Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages
|
|
- Cecilia van der Zee
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de periode L.F.J. van der Velden R.S. Batenburg U vindt dit rapport en andere publicaties van het NIVEL in PDF-format op:
2 ISBN Telefoon Fax NIVEL, Postbus 1568, 30 BN UTRECHT Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het NIVEL te Utrecht. Het gebruik van cijfers en/of tekst als toelichting of ondersteuning in artikelen, boeken en scripties is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.
3 INHOUD Samenvatting 5 1 Inleiding en vraagstellingen 7 2 Stoppen met werken: omvang en kenmerken Aantal en aandeel huisartsen dat gestopt is met werken Start- en stopleeftijd en lengte van de werkzame periode Samenstelling van de gestopte huisartsen naar leeftijd, geslacht, functie en praktijkvorm 10 3 Het effect van geslacht en functie Aantal en aandeel huisartsen dat gestopt is met werken naar geslacht en functie Start- en stopleeftijd en lengte van de werkzame periode naar geslacht en functie 13 4 Het effect van leeftijd Stoppen met werken als huisarts, naar leeftijdsgroep en geslacht Stoppen met werken als huisarts, naar functie, leeftijdsgroep en geslacht Stoppen met werken als huisarts, naar specifieke leeftijd en geslacht 20 5 Samenvatting en conclusies 25 BIJLAGE 27 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
4 4 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
5 Samenvatting Tussen 1998 en stopten lijks rond de 290 huisartsen met werken. Ten opzichte van het aantal werkzame huisartsen is dat een uitstroompercentage van ongeveer 3,4% per. Het aantal huisartsen per dat stopt, lijkt daarbij iets op te lopen, maar het aandeel loopt juist iets terug. In 1998 tot en met stopten lijks gemiddeld ongeveer 280 huisartsen en dat was 3,5% van het aantal werkzame huisartsen. In de periode van 2003 tot en met stopten lijks ongeveer 295 huisartsen, dus 15 meer, maar het aandeel huisartsen dat per stopte was daarbij teruggelopen tot 3,3%. De leeftijd waarop men stopte is gedaald en wel met 0,4 en de werkzame periode is gedaald met 0,6. Men is namelijk ook iets ouder op het moment dat men start met werken. De groep huisartsen die stopt met werken bestaat steeds meer uit vrouwen, en zij die als HIDHA of waarnemer werkzaam waren. Ook blijkt dat zich onder de gestopte huisartsen meer 55 tot 59 jarigen bevinden. De daling met 0,4 in de gemiddelde leeftijd waarop huisartsen stoppen, blijkt de resultante te zijn van een aantal tegengestelde bewegingen in de trends voor de leeftijd op het moment van stoppen. Voor bijvoorbeeld de zelfstandige huisartsen is de leeftijd waarop men stopt met 2,3 gestegen, terwijl die voor de waarnemers met 0,7 is gedaald. Jongeren blijken in de laatste 5 een iets grotere kans te hebben gehad om binnen één te stoppen dan 6 à 10 geleden. Bij de mannen speelt deze stijgende trend voor degenen rond de 42 en bij de vrouwen rond 38. Voor de oudere huisartsen is de kans om te stoppen anno juist kleiner dan 5 terug. Deze dalende trend in stopkans speelt bij mannen vanaf en bij vrouwen vanaf 41. De uitdaging is nu om in het aanbod-prognosemodel dat voor de huisartsen wordt gehanteerd zoveel mogelijk rekening te houden met de hier gepresenteerde verschillen naar geslacht en functie in de uittredekans. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
6 6 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
7 1 Inleiding en vraagstellingen Er zijn in de afgelopen jaren een aantal ontwikkelingen geweest die het stopgedrag van huisartsen wellicht hebben beïnvloed. Dit geldt onder andere voor de introductie van huisartsenposten, de introductie van praktijkondersteuners en de introductie van een nieuw financieringssysteem. Daarom is het interessant om opnieuw te kijken naar de uitstroom. In dit rapport gebeurt dat door secundaire analyse op een grote hoeveelheid informatie uit de NIVEL-huisartsenregistratie. In een apart rapport wordt overigens nog beschreven wat de uitkomsten zijn van aanvullend onderzoek onder huisartsen naar de motieven om al dan niet te stoppen met werken. De vraagstellingen voor deze studie zijn als volgt samen te vatten: 1. Hoeveel huisartsen zijn in de jaren 1998 tot en met gestopt met werken als huisarts en hoeveel waren dat er procentueel? 2. Hoe oud waren deze huisartsen op het moment van stoppen en hoe lang hebben zij gewerkt? 3. Wat was de samenstelling van de groep gestopte huisartsen naar leeftijd, geslacht, functie en praktijkvorm? 4. Verschilt de trend in het aantal en het aandeel huisartsen dat in de periode en gestopt is tussen mannen en vrouwen en tussen zelfstandig gevestigde huisartsen, HIDHA s en waarnemers? 5. Is de verschuiving in de stopleeftijd en werkzame periode tussen en anders voor mannen en vrouwen, en voor zelfstandig gevestigde huisartsen, HIDHA s en waarnemers? 6. Hoe hangt de trend in het aandeel huisartsen dat is gestopt in en samen met de leeftijd? Vraagstelling 1 tot en met 3 komen aan de orde in hoofdstuk 2. Hierbij gaat het eigenlijk om de omvang en de kenmerken van de groep gestopte huisartsen. Vraagstelling 4 en 5 gaan vooral over de rol van geslacht en functie bij het stoppen en komen aan de orde in hoofdstuk 3. Vraagstelling 6 betreft de specifieke rol van leeftijd bij het stoppen. Deze wordt behandeld in hoofdstuk 4. In hoofdstuk 5 volgt tenslotte nog een samenvatting en discussie van de resultaten. Deze vraagstellingen worden beantwoord met behulp van gegevens uit de zogeheten huisartsenregistratie van het NIVEL. Hiermee kan een compleet beeld worden verkregen van het aantal huisartsen dat gestopt is met werken en hun kenmerken. Door het aantal gestopte huisartsen af te zetten tegen het totaal aantal werkzame huisartsen, kan tevens aangegeven worden wat de uitstroomkans was. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
8 8 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
