht Van de volgende organisaties hebben gegevensbestanden verkregen van: Provincie Noord-Brabant Provincie Zuid-Holland Staatsbosbeheer Diverse ecologische adviesbureaus Faunawerkgroep Hoge Veluwe Landschapsbeheer Groningen Landschap Noord-Holland Stichting Staring Advies De verkregen gegevens variëren sterk in zowel kwaliteit als kwantiteit. Sommige organisaties hebben een goed gestructureerd databestand, de meeste bezitten echter slechts losse bestanden van projecten en inventarisaties. In het laatste geval is er geen eenduidig format en kost het omzetten van de gegevens om ze te kunnen opnemen in de RAVON database veel tijd. 12

14 Stichting RAVON 3.3 Eindresultaat per doelsoort In 2009 zijn er x10 kilometerhokken (tabel 2) en x1 kilometerhokken (tabel 4) voor de doelsoorten van het verspreidingsonderzoek geactualiseerd. Tabel 2 geeft een overzicht van het aantal geactualiseerde 10x10 km-hokken voor de periode , het totaal aan te actualiseren 10x10 km-hokken en de stand van zaken als percentage geactualiseerde 10x10 km-hokken tot nu toe. Tabel 3 geeft een overzicht van de onderverdeling van de afgeronde 10x10 km-hokken. Zo zijn er hokken vervallen omdat de oude waarneming in het buitenland bleek te liggen of omdat de populatie door nieuwe inzichten als uitgezet is aangemerkt en dus niet geactualiseerd hoeft te worden. Daarnaast zijn er nulwaarnemingen afgeleid volgens de criteria van de rode lijst (zie 2.3) en nulwaarnemingen in het veld volgens het protocol. Daarnaast is het grootste deel van de 10x10 hokken afgerond met bevestiging van de doelsoort (positieve waarneming). Tabel 4 geeft een overzicht van het aantal geactualiseerde km-hokken in 2009, het verwachte aantal te actualiseren km-hokken in 2009 (volgens de offerte) en het aantal geactualiseerde prioritaire km-hokken waar de doelsoort is aangetroffen en het aantal geactualiseerde prioritaire km-hokken waar de doelsoort niet is aangetroffen (nulwaarnemingen). Tabel 2: Aantal geactualiseerde 10x10 kilometerhokken binnen de periode In de eerste kolom staan de doelsoorten. In de tweede, derde en vierde kolom staat het aantal afgeronde 10x10 kilometerhokken uitgesplitst naar jaar/periode. In de vijfde kolom staat het totaal aantal afgeronde 10x10 hokken binnen de periode , in de zesde kolom staat het aantal te actualiseren 10x10 kilometerhokken en in de zevende kolom staat het percentage dat geactualiseerd is binnen de periode Totaal Aantal te actualiseren 10x10 km-hokken Percentage geactualiseerde 10x10 km-hokken Nederlandse Naam Reptielen hazelworm zandhagedis gladde slang ringslang adder Amfibieën vuursalamander kamsalamander vinpootsalamander knoflookpad rugstreeppad boomkikker heikikker poelkikker

15 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009 Tabel 3: Onderverdeling van afgeronde 10x10 hokken In de eerste kolom staan de doelsoorten, in de tweede kolom staat het aantal 10x10 kilometerhokken die zijn vervallen (uitzet of buitenland), in de derde kolom staan het aantal 10x10 kilometerhokken dat is afgerond als nulwaarneming (veld of via rode lijst criteria), in de vierde kolom staat het aantal 10x10 kilometerhokken dat is afgerond met een positieve waarneming (bevestiging aanwezigheid doelsoort) en in de vijfde kolom staat het totaal aantal afgeronde 10x10 kilometerhokken per soort. Nederlandse Naam Vervallen Nulwaarneming Geactualiseerd (soort aangetroffen) Totaal afgerond Reptielen hazelworm zandhagedis gladde slang ringslang adder Amfibieën vuursalamander 4 4 kamsalamander vinpootsalamander knoflookpad rugstreeppad boomkikker heikikker poelkikker Tabel 4: Aantal geactualiseerde kilometerhokken, verwacht aantal geactualiseerde km-hokken en aantal geactualiseerde en onderzochte prioritaire km-hokken in 2009 Aantal geactualiseerde km-hokken 2009 Aantal geactualiseerde kmhokken sinds 2005 Aantal geactualiseerde prioritaire km-hokken waar doelsoort is aangetroffen sinds 2005 Aantal onderzochte prioritaire km-hokken waar doelsoort niet is aangetroffen sinds 2004 Nederlandse naam Reptielen hazelworm zandhagedis gladde slang ringslang adder Amfibieën vuursalamander kamsalamander vinpootsalamander knoflookpad rugstreeppad boomkikker heikikker poelkikker Totaal

16 Stichting RAVON 3.4 Validatie De waarnemingen zijn handmatig gevalideerd. Er is in hoofdlijnen gevalideerd op drie punten: locatie, fenologie en determinatie. Alle binnengekomen waarnemingen zijn gevalideerd. Slechts een zeer klein deel van de binnengekomen waarnemingen (ongeveer 1%) is afgekeurd. Het valideren van data is één van de belangrijkste ingrediënten voor het verkrijgen van een goed en betrouwbaar databestand. Het handmatig valideren van data kost veel tijd en moeite. Nu het aantal waarnemingen dat binnenkomt explosief stijgt door de komst van online invoerportals en actieve promotie van het verspreidingsonderzoek en het doorgeven van waarnemingen, wordt de vraag naar automatische validatieregels steeds groter. Automatische validatie neemt veel werk uit handen, waarnemingen die voldoen aan alle validatieregels kunnen automatisch worden goedgekeurd en aan de database worden toegevoegd. Deze validatieregels zijn opgesteld en terug te lezen in het document Validatieregels Reptielen & Amfibieën dat op 1 november 2008 als derde tussenproduct van het verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2008 is opgeleverd (Herder en Creemers 2008). De automatische validatie regels zullen begin 2010 in Telmee geïmplementeerd worden. Foto 2: Vrouwtje zandhagedis.. (foto Jelger Herder). 15

17 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën VERSPREIDINGSBEELDEN DOELSOORTEN Dit hoofdstuk beschrijft de verspreiding van de doelsoorten amfibieën en reptielen in Nederland. Per soort wordt aan de hand van kaarten een beschrijving gegeven van de verspreiding binnen Nederland, de volledigheid van het verspreidingsbeeld en de actualiteit van de waarnemingen. 4.1 Doelsoorten reptielen Hazelworm Verspreiding binnen Nederland Met uitzondering van Zeeland worden in alle Nederlandse provincies hazelwormen waargenomen. In de Noordoostpolder (Flevoland) en de Hollandse duinen gaat het zeer waarschijnlijk om uitzettingen. De verspreiding van de hazelworm in Nederland valt grotendeels samen met de aanwezigheid van pleistocene zandgronden, maar de soort wordt ook aangetroffen op andere bodemsoorten. De voorkeurshabitat van de hazelworm bestaat uit enigszins vochtige, met dichte vegetatie bedekte gebieden. De soort komt voor in bossen, bosranden, heide, houtwallen, struwelen, spoor- en wegbermen, kalkgraslanden, vestingwerken, steenhopen, ruderale plaatsen en tuinen. De meeste waarnemingen hebben betrekking op bos- en heideterreinen. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 km-hokniveau is het verspreidingsgebied van de hazelworm waarschijnlijk compleet. De range van de hazelworm bedraagt x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 75%. Dit percentage blijft iets achter bij andere soorten. Dit komt door de verborgen levenswijze van de hazelworm. Daardoor is er een hogere inspanning nodig om deze soort waar te nemen. In de resterende jaren zal er extra aandacht aan deze soort besteed moeten worden om het verspreidingsbeeld compleet te actualiseren. Veel overgebleven hokken liggen in marginale habitats waar de dichtheden van de hazelworm laag zijn en actualisatie dus moeilijk is. 16

18 Stichting RAVON 17

19 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Zandhagedis Verspreiding binnen Nederland In Nederland is het voorkomen van de zandhagedis gebonden aan de hogere zandgronden en de duinen. De kustduinen en de Veluwe vormen samen de twee belangrijkste kerngebieden. In de Zeeuwse duinen ontbreekt de soort overigens, net als op Texel en Ameland. Op Schiermonnikoog is de soort uitgestorven. De zandhagedis wordt in vooral aangetroffen op droge struikheideterreinen en in open duinstruweel. Daarnaast komt de soort voor langs infrastructuren (weg- en spoorbermen) en op ruderale terreinen. De zandhagedis heeft een voorkeur voor zandige op het zuiden geëxponeerde hellingen. De optimale habitat is een mozaïek van rijk gestructureerde dwergstruikvegetatie, afgewisseld met hogere grassen, kale grond en plekken met open zand. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de zandhagedis waarschijnlijk compleet. De range van de zandhagedis bedraagt 99 10x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van 86 10x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 87%. De range van de zandhagedis is dus al bijna geheel geactualiseerd. Dit komt doordat het een opvallende, gemakkelijk waarneembare soort is, waarvan de verspreiding bijna geheel samenvalt met drukbezochte gebieden zoals de duinen en heideterreinen. 18

