27 maart Reglement van Orde van het Ledenparlement van de FNV-vereniging. I Algemene bepalingen:

Transcriptie

1 Reglement van Orde van het Ledenparlement van de FNV-vereniging I Algemene bepalingen: Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder: a. dit reglement : dit reglement bevattende nadere regels omtrent de werkwijze van het ledenparlement als bedoeld in artikel van de statuten; b. de statuten : de statuten van de FNV-vereniging; c. het huishoudelijk reglement : het huishoudelijk reglement van de FNV-vereniging als bedoeld in artikel 45 van de statuten; d. ledenparlement : ledenparlement als bedoeld in artikel 31 van de statuten; e. leden : leden van de FNV-vereniging als bedoeld in artikel 10 van de statuten; f. afgevaardigden : afgevaardigden als bedoeld in artikel 31.2 van de statuten; g. netwerk : netwerk als bedoeld in artikel 30 van de statuten; h. algemeen bestuur : algemeen bestuur als bedoeld in artikel 20 van de statuten; i. voorzitter : voorzitter als bedoeld in artikel 36.1 van de statuten; j. algemeen secretaris : algemeen secretaris als bedoeld in artikel 21.5 van de statuten; k. zittingsperiode : periode van vier jaar, voor welke periode de afgevaardigden worden gekozen; l. sectorale afdeling : sectorale afdeling als bedoeld in artikel 28 van de statuten; m. vertrouwelijke stukken : stukken, die door de afzender op enigerlei wijze zijn aangemerkt als zijnde vertrouwelijk, al dan niet met een beperkte tijdsduur; n. motie : korte schriftelijke verklaring met een oordeel, wens of verzoek. Artikel 2 De bepalingen van dit reglement vinden slechts toepassing, voor zover niet bij of krachtens de wet dan wel bij de statuten of het huishoudelijk reglement anders is of wordt bepaald. II Vergaderingen Artikel 3 1. De vergaderingen van het ledenparlement worden onderscheiden in gewone vergaderingen en buitengewone vergaderingen. De gewone vergaderingen worden onderscheiden in jaarlijkse vergaderingen en andere vergaderingen. De jaarlijkse vergaderingen worden binnen zes maanden na afloop van het boekjaar gehouden. Andere gewone vergaderingen worden bijeengeroepen zo dikwijls als het algemeen bestuur dat wenselijk acht, maar ten minste driemaal per jaar. Een buitengewone vergadering wordt door het algemeen bestuur bijeengeroepen op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal afgevaardigden als bevoegd is tot het uitbrengen van een/tiende gedeelte van de stemmen in de vergadering. 2. Het ledenparlement stelt, op voorstel van het algemeen bestuur, per kalenderjaar zijn vergaderdata vast. III Bijeenroeping Artikel 4 1. De vergaderingen van het ledenparlement worden schriftelijk bijeengeroepen door het algemeen bestuur. 2. De oproeping geschiedt tenminste vier weken van tevoren, de dag van de verzending van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend. Bij de oproeping worden de plaats waar en het tijdstip waarop de vergadering zal worden gehouden en de voorlopige inventarisatie van te behandelen onderwerpen vermeld. 3. Onverminderd het bepaalde in artikel 34.2, laatste volzin, van de statuten, ontvangen de afgevaardigden de agenda met de definitieve te behandelen onderwerpen en de bijbehorende vergaderstukken tenminste tien werkdagen van tevoren, de dag van de verzending en de dag van de vergadering niet meegerekend. 4. Indien een voorstel wordt gedaan tot statutenwijziging, juridische fusie, juridische (af)splitsing of ontbinding van de FNV-vereniging, wordt tegelijkertijd met de oproeping een afschrift van het voorstel, waarin de voorgestelde statutenwijziging, juridische fusie, juridische (af)splitsing 1

