Presentatie Gezond&Zeker 2017 Karin Bontje en Edith Nijland

Transcriptie

1 2017 Presentatie Gezond&Zeker 2017 Karin Bontje en Edith Nijland

2 Onbegrepen (probleem)gedrag

3 Wat is Onbegrepen(probleem)gedrag? Onder probleemgedrag verstaan we alle gedrag van de cliënt dat deze cliënt en/of haar omgeving als moeilijk hanteerbaar ervaart. Veel probleemgedrag is afhankelijk van de situatie, de van de cliënt zelf en de mensen om hem of haar heen.

4 Film Verenso

5 Vervolg Film We hebben net een film gezien omtrent probleemgedrag. Het gedrag wat hierin zichtbaar was,was agressief gedrag. Maar er zijn meerdere vormen van onbegrepen (probleem)gedrag bv: weglopen dwalen roepen teruggetrokken gedrag vertonen angst onrust overmatig drinken Zelfverwonding Verbale en/of non verbale agressie Bij al deze vormen kun je een en hetzelfde stappenplan (8 kernelementen) inzetten.

6 8 Kernelementen Hoe kun je dit stappenplan(8 kernelementen) inzetten met de middelen welke in jou werkveld voorkomen?

7 1. De voorbereiding Wie is betrokken bij de probleemsituatie Wie is verantwoordelijk voor bepaalde situatie Gesprek inplannen met mantelzorg en cliënt,hierin leg je uit wat het probleem is wat de bedoeling is van dit gesprek en je inventariseert de achtergrond van cliënt. Denk hierbij aan wat waren de gewoonte,gezinssamenstelling,beroep,karakter enz.

8 2. De probleemsituatie in beeld brengen Hoe ziet het gedrag er precies uit? Hoe schat je als medewerkers in hoe de cliënt het gedrag ervaart zowel positief als negatief. Wat ervaar je als medewerker Ongeveer 2 weken lang ga je het gedrag observeren en rapporteer je dit Gedrag in de rapportage*.

9 Beantwoord de volgende vragen in je rapportage* bij het rapporteren over het gedrag: Wie is er in de buurt op het moment dat het gedrag voorkomt? Bijvoorbeeld een familielid, een medebewoner of een personeelslid. Wat gebeurt er in de directe omgeving? Bijvoorbeeld iemand komt of gaat weg, een medebewoner begint te schreeuwen of de muziek gaat uit. Waar komt het gedrag voor? Bijvoorbeeld buiten, op de slaapkamer of op de badkamer. Wanneer komt het gedrag voor? Bijvoorbeeld tijdens dagelijkse bezigheden, verzorging, activiteiten, in de ochtend, middag, avond. Wat gebeurde er voordat het gedrag plaatsvond? Bijvoorbeeld net aan activiteit deelgenomen.

10 3. De probleemsituatie multidisciplinair in kaart brengen. Bespreek/deel met de huisarts het probleemgedrag en de observatie die je als team hebt uitgevoerd. En vraag naar een evt. mogelijkheid (indien nodig) om een psycholoog in consult te vragen. Ga samen middels een cliëntbespreking de observaties bespreken en bespreek dit met familie en/of mantelzorger(s).

11 4.Het gedrag begrijpen Evt. verklaringen van het gedrag,leg alles bij elkaar en probeer te begrijpen waar het probleem evt. ontstaat en inventariseer zijn/haar behoeften Een doel vaststellen Stel een zorgprobleem op t.a.v. gedrag en stel samen het doel vast.

12 5. Een interventieplan opstellen Ga samen met het team kijken welke interventies*/acties er nodig zijn om het problematische gedrag te verminderen Neem hierbij ook de adviezen mee welke in het behandelplan van de psycholoog worden vastgesteld Eerst psychosociale interventies toepassen. Psychofarmaca worden alleen toegepast wanneer kan worden aangetoond dat psychosociale interventies niet (voldoende) werkzaam zijn (met uitzondering van een lichamelijke oorzaak of bij sprake van een delier of psychose).

13 6. De afspraken uitvoeren Voor gedurende 2 weken de interventie uit,en pas deze toe waar mogelijk. Ook hierbij rapporteer je de resultaten van je handelen (dit doe je op dezelfde manier als hier eerder beschreven).

14 7. Resultaat bekijken Evalueer met arts en psycholoog of interventies/adviezen werken, zo ja zal het behandelplan als definitief worden weggezet in het Zorgleefplan.

15 8.Indien resultaat niet bereikt opnieuw doelen vaststellen Kijk waar mogelijk je aanpassingen kunt uitvoeren

16 Tot Slot Help elkaar en bespreek onderling wat er moeilijk is aan het gedrag en wat het met jou doet als mens. Kijk na elk MDO samen of interventies/adviezen nog van kracht zijn en stel waarnodig bij.

17 Tips voor het uitvoeren van observatie Bekijk met welke cliënt je minder goed contact hebt. Dus dat je het gevoel hebt dat je deze persoon minder goed kent dan andere cliënten. Neem de komende weken bewust extra tijd om contact te krijgen. Ga een keer zomaar 5 minuten naast iemand zitten en maak een praatje. Maak (rustig) oogcontact, kijk mensen aan Laat zien dat je interesse hebt, ga in op wat de cliënt over zichzelf vertelt. Ga op zoek naar wat de vraag van deze cliënt is. Wat zegt de cliënt over zijn/haar wensen? Wat zie je aan de cliënt? Wisselt de vraag van deze cliënt? Bekijk wat de vraag is op verschillende tijdstippen. Waar hebben deze verschillen mee te maken, denk je? Respecteer de privacy Accepteer het zodra de cliënt iets niet wil vertellen Wat betekent privacy voor de persoon? Vraag eventueel wat hij/zij prettig vindt.

18 Vragen?