20 Stichting RAVON 19

21 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Gladde slang Verspreiding binnen Nederland Het verspreidingsgebied van de gladde slang in Nederland omvatte ooit grote delen van de hogere zandgronden. Het zwaartepunt van de verspreiding ligt tegenwoordig op de Veluwe (Veluws district). In de andere districten waar de soort voorkomt (Drents, Kempen, Oost-Nederlands district) is de verspreiding vaak beperkt tot grotere hoogvenen en stuwwallen. In Nederland heeft de gladde slang heeft een voorkeur voor hoogveen en heide. Daarnaast komt de soort voor langs infrastructuren (weg- en spoorbermen) en soms ook op ruderale terreinen en langs bosranden. De gladde slang komt met name voor in droge heidegebieden, maar soms ook in open bossen en jonge aanplant op zandgrond. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de gladde slang waarschijnlijk compleet. De range van de gladde slang bedraagt 68 10x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van 46 10x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 68%. De gladde slang heeft een zeer verborgen leefwijze. Daardoor is er een hogere inspanning nodig om deze soort waar te nemen. In de resterende jaren zal er extra aandacht en inspanning aan deze soort besteed moeten worden om het verspreidingsbeeld compleet te actualiseren. Veel overgebleven hokken liggen in marginale habitats waar de dichtheden van de gladde slang laag zijn en actualisatie dus moeilijk is. 20

22 Stichting RAVON 21

23 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Ringslang Verspreiding binnen Nederland De ringslang komt vooral aanwezig in drie min of meer gescheiden kernen die in een ruim gebied rondom het IJsselmeer liggen. De belangrijkste populaties zijn aanwezig in Noord-Holland, Utrecht, Gelderland, Overijssel, Drenthe en Friesland. De ringslang is gebonden aan waterrijke habitats. Veelal liggen deze op de zandgronden en de overgangen van zandgronden naar veen. Het leefgebied van de ringslang vertoont vaak een ruimtelijke variatie en kleinschaligheid. Er moeten plaatsen aanwezig zijn om eieren af te zetten, hoge droge plaatsen voor de overwintering en een ruim aanbod aan wateren. De ringslang komt voor langs waterkerende dijken, spoordijken en op de oevers van sloten, beken, meren, vennen vijvers en poelen of in de directe omgeving hiervan. De soort komt ook regelmatig voor in een stedelijke omgeving. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de ringslang waarschijnlijk grotendeels compleet. Het is bekend dat individuen van de ringslang kunnen zwerven, waardoor het mogelijk is dat de soort ook nog buiten zijn bekende range zal worden aangetroffen. De range van de ringslang bedraagt x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 82%. 22

24 Stichting RAVON 23

25 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Adder Verspreiding binnen Nederland De adder komt voor op de hoge zandgronden van Nederland met uitzondering van de duinen. Er zijn momenteel nog twee grote min of meer aaneengesloten leefgebieden van de adder, gelegen in Friesland en Drenthe (het Drents district) en op de Veluwe (in het Veluws district). Daarnaast is de soort nog aanwezig in Overijssel en Limburg. In maar liefst vier provincies (Noord-Brabant, Utrecht, Noord-Holland en Groningen) is de adder uitgestorven. De adder komt met name voor op hoogveen en heide maar soms ook in (open) bos en struweel langs infrastructuur (spoor- en wegbermen). De adder is een vochtminnende soort die vaak wordt aangetroffen op venoevers en op de overgang van natte naar droge gebieden. Binnen zijn leefgebied dienen er voldoende open plekken te zijn om te zonnen en ook voldoende schuilmogelijkheden. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de adder waarschijnlijk compleet. De range van de adder bedraagt 64 10x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van 55 10x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 86%.. De range van de adder is dus al voor een groot deel geactualiseerd. Dit komt doordat het een opvallende soort is waarvan de verspreiding bijna geheel samenvalt met relatief drukbezochte natuurgebieden. 24

26 Stichting RAVON 25

27 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Doelsoorten amfibieën Vuursalamander Verspreiding binnen Nederland De verspreiding van de vuursalamander beperkt zich tot Zuid-Limburg. Daarnaast zijn er geruchten over vuursalamanders in het zuidoosten van Gelderland. Ondanks herhaalde, intensieve zoektochten zijn ze daar niet aangetroffen. Net over de grens in Duitsland is er wel een populatie aanwezig. Een heuvelachtig landschap met vochtige loofbossen, doorsneden met bronbeekjes vormen het typische leefgebied van de vuursalamander. Kalkrijke bodems, bronnen en een hoge bodemvochtigheid lijken de belangrijkste biotoopeisen te zijn. Een ander belangrijk aspect van dit schaduwrijke biotoop is de aanwezigheid van koele, vochtige schuilplaatsen. Voor het afzetten van de larven is helder, zuurstofrijk water van bronbeekjes, bronputten en bronpoelen noodzakelijk. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de vuursalamander waarschijnlijk compleet. De range van de vuursalamander bedraagt 4 10x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van 4 10x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 100%. De actualisatie van deze soort is dus afgerond. 26

28 Stichting RAVON 27

29 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Kamsalamander Verspreiding binnen Nederland De kamsalamander komt verspreid over het gehele zuiden, midden en oosten van ons land voor. Hij is vrij zeldzaam en wordt landelijk gezien als een kwetsbare soort die in zijn verspreiding achteruit gaat. Zijn voorkeur gaat uit naar kleinschalige landschappen met bospercelen, heggen en struwelen. Het voortplantingsbiotoop bestaat voornamelijk uit matig voedselrijke tot voedselrijke, stilstaande wateren met een goed ontwikkelde onderwatervegetatie. Veel vindplaatsen zijn beek- of rivierbegeleidend. De poel mag niet geheel beschaduwd zijn en moet permanent water bevatten. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de kamsalamander waarschijnlijk grotendeels compleet. De range van de kamsalamander bedraagt x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 71%.. Dit percentage blijft achter bij andere soorten. Dit komt door de wijde verspreiding, het veelvoudig voorkomen in landelijk gebied en zijn redelijk verborgen levenswijze. Hierdoor komen er voor deze soort minder losse waarnemingen binnen en is het nodig gericht op zoek te gaan naar deze soort. Voor een complete actualisatie van deze soort zal er de komende jaren veel inspanning moeten worden gedaan. 28

30 Stichting RAVON 29

31 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Vinpootsalamander Verspreiding binnen Nederland De verspreiding van de vinpootsalamander beperkt zich in Nederland tot de provincies Noord- Brabant en Limburg. De soort is zeldzaam en gaat achteruit, waardoor zij als kwetsbaar wordt beschouwd. De vinpootsalamander komt voornamelijk voor in bosgebieden op zandgrond. Aan de samenstelling van het bos worden weinig eisen gesteld. In Noord-Brabant en het noordelijke deel van Limburg is de soort te vinden in de grotere bos- en heidegebieden, waar de vinpootsalamander zich voortplant in heidevennen, bosvijvers en poelen. In het Zuid- Limburgse heuvelland komt de vinpootsalamander vooral voor in en rond hellingbossen waar hij van allerlei typen water gebruik maakt voor zijn voortplanting en zelfs in karrensporen en langzaam stromende beekjes zijn eieren afzet. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de vinpootsalamander waarschijnlijk grotendeels compleet. De range van de vinpootsalamander bedraagt 52 10x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van 36 10x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 69%. Door het beperkte verspreidingsgebied van de vinpootsalamander moet het mogelijk zijn de range van de soort binnen enkele jaren compleet te actualiseren. 30

32 Stichting RAVON 31

33 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Knoflookpad Verspreiding binnen Nederland De knoflookpad is gebonden aan de stroomdalen van beken en rivieren in het oosten en zuidoosten van Nederland. Het is een bedreigde soort die slechts op een gering aantal locaties voorkomt, waar zij ook nog eens sterk achteruit gaat. Het leefgebied van de knoflookpad bestaat uit rivierduinen en kleinschalig agrarisch landschap met bos in de nabijheid. Een absolute voorwaarde voor deze soort is de aanwezigheid van open zandplekken, omringd door vegetatie, waarbij het zand een zodanige structuur moet hebben dat het goed vergraafbaar is. Ook extensief bewerkte akkers hebben deze structuur. Het voortplantingsbiotoop van de knoflookpad bestaat vaak uit vrij grote en diepe poelen met een weelderige onderwater- en oevervegetatie en vaak een eutroof karakter. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de knoflookpad waarschijnlijk grotendeels compleet. Door zijn verborgen levenswijze is het echter niet uit te sluiten dat de soort nog op nieuwe locaties ontdekt wordt. De range van de knoflookpad bedraagt 43 10x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van 27 10x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 63%. De knoflookpad is een zeer moeilijk te inventariseren soort en zo komt het voor dat de soort op een bepaalde plaats na een afwezigheid van 15 jaar toch weer opnieuw gevonden wordt. Hierdoor zal er een grote inspanning nodig zijn om de complete range te actualiseren binnen de periode In de komende jaren zullen onderwatermicrofoons worden ingezet voor het inventariseren van de knoflookpad. Het gebruik hiervan blijkt een zeer goede methode te zijn om de zacht roepende dieren op te sporen. 32

