Pestprotocol. Pestprotocol de Meerbrug

Transcriptie

1 Pestprotocol

2 Pestprotocol Waarom een pestprotocol? Definitie van pesten (onderscheid tussen pesten en plagen) Hoe werkt pesten? Oorzaken en signalen van pesten Voorkomen van pesten Aanpak van pestgedrag door de leerkracht Protocol voor alle leerlingen Pestprotocol voor het gepeste kind Pestprotocol voor de pester Ouders en pesten Procedure ontoelaatbaar gedrag bij kinderen Waarom een pestprotocol? Op De Meerbrug maken we gebruik van een procedure over hoe we met pesten omgaan. Deze procedure staat beschreven in dit pestprotocol. Een protocol geeft ons handvatten; We zeggen wat we doen en we doen wat we zeggen Het pestprotocol richt zich op; preventie van pesten tijdig signaleren van pesten oplossen van pesten wat doen we als het pesten niet stopt Dit pestprotocol is opgesteld om aan te geven hoe er op De Meerbrug wordt omgegaan met pestgedrag. Pesten kan en mag niet getolereerd worden. Wij vinden het belangrijk dat alle kinderen zich op De Meerbrug veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen. Door regels en afspraken zichtbaar te maken, kunnen kinderen en volwassenen elkaar aanspreken als zich ongewenste situaties voordoen.

3 Definitie van pesten Pesten is het systematisch uitoefenen van psychische en/of fysieke mishandeling door één of meerdere individuen op een persoon die niet in staat is zich zelf te verdedigen. Bij pesten is de macht ongelijk verdeeld. Pesten heeft negatieve gevolgen voor het slachtoffer. Deze kan en mag niet voor zich zelf opkomen noch zich verweren. Doet hij dit wel dan is dat voor de pester reden om hem nog harder aan te pakken. Bij plagen is er sprake van incidenten. Eén persoon zegt iets en de ander zegt iets terug, meestal is het dan afgelopen. Vaak is het een kwestie van elkaar voor de gek houden. De machtsverhouding is gelijk. Plagers en geplaagden hebben een bijna gelijkwaardige macht. Bij plagen loopt de geplaagde geen blijvende psychische en/of fysieke schade op en is in staat zich te verweren. Hoe werkt pesten? Pesten draait niet alleen om de pester en het gepeste kind. Op de achtergrond is er een groep zwijgende kinderen bij betrokken. Een aantal kinderen zal het pesten afkeuren maar zich er niet mee bemoeien. Een ander deel vormt het publiek voor de pester waaraan het succes wordt afgemeten. Ouders worden dagelijks geconfronteerd met hun gepeste kind of met een kind met stoere verhalen. Pesten moet door alle betrokkenen: leerlingen (gepeste kinderen, pesters en de zwijgende groep), leerkrachten en de ouders/verzorgers als een probleem worden gezien. Ouders en kinderen moeten het inschakelen van de leerkracht bij het signaleren van hinderlijk gedrag niet opvatten als klikken. Iedereen heeft de verantwoordelijkheid en de plicht het pestprobleem aan te kaarten en duidelijk stelling te nemen. Oorzaken en signalen van pesten Oorzaken van pestgedrag (van zowel pester als gepeste) kunnen zijn: Een voortdurende strijd om macht in de klas of in de buurt Een problematische thuissituatie Een voortdurend gevoel van anonimiteit (buitengesloten voelen) Voortdurend in een niet-passende rol worden gedrukt Voortdurend met elkaar de competitie aan gaan Signalen van pesterijen kunnen onder andere zijn: Een kind een ongewenste bijnaam geven Zogenaamde leuke opmerkingen maken over een persoon Een klasgenoot de schuld geven Briefjes doorgeven Beledigen Opmerkingen maken over kleding, uiterlijk, fysieke kenmerken Isoleren of negeren Buiten de school opwachten, slaan, schoppen of spugen Op weg naar huis achterna rijden of lopen Naar het huis van de gepeste gaan Bezittingen afpakken Schelden of schreeuwen tegen het slachtoffer Pesten via internet en telefoon

4 Voorkomen van pesten Preventieve methode De school maakt gebruik van de kanjermethode. Dit is een methode voor sociaal emotionele ontwikkeling. Tijdens deze lessen wordt o.a. ingegaan op pesten. Via bijvoorbeeld rollenspellen en voorleesverhalen wordt samen met de kinderen ingegaan op hoe je pesten kunt herkennen, wat je er aan kunt doen en welk effect pesten heeft op kinderen. Regels voor de kinderen: Er wordt niet gepest. Iedereen is belangrijk voor de groep en zal meewerken aan een goede (werk)sfeer. Iedereen mag eruitzien zoals hij of zij dat wil. We helpen elkaar als we zien dat dat nodig is of als iemand dat vraagt. We spreken elkaar aan bij de echte naam. We schelden elkaar niet uit. We spreken positief over de ander en roddelen niet over elkaar. Iedereen mag meedoen als er wordt gespeeld. We raken elkaar alleen aan, als de ander dat goedvindt. We zijn zuinig op onze spullen en op de spullen van een ander. Het belangrijkste advies: Word je gepest praat er dan thuis en op school over. Houd het niet geheim.

