Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Transcriptie

1 Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics

2 Inhoud REGLEMENT ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN STICHTING VOORZIENINGSFONDS GETRONICS Begripsomschrijvingen... 3 Artikel 1 Deelnemers... 4 Artikel 2 Aanspraken... 4 Artikel 3 Jaarsalaris... 4 Artikel 4 Ingang en einde van de pensioenen... 4 Artikel 5 Grootte van het arbeidsongeschiktheidspensioen... 5 Artikel 6 Uitbetaling... 5 Artikel 7 Herverzekering... 5 Artikel 8 Financiering van de regeling... 6 Artikel 9 Voorbehoud werkgever en korting pensioenaanspraken en rechten... 6 Artikel 10 Afkoop van pensioenrechten... 7 Artikel 11 Toeslagbeleid... 7 Artikel 12 Wijziging regeling in verband met wettelijke wijzigingen... 7 Artikel 13 Informatieverstrekking... 7 Artikel 14 Onvoorziene situaties... 7 Artikel 15 Inwerkingtreding

3 Begripsomschrijvingen In dit reglement gelden de begripsomschrijvingen van de statuten en het pensioenreglement van Stichting Voorzieningsfonds Getronics, voor zover daarvan in dit reglement niet wordt afgeweken. Voorts wordt verstaan onder: arbeidsongeschiktheid deze regeling pensioenregeling SV-loongrens UWV WIA : arbeidsongeschiktheid in de zin van de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA); : de regeling inzake de toezegging van een arbeidsongeschiktheidspensioen zoals vastgelegd in dit reglement; : de regeling zoals vastgelegd in het pensioenreglement (in werking getreden op 1 januari 1997); : het loon dat maximaal in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van een uitkering uit hoofde van de WAO of WIA; : Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen; : de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. 3

4 Artikel 1 Deelnemers 1. Deelnemer aan deze regeling zijn de werknemers die tevens deelnemen aan de door de stichting uitgevoerde pensioenregeling. 2. Het bestuur is bevoegd na overleg met de werkgever ook anderen dan de in lid 1 bedoelde werknemers, onder door het bestuur te stellen voorwaarden, als deelnemer op te nemen in deze regeling. Deze voorwaarden mogen niet in strijd zijn met enig bindend voorschrift van de Pensioenwet. 3. Het deelnemerschap aan deze regeling eindigt: a. bij overlijden van de deelnemer; of b. bij het bereiken van de voor de deelnemer geldende reglementaire pensioendatum; of c. voor zover de deelname aan de pensioenregeling wordt beëindigd anders dan door a. of b.; of d. voor zover het deelnemerschap aan de pensioenregeling wordt voortgezet wegens arbeidsongeschiktheid. Artikel 2 Aanspraken 1. Deze regeling is een uitkeringsovereenkomst in de zin van de Pensioenwet. 2. Overeenkomstig de bepalingen van dit reglement heeft elke deelnemer aanspraak op een arbeidsongeschiktheidspensioen indien het laatstelijk vastgestelde jaarsalaris hoger is dan de SV-loongrens. 3. De pensioenaanspraken worden door het bestuur voor het eerst per de datum van opneming als deelnemer vastgesteld, en vervolgens per 1 januari van elk jaar. Artikel 3 Jaarsalaris 1. Het jaarsalaris wordt voor de eerste maal vastgesteld per de datum van toetreding en vervolgens per 1 januari van elk jaar. 2. Het jaarsalaris is gelijk aan 12 maal het overeengekomen vaste maandsalaris verhoogd met de vaste structurele ploegentoeslag en de vakantietoeslag. 3. Het fulltime jaarsalaris wordt vastgesteld door het jaarsalaris te delen door de parttimefactor. Artikel 4 Ingang en einde van de pensioenen 1. Het arbeidsongeschiktheidspensioen vangt aan op de dag waarop de WIA-uitkering aanvangt. Géén arbeidsongeschiktheidspensioenuitkering krachtens het bepaalde in dit reglement wordt toegekend indien de arbeidsovereenkomst met de deelnemer beëindigd is voordat deze deelnemer recht had op een uitkering ingevolge de WIA. 2. De uitkering van het arbeidsongeschiktheidspensioen eindigt: a. bij overlijden van de arbeidsongeschikte deelnemer, b. bij daling van het arbeidsongeschiktheidspercentage onder de 35, c. op de laatste dag van de maand voorafgaand aan de voor de arbeidsongeschikte deelnemer geldende pensioendatum, doch uiterlijk op de eerste dag van de maand waarin de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt. 4