34 Stichting RAVON 33

35 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Rugstreeppad Verspreiding binnen Nederland De rugstreeppad wordt in alle Nederlandse provincies gevonden, behalve in Groningen. Het zwaartepunt van zijn verspreiding ligt in West- en Midden-Nederland, langs de grote rivieren en plaatselijk op de hoger zandgronden. Hij is een bewoner van zandige open terreinen met een betrekkelijk hoge dynamiek, zoals de duinen, de uiterwaarden van de grote rivieren, opgespoten terreinen, heidevelden en akkers, maar kan ook op klei- en veengronden worden aangetroffen. Voor de voortplanting is de rugstreeppad afhankelijk van ondiepe wateren die vrij snel opwarmen. Vaak wordt gebruik gemaakt van tijdelijke poeltjes en plassen, maar ook slootjes en vennen kunnen geschikt zijn. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de rugstreeppad waarschijnlijk grotendeels compleet. De rugstreeppad is echter een zeer mobiele soort en het is daarom niet uit te sluiten dat de soort nog in nieuwe 10x10 km-hokken opduikt. De range van de rugstreeppad bedraagt x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 78%. Door het veelvoudig voorkomen in landelijk gebied waar minder waarnemers actief zijn komen er voor deze soort minder losse waarnemingen binnen en is gericht onderzoek naar deze soort noodzakelijk voor een complete actualisatie. Complete actualisatie zal voor deze soort nog een grote inspanning vergen. 34

36 Stichting RAVON 35

37 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Boomkikker Verspreiding binnen Nederland De boomkikker komt verspreid voor op geïsoleerde locaties in het oosten en zuiden van Nederland. Door zijn beperkte verspreiding en de sterke afname van het aantal populaties wordt hij als bedreigd beschouwd. Hij heeft een voorkeur voor een kleinschalig landschap waar hij zich ophoudt in de struweelzone van bosranden, houtwallen en moerasgebieden. Vooral de zuidkant van braamstruwelen heeft de voorkeur. Voor de voortplanting dienen wateren met een goed ontwikkelde oever- en watervegetatie in de nabijheid voorhanden te zijn. Dit zijn meestal niet te diepe poelen met een open ligging, veel zoninstraling, waarin vrijwel geen stroming is. Buiten zijn oorspronkelijke verspreidingsgebied is de boomkikker ook op een groot aantal plaatsen in Nederland uitgezet. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de boomkikker waarschijnlijk compleet. De range van de boomkikker bedraagt 47 10x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van 41 10x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 87%. 36

38 Stichting RAVON 37

39 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Heikikker Verspreiding binnen Nederland De heikikker is uit alle Nederlandse provincies (behalve Flevoland) bekend, maar kent zijn grootste verspreiding in de hoger gelegen delen van het land. Hij wordt als kwetsbaar aangemerkt. Hij komt voornamelijk voor in vochtige heidegebieden waar sprake is van veenvorming en in hoog- en laagveengebieden. Ook in de rest van zijn verspreidingsgebied is veenvorming een belangrijk element van zijn biotoop. Maar hij wordt ook wel aangetroffen in vochtige schaalgraslanden, duinvalleien, bosranden, langs meren en rivieren en in komkleigebieden. De aanwezigheid van laag struweel en hoge kruidige gewassen is hier van belang. De heikikker maakt voor zijn voortplanting gebruik van ondiepe stilstaande wateren met een goed ontwikkelde oevervegetatie. Het water zelf is vaak enigszins zuur (ph 4-5.5) en voedselarm. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de heikikker waarschijnlijk grotendeels compleet. De range van de heikikker bedraagt x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 71%.. Dit percentage blijft achter bij andere soorten. Dit komt door de wijde verspreiding en het veelvoudig voorkomen in landelijk gebied. Hierdoor komen er voor deze soort minder losse waarnemingen binnen en is gericht onderzoek naar deze soort noodzakelijk voor een complete actualisatie. Het zal de komende jaren een grote inspanning vergen de actualisatie voor deze soort compleet af te ronden. 38

40 Stichting RAVON 39

41 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën Poelkikker Verspreiding binnen Nederland De poelkikker komt in Nederland vooral in het oosten en zuiden voor. Het is een zon- en warmteminnende soort die een voorkeur heeft voor onbeschaduwde wateren. De oeverzone hiervan moet bij voorkeur goed begroeid zijn en de wateren zijn vaak vrij omvangrijk of maken deel uit van een groter complex van wateren. De poelkikker is een kritische soort die houdt van voedselarm, schoon water. Poelkikkers hebben een voorkeur voor zwak zure, stilstaande wateren in bos- en heidegebieden op de hogere zandgronden, in vennen, poelen en watergangen in hoogveengebieden en in uiterwaarden. Actualiteit en volledigheid van het verspreidingsgebied Op 10x10 kmhok niveau is het verspreidingsgebied van de poelkikker waarschijnlijk grotendeels compleet. De range van de poelkikker bedraagt x10 km-hokken. Doel is deze range compleet te actualiseren in de periode Sinds 2007 is de actualisatie van x10 afgerond, wat neerkomt geactualiseerd percentage van 80%. De laatste af te ronden hokken liggen veelal in marginaal habitat en landelijk gebied. Het zal daarom veel inspanning vergen deze soort compleet te actualiseren. Tevens zal er extra aandacht besteed moeten worden aan de herkenning en het inventariseren van de poelkikker omdat deze soort door beginnende waarnemers lastig te onderscheiden is van de andere groene kikkers. 40

42 Stichting RAVON 41

43 42 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009

44 Stichting RAVON 5 WERVING EN BEGELEIDING VAN VRIJWILLIGERS Het verspreidingsonderzoek naar reptielen en amfibieën in Nederland door vrijwilligers en het aantal waarnemingen van deze soortgroepen dat bij RAVON binnenkomt vertoont de laatste jaren een stijgende lijn. Veel nieuwe vrijwilligers zijn geworven door het organiseren van basiscursussen reptielen en amfibieën (herkenning en waarnemen) en het organiseren van excursies. In 2009 hebben ongeveer 100 vrijwilligers zelfstandig binnen prioritaire km-hokken gezocht naar reptielen en amfibieën. In totaal zijn er in 2009 ruim 2000 vrijwilligers op pad geweest om verspreidingsgegevens van reptielen en amfibieën te verzamelen. 5.1 Excursies en Weekeinde Afhankelijk van de regio zijn excursies een geschikt middel om in korte tijd lastige kmhokken of soorten te onderzoeken. Daarnaast zijn excursies bij uitstek geschikt voor het werven en scholen van nieuwe vrijwilligers voor het verspreidingsonderzoek. Er zijn daarom in 2009 weer een groot aantal excursies georganiseerd (17 excursies). De excursies zijn vrijwel altijd in samenwerking met één of twee lokale vrijwilligers georganiseerd. Naast de excursies in het kader van het verspreidingsonderzoek is er ook nog een aantal excursies gegeven in het kader van andere projecten zoals de Verspreidingsatlas reptielen & amfibieën Noord-Holland (5 excursies). Het totaal aantal excursies voor 2009 komt daarmee op 22. Zie bijlage 1 voor het excursieoverzicht. In totaal hebben 253 vrijwilligers deelgenomen aan de excursies. Naast excursies organiseert RAVON ook jaarlijks het RAVON hemelvaartweekend. Hieraan nemen jaarlijks ongeveer 40 à 45 vrijwilligers deel. Tijdens dit vierdaagse weekend verblijven de vrijwilligers in een groepsaccommodatie en worden er dagelijks in kleine groepjes gegevens verzameld in gebieden waarvan weinig bekend is. Het RAVON hemelvaartweekend is in 2009 is in Friesland gehouden. Naast enkele soortenrijke terreinen (om minder ervaren deelnemers kennis te laten maken met verschillende soorten) werd een groot aantal km-hokken bezocht waar geen of weinig informatie over aanwezige soorten beschikbaar was. Zie Bijlage 1 voor een overzicht van de excursies die in 2009 zijn gegeven. 5.2 Cursussen Mede in het kader van het project Capacity building is er in 2009 een twaalftal basiscursussen herkenning amfibieën en reptielen georganiseerd, verspreid over 7 provincies. Tijdens deze basiscursus leren vrijwilligers de soorten herkennen, waar en wanneer ze de soorten kunnen verwachten en hoe ze zelfstandig verspreidingsonderzoek kunnen doen naar reptielen en amfibieën. Deze cursussen leveren een belangrijke bijdrage aan de werving van nieuwe vrijwilligers. Zie Bijlage 2 voor een overzicht van de basiscursussen die in 2009 zijn gegeven. 5.3 Website, nieuwsbrief en de media De belangrijkste communicatiemiddelen naar de vrijwilligers toe zijn de website, nieuwsbrief en oproepen in diverse media. Hiermee worden vrijwilligers geïnformeerd over het verspreidingsonderzoek, wetenswaardigheden, activiteiten. De website, nieuwsbrief en media worden zowel voor informatieverstrekking als werving ingezet. Website 43