9 2 Stoppen met werken: omvang en kenmerken 2.1 Aantal en aandeel huisartsen dat gestopt is met werken Het aantal huisartsen dat stopt met werken als huisarts, is gemiddeld ongeveer 290 per geweest in de afgelopen 10. Het aantal huisartsen dat per stopte varieerde daarbij nogal. In het 2000 stopten bijvoorbeeld bijna 400 huisartsen en in het daarna stopten er maar iets meer dan 225 huisartsen. Voor de 5-speriode van 1998 tot en met blijkt het gemiddelde 281 per te zijn geweest en voor was het 296. Gemiddeld genomen is er dus een kleine stijging in het aantal huisartsen per dat gestopt is. Als het aantal huisartsen per dat stopt met werken wordt afgezet tegen het aantal werkzame huisartsen aan het begin van elk, dan blijkt dat er sprake is van een aandeel dat stopt dat ligt tussen 2,8% per en 4,8%. In principe is het daarbij zo dat in jaren waarin het aantal dat is gestopt hoog is, dat ook het aandeel hoog is. Maar gemiddeld genomen blijkt er per 5-speriode een trend te zijn dat het aandeel dat stopt iets is afgenomen, namelijk van 3,5% per in de periode naar 3,3% per in de periode. Terwijl het aantal huisartsen dat is gestopt iets is toegenomen (van 281 naar 296 per ), blijkt het aandeel huisartsen dat is gestopt dus iets te zijn afgenomen. Figuur 2.1: Aantal en aandeel huisartsen dat gestopt is met werken in 1998 tot en met, per en per 5-speriode ,1% 274 3,4% 394 4,8% 227 2,8% 269 3,2% 296 3,5% 241 2,8% 319 3,6% 291 3,2% ,6% 3,5% 3,3% % 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% Aantal huisartsen dat gestopt is per Aandeel huisartsen dat gestopt is per 2.2 Start- en stopleeftijd en lengte van de werkzame periode In figuur 2.2 staat onder andere hoe oud huisartsen waren op het moment dat ze stopten met werken. De gemiddelde stopleeftijd is ongeveer 52 en dat varieerde in de afgelo- Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
10 pen 10 van iets minder dan 51 tot iets meer dan 52. Voor de gehele periode van was de gemiddelde uitstroomleeftijd 52,1 en die blijkt vervolgens te zijn teruggelopen naar 51,7 in de periode. De huisartsen die gestopt zijn, blijken meestal ongeveer 21 gewerkt te hebben. De trend daarbij lijkt dat de lengte van de werkzame periode iets terugloopt: degenen die gestopt zijn in hadden 21,5 gewerkt en degenen die in zijn gestopt hebben 20,9 gewerkt. Deze teruggang met 0,6 in werkzame periode komt grotendeels door de teruggang met 0,4 in de stopleeftijd, maar ook door een 0,2 latere startleeftijd. De huisartsen die in gestopt zijn, waren gemiddeld genomen 30,8 toen zij begonnen met werken, tegenover 30,6 voor degenen die in zijn gestopt. Figuur 2.2: 70 Start- en stopleeftijd en lengte van de werkzame periode voor huisartsen die gestopt zijn met werken in 1998 tot en met, per en per 5- speriode (52,3) (52,4) (52,7) (,7) (51,3) (51,1) (52,3) (51,6) (51,2) (51,4) (52,1) (51,7) 21,9 21,4 22,6 19,9 20,5 20,2 21,4 20,8 20,4 20,5 21,5 20,9 30,4 31,0 30,1 30,8 30,8 30,9 30,9 30,8 30,8 30,9 30,6 30, Startleeftijd Werkzame periode (Stopleeftijd) 2.3 Samenstelling van de gestopte huisartsen naar leeftijd, geslacht, functie en praktijkvorm In was 56% van alle gestopte huisartsen jonger dan 55 op het moment van stoppen (zie figuur 2.3 of tabel B.1 in de bijlage). In was 49% jonger dan 55. Het aandeel jonge uittreders is dus met 7% afgenomen. In de periode was 25% van de gestopte huisartsen een vrouw. In was 31% vrouw. Het aandeel vrouwen is dus met 6% toegenomen. In was 81% van de gestopte huisartsen zelfstandig gevestigd geweest, tegenover 68% in. Het aandeel zelfstandig gevestigde huisartsen is dus met 13% afgenomen. Binnen de groep huisartsen die zelfstandig gevestigd was, is de verdeling naar de praktijkvorm ook veranderd. In was 3 van de gestopte zelfstandigen werkzaam in een groepspraktijk. In was 4 werkzaam geweest in een groepspraktijk. Het aandeel dat in een groepspraktijk werkte is dus met 1 toegenomen. 10 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
11 Figuur 2.3: Samenstelling van de groep huisartsen die gestopt zijn met werken in en, naar leeftijd, geslacht, functie en praktijkvorm % 26% 2 25% 56% 49% % 31% 75% 69% % 7% 81% 19% 13% 68% % 4 34% Leeftijd Geslacht Functie Praktijkvorm >= <=54 Vrouwen Mannen Waarnem er HIDHA Zelfstandig Groeps praktijk Duopraktijk Solopraktijk Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
12 12 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
13 3 Het effect van geslacht en functie 3.1 Aantal en aandeel huisartsen dat gestopt is met werken naar geslacht en functie In figuur 3.1 is voor de periodes en weergegeven wat het aantal en aandeel huisartsen was dat gestopt is, naar geslacht en naar functie. Het totaal aantal mannen dat per is gestopt, is teruggelopen (van 209 naar 201) en het aantal vrouwen is opgelopen van 70 naar 91. Het aandeel mannen dat stopt is constant gebleven op 3,5% en bij de vrouwen is het aandeel dat stopt teruggelopen van 3,3% naar 3,. Vergelijking van het aandeel dat stopt van mannen en vrouwen leert dat van de vrouwen een wat kleiner deel stopt dan van de mannen. Voor wat betreft de functie blijkt dat er voor de zelfstandige huisartsen sprake is van zowel een dalend aantal als een dalend aandeel dat is gestopt. Bij de HIDHA s en de waarnemers is er daarentegen sprake van een stijgend aantal én een stijgend aandeel. Figuur 3.1 laat daarbij tevens zien dat van alle gestopte huisartsen weliswaar het grootste aantal zelfstandig gevestigd was, maar dat het aandeel dat stopt voor de zelfstandigen het laagst is en voor de waarnemers het hoogst. Figuur 3.1: Aantal en aandeel huisartsen dat gestopt is met werken in 1998 tot en met, per 5-speriode, naar geslacht en functie % % ,5% ,5% 3,5% 3,3% 3, 5% ,2% 2,7% 3,8% 21 4,2% 8,8% % Mannen Vrouwen Zelfstandig HIDHA Waarnemer Aantal dat stopt per Aandeel dat stopt per Aantal dat stopt per Aandeel dat stopt per 3.2 Start- en stopleeftijd en lengte van de werkzame periode naar geslacht en functie In figuur 3.2 staat onder andere de start- en stopleeftijd en de lengte van de werkzame periode van mannen en vrouwen. Bij de mannen is er sprake geweest van een stijging van de stopleeftijd met bijna 1 (van 54,8 naar 55,7 ) en daarmee ook een toename van Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
