Alle rechten voorbehouden. Niets uit dit document mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op

Transcriptie

1 WERKINGSPRINCIPE Aurora Alle rechten voorbehouden. Niets uit dit document mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant. Dit geldt ook voor de bijbehorende tekeningen en/of schema s. De in dit document verstrekte informatie is gebaseerd op algemene gegevens aangaande de ons ten tijde van verschijnen bekende constructies, materiaaleigenschappen en werkmethoden, zodat wijzigingen worden voorbehouden. Om deze reden dienen de gegeven instructies slechts als richtlijn voor het installeren, onderhouden en repareren van het op de omslag van dit document vermelde apparaat. Dit document is geldig voor het apparaat in standaard uitvoering. De fabrikant kan derhalve niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade voortvloeiend uit de van de standaard uitvoering afwijkende specificaties van het aan u geleverde apparaat. Dit document is met alle mogelijke zorg samengesteld, maar de fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele fouten in dit document of voor de gevolgen daarvan.

2 Werking algemeen Waterdoseersysteem Opstarten Initialisatie Installatie Vullen Kookpunt bepaal programma Verwarmen Doseren Extraheren Recepten Recept instellingen Recept opbouw Standaard recepten Recepten programmeren Recepten aanpassen Recepten uploaden/downloaden RFID Heet water aftap Heet water aftappen tijdens koffie zetten Ontkalking signalering Ontkalkingssignalering ingesteld op de hardheid van het water Actief ontkalkingssignalering Schakelende voeding Werking schakelende voeding Besturingssysteem Touch screen display Mainboard Hardware beveiligingen Overstroom beveiliging Terugstroom beveiliging Kookbeveiliging Droogkookbeveiliging Software beveiliging Programmering Gebruikersmenu Chef menu ii

3 Fig. 1 Waterdoseersysteem Fig. 2 Vlotterbak compleet Fig. 3 Boiler compleet Fig. 4 Waterselector compleet Fig. 5 Heet water uitloop (compleet) Fig. 6 Kookpunt bepaal programma Fig. 7 Pompmotor + rotor Fig. 8 Pomphuis Fig. 9 Encoder Fig. 10 Waterselector Fig. 11 Waterselector intern Fig. 12 Waterverdeelschijf Fig. 13 Waterverdeelschijf met magneten Fig. 14 Beginpositie waterverdeelschijf Fig. 15 Onderdelen waterselector Fig. 16 Recipe build-up Fig. 17 Positie plaatsen RFID kaart Fig. 18 Heet water aftap Fig. 19 Aansluitingen heet water slangen Fig. 20 Tabel ontkalkingsinstelling Fig. 21 Schakelende voeding Fig. 22 Touch screen display iii

4 WERKINGSPRINCIPE AURORA 1.Werking algemeen Het apparaat werkt volgens een door Bravilor Bonamat ontwikkeld pompsysteem. Dit systeem heeft de volgende voordelen: Een groot deel van de onderdelen die verantwoordelijk zijn voor het juist doseren van het water bevinden zich in een koud water gedeelte. Hierdoor wordt de grootste oorzaak van storingen bij automaten de vorming van kalkafzetting op doseerkleppen tot een minimum beperkt. De vlotter die het waterniveau regelt bevindt zich eveneens in het koud watercircuit. Ook daardoor wordt de vorming van kalkafzetting tot een minimum beperkt. 2.Waterdoseersysteem Na het starten van een selectie wordt de pompmotor met een gecontroleerde tijd en snelheid aangestuurd. De pomprotor verplaatst een bepaalde hoeveelheid koud water van het koud waterreservoir naar de onderkant van de boiler. Het hete water in de boiler wordt hierdoor naar boven gedrukt richting een waterselector. Deze selector kiest door middel van een roterende beweging zijn positie. Afhankelijk van het recept zal de waterselector ook via de bypass doseren en dus een andere positie kiezen. Het waterdoseersysteem bestaat uit de volgende hoofdcomponenten: 1. Magneetventiel 2. Vlotterbak 3. Boiler (compleet) 4. Heetwater selector 5. Heetwater uitloop (compleet) Fig. 1 Waterdoseersysteem Fig. 2 Vlotterbak compleet Fig. 3 Boiler compleet A. Vlotter B. Pompmotor C. Pomprotor D. Encoder A. Element B. Temperatuur sensor (NTC) - 1 -

5 Fig. 4 Waterselector compleet A. Waterselectormotor B. Waterverdeelschijf C. Hall sensor D. Bovenkap waterselector (incl.elektrodes voor kalk detectie) Fig. 5 Heet water uitloop (compleet) A. Heet water uitloop B. Aftapkraan incl. schakelaar C. Heet water klep - 2 -