5 Aanpak van pestgedrag door de leerkracht Wanneer pesten ondanks alle inspanningen toch gebeurt, zal de school dit, samen met ouders en kinderen, direct aanpakken. Leerkrachten en toeziend personeel zijn alert op pestgedrag en treden op indien nodig. De leerkracht begeleidt het gepeste kind en de pester in overleg met de ouders en/of directie, IB-er, externe deskundigen. Stappen van het pestprotocol Wanneer leerlingen elkaar pesten: 1. Proberen zij eerst na te denken over een oplossing. 2. Op het moment dat leerlingen er niet zelf uitkomen, moeten ze het probleem aan de leerkracht voorleggen 3. De leerkracht praat met alle betrokkenen (o.a. ouders) en maakt met hen afspraken om tot een oplossing te komen. 4. Bij herhaaldelijk pestgedrag treedt de procedure bij ontoelaatbaar gedrag in werking. Pestprotocol voor alle leerlingen Zie je dat iemand gepest wordt? Zet je witte pet op en meld het aan de leerkracht! Klikken over pesten bestaat niet!! 1. Ik meld (zelf of samen met andere kinderen) het pesten bij de juf/meester, mijn vader/moeder of een andere volwassene 2. Ik durf te zeggen; Houd ermee op! Ik vind het gemeen wat jij doet. 3. Ik vertel het thuis en vraag om ideeën 4. Ik help bij het maken van een Anti-pest plan voor onze klas Pestprotocol voor het gepeste kind 1. Ik zeg; dat vind ik niet leuk. Stop ermee. Je doet gemeen. Je maakt me verdrietig. Ik wil dat je stopt. 2. Pesten is gemeen. Ik meld dat ik gepest word. Dat is geen klikken! 3. Ik vraag klasgenootjes om hun witte pet op te zetten en mij te helpen, zodat ik niet alleen sta. 4. Ik ga mijn hart luchten bij iemand die ik aardig vind en vertrouw en vraag om hulp. Dit doe ik bij mijn ouders, de juf of meester, vertrouwens/ - contactpersoon juf Daniëlle of iemand anders die ik goed ken. 5. Ik negeer de pester. Hij/zij weet niet eens wat hij/zij doet. Ik draai me om en meld het. 6. Ik vraag een andere plek in de klas als ik te dicht bij die pester zit. 7. Als ik vervelende s krijg, dan verwijder ik ze direct en de volgende keer open ik ze niet eens. Het adres ga ik blokkeren zodat de s direct verwijderd worden. 8. Word ik gepest op Facebook of andere social media, dan blokkeer ik die personen, zodat ze niet meer met mij kunnen praten. 9. Ik schrijf een dagboekje met alle vervelende dingen die de pester doet. Dan laat ik dit de juf, meester of mijn ouders lezen. 10. Ik kan gaan praten met een ander gepest kind. 11. Ik kan boeken lezen over het pesten en geef die dan aan andere kinderen om te lezen. 12. Ik kan leuke dingen doen, bijv. naar een club. Ik ben dan nooit verplicht met de pester(s) te blijven omgaan.

