Addendum. Bij het kwaliteitskader verpleeghuiszorg voor langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie

Transcriptie

1 Addendum Bij het kwaliteitskader verpleeghuiszorg voor langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie Datum 20 augustus 2019

2 Inhoud Inleiding pagina 2 0 Situatie en vereiste pagina 3 1 Persoonsgerichte zorg en ondersteuning pagina 3 2 Multidisciplinaire aanpak pagina 4 3 Verantwoord thuis wonen pagina 5 4 Wonen en welzijn pagina 7 5 Veiligheid pagina 7 6 Leren en verbeteren pagina 9 7 Leiderschap, governance en management pagina 10 8 Gebruik van informatie pagina

3 Inleiding In 2017 is het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg verschenen. In 2019 is daarbij een addendum ontwikkeld waarin beschreven is wat klanten en hun naasten mogen verwachten van langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie. Het hoofddoel van langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie is een zo goed mogelijke bijdrage te leveren aan de kwaliteit van leven van de klant. Door zo goed mogelijk aan te sluiten bij wat klanten en hun naasten zelf kunnen en willen en wat voor de cliënten en hun naasten belangrijk is. De cliënten en hun naasten worden zoveel mogelijk in staat gesteld om zelfredzaam te blijven en de eigen regie over het leven thuis voort te zetten. Dit vraagt om een optimale interactie tussen cliënt, naasten en zorgprofessional. Naast dat de cliënt en zijn/haar naasten er op kunnen rekenen dat deze zorg aan zal sluiten bij wat zij belangrijk vinden, zal de zorgprofessional samen met de zorgorganisatie ook oog houden voor de kwaliteit en de veiligheid van de zorgverlening. Reikwijdte van het addendum Het addendum bij het kwaliteitskader verpleeghuiszorg voor langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie is een aanvulling op het gemaakte kwaliteitsjaarplan verpleeghuiszorg 2018 en specifiek voor de langdurige zorg thuis met een Wlz indicatie (V&V ZZP 4 t/m 10), met of zonder behandeling, voor zover niet geclusterd. Onder voorwaarden kan een klant ervoor kiezen de Wlz-zorg thuis te ontvangen. Dat kan dan in verschillende leveringsvormen, namelijk: volledig pakket thuis (VPT), modulair pakket thuis (MPT) en persoonsgebonden budget (PGB). Alle drie deze leveringsvormen of de combinatie van deze leveringsvormen vallen onder de reikwijdte van dit addendum voor zover die niet worden aangeboden in directe samenhang met intramurale Wlz-zorg. Wanneer intramuraal de zorg niet direct beschikbaar is voor de klant, dan ontvangt de klant vaak overbruggingszorg in de thuissituatie. Deze overbruggingszorg valt dan ook onder de reikwijdte van dit addendum. Kern van het addendum is dat de veelal multidisciplinaire zorg ook in de thuissituatie op verantwoorde wijze geleverd moet worden, in afstemming tussen cliënt, zorgprofessionals, zorgorganisaties en informeel netwerk van de cliënt. Het addendum formuleert vereisten die mede een bijdrage kunnen leveren aan verantwoord thuis wonen