2 respectievelijk ontbinding woordelijk is opgenomen, voor ieder lid ter inzage gelegd ten kantore van de FNV-vereniging en op zodanige plaatsen als bij de oproeping zal worden medegedeeld. Dit voorstel zal tot na afloop van de vergadering van het ledenparlement waarin het besluit omtrent dat voorstel is genomen voor de leden ter inzage liggen. 5. De bijeenroeping van een buitengewone vergadering geschiedt op een termijn van niet langer dan vier weken na indiening van het verzoek daartoe als bedoeld in artikel 3, eerste lid. Indien, ondanks bedoeld verzoek daartoe, een buitengewone vergadering niet wordt bijeengeroepen door het algemeen bestuur, kunnen de in dat artikel bedoelde verzoekers zelf tot bijeenroeping overgaan overeenkomstig het bepaalde in de voorgaande leden of bij advertentie in een landelijk dagblad. IV Agendering Artikel 5 1. Het algemeen bestuur draagt zorg voor de agendering van de relevante onderwerpen voor de vergaderingen en de bijbehorende stukken alsmede voor de noodzakelijke helderheid en transparantie daarvan. 2. Onverminderd het bepaalde in het vorige lid wordt de agenda vastgesteld door de voorzitter in overleg met de algemeen secretaris. 3. Een onderwerp kan de status hebben van besluitvormend of informatief. 4. Alle stukken zijn voorzien van een voorlegger, een eventuele toelichting en een advies. Op de voorlegger wordt duidelijk vermeld wie de indiener van het onderwerp is, wat de status is en wat de vraag is die aan het ledenparlement wordt voorgelegd. 5. Alle onderwerpen en alle stukken zijn voorzien van een volgnummer. Alle agenda s en alle stukken worden gearchiveerd. 6. Een onderwerp dat behoort tot de competentie van het ledenparlement of een bijdrage aan de discussie over een onderwerp als bedoeld in artikel 4, tweede lid, en waarvan de behandeling schriftelijk wordt verzocht door ten minste een zodanig aantal afgevaardigden als bevoegd is tot het uitbrengen van een/tiende gedeelte van de stemmen in de vergadering van het ledenparlement, wordt opgenomen op de agenda, indien het algemeen bestuur het verzoek niet later dan tenminste vijftien werkdagen van tevoren heeft ontvangen. 7. Een onderwerp dat behoort tot de competentie van het ledenparlement en waarvan de behandeling schriftelijk door ten minste honderd leden gezamenlijk wordt verzocht, wordt opgenomen in de oproeping, indien het algemeen bestuur het verzoek niet later dan op de dertigste dag voor die van de vergadering heeft ontvangen en mits geen zwaarwichtig belang van de FNV-vereniging zich daartegen verzet. 7. De agenda voor de jaarlijkse vergadering bevat in ieder geval de volgende onderwerpen: a. de behandeling van het schriftelijk jaarverslag van het algemeen bestuur omtrent de zaken van de FNV-vereniging en het gevoerde bestuur; b. de vaststelling van de jaarrekening; en c. verlening van decharge aan de leden van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur. De onderwerpen behoeven op die agenda niet te worden opgenomen, indien de termijn voor het opmaken van de jaarrekening is verlengd, of de agenda een voorstel behelst om, met inachtneming van artikel 39.3 van de statuten, die termijn te verlengen. V Toegang tot vergadering en stukken Artikel 6 1. Toegang tot de vergadering hebben, mits niet geschorst: a. afgevaardigden; b. leden van het algemeen bestuur; c. door netwerken aangewezen personen als bedoeld in artikel 35.1 onder c van de statuten; d. indien het ledenparlement die heeft aangewezen: de externe voorzitter; e. anderen aan wie de voorzitter toegang heeft verleend. 2. Een afgevaardigde kan maximaal één andere afgevaardigde bij diens afwezigheid, op basis van een schriftelijke verklaring van die afgevaardigde, vertegenwoordigen. Die verklaring bevat de namen van de beide afgevaardigden, die geen van beiden geschorst mogen zijn, de vergadering met datum waarvoor de vertegenwoordiging geldt, de datum van ondertekening van de verklaring en de handtekening van de afgevaardigde die zich laat vertegenwoordigen. 3. Plaatsvervanging is niet mogelijk, met uitzondering van plaatsvervanging van 2