14 de werkzame periode van bijna 1 (van 24,7 naar 25,5 ). Bij de vrouwen is er daarentegen sprake van een daling van de stopleeftijd van 1,3 en een afname van de werkzame periode van 1,5. De huisartsen die gestopt zijn met een zelfstandige vestiging, laten een stijging zien met 2,3 in de stopleeftijd van 54,8 naar 57,1. Omdat de startleeftijd tegelijkertijd met 0,3 is gedaald, is de werkzame periode met 2,6 toegenomen. Bij de HIDHA s is sprake van een stijging in de gemiddelde stopleeftijd en een toename van de werkzame periode van ongeveer een half. Bij de waarnemers zijn de stopleeftijd en de werkzame periode met iets meer dan een half gedaald. Figuur 3.2: Start- en stopleeftijd en lengte van de werkzame periode voor huisartsen die gestopt zijn met werken in 1998 tot en met, per 5-speriode, naar geslacht en functie (54,8) (55,7) (54,8) (57,1) ,7 25,5 (43,9) (42,6) 12,1 10,6 30,1 30,2 31,8 32, ,9 27,5 29,9 29,6 (42,6) (43,1) (38,4) (37,8) 10,5 10,9 4,2 3,6 32,1 32,2 34,2 34, Mannen Vrouwen (Stopleeftijd) Werkzame periode Startleeftijd Zelfstandig HIDHA Waarnemer (Stopleeftijd) Werkzame periode Startleeftijd Omdat de uitstroompercentages en de uitstroomleeftijden kennelijk samenhangen met zowel het geslacht als de functie en er bovendien bekend is dat geslacht en functie onderling samenhangen (mannen zijn relatief vaak werkzaam als zelfstandige en vrouwen relatief vaak als HIDHA), is in figuur 3.3 apart voor de mannen en de vrouwen nagegaan hoe de start- en stopleeftijd samenhangen met de functie. Voor mannen blijkt de stopleeftijd van de zelfstandigen toe te nemen met 2,3 en voor de HIDHA s zelfs met 3,5. De lengte van de werkzame periode is daarbij voor zowel de zelfstandigen als de HIDHA s toegenomen met bijna 3. De startleeftijd van de gestopte mannen laat voor de zelfstandigen een daling zien met een half en voor de HIDHA s een stijging met 0,8. Voor de waarnemers is er sprake van een vrijwel constante uitstroomleeftijd, maar een kortere werkzame periode vanwege een hogere instroomleeftijd. Bij de vrouwen is voor de zelfstandigen een stijging te zien van de stopleeftijd en een toename van de werkzame periode van 2. Bij de HIDHA s en de waarnemers is er sprake van een daling van de stopleeftijd en korter worden van de werkzame periode van bijna Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
15 Figuur 3.3: Start- en stopleeftijd en lengte van de werkzame periode voor huisartsen die gestopt zijn met werken in 1998 tot en met, per 5-speriode, naar functie binnen geslacht (56,5) (58,8) 26,9 29,7 29,6 29,1 (49,8) (46,3) (47,0) (49,1) (39,6) (39,5) 13,8 16,5 4,5 3,8 15,6 17,6 32,5 33,3 35,1 35,7 (41,6) (40,8) (36,8) (36,1) 9,7 9,0 3,9 3,3 31,4 31,5 31,9 31,8 32,9 32, Zelfstandig HIDHA Waarnemer Zelfstandig HIDHA Waarnemer Mannen Vrouwen Startleeftijd Werkzame periode (Stopleeftijd) Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
16
17 4 Het effect van leeftijd 4.1 Stoppen met werken als huisarts, naar leeftijdsgroep en geslacht In Hoofdstuk 2 is gebleken dat de gemiddelde leeftijd waarop huisartsen stoppen met werken in de periode 0,4 lager lag dan in de periode. De stopleeftijd is dus iets gedaald. Dat zou kunnen duiden op een hogere kans om te stoppen: men stopt immers kennelijk iets eerder. Maar de kans om te stoppen blijkt feitelijk niet gestegen, maar iets gedaald te zijn. In de periode was de kans om te stoppen binnen 1 3,5% (zie figuur 2.1 of tabel B B.7 in de bijlage): van elke 100 werkzame huisartsen aan het begin van een in deze periode, waren er gemiddeld 3,5 niet meer werkzaam aan het einde van dat. In de periode is deze kans gedaald naar 3,3% (zie opnieuw figuur 2.1 of tabel B.7 in de bijlage). Deze daling geldt overigens alleen voor vrouwen. Hun kans om te stoppen is gedaald van 3,3% naar 3, (zie figuur 3.1 of tabel B.7 in de bijlage). Bij de mannen was de kans om te stoppen binnen 1 constant op 3,5% (zie opnieuw figuur 3.1 of tabel B.7 in de bijlage). Daarmee is meteen duidelijk dat de kans om te stoppen voor mannen kennelijk iets hoger is dan voor vrouwen. Maar dat geldt niet als per leeftijdsgroep een vergelijking wordt gemaakt naar geslacht. In de leeftijdsgroep van huisartsen die nog geen 55 oud zijn aan het begin van een peil, hebben de mannen een kans van minder dan 2% om te stoppen en vrouwen een kans van bijna 3% (zie figuur 4.1 of tabel B.7 in de bijlage). Binnen deze leeftijdsgroep blijkt bovendien dat de stopkans voor mannen wel degelijk gedaald is in de afgelopen 10 en zelfs sterker gedaald is dan voor de vrouwen. Voor mannen jonger dan 55 is de stopkans namelijk gedaald van 1,9% per naar 1,5% per, terwijl er bij de vrouwen sprake is van een daling van 3,0 naar 2,8%. Ook binnen de andere twee leeftijdsgroepen die zijn onderscheiden in figuur 4.1 is te zien dat er voor de mannen wel degelijk een daling van de stopkans is geweest. Dat er voor het totaal van de mannen sprake is geweest van een constante stopkans van 3,5%, komt dus niet door een constant blijven van de geslachts- en leeftijdspecifieke stopkans, maar door een andere samenstelling van de groep mannen naar leeftijd: de groep werkzame mannen van is ouder dan de groep werkzame mannen van. De meest spectaculaire daling in stopkans, is te zien bij de leeftijdsgroep van De gemiddelde stopkans in deze leeftijdsgroep is gedaald van 35% naar 21%. Van elke 100 werkzame huisartsen met aan het begin van een een leeftijd van 60-64, waren in de periode aan het einde van het 35 huisartsen niet meer werkzaam en in de periode 21 huisartsen. De daling van de stopkans in de leeftijdgroep is daarbij voor vrouwen nog iets sterker dan voor mannen. Voor vrouwen van is de stopkans namelijk gedaald van 38% naar 23%, tegenover een daling van 35% naar 21% voor mannen van Aan het feit dat de stopkans voor mannen vrijwel gelijk is aan de stopkans ongeacht geslacht, is overigens te zien dat de leeftijdsgroep van jarige huisartsen vrijwel volledig gedomineerd wordt door mannen. In Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