4 0 Situatie en vereiste De beschreven thema s in het addendum zijn: 1. Persoonsgerichte zorg en ondersteuning. 2. Multidisciplinaire aanpak 3. Verantwoord thuis wonen 4. Wonen en welzijn 5. Veiligheid 6. Leren en verbeteren 7. Leiderschap, governance en management 8. Gebruik van informatie Per thema worden vereisten genoemd. Inovum voldoet aan deze vereisten. In de volgende hoofdstukken wordt per thema beschreven hoe wij hier aan voldoen. Deze notitie wordt samen met het kwaliteitsjaarverslag gepubliceerd op de site van Inovum en is besproken met het management team de ondernemingsraad en de cliëntenraad. 1 Persoonsgerichte zorg en ondersteuning De vier onderscheiden thema s (compassie, uniek zijn, autonomie en zorgdoelen) zijn voor zorgverleners richtinggevend bij kwaliteitsverbetering op het terrein van persoonsgerichte zorg en ondersteuning. Vanaf 1 januari 2019 beschikt iedere klant binnen 24 uur over een voorlopig zorgleefplan (met in ieder geval zaken zoals medicatie, dieet, primaire hulpvraag, een eerste contactpersoon en afspraken over handelen bij calamiteiten), dat uiterlijk zes weken na intake (of zoveel eerder als mogelijk) volledig en (tot bijstelling aan de orde is) definitief wordt. De verantwoordelijkheid voor het opstellen van een zorgleefplan is belegd bij een verzorgende van tenminste niveau 3 (IG), of bij een andere zorgverlener van tenminste niveau 3. Bij voorkeur is dit de contactverzorgende dan wel de eerste verantwoordelijk verzorgende of verpleegkundige (EVV-er). Elke cliënt beschikt binnen 24 uur over een persoonlijk plan waarin beschreven staat hoe de ondersteuning eruit moet zien. Het zorgleefplan wordt opgesteld aan de hand van het Omaha-principe in het elektronisch cliëntendossier van Ons-Nedap. Het zorgleefplan wordt in overleg met de cliënt en/of zijn wettelijk vertegenwoordiger opgesteld door een medewerker niveau 4 of 5 (eerst verantwoordelijke (wijk)verpleegkundige). Zo snel mogelijk, uiterlijk binnen zes weken na de start van de dienstverlening, is dit zorgleefplan compleet en via het familieportaal Carenzorgt digitaal beschikbaar voor de cliënt

5 Het zorgleefplan wordt steeds met de cliënt geëvalueerd en bijgesteld, minimaal iedere 6 maanden en vaker wanneer nodig. Omaha kent vier domeinen waarmee de problemen van de cliënt in kaart gebracht worden en waarover afspraken vastgelegd worden: het fysiologische domein het gezondheid gerelateerde gedragsdomein het omgevingsdomein het psychosociale domein In deze zorg(pdca)cyclus vindt je de addendum-thema s compassie, uniek zijn, autonomie en zorgdoelen steeds terug door onze wijze van samenwerken en ondersteunen van de cliënt en zijn naasten in het vormgeven van zijn/haar leven en in de vastlegging van persoonlijke afspraken en wensen (persoonsgerichte zorg). 2 Multidisciplinaire aanpak De cliënt ontvangt integrale zorg doordat de zorgprofessional samenwerkt in de zorg. Daarvoor stemt de zorgprofessional af met andere zorgprofessionals (van zowel binnen als buiten de eigen zorgorganisatie) en met het informele netwerk. Een cliënt bepaalt zelf wie (welke zorgaanbieder) zijn eerste aanspreekpunt is voor het organiseren van de zorg thuis. Deze zorgorganisatie is dan de coördinator zorg thuis. Als er sprake is van een Wlz-indicatie voor langdurige zorg thuis mag de cliënt verwachten dat er de mogelijkheid is tot het inschakelen van een specialist ouderengeneeskunde. Afhankelijk van de complexiteit van de zorgbehoefte kan de specialist ouderengeneeskunde betrokken worden als consulent en sparringpartner van de huisarts of als de kwetsbaarheid en de complexiteit van de problematiek toeneemt als medebehandelaar (al dan niet kortdurend) of hoofdbehandelaar van de cliënt. De zorg voor de cliënten van Inovum is, indien nodig, integraal. De klant heeft de keus wie de coördinator van de zorg thuis wordt. Vaak zijn dat onze wijkverpleegkundigen dan wel de casemanagers dementie. In de eerste plaats werken onze medewerkers thuiszorg samen met de naasten van de cliënt. Daarnaast werken we samen met de huisarts van de cliënt om de zorg en medische zorg waar nodig op elkaar af te stemmen. Thuiszorg Inovum heeft een goed netwerk opgebouwd als het gaat om contacten met huisartsen en apothekers. De huisarts kan, al dan niet samen met Thuiszorg Inovum, een beroep doen op het eerstelijns Expertise Team van Inovum om aanvullende expertise in te schakelen. Dit - 4 -