3 afgevaardigden die voor hun werk langdurig in het buitenland verblijven. Als langdurig verblijf in het buitenland wordt beschouwd een verblijf van tenminste twee derde van een jaar buiten Nederland. De afgevaardigde die naar redelijke verwachting gedurende een jaar tenminste twee derde van die tijd buiten Nederland zal verblijven, kan zich laten vervangen op basis van een schriftelijke verklaring. De plaatsvervangende afgevaardigde wordt op dezelfde wijze en door dezelfde sectorale afdeling benoemd als de afgevaardigde die zich laat vervangen was benoemd. Die verklaring bevat de namen van de afgevaardigde en diens plaatsvervanger, de wijze van benoeming van de plaatsvervanger, de verwachte periode van verblijf in het buitenland, het verblijfadres in het buitenland, de datum van ondertekening van de verklaring en de handtekeningen van de afgevaardigde en diens plaatsvervanger. 4. De afgevaardigden dienen vóór aanvang van de vergadering van het ledenparlement schriftelijk bij het algemeen bestuur te zijn aangemeld. Alvorens tot een vergadering te worden toegelaten, dient een presentielijst te worden getekend, onder vermelding van naam en aantal uit te brengen stemmen. Indien de afgevaardigde tevens als gevolmachtigde van een andere afgevaardigde optreedt overeenkomstig het tweede lid, wordt tevens de naam van de volmachtgever vermeld. 5. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid hebben leden van de FNV-vereniging die geschorst zijn, daaronder begrepen afgevaardigden, toegang tot de vergadering waarin het beroep tegen het besluit tot opzegging of ontzetting wordt behandeld, doch slechts voor zover nodig om het woord te kunnen voeren over het beroep. 6. In tussentijdse vacatures wordt uiterlijk binnen twaalf maanden na het ontstaan van de vacature voorzien. De opvolger in de vacature wordt op dezelfde wijze en door dezelfde sectorale afdeling benoemd als de afgevaardigde die hij opvolgt was benoemd. De in een tussentijdse vacature benoemde afgevaardigde defungeert per het moment van het verstrijken van de termijn waarvoor degene in wiens vacature hij werd benoemd, was benoemd. Artikel 7 1. Toegang tot de vergaderstukken hebben zij die toegang tot de vergadering hebben als bedoeld in artikel 6, eerste lid, met uitzondering van de onder e genoemde anderen, die slechts toegang hebben tot de vergaderstukken voor zover de voorzitter die toegang heeft verleend. 2. De agenda en de vergaderstukken worden, vertrouwelijke stukken uitgezonderd, gepubliceerd op de vergadersite van de FNV-vereniging. Zij die toegang tot de vergadering hebben als bedoeld in artikel 6, eerste lid, met uitzondering van de onder e genoemde anderen, kunnen voor inlichtingen over (de onderwerpen op) de agenda contact opnemen met het secretariaat. Met uitzondering van vertrouwelijke stukken kunnen afgevaardigden op verzoek voorafgaand aan de vergadering digitaal inzage krijgen in de agendastukken. Artikel 8 1. Tot vertrouwelijke stukken hebben alleen toegang zij die toegang tot de vergadering hebben als bedoeld in artikel 6, eerste lid, met uitzondering van de onder e genoemde anderen. 2. Het is niet toegestaan vertrouwelijke stukken verder te verspreiden, ook niet voor ruggespraak, tenzij en voor zover de afzender daartoe toestemming heeft gegeven. 3. Als vertrouwelijk aangemerkte stukken zijn voorzien van de reden van de vertrouwelijkheid. VI Voorzitterschap. Notulen Artikel 9 1. De vergaderingen van het ledenparlement wordt voorgezeten door een van de navolgende door het ledenparlement als voorzitter van de vergadering aan te wijzen personen: a. de voorzitter van het algemeen bestuur; b. een externe voorzitter; c. een van de aanwezige afgevaardigden. Indien de vergadering wordt bijeengeroepen op de wijze als bedoeld in artikel 4, vijfde lid, laatste volzin, kan het ledenparlement een ander als voorzitter aanwijzen. 2. Met inachtneming van het vorige lid wijst het ledenparlement per zittingsperiode zijn voorzitter aan. 3. De voorzitter van de vergadering beslist over de toelating van personen tot de vergadering van het ledenparlement, de uitoefening van het stemrecht en de uitslag van de stemmingen, zulks onverminderd het bepaalde in artikel 2:13 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek, en voorts 3

