Onderzoek naar de compliance van de. infectiepreventiemaatregelen bij contactisolatie in

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek naar de compliance van de. infectiepreventiemaatregelen bij contactisolatie in"

Transcriptie

1 Onderzoek naar de compliance van de infectiepreventiemaatregelen bij contactisolatie in het Martini Ziekenhuis Groningen Naam student : Hans Stiekema Praktijkbegeleider : Chandra Jainandunsing Kerndocent : Nina van der Weg Medebeoordelaar : Paul Caesar Opleiding : Deskundige Infectiepreventie Gevolgd aan : Wenckebach Instituut Groningen Datum : 27 juni 2013 (goedkeuring PvA) Ingeleverd : 19 november 2013

2 Inhoudsopgave Bladzijde Samenvatting 2 1. Inleiding en probleemstelling Inleiding Probleemstelling 4 2. Vraagstelling en doelstelling Vraagstelling Doelstelling 5 3. Methode van onderzoek Observaties Vragenlijsten Analyse van de gegevens 7 4. Resultaten Onderzoekssetting Observaties en uitkomst vragenlijsten Toepassen van het protocol Communicatie en overdracht Handhygiëne Persoonlijke beschermingsmiddelen Reiniging en desinfectie Conclusie Sterke punten Zwakke punten Discussie Aanbevelingen Geraadpleegde literatuur 17 Bijlagen 1. Protocol contactisolatie 2. Resultaten observaties (Checklist) 3. Vragenlijst Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

3 Samenvatting Voor u ligt het onderzoek naar de compliance (naleving) van de maatregelen bij contactisolatie op vier verpleegafdelingen in het Martini Ziekenhuis Groningen (MZH). Ondanks isolatiemaatregelen vindt er regelmatig verspreiding plaats van micro-organismen op verpleegafdelingen binnen het ziekenhuis. Het gevolg van verspreiding is dat er onnodige schade kan worden toegebracht aan patiënten. Dit onderzoek is opgezet omdat er binnen de verpleegafdelingen en de afdeling Infectiepreventie onvoldoende inzicht was in de compliance ten aanzien van de uitvoering van contactisolatie in het MZH en wat de mogelijke oorzaken daarvan waren. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van 34 observatie audits bij patiënten die in contactisolatie lagen. Daarnaast zijn bijna 80 vragenlijsten ingevuld door verpleegkundigen, artsen en fysiotherapeuten. Geconcludeerd kan worden dat de kennis over en uitvoering van het protocol op een aantal punten goed scoort. Deze punten zijn onder andere de kennis over de inhoud van het protocol (93% van de medewerkers zegt te weten of grotendeels te weten wat er in het protocol staat), de intentie om deze na te leven en de communicatie en overdracht tussen medewerkers en diciplines. Duidelijke knelpunten zijn er op het gebied van handhygiëne, persoonlijke beschermingsmiddelen en reiniging en desinfectie van verpleegkundige materialen. Om deze knelpunten op te lossen zijn verbeteringen noodzakelijk. Deze verbeteringen dienen zodanig te worden geïmplementeerd en geborgd dat dit leidt tot een structurele verbetering van de compliance. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