6 kan zijn de specialist ouderengeneeskunde maar bijvoorbeeld ook specialistische verpleegkundigen deskundig op het gebied van wonden, dementie, diabetes, longziekten en pijn. Ook disciplines zoals de ergotherapeut, fysiotherapeut en psycholoog maken deel uit van dit team. Het team voorziet in deskundig advies. Wanneer behandeling nodig is dan kan gebruik gemaakt worden van eerstelijns behandeling door de specialist ouderengeneeskunde en paramedische disciplines van Inovum. De medewerkers van thuiszorg Inovum zijn goed op de hoogte van de mogelijkheden bij Inovum en in de regio en kunnen de cliënt daardoor verwijzen naar de juiste instantie of organisatie. Via een duidelijke overdracht en een cliëntmap bij de cliënt thuis wordt relevante informatie, met toestemming van de cliënt, gedeeld. Inovum werkt samen met de andere zorgaanbieders in de regio om te komen tot een integraal zorgleefplan. Via het project Helder van Nedap hebben een aantal huisartsen reeds toegang tot het Thuiszorg Inovum ECD van de cliënt. 3 Verantwoord thuis wonen De zorgorganisatie informeert de cliënt over de zorg die geleverd kan worden in de thuissituatie en zorgt voor de randvoorwaarden om te komen tot integrale zorg. Zij maakt daarvoor afspraken met de betreffende betrokken professionals om te komen tot veilige en verantwoorde zorg. De zorgprofessional begeleidt de cliënt om verantwoord thuis te kunnen blijven wonen. Daarbij is aandacht voor de borging van de 24-uurs toezicht of zorg in de nabijheid, de rol van de mantelzorger(s) en de afstemming in de wijk met andere zorgprofessionals, zoals beschreven in het zorgleefplan. De cliënt bespreekt het mogelijk verloop van zijn/haar gezondheidstoestand met de zorgprofessional. Cliënten en naasten worden regelmatig overvallen door de gevolgen van ziekten en kwetsbaarheid en lopen daarbij aan tegen de (on) mogelijkheden van het stelsel. Thuiszorg Inovum is via en per telefoon bereikbaar om (potentiele) cliënten en verwijzers te informeren over het zorgaanbod en de mogelijkheden. Ook op de website is informatie te vinden en via verwijshulp.nl kunnen verwijzers zien of er plaats is. Ook de medewerkers thuiszorg, en met name de (wijk)verpleegkundigen en casemanagers dementie, zijn goed op de hoogte welke zorg er thuis geleverd kan worden en de sociale kaart van de regio. Daarnaast heeft Inovum divers schriftelijk informatiemateriaal voor de verwijzer en (potentiele) cliënt en zijn naaste

7 Goede zorg thuis begint met één aanspreekpunt voor de cliënt. Zij kent het verhaal van de cliënt en de mensen in het informele of professionele netwerk. Ze kijkt verder dan de medische zorg naar wat nodig is voor deze persoon om zich gezien, gehoord en ondersteund te voelen. Ook bij overbruggingszorg heeft de wijkverpleegkundige van Inovum een rol. Het streven is cliënten direct te plaatsen op de locatie van voorkeur. Wanneer dit een locatie van Inovum is, werkt de wijkverpleegkundige hierbij intensief samen met zorgbemiddeling Inovum. Is overbruggingszorg nodig dan worden de mogelijkheden van overbruggingszorg (MPT) optimaal benut gedurende de eventuele wachttijd. Dit kan zijn het verhogen van het aantal zorgmomenten op een dag maar bijvoorbeeld ook organiseren van alarmzorg thuis of een maaltijdvoorziening. Als wachten thuis niet meer verantwoord is, wordt een overbruggingslocatie elders gezocht. Crisissituaties worden bij voorkeur zo veel mogelijk voorkomen. De cliënt is gedurende de periode dat hij/zij op de wachtlijst staat steeds optimaal geïnformeerd over wat de locatie van voorkeur te bieden heeft en wat de (verwachte) wachttijd is. Dat geeft rust bij de cliënt/naasten en ontlast de verpleegkundige. Dit is onderdeel van een goede voorbereiding op de opname. Veilige en verantwoorde zorg zijn uitgangspunten voor de Thuiszorg Inovum. In het zorgleefplan worden waar nodig afspraken gemaakt tussen de cliënt en Inovum m.b.t. veiligheid en toezicht. Hierbij vervullen de naasten ook een belangrijke rol als het gaat om veiligheid in huis en toezicht gedurende de dag. Inovum levert 24-uurs zorg in de wijk door dag- en avonddiensten 7 dagen per week. In de nacht werkt Thuiszorg Inovum samen met de nachtdienst van de verpleeghuislocaties. Waar nodig werken wij samen met regionale waarneemgroepen. Ook werken wij samen met Eurocross als het gaat om personenalarmering thuis. Cliënten die hiervan gebruik maken kunnen bij calamiteiten 24/7 een alarmoproep doen die opgevolgd wordt door Thuiszorg Inovum. Bij calamiteiten wordt wanneer nodig nauw samengewerkt met bereikbaarheidsdiensten zoals de huisartsenpost, ambulance, politie en brandweer. Het mogelijk verloop van de gezondheidstoestand wordt door de (wijk) verpleegkundige besproken met de cliënt voorafgaand aan het multidisciplinair overleg. Het multidisciplinair overleg is er om te komen tot passende zorg, zorg die aansluit bij wat belangrijk is in het leven voor de cliënt