45 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009 Op de RAVON website is een aparte pagina aangemaakt voor het verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën. Deze pagina is in 2008 compleet herzien: er is informatie toegevoegd over het doel van het verspreidingsonderzoek, de werking van de kaartmodule en de doelsoorten. Daarnaast is de lay-out sterk verbeterd door het toevoegen van meer foto s en zijn de nieuwsbrieven van het verspreidingsonderzoek te downloaden als pdf.document. Voor iedere doelsoort is de kaart met prioritaire hokken op te vragen, zodat vrijwilligers een keuze kunnen maken voor een te onderzoeken gebied. Een belangrijke toevoeging aan de website is de agenda module waarin alle RAVON-activiteiten (excursies, cursussen en bijeenkomsten) in een duidelijk overzicht worden weergegeven. Dit overzicht staat op de voorpagina, op de pagina van het verspreidingsonderzoek, op het forum en op de activiteitenpagina. Hierdoor zijn de vrijwilligers goed op de hoogte van de geplande activiteiten. De RAVON website wordt zeer goed bezocht. In 2009 had de RAVON-website gemiddeld unieke bezoekers per maand! De pagina van het verspreidingsonderzoek profiteert mee van dit hoge aantal bezoekers. In 2009 hebben ongeveer 100 vrijwilligers zelfstandig binnen de prioritaire km-hokken naar amfibieën en reptielen gezocht. Nieuwsbrief Er is voor gekozen om verder te gaan met één gezamenlijke nieuwsbrief voor het verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën, het verspreidingsonderzoek vissen, het meetnet amfibieën en het meetnet reptielen. De naam van de nieuwe nieuwsbrief is Schubben & Slijm. Alle veldprojecten van RAVON zijn nu verenigd in één nieuwsbrief. Door één nieuwsbrief te maken voor de verschillende projecten samen kunnen de vrijwilligers en waarnemers van de verschillende projecten kennis maken met de andere projecten. Op deze manier bereiken we met de nieuwsbrief een nog grotere groep van reeds actieve vrijwilligers. De nieuwsbrief wordt professioneel vormgegeven en verschijnt in kleur. De eerste reacties op Schubben & Slijm zijn erg positief. Er waren veel complimenten voor de nieuwe lay-out, daarnaast gaven vrijwilligers ook aan het leuk te vinden nieuws uit de andere projecten te ontvangen. De nieuwe nieuwsbrief wordt zeer gewaardeerd door de vrijwilligers. Daarnaast zijn de nieuwsbrieven ook op de RAVON website te downloaden als pdf.document. Media: Ruim 25 keer verleenden medewerkers of vrijwilligers van RAVON hun medewerking aan interviews of reportages over amfibieën en reptielen op radio of tv. In meer dan 30 tijdschriften (voor een algemeen publiek) en kranten zijn artikelen gepubliceerd over de inheemse amfibieën en reptielen, het inventariseren daarvan, de basiscursussen en de eerder genoemde publieksactie. 44

46 Stichting RAVON 5.4 Werving en overige public relations Informatiefolders In 2007 en 2008 heeft RAVON een serie van vijf nieuwe folders (oplage elk , waarvan één gericht op alleen vissen) uitgebracht om vrijwilligers te interesseren voor deelname aan verspreidingsonderzoek of monitoring van amfibieën en reptielen. Voor het verspreidingsonderzoek 2009 is een folder gemaakt specifiek over de reptielen van Nederland. Een aantrekkelijke folder voor het brede publiek om mensen enthousiast te maken. Voor elke soort zijn er zoektips toegevoegd en er wordt verwezen naar het verspreidingsonderzoek (en naar de meetnetten). Manifestaties Op veertien verschillende plaatsen nam RAVON met een informatiestand deel aan manifestaties voor een uitgesproken natuurminnend of algemeen publiek. Presentaties/lezingen Door werknemers van RAVON werden in 2009 meer dan 15 lezingen of presentaties verzorgd voor vrijwilligers of een geïnteresseerd publiek, als ondersteuning bij het veldwerk of met het doel vrijwilligers te werven. 5.5 Helpdesk In 2009 kwamen er bij de Helpdesk van RAVON 444 vragen binnen. Voor een klein deel betrof dit vragen over verspreiding en hoofdzakelijk waren het kennisvragen van allerlei aard over de soorten, bescherming en beheer. Foto 3: Vrijwilligers bekijken kamsalamanderlarven in een cuvet. (foto Jelger Herder). 45

47 46 Eindrapport verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2009

48 Stichting RAVON 6 EVALUATIE Het verspreidingsonderzoek 2009 is goed verlopen. Er hebben zich geen problemen voorgedaan. De belangrijkste punten van aandacht zijn het doorgeven van waarnemingen via het persoonlijk benaderen van vrijwilligers en het waken voor onderschatting. 6.1 Vrijwilligersbestand Werving en begeleiding vrijwilligers Het aantal vrijwilligers groeit langzaam maar gestaag. In 2009 hebben ruim 2000 vrijwilligers hun bijdrage aan het verspreidingsonderzoek geleverd door het doorgeven van waarnemingen. Dit is circa vier keer zoveel als tien jaar geleden. Via onder andere de basiscursussen hopen we nieuwe waarnemers te werven. Veel aandacht wordt besteed aan de motivering en ondersteuning van sleutelvrijwilligers die op hun beurt nieuwe vrijwilligers moeten begeleiden. Dit jaar is er ook een speciale contactdag georganiseerd voor onze sleutelvrijwilligers. Deze dag werd gehouden in Naturalis, de sleutelvrijwilligers zijn op de hoogte gebracht van de projecten en activiteiten van RAVON en zijn aangemoedigd andere vrijwilligers te ondersteunen en te motiveren. De meeste vrijwilligers vonden het prettig om van gedachten te wisselen over bijvoorbeeld de werving van nog meer vrijwilligers, Telmee.nl of de invulling van de regionale coördinatie van het verspreidingsonderzoek en de meetnetten. Daarnaast was er duidelijk een band tussen de vrijwilligers uit de verschillende delen van het land en vonden velen het leuk de gezichten achter de namen te zien. Al met al was het een zeer geslaagde dag. Begin 2010 zal deze contactdag dan ook herhaald worden, dit keer in Noord-Brabant. De vrijwilligers raken steeds meer vertrouwd met het invoeren en doorgeven van waarnemingen via Telmee.nl. Ook in 2009 is er weer aandacht gegeven en zal worden aan het gebruik van Telmee.nl. Belangrijk is bestaande en nieuwe waarnemers vertrouwd te maken met deze site en hen bekend te maken met de vele toepassingsmogelijkheden en voordelen. Hieraan wordt bij presentaties, in artikelen en tijdens excursies aandacht besteed. Het samenvoegen van de nieuwsbrieven van de beide meetnetten, het Verspreidingsonderzoek Amfibieën en reptielen en het Verspreidingsonderzoek vissen heeft ook een positieve impuls gegeven. De nieuwe nieuwsbrief wordt zeer gewaardeerd door de vrijwilligers en door de bredere verspreiding bereiken we ook de vrijwilligers uit de andere projecten en kunnen we ook hen aansporen losse waarnemingen door te geven. Daarnaast versterkt de nieuwe nieuwsbrief de binding met de vrijwilligers. 6.2 Gegevensinwinning en -verwerking Uitwisseling gegevens met andere organisaties Gestaag wordt gewerkt aan een structurele uitwisseling met andere organisaties. Dit verloopt niet zo snel als we dat zouden willen, maar wel positief. Punt hierbij is dat de data op verschillende manieren opgeslagen zijn en overzetting arbeidsintensief is. 47

Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2008

Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2008 Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2008 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2008 Een rapportage van RAVON In opdracht van het ministerie

Nadere informatie

NEM Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2013

NEM Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2013 NEM Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2013 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND NEM Verspreidingsonderzoek reptielen en amfibieën 2013 Een rapportage van RAVON In opdracht van het