6 3.Opstarten 3.1. Initialisatie De machine wordt aangezet met de hoofdschakelaar. Op het display verschijnt het versienummer van de vanuit de fabriek geladen software en vervolgens worden alle symbolen op het display weergegeven en zal op het init te zien zijn, ten teken dat de machine gaan initialiseren. Tijdens deze initialisatie zal de machine een standaard routine doorlopen om te kijken of een aantal essentiële onderdelen aangesloten zijn en juist werken, als op wat voor reden een component niet aangesloten of defect is zal de machine een error weergeven. Als alles goed verloopt, neemt dit proces ca. 15 seconden in beslag Installatie Als de machine voor het eerst aangezet wordt zal het eerste installatie programma first start doorlopen moet worden. De machine zal zijn kookpunt bepaal programma moeten doorlopen, tijdens het afwerken van dit programma kan er heet water uit de uitloop komen (zie hiervoor 3.4). Na het afwerken van het kookpunt bepaal programma moet de pompmotor gekalibreerd worden. Dit kalibreren zal in 2 stappen plaats vinden: 1. De machine gaat de pomp motor kalibreren voor het doseren op de koffie. De machine zal doseren via de filterpan, de hoeveelheid water wat gedoseerd word moet opgevangen worden en deze hoeveelheid moet ingegeven worden in het display. Indien de hoeveelheid teveel afwijkt moet deze procedure herhaald worden. 2. De machine gaat nu de pomp motor kalibreren voor het doseren op de koffie en het tegelijk aftappen van heet water. De machine zal nu doseren via de filterpan en ook via de heet water aftap, de hoeveelheid die gedoseerd wordt via de filterpan zal opgevangen moeten worden en deze hoeveelheid moet ingegeven worden in het display. Indien de hoeveelheid teveel afwijkt moet deze procedure herhaald worden. Zodra beide gekalibreerd zijn is de machine gebruiksklaar Vullen De vlotterbak en de boiler zijn verbonden met een sifonslang. Ze vormen tezamen een communicerend vat. Als de machine voor het eerst wordt aangezet zal de vlotterbak leeg zijn en de vlotter omlaag staan. Het magneetventiel wordt geopend en vult met een, druk onafhankelijke snelheid water in de vlotterbak, Deze snelheid van vullen is type afhankelijk, 5 liter per minuut voor de dubbele versie en 6 liter per minuut voor de enkele versie. Het water in de vlotterbak loopt via de slang onder de vlotterbak naar de boiler. Nadat het waterniveau de vlotter omhoog heeft gedrukt is het waterniveau in het vlotterbakje gelijk met die van de boiler. Het magneetventiel wordt uitgeschakeld. Indien de machine een dubbele versie is zal nu de andere kant gevuld worden volgens dezelfde procedure. Opmerking: Aangezien het vullen van de vlotterbak sneller gaat dan het doorzakken van het water naar de boiler, zal het proces van vullen met korte tussenposes plaatsvinden

7 3.4. Kookpunt bepaal programma Tijdens het afwerken van dit programma zal er heet water uit de filterpan komen. Alleen bij de eerste ingebruikname wordt door het apparaat automatisch een kookpunt bepaal programma afgewerkt. Het kookpunt van het water wordt nu bepaald. Dit is noodzakelijk omdat het kookpunt afhankelijk is van de luchtdruk ter plaatse. Zo zal het kookpunt op zeeniveau ca. 100 C zijn, terwijl het op een hoogte van m tot ca. 97 C is gedaald. Het in de boiler aanwezige water wordt na het inschakelen van de netspanning eerst met vol vermogen opgewarmd tot ca. 75 C (Fig. 6, A). Daarna wordt het water in de boiler verwarmd met gereduceerd vermogen tot 85 C, in deze periode meet de software hoe snel het water opwarmt. Aan de hand van deze meting zal de machine met een bepaald vermogen verwarmen totdat de temperatuursensor aan de buitenkant van de boiler een aantal minuten lang geen temperatuurverandering meer waarneemt (Fig. 6, B). Na deze periode is het kookpunt bereikt en wordt de gemeten waarde in de software weggeschreven. De uiteindelijke werktemperatuur in de boiler zal 3 C onder dit punt liggen. Aangezien het kookpunt van water afhankelijk is van de luchtdruk, is het noodzakelijk dat dit programma afgewerkt wordt op de plaats waar de machine in gebruik gesteld wordt. Tijdens het kookprogramma verschijnt op het display de actuele temperatuur met daaronder een knipperende thermometer en een wisselend oplopend volume. Na een bepaalde periode (afhankelijk van het vermogen waarop de machine is aangesloten) stopt de thermometer met knipperen ten teken dat het kookpunt bepaald is. Fig. 6 Kookpunt bepaal programma Opmerking: Tijdens het afwerken van het kookpunt bepaal programma is het erg belangrijk dat er geen panelen van de machine zijn verwijderd. Dit kan namelijk een afwijking in de meting veroorzaken waardoor de temperatuur tijdens normaal gebruik kan afwijken

8 3.5. Verwarmen Nu het systeem volledig gevuld is met water zal het element, door middel van een relais, aangezet worden. De machine is voorzien van een intelligent boiler routine, in hoofdlijnen werkt deze als volgt: De onderste temperatuursensor meet de actuele temperatuur van het water. Deze zorgt er voor dat het water in de boiler verwarmd wordt tot de gewenste eindtemperatuur. De middelste temperatuursensor is verantwoordelijk voor het wel of niet vrijgeven van de selecties volume 2 en volume 3 voor doseren. De bovenste temperatuursensor is verantwoordelijk voor het wel of niet vrijgeven van de selectie volume 1 voor doseren (indien ingesteld zal ook de selectie airpot vrijgegeven worden). De verwarming schakelt uit als de ingestelde temperatuur is bereikt. Warm water heeft een lager soortelijk gewicht dan koud water. Hierdoor zal het warme water in de boiler niet via de sifonslang aan de onderzijde naar het vlotterbakje terug willen stromen. Dat deel van het systeem zal dus koud blijven. Dit laatste is van groot belang omdat juist de delen in het vlotterbakje gevoelig voor kalk zijn Doseren Vrijgave voor dosering vindt plaats indien: De vlotter in de bovenste stand staat.. De hoogste temperatuursensor een temperatuur meet hoger dan de blokkeringstemperatuur. Na het starten van een recept zal de pompmotor ((Fig. 7) gedurende een bepaalde tijd, afhankelijk van het geprogrammeerde recept en hoeveelheid, met een ingestelde snelheid (toerental) worden. De pomprotor draait rond in de met water gevulde pompkamer. Deze wordt gevormd door de bodem van de vlotterbak en de onderkant van het pomphuis (Fig. 8). De pomprotor pompt het water uit de pompkamer, via de sifonslang onderin de boiler. Het hete water wordt hierdoor uit de boiler gedrukt. De vlotter en het magneetventiel zorgen ervoor dat het niveau in de vlotterbak op peil blijft en er dus water in de pompkamer blijft. Fig. 7 Pompmotor + rotor Fig. 8 Pomphuis Fig. 9 Encoder Het volume van de verplaatste vloeistof (opbrengst) wordt hoofdzakelijk bepaald door de tijd en snelheid van de pompmotor. De tijd dat de motor aanstaat wordt vanuit de software geregeld en is zeer nauwkeurig. Het toerental van de motor wordt gemeten d.m.v. een actieve toerenteller. Fig. 9 laat zien dat op de as van de pompmotor een schijfje zit gemonteerd (A = Encoder). Dit schijfje draait met dezelfde snelheid als de pomprotor. De encoder draait tussen een lichtsensor (B) door en onderbreekt telkens een lichtstraal. Het onderbreken van de lichtstraal wordt omgezet in voor de elektronica leesbare pulsen. Dit vormt een actieve toerentalregeling die waarborgt dat, gedurende de tijd dat de pompmotor aan staat, het toerental en daarmee de water opbrengst constant blijft