4 over alle andere kwesties die verband houden met de gang van zaken in de vergadering. De voorzitter heeft de leiding over de vergadering. Hij wijst aan wie er in de gelegenheid wordt gesteld het woord te voeren. Interrupties zijn alleen mogelijk met diens instemming. 4. De voorzitter van de vergadering wijst de secretaris van de vergadering aan. 5. Van het verhandelde in de vergadering worden door de secretaris van de vergadering notulen gemaakt. De notulen worden door de voorzitter en de secretaris van de vergadering vastgesteld en ten blijke daarvan ondertekend. De voorzitter van de vergadering en de bestuursleden kunnen opdracht geven tot het opmaken van een notarieel proces-verbaal van het verhandelde op kosten van de FNV-vereniging. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht. De in artikel 6, vierde lid, bedoelde presentielijst maakt geen deel uit van de notulen of het proces-verbaal en zal niet ter beschikking van een lid worden gesteld, tenzij het lid aantoont dat hij daarbij een redelijk belang heeft ter toetsing van een juist verloop van de desbetreffende vergadering. VII Behandelvolgorde van de agendapunten. Woordvoering Artikel 10 De agendapunten worden in principe in de volgende volgorde behandeld: eerst de onderwerpen met de status besluitvormend, daarna de onderwerpen met de status informatief. Artikel Afgevaardigden, leden van het algemeen bestuur, de personen als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder c. alsmede de personen die op grond van het bepaalde in artikel 6, eerste lid, onder e door de voorzitter van de vergadering zijn toegelaten, hebben het recht in de vergadering van het ledenparlement het woord te voeren. 2. Uitgangspunt is één woordvoerder per sectorale afdeling over een bepaald agendapunt. Elke sectorale afdeling bereidt elk agendapunt van tevoren voor en bepaalt wie de spreker zal zijn op elk agendapunt. 3. Ter zake van de behandeling van een beroep tegen een besluit tot opzegging of ontzetting heeft ook het ter vergadering aanwezige geschorste lid het recht het woord te voeren. Indien een lid-rechtspersoon is geschorst, hebben de bestuurders van dit lid-rechtspersoon het recht het woord te voeren ter zake van de behandeling van een beroep tegen een besluit tot opzegging of ontzetting. 4. Allereerst krijgt de indiener van het agendapunt ofwel de verantwoordelijke van het algemeen bestuur het woord om het agendapunt toe te lichten. 5. De voorzitter inventariseert vervolgens wie er wil spreken. 6. De woordvoerders vermijden zoveel mogelijk herhaling van standpunten. 7. De indiener of verantwoordelijke voor het agendapunt zal na elke woordvoerder direct zijn reactie geven. Vervolgens komt de volgende woordvoerder aan het woord, enzovoorts. 8. Er kan een tweede ronde noodzakelijk zijn. De voorzitter inventariseert of daar behoefte aan is. 9. De voorzitter inventariseert welke woordvoerders zich melden voor de tweede ronde. Vervolgens wordt hetzelfde stramien als in de eerste ronde herhaald. 10. Een afgevaardigde die het woord voert kan daarbij een motie over het in behandeling zijnde onderwerp indienen. Zulk een motie moet kort en duidelijk geformuleerd en op schrift gesteld zijn. Zij kan alleen in behandeling komen indien zij door ten minste vier andere afgevaardigden wordt ondersteund. Tenzij de voorzitter hiervoor toestemming geeft, wordt een motie niet gedurende de eerste ronde ingediend. De tekst van een motie wordt door de indiener voorgelezen. De behandeling van moties vindt plaats tegelijk met de beraadslaging over het in behandeling zijnde onderwerp, tenzij de voorzitter besluit haar later te doen geschieden. 11. De volgorde van de woordvoering kan worden verbroken, wanneer een afgevaardigde of andere aanwezige, die overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid het recht heeft het woord te voeren, het woord vraagt over de orde. 12.Na de beantwoording van de vragen van de laatste woordvoerder, gaat het ledenparlement over tot besluitvorming, indien het om een agendapunt gaat waarover besluitvorming gewenst is. VIII Nemen van een besluit. Stemming 4