Nadere informatie

Handleiding voor het gebruik van de kaartmodule NEM Meetnet Amfibieën

Handleiding voor het gebruik van de kaartmodule NEM Meetnet Amfibieën Handleiding voor het gebruik van de kaartmodule NEM Meetnet Amfibieën http://www.ravon.nl/kaartmodule Versie 1.1 30 maart 2015 Edo Goverse p.a. IBED/UvA Postbus 93501 1090 EA Amsterdam 020-525 7331 e.goverse@uva.nl

Nadere informatie

Onderzoek naar kamsalamander, grote modderkruiper, kleine modderkruiper en bittervoorn in de Oeverlanden langs de Linge

Onderzoek naar kamsalamander, grote modderkruiper, kleine modderkruiper en bittervoorn in de Oeverlanden langs de Linge Onderzoek naar kamsalamander, grote modderkruiper, kleine modderkruiper en bittervoorn in de Oeverlanden langs de Linge REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Onderzoek naar kamsalamander, grote

Nadere informatie

RAVON Hemelvaartweekend

RAVON Hemelvaartweekend RAVON Hemelvaartweekend Gelderland, Limburg en Noord-Brabant 2007 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND RAVON Hemelvaartweekend Gelderland, Limburg en Noord-Brabant 2007 Een rapportage van RAVON

Nadere informatie

Invoerportaal Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer

Invoerportaal Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer Invoerportaal Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer Handleiding Thijs Schippers Versie 1.0 (juni 2016) Colofon Datum: Juni 2016 Titel: Handleiding invoermodule Subtitel: Meetnet Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer

Nadere informatie

Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode

Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode Natuurwaardenkaart Voor het inventariseren van de natuurwaarden van Heemstede zijn in het rapport Natuurwaardenkaart van Heemstede Waardering van

Nadere informatie

Veldinventarisatie ringslang en levendbarende hagedis A37, omgeving Zwartemeer

Veldinventarisatie ringslang en levendbarende hagedis A37, omgeving Zwartemeer Veldinventarisatie ringslang en levendbarende hagedis A37, omgeving Zwartemeer Veldinventarisatie in opdracht van Advies- en Ingenieursbureau Oranjewoud Opgesteld door Stichting RAVON R.P.J.H. Struijk

Nadere informatie

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Foto J. Schwiebbe - http://www.birdphoto.nl April 2009, Matthijs Broere (Waarneming.nl) & Fred Hustings (SOVON) 1. Inleiding Afgelopen winter

Nadere informatie

RAVON JAARVERSLAG 2003 & 2004

RAVON JAARVERSLAG 2003 & 2004 RAVON JAARVERSLAG 2003 & 2004 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Projecten Inhaalslag In 2004 heeft RAVON van het ministerie van LNV opdracht gekregen voor het project Inhaalslag Verspreidingsonderzoek.

Nadere informatie

Help mee om achterstallig onderhoud te signaleren!

Help mee om achterstallig onderhoud te signaleren! www.poelen.nu Help mee om achterstallig onderhoud te signaleren! Frank Spikmans Rheden 31 mei 2018 Inhoud Poelen als leefgebied voor amfibieën Amfibieën (in Rheden) Poelen aanleg & beheren www.poelen.nu

Nadere informatie

3.8 Praktische aanpak monitoring natte dooradering en water Rémon ter Harmsel Stichting RAVON

3.8 Praktische aanpak monitoring natte dooradering en water Rémon ter Harmsel Stichting RAVON 3.8 Praktische aanpak monitoring natte dooradering en water Rémon ter Harmsel Stichting RAVON Praktische aanpak monitoring natte dooradering en water Amfibieën & Vissen Rémon ter Harmsel Landelijke ANLb-dag,

Nadere informatie

Amfibieën in de verbindingszone Kaaistoep - Drijflanen in. Tilburg Frank Spikmans & Arnold van Rijsewijk

Amfibieën in de verbindingszone Kaaistoep - Drijflanen in. Tilburg Frank Spikmans & Arnold van Rijsewijk Amfibieën in de verbindingszone Kaaistoep - Drijflanen in Tilburg 2015 Frank Spikmans & Arnold van Rijsewijk Amfibieën in de verbindingszone Kaaistoep Drijflanen in Tilburg 2015 Frank Spikmans & Arnold van

Nadere informatie

Nieuwsbrief 21 van RAVON Afdeling Utrecht Juli 2016

Nieuwsbrief 21 van RAVON Afdeling Utrecht Juli 2016 Nieuwsbrief 21 van RAVON Afdeling Utrecht Juli 2016 Contactpersoon RAVON Utrecht Wim de Wild wim.de.wild@ziggo.nl tel. 030-6963771 RAVON Utrecht verstuurt onregelmatig een nieuwsbrief naar de RAVON waarnemers

Nadere informatie

AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON

AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON juni 2007 In

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek Nederlandse zoogdieren VONZ 2012

Verspreidingsonderzoek Nederlandse zoogdieren VONZ 2012 Verspreidingsonderzoek Nederlandse zoogdieren VONZ 2012 D.L. Bekker & H. Hollander Rapport nummer 2013.10 mei 2013 Rapport van de Zoogdiervereniging in opdracht van de Gegevensautoriteit Natuur Rapport

Nadere informatie

Kevers van de Habitatrichtlijn,

Kevers van de Habitatrichtlijn, Indicator 19 juni 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het oorspronkelijke areaal van

Nadere informatie

Inventarisatie beschermde vissen met behulp van vrijwilligers in het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland 2008

Inventarisatie beschermde vissen met behulp van vrijwilligers in het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland 2008 Inventarisatie beschermde vissen met behulp van vrijwilligers in het beheersgebied van Waterschap Zuiderzeeland 2008 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Inventarisatie beschermde vissen met

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek vissen 2009

Verspreidingsonderzoek vissen 2009 Verspreidingsonderzoek vissen 2009 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Verspreidingsonderzoek vissen 2009 Een rapportage van RAVON In opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek vissen 2008 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND

Verspreidingsonderzoek vissen 2008 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Verspreidingsonderzoek vissen 2008 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Verspreidingsonderzoek vissen 2008 Een rapportage van RAVON In opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Nadere informatie

Bosbeheer voor reptielen en amfibieën. Jeroen van Delft

Bosbeheer voor reptielen en amfibieën. Jeroen van Delft Bosbeheer voor reptielen en amfibieën Jeroen van Delft Opbouw lezing Habitateisen herpetofauna Gesloten bos Open plekken en brede bermen Randen, mantels en zomen Dood hout Water in en bij het bos Steilkanten,

Nadere informatie

Monitoring en inventarisatie reptielen en amfibieën Loonse en Drunense Duinen / Huis ter Heide

Monitoring en inventarisatie reptielen en amfibieën Loonse en Drunense Duinen / Huis ter Heide Monitoring en inventarisatie reptielen en amfibieën Loonse en Drunense Duinen / Huis ter Heide 2010 Mark Klerks November 2010 Inleiding: Het jaar 2010 kwam maar langzaam op gang. Vooral het voorjaar was

Nadere informatie

Resultaten veldwerk t.b.v. de ontwikkeling van kansenkaarten voor beschermde vissoorten in Flevoland

Resultaten veldwerk t.b.v. de ontwikkeling van kansenkaarten voor beschermde vissoorten in Flevoland Resultaten veldwerk t.b.v. de ontwikkeling van kansenkaarten voor beschermde vissoorten in Flevoland REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Resultaten veldwerk t.b.v. de ontwikkeling van kansenkaarten

Nadere informatie

VAN ERVE NATUURONDERZOEK

VAN ERVE NATUURONDERZOEK ONDERZOEK KAMSALAMANDER IN DELEN VAN NATUURGEBIED DE BRAND Juni 2014 VAN ERVE NATUURONDERZOEK ONDERZOEK KAMSALAMANDER IN DELEN VAN NATUURGEBIED DE BRAND Inleiding Het natuurgebied De Brand is aangewezen

Nadere informatie

RAVON midzomer vissenweekend

RAVON midzomer vissenweekend RAVON midzomer vissenweekend 2010 Overijssel REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND RAVON Midzomer Vissenweekend 2010 Overijssel RAVON Midzomer Vissenweekend 2010 Overijssel Karin Didderen Juli

Nadere informatie

Atlas Amfibieën en Reptielen van de Provincie Vlaams-Brabant. Sam Van de Poel Natuurpunt Studie

Atlas Amfibieën en Reptielen van de Provincie Vlaams-Brabant. Sam Van de Poel Natuurpunt Studie Atlas Amfibieën en Reptielen van de Provincie Vlaams-Brabant Sam Van de Poel Natuurpunt Studie Atlas Amfibieën en Reptielen van de Provincie Vlaams-Brabant 32.260 waarnemingen Periode # UTM hokken Databank

Nadere informatie

Samenwerking voor de gladde slang in Noord-Brabant, Jeroen van Delft & Arnold van Rijsewijk Vught, 1 december 2017