18 tabel B.7 is dan ook te zien dat de stopkans voor de leeftijdsgroep van in de periode van is gemeten aan 923 mannen tegenover 26 vrouwen. Voor de periode gaat het om een N van mannen en 95 vrouwen van Figuur 4.1: Aandeel huisartsen dat gestopt is per naar geslacht binnen leeftijdsgroep, per 5-speriode ,1% 38,5% ,3% 23,2% ,9% 1,5% 3, 2,8% 7,3% 5,3% 11,5% 5,6% 2 1 Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen <= Aandeel huisartsen dat gestopt is per 4.2 Stoppen met werken als huisarts, naar functie, leeftijdsgroep en geslacht Omdat eerder duidelijk was geworden dat de uitstroomleeftijd sterk samenhangt met de functie, is in tabel B.7 ook de geslachts- en leeftijdsgroepspecifieke stopkans naar functie opgenomen. In figuur 4.2 is daarvan het resultaat te zien voor de huisartsen die zelfstandig gevestigd waren. Vergelijking van figuur 4.2 met figuur 4.1 leert dat de leeftijdsgroep <= 54 blijkt dat de kans om te stoppen voor een zelfstandige huisarts kennelijk kleiner is dan voor een willekeurige huisarts (dus ongeacht de functie). Dit wijst er tevens op dat de stopkans voor HIDHA s en/of waarnemers kennelijk hoger is dan die voor een zelfstandige. Voor de oudere leeftijdsgroepen geldt dat er vrijwel geen HIDHA s en/of waarnemers in voorkomen, en dat de resultaten voor alle huisartsen dus vrijwel gelijk zijn aan die van de zelfstandigen. 18 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
19 Figuur 4.2: Aandeel zelfstandige huisartsen dat gestopt is per naar geslacht binnen leeftijdsgroep, per 5-speriode ,2% 34,8% ,3% 21,3% ,5% 0,7% 2,3% 1,3% 7,4% 5,2% 11,4% 5,3% 2 1 Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen <= Aandeel zelfstandige huisartsen dat gestopt is per Omdat er voor de HIDHA s en de waarnemers maar zeer weinig waarnemingen zijn van huisartsen die 55 of ouder zijn, wordt voor hen in figuur 4.3 alleen gerapporteerd over het aandeel dat stopt voor huisartsen die jonger zijn dan 55. Daarbij is wel weer een uitsplitsing gemaakt naar geslacht. Ter referentie is tevens opnieuw weergegeven hoe groot het aandeel uitstroom was voor zelfstandige huisartsen die jonger zijn dan 55. Voor de HIDHA s blijkt dat het aandeel mannen dat is gestopt, is gestegen van 3,6% naar 4,4%. Bij de vrouwelijke HIDHA s is het aandeel uitstroom constant gebleven op 3,6%. Bij de waarnemers is het aandeel uitstroom voor zowel de mannen als de vrouwen gestegen, respectievelijk van 10,7% naar 16,3% en van 7,1% naar 11,4%. Figuur 4.3: 5 4 Aandeel huisartsen jonger dan 55 dat gestopt is per naar geslacht binnen functie, per 5-speriode ,5% 0,7% 2,3% 1,3% 3,7% 4,4% 3,6% 3,6% 16,3% 10,7% 7,1% 11,4% Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Mannen Vrouwen Zelfstandig HIDHA Waarnemer Aandeel huisartsen <=54 dat gestopt is per Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
20 4.3 Stoppen met werken als huisarts, naar specifieke leeftijd en geslacht Omdat de indeling in drie leeftijdsgroepen, zoals gehanteerd in de bovenstaande figuren en in tabel B.7 eigenlijk nog een grove benadering is voor de bepaling van de leeftijdsspecifieke stopkans, is ook nog gekeken naar uitstroompercentage per specifieke leeftijd. Voor bijvoorbeeld een 60-jarige huisarts kan op deze manier berekend worden hoe groot de kans is dat hij of zij stopt voordat hij of zij 61 wordt. Omdat er per specifieke leeftijd vaak sprake is van een kleine N (vooral bij de jongste en de oudste leeftijden), is het leeftijdsspecifieke uitstroompercentage eerst geanalyseerd met alleen een uitsplitsing naar 5-speriode. Daarna is ook gekeken naar de relatie met geslacht en functie. In figuur 4.4 is te zien dat het percentage uitstroom in voor de leeftijden tot ongeveer 40 iets hoger ligt dan in. Vanaf is te zien dat de uitstroompercentages in juist lager waren dan in. Figuur 4.4: Kans om binnen 1 te stoppen met werken als huisarts naar leeftijd, per 5-speriode % 45% % 35% % 25% % 15% 1 1 5% 5% Aandeel huisartsen dat stopt per Voor de mannen vanaf 32 tot en met 42 blijkt dat de kans om binnen 1 te stoppen in de periode vanaf 1998 tot en met wat lager te zijn geweest dan voor de periode vanaf 2003 tot en met. Dat verschil is vooral opvallend groot voor mannen van 35 tot en met 37. Voor de andere leeftijden gaat het om een kleiner verschil. Vanaf 43 tot en met 45 is de stopkans in de laatste 5 vrijwel gelijk geweest aan die van de daaraan voorafgaande 5. Vanaf 46 is de stopkans tegenwoordig juist kleiner dan vroeger. Dat geldt vooral voor de stopkans vanaf de leeftijd van. De kans dat een 55-jarige mannelijke huisarts binnen 1 stopt, was bijvoorbeeld 3,8% in de periode, en deze is gedaald tot 1,2% in de periode. Voor een 60-jarige mannelijke huisarts was de kans 18,8% om te stoppen in de periode en 14,9% in. Voor een 61-jarige mannelijke huisarts is het verschil in stopkans tussen de twee perioden nog veel groter: in de periode had zo n 20 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
21 huisarts een kans van 23,1% om in 1 te stoppen, tegenover een kans van 13,6% in de periode. Figuur 4.5: Kans om binnen 1 te stoppen met werken als huisarts naar leeftijd, per 5-speriode, voor mannen % 45% % 35% % 25% % 15% 1 1 5% 5% Aandeel huisartsen dat stopt per : Mannen Voor vrouwen is min of meer het zelfde patroon te zien als bij de mannen. Maar bij de vrouwen is sprake van een kleine stijging van de kans om te stoppen tot 38 (in plaats van 42 ) en een daling vanaf 41 (in plaats van ). Figuur 4.6: 5 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% Kans om binnen 1 te stoppen met werken als huisarts naar leeftijd, per 5-speriode, voor vrouwen 5 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% Aandeel huisartsen dat stopt per : Vrouwen In figuur 4.7 is overigens nog expliciet te zien wat het verschil in de leeftijdspecifieke uitstroom was voor mannen en vrouwen in de periode. Voor vrijwel elke leeftijd geldt dat bij de vrouwen een groter aandeel uitstroomde dan bij de mannen. De enige duidelijk zichtbare uitzonderingen hierop zijn de 30-jarige huisartsen en de 63- en 64- Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