4 1. Inleiding en probleemstelling 1.1 Inleiding Binnen de ziekenhuizen in Nederland is sprake van een groeiende populatie van patiënten waarvoor contactisolatie wordt ingesteld in verband met de toename van multiresistente micro-organismen. Ook het MZH wordt hiermee geconfronteerd. In 2011 was in het MZH het aantal gemelde patiënten in contactisolatie nog 331, een jaar later is dit opgelopen naar 487 patiënten (een stijging van 48%). In 2013 zijn er tot en met november al 620 gemelde patiënten in contactisolatie (een stijging van 27% ten opzichte van 2012). Ondanks de isolatiemaatregelen komt het regelmatig in het MZH voor dat er verspreiding plaats vindt naar andere patiënten. Enkele voorbeelden zijn: 1. In 2011 is er een epidemische verheffing geweest waarbij 44 patiënten de bacterie Vancomycine Resistente Enterococ (VRE) bij zich hadden. 2. Begin 2013 zijn op 3 verschillende verpleegafdelingen uitbraken met het Norovirus geweest. 3. Op de Intensive Care was er in mei 2013 sprake van verspreiding van microorganismen tussen patiënten met dezelfde stam (Enterobacter cloacae en Citrobacter koserii met ESBL = Extended Spectrum Bèta Lactamase). Omdat ondanks de ingestelde contactisolatie er toch verspreiding lijkt te zijn van het betreffende micro-organisme, is onduidelijk in hoeverre de maatregelen voor contactisolatie, beschreven in het protocol contactisolatie van het MZH, goed worden nageleefd. Vanuit de eerste episode met VRE verspreiding in 2011 is er een concrete vraag van het unithoofd van een Interne verpleegafdeling gesteld aan de afdeling Infectiepreventie om verbeteringen door te voeren door het auditeren van zorgmedewerkers bij patiënten in contactisolatie. Verspreiding van micro-organismen bij contactisolatie wordt ook in de literatuur beschreven. Het bekendste voorbeeld van een grote uitbraak met resistente micro-organismen is het Maasstad Ziekenhuis met de Klebsiella pneumoniae oxa-48 in De verspreiding was te wijten aan het onvoldoende in acht nemen van de geldende hygiënevoorschriften en het ontbreken van een veiligheidscultuur, schrijft de commissie Lemstra in het rapport Oog voor het onzichtbare 1. Het ziekenhuis heeft hiermee de betrokken patiënten en nabestaanden van overleden patiënten onnodig schade en leed toegebracht. Het in acht nemen van de geldende hygiënevoorschriften is dus van essentieel belang. Daniel J. Morgan 2 beschrijft het effect van contactisolatie bij 7743 ziekenhuismedewerkers. De compliance van het dragen van handschoenen en een beschermende schort bij patiënten in contactisolatie is hoger dan bij patiënten die niet in contactisolatie liggen, maar nog lang niet voldoende. Bij het meten van de maatregelen bij contactisolatie is de compliance 66,2% Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

5 voor het dragen van handschoenen en een beschermend schort. De compliance voor handhygiëne in hetzelfde onderzoek was 32.9% bij het betreden van de patiëntenkamer en 50.8% bij het verlaten van de patiëntenkamer 2. Dekker 3 beschrijft in haar onderzoek dat maar 22,3% van de verpleegkundigen aangeeft precies te weten wat er in het protocol contactisolatie staat en dat slechts 14% regelmatig in het protocol kijkt. 1.2 Probleemstelling Er vindt mogelijk verspreiding van micro-organismen plaats bij patiënten ondanks het feit dat contactisolatie volgens het protocol van het MZH 4 (bijlage 1) wordt toegepast. Om verspreiding te voorkomen zijn er de afgelopen jaren door de afdeling Infectiepreventie beperkt interventies gedaan door bijvoorbeeld eenmalig een audit te houden, een klinische les over VRE en door het aanscherpen van hygiënemaatregelen op de werkvloer. Er is niet eerder uitgebreid en gestructureerd onderzoek verricht naar knelpunten in het uitvoeren van het isolatiebeleid, omdat er onvoldoende tijd beschikbaar was. Er zijn meerdere factoren die de compliance van de maatregelen bij contactisolatie kunnen beïnvloeden: Onvoldoende bekendheid van het bestaan van het protocol contactisolatie bij zorgmedewerkers. De inhoud van het protocol contactisolatie is niet duidelijk of onvolledig. Onvoldoende kennis om het protocol consequent uit te voeren ten aanzien van handhygiëne of het dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen (handschoenen, beschermend schort). Onvoldoende vaardigheden van medewerkers om de maatregelen uit het protocol uit te voeren. Beperkte faciliteiten om de maatregelen goed uit te voeren (te weinig eenpersoonskamers). Onvoldoende tot geen reiniging en desinfectie van de gebruikte verpleegkundige materialen. Onvoldoende informatieoverdracht met betrekking tot de isolatie en het microorganisme tussen zorgverleners van de afdelingen. Hieruit komt de volgende probleemstelling voort: Er is binnen de verpleegafdelingen en de afdeling Infectiepreventie onvoldoende inzicht in de compliance ten aanzien van de uitvoering van contactisolatie in het MZH en wat de mogelijke oorzaken daarvan zijn. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