5 Artikel 5 Grootte van het arbeidsongeschiktheidspensioen 1. De grootte van het uit te keren arbeidsongeschiktheidspensioen is afhankelijk van de mate waarin de deelnemer arbeidsongeschikt is. De mate van arbeidsongeschiktheid wordt bepaald door het UWV. Het jaarlijkse arbeidsongeschiktheidspensioen is bij gehele arbeidsongeschiktheid (mate van arbeidsongeschiktheid 80% of meer) gelijk aan 70% van het fulltime jaarsalaris dat boven de SV- loongrens ligt. Indien en voor zover de mate van arbeidsongeschiktheid minder dan 80% bedraagt, wordt het arbeidsongeschiktheidspensioen, als bedoeld in de vorige volzin, nog vermenigvuldigd met het percentage van uitkering van het arbeidsongeschiktheidspensioen, als bedoeld in onderstaande tabel. Mate van arbeidsongeschiktheid WIA Percentage van uitkering van het arbeidsongeschiktheidspensioen 80%-100% %-80% 72,5 55%-65% 60 45%-55% 50 35%-45% 40 Minder dan 35% 0 2. Het arbeidsongeschiktheidspensioen wordt vastgesteld op basis van de voor de deelnemer geldende volledige arbeidstijd en vervolgens vermenigvuldigd met de parttimefactor bij aanvang van de arbeidsongeschiktheid. 3. Indien en zodra de mate van arbeidsongeschiktheid waarop de uitkering ingevolge de WIA is gebaseerd, een wijziging ondergaat, worden de in lid 1 en 2 bedoelde arbeidsongeschiktheidspensioenen dienovereenkomstig aangepast. Wijzigingen in de mate van arbeidsongeschiktheid die zich voordoen nadat de arbeidsovereenkomst met de deelnemer is beëindigd, worden alleen in aanmerking genomen voor zover het een verlaging van de mate van arbeidsongeschiktheid betreft. 4. Zodra voor een deelnemer een (gedeeltelijke) uitkering ingevolge de WIA is ingegaan, worden tijdens de verdere duur van de arbeidsongeschiktheid wijzigingen in het jaarsalaris niet in aanmerking genomen voor het gedeelte van het jaarsalaris waarover het arbeidsongeschiktheidspensioen wordt verkregen of zal worden verkregen. 5. Er bestaat geen recht op uitkering voor een reeds bij aanvang van het deelnemerschap bestaande arbeidsongeschiktheid. Artikel 6 Uitbetaling De in dit reglement genoemde arbeidsongeschiktheidspensioenen worden in Nederlands wettig betaalmiddel uitbetaald bij nabetaling in maandelijkse termijnen aan de rechthebbenden onder inhouding van de verschuldigde belastingen en wettelijke heffingen. Voor zover nodig zal de uitkering plaatsvinden naar evenredigheid van het aantal dagen waarover het pensioen is verschuldigd. Artikel 7 Herverzekering 1. Ter dekking van de uit dit reglement voortvloeiende pensioenverplichtingen zal het bestuur verzekeringen sluiten bij een of meer verzekeraars als bedoeld in de Pensioenwet, waarbij de stichting als bevoordeelde wordt aangewezen. 2. De stichting zal ten aanzien van de ingevolge dit reglement verleende pensioenaanspraken en rechten, met uitzondering van de uit hoofde van artikel 11 5