9 Fig. 10 Waterselector Selectie van het gedoseerde heet water: Dit apparaat is uitgevoerd met een heetwaterselector. Dit onderdeel (Fig. 10) is er verantwoordelijk voor dat het gedoseerde water uit de boiler in 2 richtingen gedoseerd kan worden, via het filter (op de koffie) of via de by-pass (langs het filter en de koffie). Fig. 11 Waterselector intern Fig. 12 Waterverdeelschijf Nadat de machine wordt aangezet zal de waterselector naar zijn begin positie gaan volgens de volgende procedure: De waterselectormotor wordt aangestuurd.. Deze motor drijft met een kunststof worm de waterverdeelschijf aan (Fig. 11/Fig. 12). Fig. 13 Waterverdeelschijf met magneten Fig. 14 Beginpositie waterverdeelschijf Op de waterverdeelschijf zitten 3 magneten (Fig. 13) waarvan er 2 dicht bij elkaar zitten, al deze magneten worden waargenomen door de hall sensor (Fig. 4C). De waterverdeelschijf zal altijd minimaal 360 graden draaien om zijn positie vast te stellen, de positie voor het doseren via de bypass is tijdens het opstarten van de machine de begin positie

10 Werking waterselector als er gestart wordt met koffiezetten: Als er een selectie wordt gestart wordt de waterselectormotor aangestuurd, wanneer de hall sensor de magneten waarneemt die dicht bij elkaar staan is de positie voor het doseren op de koffie bepaald (Fig. 14). Na de positiebepaling wordt de pompmotor aangestuurd. Het gedoseerde heetwater wordt in de bovenkant van de waterselector gepompt (Fig. 15A). Het water loopt door het centrale gat van de verdeelschijf (Fig. 15B). Het komt er via het schuine gat aan de onderkant uit (Fig. 15C). Dependent on the recipe settings, the water selector can switch between dosing on the coffee and dosing through the bypass. This can be done several times while making coffee. Opmerking: Zodra de waterselector schakelt tussen het doseren op de koffie of via de bypass zal de pomp motor uitgeschakeld zijn totdat de waterselector zijn positie weer heeft bepaald.. Fig. 15 Onderdelen waterselector 4.Extraheren Het water wat via de sproeikop in de filterpan wordt gepompt, valt op de koffie. Dit water zakt door de koffie en het filterpapier naar beneden. De korf in de filterpan voorkomt dat het filterpapier aan de bodem kleeft en de koffie niet naar de uitloop kan stromen. De extractie van koffie vind tijdens dit proces plaats. De extractie kan op verschillende manieren beïnvloed worden, zie hiervoor het volgende hoofstukken

11 5.Recepten Met de Aurora is het mogelijk om eigen recepten te maken voor de extractie en sterkte van de koffie naar eigen smaak. Met deze recepten kan bijvoorbeeld invloed uitgeoefend worden op de contact tijd, sterkte en temperatuur van de koffie. Het is mogelijk om de doseringen van water in verschillende hoeveelheden en fases te doen met verschillende tussenpauzes. De contact tijd van het water met de koffie kan beïnvloed worden door de pompsnelheid langzaam (20ml/sec) of snel (30ml/sec) te laten doseren. De boilertemperatuur is voor ieder recept apart in te stellen tussen 85 C en 97 C. Water doseer hoeveelheden en wachttijden kunnen doormiddel van pre infusie, en verschillende Pulse Brew programma s worden ingegeven. Het is ook mogelijk om water langs het filter te doseren (ook wel bypass genoemd), dit water zal dus bijgemengd worden aan de gezette koffie, op deze manier kan de oplossing en sterkte van de koffie beïnvloed worden. Al deze variabelen hebben invloed op het eindresultaat. In de machine kunnen in totaal 25 recepten opgeslagen worden en er kan aan ieder recept een eigen naam worden gegeven. Ieder recept bestaat uit 3 volumes welke voor het zetten van koffie geselecteerd kunnen worden, voor de lage versie van de Aurora kan er ook een vierde volume aangezet worden, namelijk de airpot (2,2 liter) Recept instellingen De variabelen die in ieder recept geprogrammeerd kunnen worden zijn: Koffie volume. Hoeveelheid verloren water in procenten (hiermee wordt het water bedoeld wat in de koffie achterblijft). Temperatuur van het water. Pomp snelheid waarmee het water op de koffie gedoseerd wordt, de snelheid is apart instelbaar voor de verschillende programma s tussen laag (20ml/sec) of hoog (30ml/sec). Pre infusie, het eerste doseer programma waarmee water op de koffie wordt gedoseerd. Deze functie is optioneel, het volume is in te stellen tussen 100 ml en 1000 ml en de wachttijd voordat de volgende dosering start. Verschillende water doseer programma s PB1, PB2 en PB3 (ook wel Pulse Brew programma s genoemd). Het is bij deze pulse brew programma s mogelijk om verschillende instellingen te gebruiken waaronder het volume en de wachttijden. Per pulse brew programma is het mogelijk om 1 doseer volume in te stellen maar deze meerdere keren te doseren met wachttijden tussen de doseringen in. Het is wel mogelijk om tussen de verschillende pulse brew programma s andere volumes te gebruiken. Nadruppel tijd in seconden. De by-pass is geen variabel wat ingegeven dient te worden maar de hoeveelheid water die hiervoor gedoseerd wordt hangt af van de andere instellingen. Na het ingeven van ieder doseer programma zal in het display worden weergegeven hoeveel water er via de by-pass gedoseerd zal worden. Mocht er nog een ander doseer programma ingegeven worden zal de hoeveelheid voor de by-pass weer aangepast zijn. De dosering van het water voor de by-pass zal altijd in de wachttijden gedoseerd worden. Uiteindelijk hebben de bovenstaande instellingen in mindere of meerdere mate invloed op de smaak van de koffie