8 4 Wonen en welzijn Vijf thema s (zingeving, zinvolle dagbesteding, schoon en verzorgd lichaam plus verzorgde kleding, familieparticipatie & inzet vrijwilligers en wooncomfort) zijn leidend bij kwaliteitsverbetering op het terrein van wonen en welzijn. De noodzaak tot woningaanpassingen vormen onderdeel van het gesprek tussen de zorgprofessional en de cliënt als het gaat om verantwoord thuis blijven wonen. Voor onze cliënt betekent dat een zo gewoon (als) mogelijk leven leiden in een voor hem of haar vertrouwde omgeving en zich erkend en gerespecteerd voelen in wie hij of zij is. Dit heeft te maken met de persoonlijke verzorging en huishoudelijke hulp die wij geven maar ook sociaal contact en echte betrokkenheid zijn basisbehoeften van mensen. Bij Inovum vinden wij het belangrijk dat cliënten zich gezien, gehoord en ondersteund voelen. Niet alleen door professionals, maar juist ook door vrienden, bekenden, familie, buren en andere naasten. Dit maakt de vraag wat iemand nog kan betekenen voor de cliënt belangrijk. Deze vraag wordt dan ook meegenomen in het overleg en de afspraken die we maken met de cliënt en zijn naasten. Daarnaast zijn onze medewerkers goed op de hoogte van de sociale kaart van de wijk, plaats, regio. Welke instanties en organisaties zijn er om de cliënt en zijn naaste te helpen, te ondersteunen. Welk aanbod aan activiteiten en zingeving is er etc. Afhankelijk van de wens en zorgvraag van de cliënt, kunnen onze medewerkers de juiste weg wijzen of navraag doen. Ook Inovum zelf biedt mogelijkheden tot dagbesteding in de vorm van een dagactiviteitencentrum en ontmoetingsplekken. Ook werken wij samen met de gemeente en welzijnsorganisaties zoals Versa. En zijn er veel vrijwilligers actief bij Thuiszorg Inovum om mensen te ondersteunen op verschillende terreinen. Wanneer woningaanpassingen een toegevoegde waarde kunnen hebben voor de kwaliteit en veiligheid dan is dit onderdeel van gesprek tussen de thuiszorgmedewerker en de cliënt en zijn naaste. Waarbij de ergotherapeut ingeschakeld wordt voor advies en hulp bij aanvragen. 5 Veiligheid Vereiste vanuit het addendum Veiligheidsthema s (bijvoorbeeld medicatieveiligheid, valpreventie, toepassing medische technologie, veilige zorgrelatie en wanneer dat aan de orde is vrijheid beperkende maatregelen) zijn indien relevant onderdeel van gesprek geweest tussen zorgprofessional en cliënt bij de bespreking van het zorgleefplan