22 jarige huisartsen. Maar het gaat daarbij om leeftijden waarvoor maar weinig waarnemingen beschikbaar zijn, vooral bij de vrouwen. Figuur 4.7: Kans om binnen 1 te stoppen met werken als huisarts naar leeftijd en geslacht, in de periode 1998 t/m % 45% % 35% % 25% % 15% 1 1 5% 5% Aandeel huisartsen dat stopt per : Mannen Vrouwen Het verschil tussen de mannen en de vrouwen is tegenwoordig kleiner dan vroeger. In figuur 4.8 (met de periode ) ligt de lijn voor de vrouwen minder zichtbaar boven de lijn van de mannen, dan het geval was in figuur 4.7 (met de periode ). Figuur 4.8: Kans om binnen 1 te stoppen met werken als huisarts naar leeftijd en geslacht, in de periode 2003 t/m % 45% % 35% % 25% % 15% 1 1 5% 5% Aandeel huisartsen dat stopt per : Mannen Vrouwen In figuur 4.9 zijn de gegevens van alle 10 de geanalyseerde jaren bij elkaar genomen om weer te kunnen geven hoe de leeftijdsspecifieke uitstroom samenhangt met de functie. Het percentage uitstroom per specifieke leeftijd is voor de zelfstandigen vrijwel steeds het 22 Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL 2009
23 laagst. Voor de HIDHA s is het uitstroompercentage tot 40 weliswaar hoger dan dat voor de zelfstandigen, maar vanaf 40 wordt het relatief veel hoger. Daarbij zijn een paar uitzonderingen te zien, zoals bijvoorbeeld voor de leeftijd van, en 63. Maar bij deze uitzonderingen gaat het om percentages die bij toeval sterk kunnen fluctueren, aangezien er maar weinig HIDHA s met deze leeftijden zijn geweest. Voor de waarnemers is over het gehele leeftijdsbereik een veel hogere uitstroom te zien dan voor de andere functiecategorieën. Figuur 4.9: Kans om binnen 1 te stoppen met werken als huisarts naar leeftijd en functie, in de periode 1998 t/m (!) 5 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% 5 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% Aandeel huisartsen dat stopt per Zelfstandig HIDHA Waarnemer Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
24
25 5 Samenvatting en conclusies De eerste drie vragen van dit onderzoek luiden: 1. Hoeveel huisartsen zijn in de jaren 1998 tot en met gestopt met werken als huisarts en hoeveel waren dat er procentueel? 2. Hoe oud waren deze huisartsen op het moment van stoppen en hoe lang hebben zij gewerkt? 3. Wat was de samenstelling van de groep gestopte huisartsen naar leeftijd, geslacht, functie en praktijkvorm? Tussen 1998 en stopte lijks rond de 290 huisartsen met werken. Ten opzichte van het aantal werkzame huisartsen is dat een uitstroompercentage van ongeveer 3,4% per. Het aantal huisartsen per dat stopt, lijkt daarbij iets op te lopen, maar het aandeel loopt juist iets terug. In 1998 tot en met stopten lijks gemiddeld ongeveer 280 huisartsen en dat was 3,5% van het aantal werkzame huisartsen. In de periode van 2003 tot en met stopten lijks ongeveer 295 huisartsen, dus 15 meer, maar het aandeel huisartsen dat per stopte was daarbij teruggelopen tot 3,3%. De leeftijd waarop men stopte is gedaald en wel met 0,4 en de werkzame periode is gedaald met 0,6. Men is namelijk ook iets ouder op het moment dat men start met werken. De groep huisartsen die stopt met werken bestaat steeds meer uit vrouwen, en zij die als HIDHA of waarnemer werkzaam waren. Ook blijkt dat zich onder de gestopte huisartsen meer 55 tot 59 jarigen bevinden. De tweede set vragen van dit onderzoek luiden: 4. Verschilt de trend in het aantal en het aandeel huisartsen dat in de periode en gestopt is tussen mannen en vrouwen en tussen zelfstandig gevestigde huisartsen, HIDHA s en waarnemers? 5. Is de verschuiving in de stopleeftijd en werkzame periode tussen en anders voor mannen en vrouwen, en voor zelfstandig gevestigde huisartsen, HIDHA s en waarnemers? 6. Hoe hangt de trend in het aandeel huisartsen dat is gestopt in en samen met de leeftijd? De daling met 0,4 in de gemiddelde leeftijd waarop huisartsen stoppen, blijkt de resultante te zijn van een aantal tegengestelde bewegingen in de trends voor de leeftijd op het moment van stoppen. Voor bijvoorbeeld de zelfstandige huisartsen is de leeftijd waarop men stopt met 2,3 gestegen, terwijl die voor de waarnemers met 0,7 is gedaald. Jongeren blijken in de laatste 5 een iets grotere kans te hebben gehad om binnen één te stoppen dan 6 à 10 geleden. Bij de mannen speelt deze stijgende trend voor degenen rond de 42 en bij de vrouwen rond 38. Voor de oudere huis- Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages, NIVEL
Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg
Overzicht uitgeschreven huisartsen 1990-2015 NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg ISBN 978-94-6122-424-8 http://www.nivel.nl nivel@nivel.nl Telefoon 030 2 729 700 Fax 030 2 729 729
Nadere informatieAantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016
Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003 R.J. Kenens L. Hingstman Februari 2004 NIVEL Postbus 1568, 3500 BN UTRECHT Telefoon: 030-27 29 700 www.nivel.nl Pagina 2 van 6 INLEIDING In
Nadere informatieUtrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN
Utrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN 2001 CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN 2001 L. Hingstman R. Kenens November 2002 Aantal inwoners per full-time
Nadere informatieHET MEDISCH OPLEIDINGSTRAJECT: WAAR BLIJFT DE (LEEF)TIJD
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2003. De gegevens mogen met bronvermelding ( Het medisch opleidingstraject: waar blijft de (leef)tijd, L.F.J. van der Velden, L. Hingstman) worden gebruikt.
Nadere informatieAfbouwen of abrupt stoppen als huisarts?