12 5.2. Recept opbouw Hieronder een voorbeeld van hoe een recept opgebouwd kan zijn: Fig. 16 Recipe build-up Het bovenstaande recept kan geheel berekend worden, zie hieronder een voorbeeld hiervan: Het koffie volume is ingesteld op 2000ml. De hoeveelheid verloren water staat ingesteld op 10% (het percentage kan verschillen per koffie soort of de maling van de koffie). De machine zal nu een totaal volume van 2200ml water doseren (2000ml + 10% = 2200ml). Nu is bekend hoeveel water de machine gaat doseren en kunnen de verschillende programma s daarvoor gebruikt worden. Pre infusie is ingesteld op 500ml. P1 is ingesteld op 400ml en staat ingesteld op 4X doseren (hierbij zal dus 4X 400ml = 1600ml gedoseerd worden met een ingestelde tussenpauze van 10 seconden tussen de 4 doseringen). De machine zal nu 500ml (Pre infusie) ml (P1) = 2100ml water op de koffie doseren. Er zal in dit voorbeeld ook 100ml via de by-pass gedoseerd worden. 2200ml (totaal volume) 2100ml (ingesteld gedoseerd volume)= 100ml. Deze 100ml (voor de by-pass) zal in de wachttijd gedoseerd worden. De water doseertijd kan aan de hand van de pompsnelheid en wachttijden ook berekend worden. De juiste nadruppeltijd zal proefondervindelijk vastgesteld moeten worden. De totale set tijd van de koffie = water doseertijd + nadruppeltijd Standaard recepten Vanuit de fabriek zijn er een aantal standaard recepten geprogrammeerd, deze recepten kunnen gebruikt worden om na installatie direct koffie te kunnen zetten. Per recept zijn er 3 verschillende volumes geprogrammeerd. Uiteraard is het resultaat van deze recepten afhankelijk van verschillende factoren bijvoorbeeld de maling van de koffie, de hoeveelheid koffie, de branding van de koffie enz. Deze recepten kunnen eventueel aangepast worden via het programma wijzig recept

13 5.4. Recepten programmeren Er zijn 2 programma s om recepten in de machine te programmeren, build en program. Build: Bij gebruik van build kunnen alle variabelen zelf ingegeven worden. Als alle 3 de volumes zijn geprogrammeerd wordt het recept opgeslagen. Nu kan met dit recept koffie gezet worden en beoordeeld worden of het recept naar wens is. Na opslag van het recept kan deze eventueel aangepast worden in het programma wijzig recept. Program: Bij gebruik van program zal er daadwerkelijk koffie gezet worden. Er moet een beperkt aantal instellingen ingegeven worden. Deze instellingen zijn: Totale hoeveelheid water. Hoeveelheid verloren water in procenten (hiermee wordt het water bedoeld wat in de koffie achterblijft). Temperatuur van het water. Pomp snelheid waarmee gedoseerd wordt. Pre infusie (optioneel), het volume en de wachttijd daarvoor. Volume voor het pulse brew programma. De wachttijden tussen de doseringen en de nadruppel tijd worden bepaald door de maker van het recept, zodra de machine klaar is met doseren start de wachttijd, door op het display te drukken zal de wachttijd bepaald zijn en wordt eventueel de volgende dosering gestart. Een eventuele dosering via de by-pass wordt tijdens dit programma aan het einde gedoseerd. Deze dosering via de by-pass zal bij normaal gebruik gewoon tussen de verschillende doseringen door gegeven worden in de wachttijden. Deze recepten kunnen eventueel aangepast worden via het programma wijzig recept Recepten aanpassen Opgeslagen recepten kunnen ten allen tijde aangepast worden via het programma wijzig recept. De diverse instellingen kunnen een andere waarde gegeven worden Recepten uploaden/downloaden Recepten kunnen vanuit een machine op een RFID kaart geschreven worden upload en vervolgens kun je dit recept via download in ieder andere Aurora machine laden. Vanuit een machine kan een enkel recept op een RFID kaart geschreven worden maar het is ook mogelijk dat alle recepten tegelijk op een RFID kaart geschreven worden, dit laatste noemen we dan bulk recepten