9 Daarnaast vormt dit ook onderdeel van gesprek tussen de verschillende zorgprofessionals die betrokken zijn bij de cliënt. De zorgaanbieder zorgt dat zorgprofessionals de zorg veilig en volgens vigerende richtlijnen kunnen bieden (zoals bijvoorbeeld rond infectiepreventie, vrijheid beperkende maatregelen, voldoende ruimte en hulpmiddelen om klanten te verzorgen, voldoende bekwaam en bevoegd personeel, ondersteunende ICT etc.) Het zorgleefplan gesprek en de afspraken die hieruit volgen vormt de basis voor verantwoorde zorg en veiligheid. Dat wat nodig is op dit terrein is onderwerp van gesprek tussen de (wijk)verpleegkundige en de cliënt en zijn naaste zodat samen de juiste afspraken gemaakt en uitgevoerd worden. Aanvullend op deze zorgleefplan cyclus voert voor ieder multidisciplinair overleg de verpleegkundige een risicosignalering uit om eventuele risico s in beeld te brengen en daarop acties te ondernemen. Als er een risico is, wordt dit besproken met de cliënt/wettelijk vertegenwoordiger en beschreven in het zorgleefplan. De risicosignalering bestaat uit de volgende onderdelen: vallen, huidletsel, medicatie, incontinentie, depressie, voeding en mondproblemen. Er worden in principe geen vrijheid beperkende maatregelen genomen tenzij er noodzaak is en geen ander beter alternatief. Inzet van vrijheid beperkende middelen wordt altijd besproken met de cliënt/vertegenwoordiger en de huisarts. Afspraken worden vastgelegd in het zorgleefplan. Vrijheidsbeperking in de thuissituatie is altijd een gedeelde verantwoordelijkheid van de cliënt/vertegenwoordiger, zijn naasten, huisarts en wijkverpleging. Medewerkers worden waar mogelijk voorbereid op de wet Zorg en Dwang waarbij de landelijke uitwerking voor in de thuissituatie nog erg onduidelijk is. Via MIC-meldingen, klachten en waarderingsonderzoek (zie ook hoofdstuk 6) werken we aan preventie en veiligheid. Onze medewerkers hebben de beschikking over verschillende ICT-middelen (ipad/tablet/laptop/mobiele telefoon) tijdens hun werk. Zij kunnen ten alle tijden digitaal (kwaliteitssysteem) beschikken over protocollen en procedures van Inovum waaronder de Vilans-Kickprotocollen. En zijn verschillende afspraken gemaakt over scholing (zie hoofdstuk 6)

10 6 Leren en verbeteren Er is voor alle zorgverleners voldoende tijd en ruimte om te leren en te ontwikkelen via feedback, intervisie, reflectie en scholing. De organisatie faciliteert dit zowel binnen de eigen organisatie, als waar nodig, ook buiten de organisatie door het inzetten van externe deskundigheid. Elke zorgorganisatie van langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie heeft voor 1 juli na afloop van het betreffende jaar op bij hen passende en toegankelijke manier openbaar gemaakt hoe zij invulling geven aan de verschillende eisen uit het addendum. Zorgorganisaties bespreken met vertegenwoordigers van cliënten en medewerkers hoe zij invulling geven aan de eisen. De uitkomst stellen zij beschikbaar voor het zorgkantoor als basis voor de dialoog over de kwaliteit van de geleverde zorg. Elke zorgorganisatie die langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie levert maakt uiterlijk 1 juli 2019 deel uit van een lerend netwerk met tenminste twee andere collega-zorgorganisaties. Elke zorgorganisatie die langdurige zorg thuis met een Wlz indicatie levert, beschikt voor 1 juli 2019 over een kwaliteitsmanagementsysteem. Inovum ziet zichzelf als een lerende organisatie. Uitgangspunt is dat de cliënt ervan uit mag gaan dat de basisveiligheid op orde is. Dit betekent ook blijven leren en ontwikkelen. Medewerkers worden gefaciliteerd om op verschillende manieren te leren en te ontwikkelen; voor henzelf en voor de organisatie. Op grond van de functie en de klantgroep met wie de medewerker werkt zijn deskundigheden vastgesteld waarvoor elke medewerker verplicht training/scholing moet volgen. Dit staat in het leermanagementsysteem, waarvan e-learning een onderdeel is. Dit is de kerndeskundigheid die de medewerker nodig heeft om in de praktijk goede ondersteuning te kunnen leveren. Daarnaast zijn er thema s die horen bij de rol of het aandachtsveld dat een medewerker heeft in het team. Hiervoor worden passende interne of externe opleidingen/instructies aangeboden. Inovum kent ook een facultatief aanbod voor onderwerpen die de medewerker mogelijk interessant vindt en die de medewerker op eigen initiatief kan doorlopen. De medewerker kan hiervoor gebruik maken van e-learning modules en inschrijfmogelijkheden voor workshops. BIG-bekwaamheid wordt verplicht bijgehouden via e-learning modules, gekoppeld aan klassikaal praktijk-oefenen. In het e-learning systeem wordt de bekwaamheid - 9 -