6 verleende toeslagen, niet verder zijn gebonden, dan in zoverre de verzekeraar de voor hem uit de verzekeringen voortvloeiende verplichtingen nakomt. De van toepassing zijnde verzekeringsvoorwaarden liggen bij het bestuur ter inzage. Artikel 8 Financiering van de regeling 1. De financiering van het arbeidsongeschiktheidspensioen vindt plaats tegen jaarpremies. Deze premies worden door de stichting aan de werkgever in rekening gebracht. 2. Van de premie komt een tussen de deelnemer en de werkgever overeen te komen deel ten laste van de deelnemer als eigen bijdrage aan deze regeling. Bij deeltijdarbeid wordt de eigen bijdrage berekend, rekening houdende met de parttimefactor. 3. De eigen bijdrage wordt in gelijke delen ingehouden op het periodieke salaris van de deelnemer. 4. In geval van arbeidsongeschiktheid is over het deel dat de deelnemer arbeidsongeschikt is, naar rato van het uitkeringspercentage zoals vermeld in artikel 5, lid 1 geen premie verschuldigd. 5. Het arbeidsongeschiktheidspensioen wordt op risicobasis gedekt en heeft geen premievrije waarde of afkoopwaarde. Artikel 9 Voorbehoud werkgever en korting pensioenaanspraken en rechten 1. De werkgever kan zijn bijdrage in de kosten van deze regeling verminderen of beëindigen in geval van een ingrijpende wijziging van omstandigheden. 2. In het geval de financiële middelen van de stichting onvoldoende blijken om de reeds opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten ingevolge de pensioenregeling en deze regeling te dekken, zal het bestuur overgaan tot vermindering van de reeds opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten conform artikel 134 ( Korting pensioenaanspraken en pensioenrechten door pensioenfonds ) van de PW. Vermindering van de pensioenaanspraken en pensioenrechten vindt alleen plaats indien: a. de technische voorziening en het minimaal vereiste eigen vermogen niet meer volledig worden gedekt door de waarde van de beleggingen; en b. dit ook op korte termijn niet gerealiseerd kan worden zonder dat de belangen van deelnemers, gewezen deelnemers, pensioengerechtigden, andere aanspraakgerechtigden of de werkgever onevenredig worden geschaad, en c. alle overige beschikbare sturingsmiddelen, met uitzondering van het beleggingsbeleid, zijn ingezet zoals uitgewerkt in het kortetermijnherstelplan, bedoeld in artikel 140 ( Kortetermijnherstelplan ) van de Pensioenwet. 3. De vermindering van pensioenaanspraken en pensioenrechten zoals bedoeld in lid 2 heeft in eerste instantie betrekking op de premievrije aanspraken en ingegane rechten op pensioenuitkeringen en op de aanspraken op garantiesaldi conform artikel 3.4 van het reglement van de pensioenregeling. 6

7 4. De stichting informeert de (gewezen) deelnemers, gewezen partners, pensioengerechtigden en de werkgever schriftelijk over het besluit tot vermindering als bedoeld in lid De vermindering als bedoeld in lid 2 kan op zijn vroegst worden gerealiseerd een maand nadat de (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden, de werkgever en DNB hierover geïnformeerd zijn. Artikel 10 Afkoop van pensioenrechten Aanspraken ingevolge deze regeling kunnen niet worden afgekocht, vervreemd of prijsgegeven, dan wel formeel of feitelijk voorwerp van zekerheid worden, anders dan in de gevallen voorzien bij of krachtens de Pensioenwet. Artikel 11 Toeslagbeleid 1. Op de in lid 2 opgesomde pensioenrechten en pensioenaanspraken worden in beginsel jaarlijks toeslagen verleend. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre de pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. De hoogte van de toeslagverlening is afhankelijk van de hoogte van het beschikbare overrendement zoals nader omschreven in dit artikel. 2. De in lid 1 bedoelde pensioenrechten en pensioenaanspraken zijn: het ingegane arbeidsongeschiktheidspensioen. 3. De toeslagen worden verleend conform hetgeen is bepaald in hoofdstuk 6 ( Toeslagbeleid ) van het pensioenreglement voor de pensioenregeling. Artikel 12 Wijziging regeling in verband met wettelijke wijzigingen Het bestuur is bevoegd de regeling zoals vastgelegd in dit reglement bij bestuursbesluit aan te passen in verband met de (invoering van nieuwe) sociale of fiscale wetten of wijziging van sociale of fiscale wetten of wettelijk verplicht gestelde pensioenvoorzieningen. Artikel 13 Informatieverstrekking 1. De stichting verstrekt de deelnemer en pensioengerechtigde alle informatie die de Pensioenwet en overige wet- en regelgeving voorschrijft. Dit betekent onder andere dat binnen drie maanden na aanvang van de deelname de deelnemer een startbrief zal ontvangen en dat jaarlijks aan de deelnemers een uniform pensioenoverzicht zal worden verstrekt. 2. a. De deelnemer en pensioengerechtigden zijn gehouden aan het bestuur, de werkgever of aan de in artikel 7 bedoelde verzekeraar alle informatie te verstrekken die zij redelijkerwijs nodig hebben in het kader van de uitvoering van deze regeling en zich zonodig aan een geneeskundig onderzoek te onderwerpen voor zover wettelijk toegestaan. b. De gevolgen van het niet nakomen van deze verplichtingen zijn voor risico van de desbetreffende deelnemer/ pensioengerechtigde. Artikel 14 Onvoorziene situaties 1. In alle bij dit reglement niet voorziene gevallen neemt het bestuur een beslissing naar analogie van de bepalingen van dit reglement en de Pensioenwet. 2. Het bestuur is te allen tijde gerechtigd van de bepalingen in dit reglement af te wijken ten gunste van de deelnemer of pensioengerechtigde. 7

8 Artikel 15 Inwerkingtreding Dit reglement is in werking getreden op 1 januari 2010 en laatstelijk gewijzigd per 1 januari Aldus vastgesteld in de vergadering van het bestuur van. 8