14 6.RFID RFID (Radio Frequency identification) is een draadloos systeem dat radio-frequentie en elektromagnetische velden gebruikt om gegevens over te zetten zonder gebruik van draden of batterijen. Instellingen en recepten van een machine kunnen overgezet worden op een RFID kaart, andersom kunnen gegevens vanaf een RFID kaart overgezet worden naar de machine. Recepten en/of instellingen kunnen overgezet worden, recepten kunnen ook overschreven worden. De RFID print bevindt zich aan de linker zijkant van de machine (Fig. 17). Om gegevens over te zetten zal de RFID kaart tegen de machine geplaatst moeten worden op de daarvoor bestemde plek. Fig. 17 Positie plaatsen RFID kaart Het overzetten van gegevens kan alleen doormiddel van in de programmering naar de betreffende instelling te gaan. Opmerking: worden alle bestaande recepten overschreden en gaan deze verloren. Voordat de bestaande recepten daadwerkelijk overschreven worden komt er een melding in het display te staan die nog bevestigd moet worden, via deze melding kan er nog worden afgezien van het overschrijven van de bestaande recepten

15 7.Heet water aftap De Aurora is uitgerust met een heet water aftap (Fig. 18). Deze aftap bevindt zich aan de voorkant van de machine. Fig. 18 Heet water aftap Fig. 19 Aansluitingen heet water slangen De heet water aftap is aangesloten op dezelfde boiler als gebruikt wordt voor de koffie, in geval van een twin uitvoering zal deze aangesloten zijn op de linker boiler. De temperatuur van het heet water wordt bepaald door de instelling van het ingestelde standaard recept voor koffie. Door de hendel van de aftapkraan te bedienen wordt er een schakelaar achter het paneel geschakeld. Hierdoor zal een signaal aan het mainboard afgegeven worden die op zijn beurt de heet water klep open zet en de pompmotor aanstuurt, vervolgens zal er heet water uit de heet water uitloop stromen. De vlotter en het magneetventiel zorgen ervoor dat het niveau in de vlotterbak op peil blijft en zo de heet water slang nooit zonder water komt te staan. Zodra de hendel losgelaten wordt zal de heet water klep dicht gaan en de pompmotor uitgeschakeld worden. Om ervoor te zorgen dat het water in de slang vanaf de boiler naar de klep niet dusdanig afkoelt als er enige tijd geen heet water wordt afgetapt, zijn er 2 slangen vanuit de boiler aangesloten (Fig. 19) op een Y-stuk voor de heet water klep. De dikste slang is het hoogst aangesloten op de boiler, de dunnere slang is ongeveer 15 cm lager aangesloten op de boiler. Zodra de heet water klep dicht staat zal er circulatie van het water ontstaan. Dit gebeurt doordat het water in de slang afkoelt door de koudere lucht eromheen. Het afkoelende water zal terug de boiler instromen, en het hete water zal vanuit de boiler de andere slang instromen. Op deze manier zal de temperatuur van het water redelijk van dezelfde temperatuur blijven Heet water aftappen tijdens koffie zetten Doordat voor het koffie zetten als voor het heet water aftappen dezelfde pompmotor en boiler gebruikt worden zou er normaliter een doseer afwijking plaatsvinden. Toch is het mogelijk om tijdens het koffie zetten, heet water af te tappen zonder dat er een doseer afwijking plaats vind. Tijdens het koffie zetten draait de pompmotor op een bepaald toerental mocht er nu heet water afgetapt worden en de pompmotor zou hetzelfde toerental behouden dan zou er een doseer afwijking voor de koffie optreden. Dit probleem wordt verholpen doordat het tegelijk doseren wordt gekalibreerd tijdens de eerste installatie. Als de kalibratie juist is uitgevoerd zal dit resulteren dat de pompmotor sneller zal gaan draaien op het moment dat er tegelijk wordt gedoseerd. Als bijvoorbeeld koffie gezet wordt draait de pompmotor op een bepaald toerental, als nu ook de heet water aftap bediend wordt zal de pompmotor met een verhoogd toerental gaan draaien om te zorgen dat er geen doseer afwijking plaats zal vinden, na het loslaten van de heet water aftap zal de pompmotor weer op een verlaagd toerental gaan draaien

16 8.Ontkalking signalering De machine is uitgevoerd met 2 verschillende ontkalking signaleringen: Ontkalkingssignalering ingesteld op de hardheid van het water (continue ontkalkingssymbool). Actief ontkalkingssignalering (knipperend ontkalkingssymbool) 8.1. Ontkalkingssignalering ingesteld op de hardheid van het water Bravilor Bonamat BV raad aan om deze instelling juist in te stellen met behulp van de tabel in de gebruiksaanwijzing of de tabel hieronder. De juiste instelling dient ingesteld te worden omdat hierdoor overmatige kalkvorming op onderdelen zoveel mogelijk voorkomen kan worden. Voor de ontkalkingssignalering ingesteld op de hardheid van het water is het belangrijk om de juiste hardheid van het water te weten waar de machine gebruikt wordt. Informeer eventueel bij het plaatselijk waterleidingbedrijf naar de hardheid van het geleverde water of meet ter plekke de hardheid van het geleverde water. Tijdens eerste installatie dient deze juiste instelling ingegeven te worden. De registratie van het aantal liters wat door het systeem is gestroomd wordt gemeten doordat de machine continue registreert hoe lang het inlaatventiel open staat. Het inlaatventiel heeft een bepaalde doorstroomsnelheid, deze doorstroomsnelheid is druk onafhankelijk tussen de 1 en 10 bar. Deze doorstroomsnelheid maal de tijd dat het inlaat ventiel open heeft gestaan is het aantal liters wat door het systeem is gestroomd. Op het moment dat het aantal geregistreerde liters groter dan, of gelijk is aan de geprogrammeerde waarde, dan gaat het ontkalkingssymbool in het LCD continue branden DH = TH 250 L DH = TH 500 L. 4.0 DH = mmol/l 8-12 DH = TH 1000 L TH = 1 mmol/l 4-8 DH = 7-15 TH 1500 L. 0-4 DH = 0-7 TH 2000 L. Fig. 20 Tabel ontkalkingsinstelling 8.2. Actief ontkalkingssignalering Afhankelijk van gebruik en waterhardheid ontstaat na verloop van tijd kalkvorming in de sproeikop. Hoe meer kalk zich hier in opbouwt hoe langzamer het water uit het sproeibakje stroomt, uiteindelijk zal het water contact maken met de elektrodes in de sproeikop. Na ieder water doseer programma van een recept zal een meting plaats vinden tussen deze elektroden. Als de elektroden in de sproeikop contact maken zal na een water doseer programma het ontkalking symbool in het display knipperen. Als een nieuw recept wordt gestart zal het ontkalkingssymbool gereset worden totdat er weer een contact tussen de elektroden ontstaat. Als de machine ontkalkt is zakt het water weer snel genoeg uit het sproeibakje en zal het ontkalkingssymbool niet meer knipperen