Afbouwen of abrupt stoppen als huisarts? Hebben in 2014 en2015 uitgeschreven huisartsen hun werkzaamheden abrupt gestopt, of hebben ze hun werkzaamheden langzaam afgebouwd? NIVEL Lud van der Velden Daniël
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Uitkomsten van de peiling van 1 januari 2016 L.F.J. van der Velden R.J. Kenens J. Hansen R. Batenburg NIVEL POSTBUS 1568-3500 BN UTRECHT TELEFOON: 030-27
Nadere informatieCijfers uit de registratie van huisartsen peiling 2010
Cijfers uit de registratie van huisartsen peiling 2010 Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Cijfers uit de registratie van beroepen in de gezondheidszorg CIJFERS UIT DE REGISTRATIE
Nadere informatieFactsheet Open teelten Landbouw Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013
Factsheet Open teelten Landbouw 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 14 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatiePersoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters
Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 2002-2017. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke
Nadere informatiePersoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters
Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: Een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2016. Een overzicht van het aandeel vrouwelijke
Nadere informatieJoost Meijer, Amsterdam, 2015
Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom
Nadere informatieDit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. FZO-onderzoek 2014
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. FZO-onderzoek 2014 Tabellenrapport: landelijk en regionaal NIVEL Lud van der Velden Ronald Batenburg U vindt
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari 2014 D.T.P. Van Hassel R.J. Kenens 2 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN OEFENTHERAPEUTEN Peiling 1 januari 2014 D.T.P. van Hassel R.J. Kenens
Nadere informatieFactsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt
Factsheet Groothandel in Bloembollen 2013 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt Colland Bestuursbureau, 5 februari 2014 Pagina 2 26 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatie(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar
Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.
Nadere informatieOntwikkeling leerlingaantallen
Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging
Nadere informatieBROCHURE REGISTRATIE HUISARTSEN PEILING 1 JANUARI 2002
BROCHURE REGISTRATIE HUISARTSEN PEILING 1 JANUARI 2002 Cijfers uit de registratie van huisartsen peiling 2002 Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Cijfers uit de registratie van beroepen
Nadere informatieFactsheet Bos en Natuur Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt 2013
Factsheet Bos en Natuur 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt 2013 Colland Bestuursbureau, 8 december 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting 3 Samenvatting
Nadere informatieCIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn)
CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn) Peiling 1 januari 2012 D.T.P. VAN HASSEL R.J. KENENS NOVEMBER 2013 CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN BEROEPEN IN DE GEZONDHEIDSZORG CIJFERS
Nadere informatieVeranderingen op de Arbeidsmarkt van oefentherapeuten
Postprint 1.0 Version Journal website Pubmed link DOI http://www.vvocm.nl/algemeen/vakblad-beweegreden Veranderingen op de Arbeidsmarkt van oefentherapeuten D.T.P. VAN HASSEL; R.J. KENENS Marktwerking
Nadere informatieFiguur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)
Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2011 en 2015 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen
Nadere informatieCijfers uit de registratie van huisartsen peiling 2003
Cijfers uit de registratie van huisartsen peiling 2003 Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Cijfers uit de registratie van beroepen in de gezondheidszorg CIJFERS UIT DE REGISTRATIE
Nadere informatieInventarisatie mono- en multidisciplinaire samenwerkingsverbanden in de eerste lijn: een eerste verkenning. R.J. Kenens H. Hofhuis L.
Inventarisatie mono- en multidisciplinaire samenwerkingsverbanden in de eerste lijn: een eerste verkenning R.J. Kenens H. Hofhuis L. Hingstman ISBN 90-6905-805-7 http://www.nivel.nl nivel@nivel.nl Telefoon
Nadere informatieFactsheet Loonwerk Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013
Factsheet Loonwerk 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 29 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting 3 Samenvatting
Nadere informatieDe aanvullende tandzorgverzekering Samenvatting Bijna iedereen heeft een aanvullende verzekering Aanvullend verzekerd voor: 2006 2007
Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Judith de Jong, Marloes Loermans, Marjan van der Maat, De aanvullende tandzorgverzekering, NIVEL, 2008) worden gebruikt.u
Nadere informatieKengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013
Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013
Nadere informatieSchaalvergroting in de eerstelijns gezondheidszorg breed zichtbaar 1 Johan Hansen, Raymond Kenens, Dinny de Bakker, Ronald Batenburg
Schaalvergroting in de eerstelijns gezondheidszorg breed zichtbaar 1 Johan Hansen, Raymond Kenens, Dinny de Bakker, Ronald Batenburg Inleiding Er is in de gezondheidszorg een lange trend van steeds groter
Nadere informatieFiguur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100)
Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2010 en 2014 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen
Nadere informatieFactsheet Groothandel in Bloembollen Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013
Factsheet Groothandel in Bloembollen 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 31 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieAnalyse ontwikkeling leerlingaantallen
Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Naar aanleiding van de 1 oktobertelling 2014 heeft VGS Adivio weer een korte analyse uitgevoerd waarbij onderzocht is in hoeverre de leerlingaantallen onderhevig
Nadere informatiePersoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters
Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters Dit document bevat de volgende gegevens: een overzicht van de burgemeesters naar politieke partij in de periode 1998-2014 een overzicht van het aandeel vrouwelijke
Nadere informatieFactsheet Varkensverbetering Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013
Factsheet Varkensverbetering 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 13 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieAllochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010
FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage
Nadere informatieLandelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006
Resultaten eindmeting, januari 2006 O&S Nijmegen januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de
Nadere informatieRegiobericht 1.0 Noord
Economie, innovatie, werk en inkomen 1 Kenmerken van het landsdeel Het landsdeel Noord bestaat uit de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. De provincies werken samen in het Samenwerkingsverband
Nadere informatieKengetallen mobiliteitsbranche
Kengetallen mobiliteitsbranche 2004-2015 Juni 2015 Kengetallen mobiliteitsbranche 2004-2015 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit
Nadere informatieFactsheet Open Teelten Bloembollen 2016
Factsheet Open Teelten Bloembollen 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 1 december 2016 1610-0864 Pagina 2 33 Inhoudsopgave
Nadere informatieMobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren
Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Versie 2 Datum 15 oktober 2018 Status Definitief Onze referentie 1427719 Colofon Directie Projectnaam Contactpersoon Kennis/DUO Mobiliteit leraren Ministerie
Nadere informatiepagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012
pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer 20120140N van Daniella van der Veen datum 21 februari 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert
Nadere informatieFactsheet Open Teelten Boomkwekerij 2016
Factsheet Open Teelten Boomkwekerij 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 1 december 2016 1610-0863 Pagina 2 33 Inhoudsopgave
Nadere informatieFactsheet Open teelten Boomkwekerij Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013
Factsheet Open teelten Boomkwekerij 2014 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2013 Colland Bestuursbureau, 14 oktober 2014 Pagina 2 27 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieFactsheet Groenvoederdrogerijen 2016
Factsheet Groenvoederdrogerijen 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 28 oktober 2016 1609-0455 Pagina 2 33 Inhoudsopgave
Nadere informatieCijfers uit de registratie van huisartsen peiling 2011
Cijfers uit de registratie van huisartsen peiling 2011 Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Cijfers uit de registratie van beroepen in de gezondheidszorg CIJFERS UIT DE REGISTRATIE
Nadere informatieFactsheet Loonwerk 2015 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2014
Factsheet Loonwerk 2015 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2014 Colland Bestuursbureau, 2 februari 2016 1602-0794 Pagina 2 28 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieRegionale spreiding van de eerstelijns mondzorgcapaciteit in Nederland 2010-2012. P. Heiligers I. van der Lee R. Batenburg
Regionale spreiding van de eerstelijns mondzorgcapaciteit in Nederland 2010-2012 P. Heiligers I. van der Lee R. Batenburg Colofon Dit is een rapport van het Capaciteitsorgaan Postbus 20051 3502 LB Utrecht
Nadere informatieFactsheet Groothandel in Bloembollen 2016
Factsheet Groothandel in Bloembollen 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 28 oktober 2016 1609-0229 Pagina 2 33 Inhoudsopgave
Nadere informatiepagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn
pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer 20120679Na van Judith Terwijn datum 29 oktober 2012 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks een arbeidsmarktonderzoek
Nadere informatieFactsheet Glastuinbouw 2016
Factsheet Glastuinbouw 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 25 oktober 2016 1608-1060 Pagina 2 33 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieFactsheet Open Teelten Landbouw 2016
Factsheet Open Teelten Landbouw 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 1 december 2016 1610-0865 Pagina 2 33 Inhoudsopgave
Nadere informatieFactsheet Loonwerk 2016
Factsheet Loonwerk 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 5 september 2016 1608-0989 Pagina 2 33 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieFORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009
FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)
Nadere informatiePersoonlijke gegevens van wethouders
Persoonlijke gegevens van wethouders Dit document bevat de volgende gegevens van wethouders: Aantal wethouders naar gemeentegrootte 1998-2016. Aandeel wethouders naar politieke partij 1998-2016. Aandeel
Nadere informatieAWBZ en Wlz: een vergelijking
Trends in de indicatiestelling AWBZ en Wlz: een vergelijking Inleiding In deze factsheet presenteren we de meest opvallende trends in de indicatiebesluiten en in de aanspraak op zorg bij cliënten van 18
Nadere informatiepagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer 20111098N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen
pagina 1 18 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 Documentnummer 20111098N van Daniella van der Veen datum 29 november 2011 Inleiding Het Colland Bestuursbureau voert jaarlijks
Nadere informatieAnalyse NVM openhuizendag
Analyse NVM openhuizendag Gemaakt door: NVM Data & Research Datum: 1 juli 2011 Resultaten analyse Openhuizenbestand 26 maart 2011 Er doen steeds meer woningen mee aan de NVM-openhuizendag. Op 26 maart
Nadere informatieBekendheid Norm Gezond Bewegen
Bewonersonderzoek 2013 gemeente Deventer onderdeel Sport Nationale Norm Gezond Bewegen De Nationale Norm Gezond Bewegen is in 2013 bij 55% van de Deventenaren bekend. Dit percentage was in 2011 licht hoger
Nadere informatieWerkgelegenheidsonderzoek 2010
2010 pr ov i nc i e g r oni ng e n Wer kgel egenhei dsonder zoek Eenanal ysevandeont wi kkel i ngen i ndewer kgel egenhei di nde pr ovi nci egr oni ngen Werkgelegenheidsonderzoek 2010 Werkgelegenheidsonderzoek
Nadere informatieBeroepsbevolking 2005
Beroepsbevolking 2005 De veroudering van de beroepsbevolking is duidelijk zichtbaar in de veranderende leeftijdspiramide van de werkzame beroepsbevolking (figuur 1). In 1975 behoorde het grootste deel
Nadere informatie10. Veel ouderen in de bijstand
10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van
Nadere informatieOpvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).
Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk
Nadere informatieGebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015
Gebruik jeugdhulp in Drenthe: 2016 vergeleken met 2015 In 2015 is de jeugdhulp overgegaan naar de gemeenten. Om deze transitie goed te kunnen monitoren verstrekken gemeenten en jeugdhulp aanbieders gegevens
Nadere informatieInventarisatie vraag en aanbod van waarnemers in de huisartspraktijk
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2006. De gegevens mogen met bronvermelding (M. Lugtenberg, L.F.J. van der Velden, L. Hingstman, Inventarisatie vraag en aanbod van waarnemers in de huisartspraktijk,
Nadere informatiePersoonlijke gegevens van Wethouders
Persoonlijke gegevens van Wethouders Dit document bevat de volgende gegevens van wethouders: Aantal wethouders naar gemeentegrootte 1998-2014 Aandeel wethouders naar politieke partij 1998-2014 Aandeel
Nadere informatieVraag- en aanbodontwikkelingen in de huisartsenzorg in de 23 Districts Huisartsen Verenigingen
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2003. De gegevens mogen met bronvermelding (R.J. Kenens, L.F.J. van der Velden, L. Hingstman, Vraag- en aanbodontwikkelingen in de huisartsenzorg in de 23 Districts
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren
Nadere informatieDiversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011
Onderzoek Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011 Het Huis voor democratie en rechtsstaat heeft na de verkiezingen van 2 maart 2011 de diversiteit in de nieuwe Provinciale
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4
Nadere informatieKengetallen Mobiliteitsbranche
Kengetallen Mobiliteitsbranche 2002-2012 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2002-2012 drs. W. van Ooij dr. K.Karpinska MarktMonitor september 2013 Inhoudsopgave Samenvatting -------------------------------------------------------------------------------------------------
Nadere informatieWie is de Nederlandse huisarts?
8 LHV jubileumboek onderhuids onderzoek 9 Wie is de Nederlandse huisarts? Eerst het goede nieuws: 4 van de 5 huisartsen hebben geen enkele spijt van hun beroepskeuze. Sterker nog: als ze opnieuw zouden
Nadere informatieWerkloosheid Redenen om niet actief te
Sociaal Economische Trends 2013 Sociaaleconomische trends Werkloosheid Redenen 2004-2011 om niet actief te zijn Stromen op en duren de arbeidsmarkt Werkloosheidsduren op basis van de Enquête beroepsbevolking
Nadere informatieGraydon Kwartaalmonitor Q3 2018
Graydon Kwartaal monitor 1 Voorwoord Inhoud De economie zit duidelijk in de lift. Na eerdere positieve berichten over de groeiende omvang van het Nederlandse bedrijfsleven, blijkt ook uit deze Graydon
Nadere informatieFactsheet Open Teelten Tuinbouw 2016
Factsheet Open Teelten Tuinbouw 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 1 december 2016 1610-0866 Pagina 2 33 Inhoudsopgave
Nadere informatieDe aanvullende verzekering speelt een grotere rol bij het overstappen in 2012. Stijging van het aantal overstappers zet door.
Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Margreet Reitsma- van Rooijen, Anne Brabers en Judith de Jong. De aanvullende verzekering speelt een grotere rol bij het
Nadere informatieKENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE
KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE 2005-2016 Juni 2016 Kengetallen mobiliteitsbranche 2005-2016 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit
Nadere informatieTrends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe
Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe, G. Waverijn
Nadere informatieAnalyse instroom
Instroomontwikkeling 2016 2017 In 2016 was er een instroomtoename van 5,5% bij de hbo-bachelor- en ad-opleidingen, opgebouwd uit: Een toename van de directe doorstroom vanuit havo, mbo en vwo met 1,0%
Nadere informatieMonitor jongeren 12 tot 24 jaar
Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland
Nadere informatieKiezers en potentiële kiezers van 50PLUS
Kiezers en potentiële kiezers van 50PLUS Versie 2013-2014 Tekstrapport Peil.nl/Maurice de Hond 1 Doelstelling en opzet van het onderzoek Het Wetenschappelijk Instituut van 50PLUS heeft ons in december
Nadere informatieCijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006
Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad, 1 mei 2007 (versie 2) In is het aantal dodelijke fietsongevallen flink gestegen. Om enig zicht te krijgen
Nadere informatieOntwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003
Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs 1999-2003 Eindrapport Een onderzoek in opdracht van het Vervangingsfonds Frank Schoenmakers Rob Hoffius B3060 Leiden, 21 juni 2005 Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 Verantwoording:
Nadere informatieFactsheet Paddenstoelen 2016
Factsheet Paddenstoelen 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 28 oktober 2016 1610-1267 Pagina 2 33 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieCijfers uit de registratie van ergotherapeuten peiling 2002
Cijfers uit de registratie van ergotherapeuten peiling 2002 Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Cijfers uit de registratie van beroepen in de gezondheidszorg CIJFERS UIT DE REGISTRATIE
Nadere informatieRotterdam Lekker Fit! Trendanalyse overgewicht onder Rotterdamse kinderen
Gegevensbronnen De overgewichtcijfers in deze factsheet zijn gebaseerd op lengte en gewicht gegevens uit twee verschillende registratiesystemen: Kidos en de Fitmeter. Trendanalyse overgewicht onder Rotterdamse
Nadere informatiePersoonlijke gegevens raadsleden
Persoonlijke gegevens raadsleden Dit document bevat de volgende gegevens van raadsleden: Aantal raadsleden naar gemeentegrootte 1998-2016. Aantal raadsleden naar politieke partij 1998-2016. Aandeel vrouwelijke
Nadere informatiepeiling 2014 Cijfers uit de registratie van huisartsen Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg
Nivel_Cijfers_Registratie_HA_2014.qxp_omslagstudie 04-03-15 10:07 Pagina 1 Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Postadres Postbus 1568, 3500 BN Utrecht Bezoekadres Otterstraat 118-124,
Nadere informatieVrije keuze van zorgaanbieders van belang bij het kiezen van een polis Margreet Reitsma-van Rooijen, Anne E.M. Brabers en Judith D.
Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Reitsma-van Rooijen, M., Brabers, A.E.M., Jong, J.D. de. Vrije keuze van zorgaanbieders van belang bij het kiezen van een
Nadere informatieLeenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2016 vs 2015
Leenonderzoek Verbouwingen De cijfers 2016 vs 2015 Geldshop, onafhankelijk adviseur en bemiddelaar in consumptief krediet, heeft een grootschalig onderzoek gedaan naar leningaanvragen voor het leendoel
Nadere informatieGrondwaterstandindicator freatisch grondwater September 2013
Grondwaterstandindicator freatisch grondwater September 2013 De grondwaterstandindicator geeft een beeld van de huidige stijghoogte van het grondwater ten opzichte van het verleden. De analyse van de stijghoogtegegevens
Nadere informatieFactsheet Hoveniers 2016
Factsheet Hoveniers 2016 Ontwikkelingen in de sector op basis van de administratie van Colland Arbeidsmarkt in 2015 Colland Bestuursbureau, 19 oktober 2016 1610-0843 Pagina 2 34 Inhoudsopgave Toelichting
Nadere informatieWerkgelegenheidsonderzoek 2011
Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Provincie Groningen Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Provincie Groningen Provincie Groningen Drs. Eelco Westerhof
Nadere informatiePersbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-015 1 maart 2012 9.30 uur Gevoelens van onveiligheid iets verminderd Minder Nederlanders voelen zich onveilig Slachtofferschap veel voorkomende criminaliteit
Nadere informatieCohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen
Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal
Nadere informatiepeiling 2013 Cijfers uit de registratie van huisartsen Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg
Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Postadres Postbus 1568, 3500 BN Utrecht Bezoekadres Otterstraat 118-124, Utrecht Telefoon 030 27 29 700 Fax 030 27 29 729 Website www.nivel.nl
Nadere informatieUitgevoerd in opdracht van de afdeling Beleid, dienst Sociale Zaken en Werk, gemeente Groningen
Meer of Minder Heden Verschillen tussen, en trends in, de verhouding allochtone en autochtone klanten van de dienst SOZAWE Alfons Klein Rouweler Ard Jan Leeferink Louis Polstra Uitgevoerd in opdracht van
Nadere informatieVergrijzing MKB-ondernemers zet bedrijfsprestaties onder druk
M201210 Vergrijzing MKB-ondernemers zet bedrijfsprestaties onder druk Arjan Ruis Zoetermeer, september 2012 Vergrijzing MKB-ondernemers zet bedrijfsprestaties onder druk De leeftijd van de ondernemer blijkt
Nadere informatieCijfers uit de registratie van huisartsen Peiling 2016
Cijfers uit de registratie van huisartsen Peiling 2016 L.F.J. van der Velden A. Kasteleijn R.J. Kenens Juli 2017 Het NIVEL onderzoekt de gezondheidszorg. Dat onderzoek kijkt mee met de mensen die zorg
Nadere informatieOverzichtsrapport SER Gelderland
Overzichtsrapport SER Gelderland Bevolking en participatie In opdracht van SER Gelderland September 2008 Drs. J.D. Gardenier L.T. Schudde CAB Martinikerkhof 30 9712 JH Groningen 050-3115113 cab@cabgroningen.nl
Nadere informatieStand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011
Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Utrecht, juli 2011 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl
Nadere informatieGrondwaterstandindicator freatisch grondwater September 2014
Grondwaterstandindicator freatisch grondwater September 2014 De grondwaterstandindicator geeft een beeld van de huidige stijghoogte van het grondwater ten opzichte van het verleden. De analyse van de stijghoogtegegevens
Nadere informatie