6 13. Ik denk alleen aan de leuke dingen die ik met andere kinderen doe. 14. Als ik meer informatie wil bel ik (gratis) de kindertelefoon / of ik kijk op Het is niet mijn schuld. Ik ben zoals ik ben en dat is prima. 16. Ik kan de pester(s) aan als ik hulp krijg van klasgenoten, juf/meester, ouder(s), vrienden. Pestprotocol voor de pester 1. Ik denk na over hoe het is om gepest te worden. Hoe zou ik dat vinden? 2. Ik stop met pesten! 3. Ik vraag hulp aan de juf, meester en/of mijn ouders. 4. Ik ga na schooltijd direct naar huis, zodat ik niet in de verleiding kom om te pesten. 5. Ik ga leuke dingen doen met een nieuw groepje kinderen. 6. Als ik een geintje maak, kijk ik of de ander mijn grapje wel leuk vindt. 7. Ik ga nadenken over hoe ik vanaf nu kan handelen: - Wil ik stoer zijn? Dan ga ik op vechtsport - Wil ik de baas spelen?ik vraag een hond - Verveel ik me? Is er niemand thuis? Ik ga naar een vriendje om te spelen of ga naar een club leuke activiteiten doen. - Pest ik omdat ik bang ben zelf gepest te worden? STOP! Ik doe aardig en anderen doen aardig tegen mij. 8. Als ik meer informatie wil, bel ik (gratis) de kindertelefoon of ik kijk op Ouders en pesten Adviezen aan alle ouders: 1. Ook mijn kind kan een pester zijn. Neem daarom ouders van het gepeste kind serieus. 2. Ik neem het probleem serieus; het kan ook uw kind overkomen. 3. Ik raak niet in paniek. 4. Ik straf niet fysiek, als ik hoor dat mijn kind vaak een zwarte pet opzet. 5. Ik corrigeer mijn kind bij ongewenst gedrag en benoem goed gedrag. 6. Ik praat met mijn kind en probeer er achter te komen wat de mogelijke oorzaken kunnen zijn. 7. Ik vraag mij af: - Voelt mijn kind zich veilig thuis? -Voelt mijn kind zich veilig op school? -Pest mijn kind uit stoerheid of uit gewoonte? -Pest mijn kind omdat het denkt dat het zo hoort? -Pest mijn kind omdat het bij de groep wil horen? -Welke tv-programma s volgt mijn kind allemaal? -Weet mijn kind wel wat het doet, wat het aanricht? 8. Ik besteed extra aandacht aan mijn kind en leer mijn kind voor anderen op te komen.

7 9. Ik corrigeer agressieve buien. 10. Ik stimuleer mijn kind om aan sport te doen of bij een club te gaan. 11. Ik overleg met de school, niet met ouders van een pester of een gepest kind. Pesten is een gemeenschappelijk probleem. 12. Ik bied hulp aan mijn kind. 13. Ik geef zelf het goede voorbeeld. 14. Ik lees boeken over pesten en/of zoek informatie hierover op (bijv. via internet). 15. Ik schakel eventueel een expert in als ik dat nodig vind of de school dit aangeeft. Adviezen aan ouders van gepeste kinderen: Pesten op school kunt u het beste direct met de leerkracht bespreken. Als uw kind al lange tijd gepest wordt, vraag dan om een uitgebreide aanpak. Als u er van uw kind met niemand over mag praten, steun dan uw kind, neem de school in vertrouwen en vertel uw kind dat de school het voorzichtig aan zal pakken. Beloon uw kind en help het zijn/haar zelfrespect terug te krijgen. Stimuleer uw kind dingen te doen waar hij/zij goed in is. Houd de communicatie open, blijf op een positieve manier in gesprek met uw kind. Steun uw kind in het idee dat er een oplossing voor het pesten komt. Laat uw kind opschrijven of tekenen wat het heeft meegemaakt. Laat uw kind deelnemen aan een sociale vaardigheidstraining. Stimuleer uw kind tot sociaal gedrag bijvoorbeeld door lid te worden van een (sport)club. Procedure ontoelaatbaar gedrag bij kinderen 1. De algemene schoolregels en groepsregels worden regelmatig in herinnering gebracht en bij alle leerlingen bekend verondersteld. 2. De leerling wordt gewezen op zijn/haar gedrag. Er wordt uitleg gegeven en gedragsalternatieven worden aangeboden en geoefend. 3. Het team wordt op de hoogte gebracht en meldt ervaringen en incidenten bij de desbetreffende groepsleerkracht. 4. Ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. 5. Er volgt een sanctie die passend is bij het vertoonde gedrag en rekening houdt met de mogelijkheden van de leerling. 6. De intern begeleider en de directie worden op de hoogte gesteld. In ParnasSys worden de corrigerende en ondersteunende maatregelen die getroffen zijn en de effecten die deze hebben gehad vermeld bij notities. 7. De ouders worden uitgenodigd voor een gesprek met de leerkracht en de intern begeleider of een lid van de directie. Van het gesprek wordt een verslag gemaakt dat door de ouders als gezien ondertekend wordt. 8. De leerling wordt op de hoogte gebracht van de getroffen maatregelen: 9. Melding bij externe instanties (bijv. wijkagent, Riagg) via buurtscholenoverleg als het geen eenmalige problemen zijn. 10. In werking stellen van het protocol schorsing en verwijdering leerlingen indien nodig zoals omschreven in het handboek van Stichting de la Salle en schoolgids van De Meerbrug.

8 NB. Op school wordt er gewerkt met: Kinderen en.omgaan met conflicten (Kwintessens 2011) Grip op de groep (René van Engelen) Sociaal gedrag..elke DAG (Valeria Hopmans / Marte van der Horst) Leerlingvolgsysteem sociaal emotionele ontwikkeling: ZIEN (ParnasSys)