17 9.Schakelende voeding De ingaande spanning (netspanning) die aan de schakelende voeding (Fig. 21) aangevoerd wordt kan variëren tussen de 115V en 240V AC. De uitgaande spanning van de schakelende voeding ligt rond de 24V DC en is niet afhankelijk van de ingaande spanning zolang deze tussen de 115V en 240V AC ligt Werking schakelende voeding De ingaande spanning (netspanning) is een wisselspanning, deze wisselspanning wordt door de schakelende voeding gelijkgericht en afgevlakt. Deze gelijkspanning wordt doormiddel van een hoogfrequent-pulserende elektronische schakeling aan de primaire spoel van de transformator aangevoerd. De wikkelverhouding van deze transformator bepaalt de uitgaande spanning, de spanning die van de secundaire spoel afkomt zal dan een (lagere) wisselspanning zijn. Deze (lagere) wisselspanning wordt vervolgens weer gelijkgericht en afgevlakt waardoor de uitgaande spanning van de schakelende voeding een gelijkspanning is. Echter door de uitgaande spanning van de schakelende voeding te meten kan deze indien nodig bijgestuurd worden. Dit bijsturen gebeurd door de hoogfrequent-pulserende elektronische schakeling aan de primaire spoel van de transformator te variëren. Hierdoor maakt het niet uit of de ingaande spanning 115V of 240V AC is, of ergens er tussen in. De schakelende voeding is extern beveiligd met 2 zekeringen van 4A. Fig. 21 Schakelende voeding

18 10. Besturingssysteem Het besturingssysteem bestaat uit een: Touch screen display Mainboard Touch screen display Het touch screen display (Fig. 22) bevindt zich aan de voorkant van de machine en is doormiddel van een flatcable verbonden met het mainboard. De bediening van de machine zal via het touch screen display plaatsvinden. Er zijn een aantal knoppen op het touch screen display waarmee het apparaat bediend kan worden, tevens is er in sommige gevallen een verschil in de bediening van de knoppen door de knop kort in te drukken of door deze ingedrukt te houden, zie hiervoor de gebruiksaanwijzing van de machine Fig. 22 Touch screen display Mainboard Het mainboard bevindt zich onder het touch screen display en wordt gevoed vanuit een externe (schakelende) voeding. Op dit board bevinden zich in en outputs van de machine. Opgeslagen instellingen zoals recept instellingen, tellers etc. worden hierin bewaard. Bij het vervangen van deze print zullen de klantgerichte instellingen verloren gaan. Op het mainboard bevinden zich ook veiligheid relais die indien er een error optreedt de voeding naar de elementen onderbreekt

19 11. Hardware beveiligingen Het apparaat is voorzien van een aantal zogenaamde hardware beveiligingen. Deze beveiligingen zorgen er voor dat zich geen gevaarlijke situaties kunnen voordoen, zoals oververhitting en/of water in de machine Overstroom beveiliging Deze beveiliging zit in de vlotterbak en zorgt er voor dat, indien het waterniveau te hoog komt, overtollig water via de overloop en slang onder de machine terecht komt Terugstroom beveiliging Het water afkomstig van het magneetventiel wordt, via een pijp in de vlotterbak, tegen de deksel van de vlotterbak aangespoten. Hierna komt het in de vlotterbak zelf. Daarmee wordt voorkomen dat er geen water in het systeem terug kan stromen en in de waterleiding terecht komt, indien de waterdruk op het magneetventiel wegvalt Kookbeveiliging Het element wordt door middel van een relais op het mainboard aangestuurd. In serie met dit relais staat een zogenaamd veiligheidsrelais. Indien een fout optreedt en spanning op het element blijft staan zal het veiligheidsrelais deze spanning onderbreken (zie elektrisch schema) en eventueel droog koken te voorkomen Droogkookbeveiliging De droogkookbeveiliging zit d.m.v. een aantal klixons op het element en aan de buitenkant van de boiler gemonteerd. De hoeveelheid klixons is type afhankelijk en hangt af van het aantal elementen in de machine. Indien de boiler om wat voor reden dan ook niet wordt uitgeschakeld door de besturing, zorgen de klixons er voor dat de spanning op het element mechanisch wordt uitgeschakeld en oververhitting wordt voorkomen

