Preventie van CVCgerelateerde

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Preventie van CVCgerelateerde"

Renske Karolien de Lange
8 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Preventie van CVCgerelateerde infecties Kurt Boeykens Verpleegkundig Specialist Nutritie 1 Katheterinfectie Preventie Diagnose Behandeling 2 IV Katheters Centraal Perifeer Korte/Medium Termijn Lange Termijn Korte termijn 3 1

Preventie Diagnose Behandeling 2 IV Katheters Centraal

2 Nosocomial (hospital-acquired) bloodstream infectons (BSIs) CR-BSIs (Catheter-related bloodstream infections) Morbidity! /year in US Primary (catheter-related): 64 % Secondary: urinary tract, wounds, lung, 90% related to CVC Bron: Up to date Risicofactoren Verblijftijd CVC Moeizame plaatsing Onderliggende ziekte Onvoldoende barrièremaatregelen IV therapie (TPN) Klinische setting (ICU,.) Aanwezigheid thrombose Aanprikplaats 5 Prevention works! ,64 infections 1000 central line days ICU s in US ,65 infections ICU s in US 6 2

Risicofactoren Verblijftijd CVC Moeizame plaatsing Onderliggende ziekte Onvoldoende barrièremaatregelen IV therapie (TPN) Klinische setting

3 7 8 _Richtlijnen/Actuele_WIP_Richtlijnen/Ziekenhuizen/WIP_richtlijn_Flebitis_en_bloedbaaninfecties_door _intraveneuze_infuuskatheters_zkh 9 3

4 10 IV Katheters Perifeer Korte termijn 11 Perifere katheters Gewoonlijk geplaatst in de venen van de voorarm of op de handrug 12 4

5 WIP FLEBITIS 13 WIP (Werkgroep infectiepreventie/nederland) Zo klein mogelijk bruikbare diameter Moeilijk aan te prikken patiënten: Grondige en dagelijkse controle insteekplaats Zeker verwijderen bij eerste tekens flebitis 14 Perifere katheters en TPN Osmolaliteit ( mosm/kg) Hoog risico voor thromboflebitis Korte en dunne diameter Nitraatpatch 5-10 mg LMWH 1000 IE/TPN-zak 15 5

6 IV Katheters Centraal Korte/Medium Termijn Lange Termijn 16 Prevention: think twice! Is a (central) venous access really necessary? Alternatives? Which central venous device? Peripheral, single-lumen, multi-lumen? At which site? Possible complications? 17 Complicaties centraal veneuze toegang Jugularis Subclavia Femoralis Infectie CRBSI* + CRBSI CRBSI ++ Mechanisch Thrombotisch Pneumothorax Hemothorax Arteriële punctie + Hematoma Pneumothorax + Hemothorax + Arteriële punctie Hematoma Arteriële punctie ++ Hematoma ++ Thrombose + Thrombose Thrombose ++ * CRBSI: catheter related bloodstream infection 18 6

17 Complicaties centraal veneuze toegang Jugularis Subclavia Femoralis Infectie CRBSI* + CRBSI CRBSI ++ Mechanisch Thrombotisch Pneumothorax Hemothorax

7 PICC

8 Enkel lumen vs Multilumen RCT, TPN Enkel lumen (n=78) Triple lumen (n= 99) CRBSI? Enkel lumen: 2,6 % Triple lumen: 13,1 % TPN? N = 153 CVC-gerelateerde infectie? TPN enige onafhankelijke risicofactor Mariur G. Parenteral Nutrition as a Risk Factor for Central Venous Catheter-Related Infection. JPEN

9 ESPEN GL 2009 Using single-lumen Grade B

10 Ports vs tunnelled CVC s Group A: patients standard training/instructions Group B: detailed training - Infection rates group B < group A (P < 0,001) - Ports (n= 153) vs tunnelled (n=68): Infection rate lower in tunnelled CVC s (P < 0,03) 28 Prevention = continuous education

group B < group A (P < 0,001) - Ports (n= 153) vs tunnelled (n=68):

11 Maximale barrièremaatregelen Strikt aseptische maatregelen bij: Plaatsen katheter Katheterverband HANDHYGIËNE 33 11

12 Insertion and dressings Maximale barrièremaatregelen Prospectief, gerandomiseerd Kankerpatiënten Niet-getunnelde CVC s Steriele handschoenen en kleine steriele afdekdoeken vs Masker, kap, steriele handschoenen, lange schort en grote afdekdoeken Septicemie 6,3 in controle groep Kostenbesparing 167 dollar/ ingebrachte katheter 37 12

steriele afdekdoeken vs Masker, kap, steriele handschoenen, lange schort en grote