11 bijgehouden op voorbehouden handelingen die voor de functie van toepassing zijn. Via de e-learning modules is er managementinformatie te genereren om te beoordelen of alle professionals voldoen aan de minimumstandaarden. Verschillende disciplines zijn geregistreerd in specifieke registers. Verpleegkundigen en verzorgenden van Inovum zijn lid van het kwaliteitsregister van V&V. In dit kwaliteitsregister wordt aan medewerkers de mogelijkheid geboden om deskundigheid bevorderende opleidingen te publiceren. Nieuwe wetgeving, richtlijnen en regelgeving wordt gevolgd door bezoek van congressen, Actiz-bijeenkomsten en andere landelijke of regionale initiatieven. Wanneer nodig volgt hieruit bijscholing en implementatie. In het kader van projecten of ontwikkelvraagstukken worden werkbezoeken georganiseerd om van anderen te leren. Verschillende medewerkers participeren vanuit hun rol of functie in diverse grotere en kleinere regionale en landelijke netwerken en intercollegiale intervisiegroepen. Op bestuurlijk en beleidsniveau maken wij deel uit van meerdere lerende netwerken: met regionale collega instellingen en landelijk kwaliteitsnetwerk. Naast leeractiviteiten biedt Inovum medewerkers randvoorwaarden om hun werk goed te kunnen doen zoals het kunnen beschikken of goede werkruimten, materialen maar ook ondersteunende ICT-voorzieningen. Inovum heeft het ISO certificaat. Jaarlijks wordt door een extern bureau getoetst of deze ISO certificering verlengd kan worden. 7 Leiderschap, governance en management De zorgorganisatie organiseert de zorg zo, dat dit leidt tot goede zorg. Daarbij faciliteert de organisatie zorgprofessionals om te leren en verbeteren en ondersteunt de organisatie de zorgprofessional in de afstemming met externe partijen en zorgprofessionals van andere zorgorganisaties. Elke Raad van Bestuur van een zorgorganisatie voor langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie werkt volgens de geldende versie van de Zorgbrede Governance Code. In de voorgaande hoofdstuk 1 t/m 6 staat aangegeven op welk wijze (Thuiszorg)Inovum de zorg organiseert en faciliteert, zodat dit leidt tot goede zorg, leren en verbeteren en tot ondersteuning van de zorgprofessional in de afstemming met externe partijen en zorgprofessionals van andere zorgorganisaties

12 Het bestuur en toezicht werken volgens de geldende Zorgbrede Governance Code welke geborgd zijn in de reglementen van Raad van Toezicht en Raad van Bestuur. De borging van professionele inbreng in de aansturing van de organisatie ligt verankerd in de reglementen van de adviesraden (OR/CR/RvT). Het bestuur werkt volgens de wettelijke kaders van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) en de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) die praktisch zijn vertaald in de al genoemde regelementen. Het klachtenreglement en werkwijze is gebaseerd op de Wet Kwaliteit klachten en geschillen in de zorg (WKKGZ). 8 Gebruik van informatie Elke zorgorganisatie van langdurige zorg thuis met een Wlz-indicatie dient in het kader van onderlinge landelijke vergelijkbaarheid vanaf verslagjaar 2020 minimaal één keer per jaar informatie over de Net Promotor Score (NPS) score van de eigen organisatie aan te leveren. Hiervoor mag ook de aanbevelingsvraag van Zorgkaart Nederland gebruikt worden. Elke zorgorganisatie van langdurige zorg thuis met een Wlz indicatie dient minimaal één keer per jaar de cliëntervaringen te verzamelen met een instrument dat voldoet aan gestelde criteria in het addendum. De tevredenheid van klanten wordt reeds enkele jaren actief opgehaald via het instrument Zorgkaart Nederland. Zorgkaart-Nederland wordt dagelijks gecheckt op nieuwe waarderingen van klanten. Indien er een verbeterpunt beschreven staat in de waardering van een klant, start er een verbetercyclus op. Zorgkaart Nederland wordt actief gebruikt voor het verder verbeteren van de zorg- en dienstverlening (Zorgkaart Nederland). In juli/augustus 2019 is gestart met PREM vragenlijst wijkverpleging (patient reported experienced measures) om cliëntervaringen in de thuiszorg te meten. De uitkomsten worden gebruikt om verbeteracties uit te zetten. Beide meetmethoden hanteren de NPS. De NPS geven wij jaarlijks door aan het Zorginstituut in het kader van de uitvraag kwaliteitsgegevens wijkverpleging