5 Artikel Iedere afgevaardigde is stemgerechtigd in de vergadering van het ledenparlement. Stemmen worden uitgebracht zonder last. 2. Iedere afgevaardigde heeft één stem. 3. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten genomen met volstrekte meerderheid van de stemmen, uitgebracht in een vergadering waarin ten minste de helft van de in functie zijnde afgevaardigden aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien in een eerste vergadering het vereiste aantal niet aanwezig is, kunnen, voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, in een volgende vergadering over de in de eerste vergadering niet besliste onderwerpen besluiten genomen worden, ongeacht het dan aanwezige aantal afgevaardigden. De voorzitter stelt bij aanvang van de vergadering vast of het vereiste aantal afgevaardigden aanwezig is. 4. Blanco stemmen worden geacht niet te zijn uitgebracht. 5. De voorzitter bepaalt de wijze van stemming, met dien verstande dat, indien een van de stemgerechtigde aanwezigen dit verlangt, stemming over benoeming, schorsing en ontslag van personen bij gesloten, ongetekende briefjes geschiedt. 6. Iedere vergadergerechtigde is, indien door het algemeen bestuur de mogelijkheid daartoe is geopend, bevoegd om door middel van een elektronisch communicatiemiddel deel te nemen aan vergaderingen van het ledenparlement, daarin het woord te voeren en voor zover aan hem/haar stemrecht toekomt het stemrecht uit te oefenen, zulks onder door het algemeen bestuur te stellen voorwaarden. De oproeping tot de betrokken vergadering dient de desbetreffende voorwaarden te vermelden. Voor de toepassing van het bepaalde in de vorige volzin is vereist dat de desbetreffende vergadergerechtigde via het elektronische communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en voor zover aan hem/haar stemrecht toekomt het stemrecht kan uitoefenen. Bovendien is vereist dat de desbetreffende vergadergerechtigde via het elektronische communicatiemiddel kan deelnemen aan de beraadslaging. Stemmen die voorafgaand aan een vergadering van het ledenparlement doch niet eerder dan dertig dagen voor die van de vergadering via een elektronisch communicatiemiddel worden uitgebracht, worden gelijk gesteld met stemmen die tijdens de vergadering zijn uitgebracht. 7. Mocht bij stemming over de benoeming van personen bij eerste stemming geen volstrekte meerderheid worden verkregen, dan vindt een nieuwe vrije stemming plaats. Indien ook dan geen volstrekte meerderheid wordt verkregen, vindt herstemming plaats en wel tussen die personen die bij de tweede stemming: a. het hoogste en het op een na hoogste aantal stemmen op zich verenigden, dan wel b. een gelijk aantal stemmen op zich verenigden, terwijl op geen ander meer stemmen worden uitgebracht. Leidt een herstemming ten gevolge van gelijkheid van het aantal uitgebrachte stemmen niet tot een beslissing, dan beslist het lot. 8. De stemming over moties kan worden aangehouden. De voorzitter kan, gehoord de beraadslaging, besluiten om voorafgaand aan de stemming over een motie de vergadering voor maximaal een uur te schorsen voor informele beraadslaging over die motie. 9. Bij staking van stemmen over andere onderwerpen dan de benoeming van personen is het voorstel verworpen. 10. Omtrent onderwerpen, ten aanzien waarvan niet is voldaan aan het hiervoor in artikel 4, tweede, derde en vierde lid bepaalde en waarvan de behandeling niet alsnog op overeenkomstige wijze en met inachtneming van de voor de oproeping gestelde termijn is aangekondigd, kunnen geen geldige besluiten worden genomen, behoudens het bepaalde in het elfde en twaalfde lid. 11. Zolang in een vergadering van het ledenparlement alle afgevaardigden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen ook al is de oproeping niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent de vermelding van de te behandelen onderwerpen en/of het oproepen en houden van vergaderingen niet in acht genomen. 12. Een eenstemmig schriftelijk besluit van alle afgevaardigden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het algemeen bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van het ledenparlement. 5

6 IX Vergoedingen Artikel 13 Aan de afgevaardigden en eventuele plaatsvervangende afgevaardigden wordt een vergoeding van de reis- en verletkosten in verband met het bijwonen van de vergaderingen van het ledenparlement toegekend. Daartoe stelt het algemeen bestuur een regeling vast. Deze regeling behoeft de goedkeuring van het ledenparlement. Aldus vastgesteld door het ledenparlement op.. 6