Samenwerking voor de gladde slang in Noord-Brabant, Jeroen van Delft & Arnold van Rijsewijk Vught, 1 december 2017 Samenwerking voor de gladde slang in Noord-Brabant, 1997-2017 Jeroen van Delft & Arnold van Rijsewijk Vught, 1 december 2017 2/35 Gladde slang Habitats Droge, reliëf- en structuurrijke heiden Drogere delen

Nadere informatie

Groene glazenmaker in de provincie Groningen

Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Tekst: Albert Vliegenthart Met medewerking van: Herman de Heer, Henk

Nadere informatie

Amfibieën. Peter Harrewijn 9 maart 2017 IVN Steilrand

Amfibieën. Peter Harrewijn 9 maart 2017 IVN Steilrand Amfibieën Peter Harrewijn 9 maart 2017 IVN Steilrand Inhoud Welkom / voorstellen Reptiel/amfibie? Padden / kikkers / salamanders / exoten Ziekten / plagen Poelen Wetgeving Beheer Vragen Peter Harrewijn

Nadere informatie

RAVON JAARVERSLAG 2007

RAVON JAARVERSLAG 2007 RAVON JAARVERSLAG 2007 reptielen amfibieën vissen onderzoek Nederland Gelderse vissers s nachts in actie Foto: Maaike Pouwels Voorkant: rivierdonderpad (Cottus perifretum) Foto: Paul van Hoof RAVON heeft

Nadere informatie

Groengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN

Groengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN Groengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN De Holendrechter- en Bullewijkerpolder als ontbrekende schakel

Nadere informatie

Zoogdieren van de Habitatrichtlijn,

Zoogdieren van de Habitatrichtlijn, Indicator 3 augustus 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Vijf landzoogdieren staan op

Nadere informatie

Verslag RAVON Utrecht Excursie Landgoed Den Treek Henschoten 10 april 2010

Verslag RAVON Utrecht Excursie Landgoed Den Treek Henschoten 10 april 2010 Verslag RAVON Utrecht Excursie Landgoed Den Treek Henschoten 10 april 2010 Inleiding Op 10 april is een excursie gehouden op landgoed Den Treek Henschoten vanuit Ravon Utrecht. Doel van deze excursie was

Nadere informatie

RAVON Hemelvaartweekeind

RAVON Hemelvaartweekeind RAVON Hemelvaartweekeind Veluwe en Achterhoek 2016 Peter Frigge RAVON Hemelvaartweekeind Veluwe en Achterhoek 2016 Colofon Status uitgave: Rapportnummer: 2016.000 Datum uitgave: 9 maart 2017 Titel: RAVON

Nadere informatie

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Nieuwsbrief Versie: oktober 2014 Inhoud 1. Inleiding 2. Zoogdieren 3. Herpetofauna 4. Vlinders 5. Overig 6. Colofon Wat dragen de ecoducten bij de Zwaluwenberg bij aan

Nadere informatie

Waarnemingenoverzicht 2013

Waarnemingenoverzicht 2013 Dit waarnemingenoverzicht omvat 2013. Er zijn weer heel veel waarnemingen aan het databestand toegevoegd. De resultaten zijn net als voorgaande jaren weergegeven in de vorm van kaarten per soort. Per soortgroep

Nadere informatie

Indeling lezing. Herstel van leefgebieden voor de gladde slang. Ringslang. Gladde slang. Adder

Indeling lezing. Herstel van leefgebieden voor de gladde slang. Ringslang. Gladde slang. Adder Indeling lezing Herstel van leefgebieden voor de gladde slang De gladde slang; uiterlijk, verspreiding en habitat Beheer Monitoring Jeroen van Delft Bladel, 13 september 2013 2/31 Ringslang Slanke bruine

Nadere informatie

Inventarisatie van ecologische waarden van het agrarisch natuurbeheer in Zeeland juni 2014

Inventarisatie van ecologische waarden van het agrarisch natuurbeheer in Zeeland juni 2014 Inventarisatie van ecologische waarden van het agrarisch natuurbeheer in Zeeland juni 2014 Stichting Landschapsbeheer Zeeland Lucien Calle Sandra Dobbelaar Alex Wieland 15 juli 2014 1 Inhoud Inleiding...

Nadere informatie

Notitie. 1 Aanleiding

Notitie. 1 Aanleiding Aan Bart van Eck Onderwerp Advies over natuurwetgeving bij de inrichtingsplannen voor de waterberging de Ronde Hoep 1 Aanleiding De polder de Ronde Hoep is aangewezen voor calamiteitenberging in de deelstroomgebiedsvisie

Nadere informatie

Veldinventarisatie reptielen in Park Brederode (Bloemendaal)

Veldinventarisatie reptielen in Park Brederode (Bloemendaal) Veldinventarisatie reptielen in Park Brederode (Bloemendaal) REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Veldinventarisatie reptielen in Park Brederode (Bloemendaal) in 2008 Veldinventarisatie in opdracht

Nadere informatie

Waterlanders : op weg met Sam de salamander. Poelenproject Herzele ter uitbreiding van de amfibieënpopulatie met als kernsoort de kamsalamander.

Waterlanders : op weg met Sam de salamander. Poelenproject Herzele ter uitbreiding van de amfibieënpopulatie met als kernsoort de kamsalamander. Waterlanders : op weg met Sam de salamander Poelenproject Herzele ter uitbreiding van de amfibieënpopulatie met als kernsoort de kamsalamander. 1 De kamsalamander... Hallo, Ik ben Sam, de salamander met

Nadere informatie

Libellenmonitoring in Nederland ervaringen na 16 jaar tellen

Libellenmonitoring in Nederland ervaringen na 16 jaar tellen Libellenmonitoring in Nederland ervaringen na 16 jaar tellen Tim Termaat Libellenstudiedag Vlaanderen 15 februari 2014 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Hoe gaat

Nadere informatie

Vissenweekend Overijssel 2013

Vissenweekend Overijssel 2013 Vissenweekend Overijssel 2013 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Vissenweekend Overijssel 2013 Een rapportage van RAVON M.E. Schiphouwer & A. de Bruin December 2013 STICHTING RAVON POSTBUS

Nadere informatie

Nader onderzoek vissen polder t Hoekje

Nader onderzoek vissen polder t Hoekje Nader onderzoek vissen polder t Hoekje Auteur: Ir. T.F. Kroon Opdrachtgever: Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier Datum: 25-07-2013 Autorisator: Drs. E. Nat Status: Eindrapport Registratienummer:

Nadere informatie

Onderzoek naar kamsalamander, grote modderkruiper, kleine modderkruiper en bittervoorn in de Oeverlanden langs de Linge

Onderzoek naar kamsalamander, grote modderkruiper, kleine modderkruiper en bittervoorn in de Oeverlanden langs de Linge Onderzoek naar kamsalamander, grote modderkruiper, kleine modderkruiper en bittervoorn in de Oeverlanden langs de Linge REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Onderzoek naar kamsalamander, grote

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek libellen 2009

Verspreidingsonderzoek libellen 2009 Verspreidingsonderzoek libellen 2009 Verspreidingsonderzoek libellen 2009 Tekst: Tim Termaat (De Vlinderstichting) & Vincent Kalkman (EIS-Nederland) Met medewerking van: Jaap Bouwman, Kim Huskens, René

Nadere informatie

Een deel van de vrijwilligersgroep die heeft deelgenomen aan Vissen in de West-Betuwe. Foto: Fabrice Ottburg

Een deel van de vrijwilligersgroep die heeft deelgenomen aan Vissen in de West-Betuwe. Foto: Fabrice Ottburg RAVON JAARVERSLAG 2006 reptielen amfibieën vissen onderzoek Nederland Een deel van de vrijwilligersgroep die heeft deelgenomen aan Vissen in de West-Betuwe. Foto: Fabrice Ottburg Voorkant: Vuursalamander

Nadere informatie

HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING WATERHOVEN OOST TE ALBLASSERDAM

HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING WATERHOVEN OOST TE ALBLASSERDAM HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING WATERHOVEN OOST TE ALBLASSERDAM HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING WATERHOVEN OOST TE ALBLASSERDAM

Nadere informatie

Eindrapport. Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond de Hoefweg noord en zuid te Lansingerland

Eindrapport. Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond de Hoefweg noord en zuid te Lansingerland Eindrapport Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond de Hoefweg noord en zuid te Lansingerland Eindrapport Rugstreeppad en kleine modderkruiper ter plaatse van en direct rond

Nadere informatie

P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g

P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g P a r a g r a a f e c o l o g i e N i e u w b o u w w o n i n g S c h a p e n d r i f t t e N o r g X.X Eco lo gi e KADER Om de uitvoerbaarheid van het plan te toetsen, is een inventarisatie van natuurwaarden

Nadere informatie

1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen

1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Groenknolorchis (Liparis loeselii)