20 12. Software beveiliging ERRORLIJST Afhankelijk van het type apparaat is deze voorzien van een aantal softwarebeveiligingen. De software kijkt gedurende het hele proces naar alle in en uitgangen van de machine. Indien er situaties ontstaan die niet kunnen of mogen wordt hierop ingegrepen. Dit ingrijpen resulteert meestal in het afschakelen van de machine en een Error melding in het display. Voor het oplossen van deze error meldingen moet rekening gehouden worden dat error meldingen verschillende oorzaken kunnen hebben. Hieronder een omschrijving van de verschillende error meldingen. Error 1 Error 2 Error 3 Error 4 Error 5 Error 6 Error 7 Error 8 Error 9 Error 10 Error 11 Error 12 Error 13 Error 14 Error 15 Error 16 Error 17 N/A Temperatuur in boiler te hoog: Indien de temperatuursensor (NTC) een waarde meet die buiten zijn bereik ligt (0 Ohm of oneindig), zal de machine geblokkeerd worden en zal error 2 in het display verschijnen Indien de temperatuursensor (NTC) een waarde meet die buiten zijn bereik ligt (0 Ohm of oneindig), zal de machine geblokkeerd worden en zal error 2 in het display verschijnen. Magneetventiel open zonder selectie: Indien het inlaat ventiel 3 maal wordt ingeschakeld binnen 15 minuten zonder dat er een recept is gestart of heet water wordt afgetapt, duidt dit op lekkage in het water systeem of dat het water kookt. De machine zal geblokkeerd worden en zal error 3 in het display verschijnen. Automatisch kookpunt programma duurt te lang: Indien het automatisch kookpunt programma te lang duurt, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 4 in het display verschijnen. Waterselector in verkeerde positie: Indien de magneten op de water verdeel schijf niet worden waargenomen door de hall sensor of er een te lange tijd tussen de pulsen zit, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 5 in het display verschijnen. Magneetventiel (inlaat) te lang geopend: Indien het proces om de vlotterbak te vullen te lang duurt, om wat voor reden dan ook, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 6 in het display verschijnen. N/A Communicatiefout tussen beide printen: Zowel tijdens het opstarten van de machine als gedurende het gebruik vindt er constant communicatie plaats. Dit gebeurd via de flatcable tussen het touch screen display en mainboard. Indien communicatie onmogelijk is verschijnt Error 8 in het display. Pomp draait te langzaam of totaal niet: Zowel tijdens het installeren, als tijdens het doseren draait de pompmotor. Indien de lichtsensor geen of te weinig pulsen via de encoder van de pompmotor ziet, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 9 in het display verschijnen. N/A N/A N/A Knop op het touch screen blijft hangen: Als de software voor 30 seconden een signaal krijgt dat één van de knoppen op het touch screen ingedrukt blijft, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 13 in het display verschijnen. Verwarmingselement blijft verwarmen: Indien het verwarmingselement verwarmt terwijl deze niet wordt aangestuurd door de software, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 14 in het display verschijnen. Verwarmingselement verwarmt niet: Indien het verwarmingselement door de software wordt aangestuurd maar de boiler verwarmt niet, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 15 in het display verschijnen.. Waterteller geeft geen pulsen: (alleen voor koud water versie) Indien de waterteller geen pulsen geeft terwijl het koud water ventiel aangestuurd is door de software, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 16 in het display verschijnen. Pulsen van de waterteller terwijl het koud water ventiel dicht staat: (alleen voor koud water versie) Indien het koud water ventiel dicht staat maar er worden toch pulsen van de waterteller gemeten, zal de machine geblokkeerd worden en zal error 17 in het display verschijnen

21 13. Programmering De programmering van de Aurora bestaat uit 2 niveaus. Een gebruikers menu en een chef menu Gebruikersmenu Om toegang te krijgen tot het gebruikersmenu dient de toets M op het display 1 seconde vastgehouden te worden. De volgende opties zullen nu toegankelijk zijn: Paragraaf CMD Omschrijving 1 Default recept: Selecteer de brewer links of rechts met de pijltjes of (alleen voor de Twin versie). Selecteer het gewenst standaard recept en bevestig door de M toets ingedrukt te houden. 2 Tellers: Uitlezen van de tellerstanden. 2.1 Totaal tellers: Uitlezen van de totaal tellers. 2.2 Dag tellers: Uitlezen en resetten van de dag tellers. 3 Info: Diverse informatie over versie nummers. 3.1 Versie van de machine: Single low, Single high, Twin low of Twin high. 3.2 BldCfg: Configuratie versie. 3.3 PdPn: Product nummer van het mainboard. 3.4 PdSn: Serienummer van het mainboard. 3.5 PdFwPn: Product nummer van de Firmware. 3.6 PdFwBld: Firmware build versie