13 38 Ultrasound 39 Katheterfixatie 41 13

14 Dressings 42 Dressings

15 Langetermijn CVC s 45 Chlorhexidine-impregnated sponge

16 48 Strikt aseptische maatregelen bij: Alle manipulaties aan het infuussysteem: Aan/afkoppelen/inspuitingen Infuuszak/fles- (verleng)leiding, zijleidingen, driewegkranen afsluitdoppen) en de infuuskatheter

17 51 Replacement adminstration sets 53 But

18 56 Needleless connectors 57 Needleless connectors 58 18

19 Zonder desinfectie: 66,7 % gecontamineerd Met 5 seconden alcohol: 1,4 %! 59 Antiseptic barrier cap for needleless connectors 60 Impregnated CVC s 62 19

20 Antimicrobiële/Antiseptische CVC Catheters Dennis G. Maki. The Risk of Bloodstream infection in Adults With Different Intravascular Devices: A systematic Review of 200 Published Prospective Trials Antimicrobiële/Antiseptische geïmpregneerde katheters Minder risico voor CRBSI (CDC/ IA aanbeveling) 1 st stap= audit: maximale barrièremaatregelen en aseptische technieken ok? Reservatie voor hoog risico populaties (ICU, brandwonden, BMT, immunosuppressiva) en/of infectie ratio > 2% Voor gebruik van minstens 5 dagen Duurder dan standaard CVC s!! Resistentie? 64 Let s watch the film

63 Antimicrobiële/Antiseptische geïmpregneerde katheters Minder risico voor CRBSI (CDC/ IA aanbeveling) 1 st stap= audit: maximale

21 BIO-FILM EPS: extracellulaire polysaccharide matrix Floss tanden Gebruikt tandenborstel(haar) Catheter lock therapy Antibiotics Taurolidine (+ heparine, + urokinase) Ethanol lock 69 21

22 Reduction CRBSI: RR: 0,31 (CI: 0,24-0,4) Changes in catheter integrity (6 studies) - Catheter occlusion (11 studies) - Thrombosis (1 study) - Systemic toxicity (transaminase elevation) 73 22

23 N=16, retrospective Multiple previous CRBSI s Ethanol lock therapy (70%): once a week 70% for two hours 690 days follow-up CRBI s from 9,8 per 1000 catheter days to 2,8 73% reduction in CRBSI and 77% in catheter removal No thrombotic events! Patients with previous CRBI Taurolidine group: 1 re-infection on 5370 catheter days Heparine group: 10 re-infections on 4939 catheter days 76 23

24 Enkel protectie tegen intraluminele infectie! 77 Take home Vena subclavia voor ongetunnelde katheters (IA) PICC als alternatief (home-care, dagziekenhuis-onco) Gebruik van echografie tijdens plaatsen (IA) Absolute handhygiëne/aseptische techniek bij het plaatsen (masker/grote afdekdoeken/steriele handschoenen) en verzorgen IV katheters (IA) Grondige huidontsmetting (IA) en laten opdrogen (IB) Ontsmetten katheteraanzetstuk/iv connecties (IA) (PUR)verband minimum 1 x/week (IB) en bij los en vuil (IB) bij korte termijn CVC s 79 Take home Katheter verwijderen indien niet meer nodig (IA) (Dagelijkse controle!) Aparte lijn of lumen voor TPN (IB) + kies aantal lumens in functie van de IV therapie Vervanging sets om 4-7 dagen (IA) (tenzij vermoeden lijnsepsis), bloed, lipiden en TPN om 24u (IB) Specifieke produkten en materialen enkel bij hoog risico en bij falen andere maatregelen Gebruik antiseptische locks voor lange-termijn CVC s 80 24

25 Let s focus on basic measurements! 81 25

Vergelijkbare documenten

Veneuze toegangswegen en complicaties. Kurt Boeykens Clinical Nutrition Nurse Specialist

Veneuze toegangswegen en complicaties Kurt Boeykens Clinical Nutrition Nurse Specialist Selectie van de veneuze toegangsweg Te overwegen factoren Doel en duur van de therapie Klinische toestand en potentiële