Nadere informatie

Amfibieën en poelen. Gerlof Hoefsloot

Amfibieën en poelen. Gerlof Hoefsloot Amfibieën en poelen Gerlof Hoefsloot Inhoud presentatie Functie van een poel: vroeger en nu Hoe werkt een poel? Wat bepaalt een goede ecologische situatie Soorten amfibieën Beheer van amfibieënpoelen,

Nadere informatie

Nieuwsbrief 8 van RAVON Afdeling Utrecht juli 2012

Nieuwsbrief 8 van RAVON Afdeling Utrecht juli 2012 Nieuwsbrief 8 van RAVON Afdeling Utrecht juli 2012 Contactpersoon RAVON Utrecht Wim de Wild Couwenhoven 7221 3703 HW Zeist wim.de.wild@ziggo.nl tel. 030-6963771 RAVON Utrecht verstuurt onregelmatig een

Nadere informatie

Environmental DNA Ontwikkelingen en mogelijkheden

Environmental DNA Ontwikkelingen en mogelijkheden Environmental DNA Ontwikkelingen en mogelijkheden Jelger Herder Nijmegen, 21 maart 2013 Veel soorten zijn lastig te vinden Grote modderkruiper Verlandende vegetaties Verstopt zich bij gevaar in de modder

Nadere informatie

Landschappelijke elementen

Landschappelijke elementen Welkomstkaarten voor Landschappelijke elementen Gaan voor groen! Behoud en herstel van landschappelijke elementen? Geweldig! Landschappelijke elementen zijn van culturele en historische waarde. Maar ze

Nadere informatie

Inventarisatie poelkikker Nieuwklap

Inventarisatie poelkikker Nieuwklap Inventarisatie poelkikker Nieuwklap Inventarisatie poelkikker Nieuwklap i.v.m. aanleg rondweg in het kader van de Flora- en faunawet Edo van Uchelen In opdracht van: Dienst Landelijk Gebied Juni 2013 Wildernistrek,

Nadere informatie

Reptielen van de Habitatrichtlijn,

Reptielen van de Habitatrichtlijn, Indicator 28 mei 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Gladde slang, muurhagedis en zandhagedis

Nadere informatie

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren

Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins. Quickscan. Spankerenseweg 20 Dieren Rapportage: Eric Verkaik Veldwerk: Elmar Prins Quickscan Spankerenseweg 20 Dieren februari 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Gegevens plangebied... 2 3 Methode... 3 4 Resultaten... 3 4.1 Bureaustudie...

Nadere informatie

RAVON Hemelvaartweekend

RAVON Hemelvaartweekend RAVON Hemelvaartweekend Noord-Holland 2008 REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND RAVON Hemelvaartweekend Noord-Holland 2008 Een rapportage van RAVON J.E. Herder & K. Pluis augustus 2008 m.m.v.

Nadere informatie

VIER MODELLEN. Bouwstenen. Een meer uitgebreide beschrijving van de bouwstenen en informatie over het beheer vindt u in de bijlage.

VIER MODELLEN. Bouwstenen. Een meer uitgebreide beschrijving van de bouwstenen en informatie over het beheer vindt u in de bijlage. 2 VIER MODELLEN In dit hoofdstuk beschrijven we vier verschillende inrichtingsmodellen: Kleinschalig landschap, Moeraszone, Nat kralensnoer en Droog kralensnoer. In extra informatiepagina s geven we aan

Nadere informatie

Onzichtbaar maar wel aanwezig! Soorten in kaart brengen met Environmental DNA

Onzichtbaar maar wel aanwezig! Soorten in kaart brengen met Environmental DNA Onzichtbaar maar wel aanwezig! Soorten in kaart brengen met Environmental DNA STOWA Gentechnieken-dag Presentatie is eigendom van RAVON en SPYGEN Enkel voor eigen gebruik deelnemers. Niks uit deze presentatie

Nadere informatie

3. Inventarisatie. Organisatie. Figuur 1: Grafiek met het aantal retour gezonden inventarisatieformulieren per organisatie.

3. Inventarisatie. Organisatie. Figuur 1: Grafiek met het aantal retour gezonden inventarisatieformulieren per organisatie. 3. Inventarisatie 3.1. Methode Het inventarisatieformulier (zie bijlage 2) voor de Jeneverbes is verspreid via diverse organisaties naar beheerders en vrijwilligers. De organisaties die hierbij aan bij

Nadere informatie

De ringslang een bijzondere bewoner van Gouda

De ringslang een bijzondere bewoner van Gouda De ringslang een bijzondere bewoner van Gouda Uit de serie Natuur in Gouda 10 2 colofon tekst: Cyclus, gemeente Gouda en RAVON lay-out: Steenbergen Ontwerp Studio foto s: André van Kleinwee en Richard

Nadere informatie

HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING VAN DIJKZICHT-ZUID TE ZUILICHEM

HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING VAN DIJKZICHT-ZUID TE ZUILICHEM HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING VAN DIJKZICHT-ZUID TE ZUILICHEM HET VOORKOMEN VAN DE RUGSTREEPPAD IN HET PLANGEBIED EN DIRECTE OMGEVING VAN DIJKZICHT-ZUID TE ZUILICHEM

Nadere informatie

Verslag Excursie Kombos 28 5 2011 Ravon Utrecht

Verslag Excursie Kombos 28 5 2011 Ravon Utrecht Verslag Excursie Kombos 28 5 2011 Ravon Utrecht Op zaterdag 28 mei 2011 is er vanuit RAVON Utrecht een excursie georganiseerd naar het Kombos te Maarsbergen. Het doel van de excursie was om deelnemers

Nadere informatie

Mitigatie en compensatieplan rugstreeppad

Mitigatie en compensatieplan rugstreeppad Mitigatie en compensatieplan rugstreeppad Mitigatie en compensatieplan rugstreeppad Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag T. Ursinus In den Eng Investment 11.148 december 2011 Voortplantingswater

Nadere informatie

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Wegen_paden.indd 1 04-05-2006 17:22:48 Wandelen, genieten en verwonderen Wandelen, hardlopen en fietsen. Of gewoon tot rust komen en vol verwondering

Nadere informatie

Monitoring van Steenuilen in : een succes!

Monitoring van Steenuilen in : een succes! Monitoring van Steenuilen in 2003-2008: een succes! Monitoring van Steenuilen in 2003-2008: een succes! Arjan Boele Het zou ideaal zijn jaarlijks alle Steenuil-territoria in ons land in kaart te brengen,

Nadere informatie

Aantalsontwikkeling van amfibieën

Aantalsontwikkeling van amfibieën Indicator 1 juli 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In de periode voor 1997 is door

Nadere informatie

Padden Praat 2008 2. Publicatie overzetresultaten. PADDEN.NU: stand van zaken. Forum Padden.nu

Padden Praat 2008 2. Publicatie overzetresultaten. PADDEN.NU: stand van zaken. Forum Padden.nu Padden Praat 2008 2 PADDEN.NU: stand van zaken De website padden.nu is in februari van start gegaan. Zoveel mogelijk paddenwerkgroepen zijn op de hoogte gesteld van het project. Momenteel staan er op padden.nu

Nadere informatie

Productiebos maakt plaats voor oorspronkelijk heidelandschap.

Productiebos maakt plaats voor oorspronkelijk heidelandschap. NATUURVERBINDING HOORNEBOEG GOOIS NATUURRESERVAAT Productiebos maakt plaats voor oorspronkelijk heidelandschap. PRODUCTIEBOS MAAKT PLAATS VOOR OORSPRONKELIJK HEIDELANDSCHAP TEN ZUIDEN VAN HILVERSUM LIGGEN

Nadere informatie

Ooibossen zijn bossen die op natuurlijke wijze zijn ontstaan en langs rivieren groeien.

Ooibossen zijn bossen die op natuurlijke wijze zijn ontstaan en langs rivieren groeien. Ooibossen Definitie Ooibossen zijn bossen die op natuurlijke wijze zijn ontstaan en langs rivieren groeien. Ooi is een oud woord voor nat terrein nabij een rivier Deze bossen worden voortdurend blootgesteld

Nadere informatie

Tuinieren voor amfibieën en reptielen

Tuinieren voor amfibieën en reptielen Tuinieren voor amfibieën en reptielen Hoe maak ik mijn tuin aantrekkelijk voor salamanders, kikkers, padden, hagedissen en (ring)slangen? Edo van Uchelen Bij het werken in de tuin of de heemtuin kom je

Nadere informatie

Aantalsontwikkeling van amfibieën,

Aantalsontwikkeling van amfibieën, Indicator 17 juli 2009 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In de periode voor 1997 is door

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur

Aanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur 2017 Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur C. van den Tempel & V. Ronde 2017 Projectleider Afdeling Opdrachtgever Financiering Foto

Nadere informatie

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden N. Hemmers Bureau Buitenweg 13.143

Nadere informatie

Eindrapport RUGSTREEPPAD TER PLAATSTE VAN EN DIRECT ROND DEELGEBIED VIERSLAG IN WESTERAAM TE ELST

Eindrapport RUGSTREEPPAD TER PLAATSTE VAN EN DIRECT ROND DEELGEBIED VIERSLAG IN WESTERAAM TE ELST Eindrapport RUGSTREEPPAD TER PLAATSTE VAN EN DIRECT ROND DEELGEBIED VIERSLAG IN WESTERAAM TE ELST Eindrapport RUGSTREEPPAD TER PLAATSTE VAN EN DIRECT ROND DEELGEBIED VIERSLAG IN WESTERAAM TE ELST rapportnr.