22 13.2. Chef menu Om toegang te krijgen tot het chef menu dienen de toetsen M en de volume toets op het display 1 seconde vastgehouden te worden. De volgende opties en sub opties zullen nu toegankelijk zijn: Paragraaf CMD Omschrijving 1 Info Diverse informatie over versie nummers 1.1 Versie van de machine: Single low, Single high, Twin low of Twin high. 1.2 BldCfg: Configuratie versie. 1.3 PdPn: Product nummer van het mainboard. 1.4 PdSn: Serienummer van het mainboard. 1.5 PdFwPn: Product nummer van de Firmware. 1.6 PdFwBld: Firmware build versie. 2 Tellers: Uitlezen van diverse tellerstanden. 2.1 Totaal tellers: Uitlezen van de totaal tellers. 2.2 Dag tellers: Uitlezen en resetten van de dag tellers. 2.3 Wfilter vol: Uitlezen en resetten van het aantal liters water wat door het filter is verbruikt. 2.4 Wfilter vol: Uitlezen en resetten van het aantal dagen dat het filter is geplaatst. 2.5 Ontk teller: Selecteer de brewer links of rechts met de pijltjes of (alleen voor de Twin versie). Uitlezen van de ontkalking teller. 3 Ontkalken: Ontkalkingsprogramma (zie voor verdere informatie over het ontkalkingsprogramma de gebruiksaanwijzing). 4 Recept: Diverse opties aangaande de recepten. 4.1 Kies recept: Het instellen van het standaard gebruikte recept. 4.2 Verwijder recept: Het verwijderen van bestaande recepten. 4.3 Wijzig recept: Het aanpassen van bestaande recepten. 4.4 Creëer recept: Recepten maken doormiddel van alle variabelen handmatig in te geven. 4.5 Program recept: Recepten maken doormiddel van bepaalde variabelen in te geven en vervolgens koffie te zetten, wachttijden worden bepaald door op het display te drukken. 4.6 Download recept: Recepten doormiddel van een RFID kaart in de machine laden. 4.7 Upload recept: Recepten vanuit de machine op een RFID kaart zetten. 5 Instell Various settings, eco, water filter, descale, clean, language, unit, time, download and upload. 5.1 Eco instell: Diverse eco instellingen Temp tel: Temperatuur instelling van de eco stand, deze kan ingesteld worden op 10 C of 60 C Set dag: Instellen van de dagen waarop de machine in eco stand zou moeten gaan en tevens de aan en uit tijd van de verschillende dagen Eco set (actief/niet actief): In en uitschakelen van de eco functie 5.2 Waterfilter instell: Diverse waterfilter instellingen Wfilter tel (volume): Instellen van het maximaal aantal liters wat het waterfilter kan verbruiken Wfilter tel (days): Instellen van het maximaal aantal dagen dat het waterfilter gebruikt kan worden. 5.3 Ontkalken instell: Ontkalking instelling Ontk teller (volume): Instellen na hoeveel liters de machine ontkalkt moet worden. 5.4 Clean instell: Schoonmaak instelling Teller (dagen): Instellen na hoeveel dagen de machine een melding moet geven voor het schoonmaken. 5.5 Taal instell: Instellen van de taal (eventueel te laden met een RFID kaart als deze taal beschikbaar is). 5.6 Eenheid instell: Volume en temperatuur instelling Volume: Instellen van de volume eenheid in ml/l (milliliters/liters) of fl oz/gal (fluid oz/gallons) Temp: Instellen van de temperatuur eenheid in C (graden Celsius) of F (graden Fahrenheit). 5.7 Tijd instell: Tijd en datum instelling

23 5.7.1 Jaar: Instellen van het jaar Maand: Instellen van de maand Dag: Instellen van de dag (van de maand) Format 24h/12h: Instellen van het formaat van de klok, 24 uurs of 12 uurs klok Tijd: Instellen van de tijd. 5.8 Download instell: Instellingen doormiddel van een RFID kaart in de machine laden. 5.9 Upload instell: Instellingen vanuit de machine op een RFID kaart zetten. 6 Service menu: Diverse service instellingen. Om het service menu in te komen in een code benodigd, deze staat standaard ingesteld op Error lijst: Uitlezen van de error geschiedenis. 6.2 Service tellers: Uitlezen en resetten van alle tellerstanden. 6.3 Kalib: Kalibratie menu Kalib Flow: Pomp Kalibratie Kalib temp: Temperatuur kalibratie (kookpunt bepaal programma). 6.4 I/O test: Programma voor het testen van verschillende onderdelen Pomp: Pomp RPM, Instellen van het toerental van de pomp. Let op! Als het toerental boven een bepaalde waarde wordt ingesteld zal de pomp water gaan verplaatsen naar de filterpan. FB Pomp, feedback van de lichtsensor op de pomp in RPM Vlotter: Uitlezen of de reed schakelaar van de vlotter verbroken of gemaakt is, dit wordt weergegeven als aan of uit W inlaat: Uitlezen of het inlaat ventiel open of dicht staan, dit wordt weergegeven als aan of uit Temp: Uitlezen van de temperatuur gemeten door de 3 temperatuur sensoren op de boiler HW tap: Uitlezen of de heet water schakelaar gemaakt of verbroken is. Aan en uit schakelen van de heet water klep. Let op met het aan schakelen van de heet water klep komt er ook daadwerkelijk water uit de heet water aftap zonder dat de heet water hendel bediend wordt Relais: Relais en veiligheidsrelais in- en uitschakelen, de veiligheidsrelais bevinden zich op het mainboard W select: Water selector aansturen naar de verschillende standen Ontkalken: Uitlezen of de elektrodes van de kalk detectie wel of geen contact maken. 6.5 Fabrieks defaults: Diverse fabrieksinstellingen Install: De machine terug naar eerste installatie zetten, temperatuur kalibratie en pomp kalibratie dienen opnieuw uitgevoerd te worden Fabriek: De machine terug naar fabriekstest programma zetten, hierbij wordt de machine teruggebracht naar het test programma voor de fabriek. Let op! Het uitvoeren van dit programma moet ten alle tijden gedaan worden door een bevoegd persoon. Door het fout ingeven van instellingen kan het net overbelast worden en zelfs brand ontstaan. Bravilor Bonamat BV is niet aansprakelijk voor eventuele schade en/of letsel, veroorzaakt door het fout ingeven van instellingen Reset alle tellers: Alle teller standen resetten Taal: Download/upload/verwijder een taal. 6.6 Wijzig code: Het aanpassen van de code, deze code wordt gebruikt om in het service menu te komen. 6.7 Contact: Het aanpassen van eventuele contact gegevens. 7 Contact: Het uitlezen van de contact gegevens