Nadere informatie

Planten uit de Habitatrichtlijn

Planten uit de Habitatrichtlijn Indicator 28 februari 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Kruipend moerasscherm, groenknolorchis

Nadere informatie

Inhaalslag verspreidingsonderzoek

Inhaalslag verspreidingsonderzoek 19 7(1) 2005 1 Inhaalslag verspreidingsonderzoek Voor de tweede achtereenvolgende keer verschijnt RAVON in de vorm van een themanummer, waarbij een bepaald onderwerp volop in de schijnwerpers wordt gezet.

Nadere informatie

Flora- en faunawet. Gedragscode Bestendig beheer groenvoorziening

Flora- en faunawet. Gedragscode Bestendig beheer groenvoorziening Flora- en faunawet De Flora- en faunawet (Ffwet) is in april 2002 in werking getreden. De wet beschermt alle in het wild levende flora en fauna in Nederland. Bij het uitvoeren van werkzaamheden moet altijd

Nadere informatie

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1

Briefrapport. aanleiding en methode. SAB Arnhem B.V. datum: 30 januari betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 Briefrapport van: ons kenmerk: SAB Arnhem B.V. KUEN/80685 datum: 30 januari 2009 betreft: Quick scan Flora en Fauna, Bloksteegweg 1 aanleiding en methode Aan de Bloksteegweg 1, te Borne (gemeente Borne)

Nadere informatie

Bedrijventerrein MEOB Oegstgeest

Bedrijventerrein MEOB Oegstgeest Bedrijventerrein MEOB Oegstgeest Mitigatie en compensatieplan identificatie planstatus projectnummer: datum: 057900.201609.51 08 07 2016 projectleider: ing. D.J. Willems aangesloten bij: Delftseplein 27b

Nadere informatie

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde.

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Status Definitief Datum 7 april 2015 Handtekening Matthijs

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

Onderzoek naar de waarde van een ponyweide aan de Nemelerbergweg 17a (Zwolle) voor de knoflookpad.

Onderzoek naar de waarde van een ponyweide aan de Nemelerbergweg 17a (Zwolle) voor de knoflookpad. Onderzoek naar de waarde van een ponyweide aan de Nemelerbergweg 17a (Zwolle) voor de knoflookpad. REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN ONDERZOEK NEDERLAND Onderzoek naar de waarde van een ponyweide aan de Nemelerbergweg

Nadere informatie

Een vegetatieopname maken 6 Een flora-inventarisatie uitvoeren 9 Een natuurtoets uitvoeren 11

Een vegetatieopname maken 6 Een flora-inventarisatie uitvoeren 9 Een natuurtoets uitvoeren 11 Inhoudsopgave 2inhoudsopgave A B C G Oriëntatie s Oriënteren op het onderzoeken van flora en fauna 4 Werkwijzer Een vegetatieopname maken 6 Een flora-inventarisatie uitvoeren 9 Een natuurtoets uitvoeren

Nadere informatie

QUICKSCAN EDESEWEG 51 WEKEROM

QUICKSCAN EDESEWEG 51 WEKEROM QUICKSCAN EDESEWEG 51 WEKEROM Colofon Opdrachtgever: Tulp-Bijl B.V. Titel: Quickscan Edeseweg 51 Wekerom Status: Definitief Datum: Februari 2013 Auteur(s): Ir. M. van Os Foto s: M. van Os Kaartmateriaal:

Nadere informatie

1.2 landschap, natuur en recreatie. Landschap

1.2 landschap, natuur en recreatie. Landschap 1.2 landschap, natuur en recreatie Landschap Radio Kootwijk vormt een belangrijke schakel in een aaneengesloten open tot halfopen droog tot vochtig stuifzand- en heidegebied dat zich uitstrekt van het

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2014 een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds

Nieuwe verdeelmodel provinciefonds Nieuwe verdeelmodel provinciefonds vertaling ijkpunten naar inclusief actualisering Eindrapport Cebeon, 24 mei 2011 I Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Bestuur... 4 3 Verkeer en vervoer... 6 4 Water en

Nadere informatie

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg

Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Monitoring Ecocorridor Zwaluwenberg Nieuwsbrief Versie: januari 2015 Ringslang bij het Wasmeer Inhoud 1. Inleiding 2. Zoogdieren 3. Herpetofauna 4. Erosie 5. Internationaal 6. Colofon Wat dragen de ecoducten

Nadere informatie

Toetsing Flora- en faunawet realisatie bezoekerscentrum en parkeerplaats Veluwetransferium

Toetsing Flora- en faunawet realisatie bezoekerscentrum en parkeerplaats Veluwetransferium Notitie Contactpersoon Bas Bakker Datum 23 juli 2014 Kenmerk N001-1225068BKR-mwl-V01-NL Toetsing Flora- en faunawet realisatie bezoekerscentrum en parkeerplaats Veluwetransferium Vanuit de Veluwe-2010

Nadere informatie

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 2002-2017. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke

Nadere informatie

CSI in de Polder Environmental DNA voor het opsporen van dieren

CSI in de Polder Environmental DNA voor het opsporen van dieren CSI in de Polder Environmental DNA voor het opsporen van dieren Jelger Herder Nijmegen, 20 april 2013 Veel soorten zijn lastig te vinden Grote modderkruiper Verlandende vegetaties Verstopt zich bij gevaar

Nadere informatie

Meerjarenplan. Vrijwilligers beschermen

Meerjarenplan. Vrijwilligers beschermen Meerjarenplan Vrijwilligers beschermen 2008 t/m 2012 Vrijwilligers beschermen Stichting RAVON RAVON zet zich, samen met haar betrokken donateurs en vrijwilligers, al jaren in voor de bescherming van reptielen,

Nadere informatie

Het Meetnet Dagactieve Zoogdieren-team, Vilmar Dijkstra (landelijk coördinator), Martijn van Oene en Hans Hollander.

Het Meetnet Dagactieve Zoogdieren-team, Vilmar Dijkstra (landelijk coördinator), Martijn van Oene en Hans Hollander. NEM Zoogdiernieuws 2016-1 NEM Meetnet Dagactieve Zoogdieren Konijnentellingen Konijnentellingen duinen 2016 Nu er een nieuwe variant is gevonden van het RHD zijn we benieuwd of deze ziekte grootschalig

Nadere informatie

Restant taakstelling verwerving Totaal te realiseren Particulier natuurbeheer *) Te realiseren Agrarisch natuurbeheer

Restant taakstelling verwerving Totaal te realiseren Particulier natuurbeheer *) Te realiseren Agrarisch natuurbeheer BIJLAGE BO-1 Beleidskader omslag van minder verwerving naar meer beheer 1. Inleiding Het kabinet heeft vastgesteld dat realisatie van de nog aan te leggen nieuwe natuurgebieden in de EHS voor een groter

Nadere informatie

Nieuwsbrief 18 van RAVON Afdeling Utrecht Maart 2015

Nieuwsbrief 18 van RAVON Afdeling Utrecht Maart 2015 Nieuwsbrief 18 van RAVON Afdeling Utrecht Maart 2015 Contactpersoon RAVON Utrecht Wim de Wild wim.de.wild@ziggo.nl tel. 030-6963771 RAVON Utrecht verstuurt onregelmatig een nieuwsbrief naar de RAVON waarnemers

Nadere informatie

Enquête 'De Nieuwe Wildernis' van de Oostvaardersplassen. Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

Enquête 'De Nieuwe Wildernis' van de Oostvaardersplassen. Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1 Inhoudsopgave 1...1 2 Vragenlijst...2 1 Wat zie je als oplossing voor de sterfte van de grote grazers tijdens de winter?...2 2 Wat moet er gebeuren op de lange termijn?...3 3 Hoeveel hectare denk je dat

Nadere informatie

Soortenlijst Flora faunawet. Bestendig beheer gemeentelijke groenvoorziening

Soortenlijst Flora faunawet. Bestendig beheer gemeentelijke groenvoorziening Soortenlijst Flora faunawet Bestendig beheer gemeentelijke groenvoorziening 25 beschermde soorten zie soortenlijst t.b.v. F&F wet pag. 2: Deze 25 herkennen tijdens het examen. pag 3 t/m 7: Één of enkele

Nadere informatie