6 2. Vraagstelling en doelstelling 2.1 Vraagstelling In hoeverre wordt door zorgmedewerkers van verpleegafdelingen het protocol voor contactisolatie op de juiste wijze nageleefd en uitgevoerd en welke knelpunten worden gesignaleerd? 2.2 Doelstelling Om de vraagstelling te kunnen beantwoorden wordt het volgende doel gesteld: Het inzicht krijgen in de naleving van de maatregelen bij contactisolatie op verpleegafdelingen in het MZH en op basis daarvan verbeterpunten formuleren aan de betrokken verpleegafdelingen. Het specifiek maken van de doelstelling levert de volgende uitwerking op: - Er worden observatie audits gehouden aan de hand van een checklist van ongeveer 30 minuten bij minimaal 30 patiënten die in contactisolatie liggen. - De doelgroep bestaat uit verpleegkundig personeel, afdelingsassistenten, voedingsassistenten, (arts)-assistenten en fysiotherapeuten. - De observaties worden uitgevoerd op 4 verpleegafdelingen; twee interne afdelingen, een chirurgische en een longafdeling. - Na de observaties worden minimaal 50 vragenlijsten ingevuld door bovengenoemde doelgroep over de kennis en uitvoering van het protocol contactisolatie. - Het onderzoek wordt uitgevoerd gedurende 2½ maand in de periode augustus - oktober De resultaten en de voorgestelde verbeterpunten worden in januari 2014 teruggekoppeld aan de onderzochte afdelingen. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

7 3. Methode van onderzoek De methode van onderzoek is onderverdeeld in observationeel onderzoek en surveyonderzoek. De doelgroep is, zoals eerder vermeld, verpleegkundig personeel, afdelingsassistenten, voedingsassistenten, (arts)-assistenten en fysiotherapeuten met patiëntencontacten. Er is gekozen voor deze afgebakende doelgroep omdat deze zorgmedewerkers gemiddeld intensievere en langere zorgcontacten hebben. Medewerkers zoals laboratoriumpersoneel zijn niet meegenomen. Voor de start van het onderzoek is toestemming gevraagd aan de unithoofden van de verpleegafdelingen en fysiotherapie. Daarna is op de afdelingen informatie gegeven via een nieuwsbrief en een toelichting op de dag van de observaties aan de desbetreffende medewerker. Er is gestart met de observaties om de medewerkers zoveel mogelijk onbevooroordeeld te laten werken en zodoende een zuiver beeld te krijgen van de vaardigheden. Als met de vragenlijsten zou worden gestart dan zouden medewerkers zich hierdoor extra kunnen verdiepen in het protocol en zou er mogelijk een vertekend beeld ontstaan (informatiebias). 3.1 Observaties De observaties hebben plaatsgevonden op de verpleegafdelingen 1D (longen), 2C en 2D (interne) en 3D (chirurgie). Voordat werd gestart met de observaties is in juni 2013 eerst een proefaudit gehouden op verpleegafdeling 2D aan de hand van een checklist. Na deze proefaudit is de checklist geëvalueerd en aangepast. De checklist werd ingekort naar 16 observatiepunten op het gebied van de toepassing van handhygiëne, persoonlijke beschermingsmiddelen en reiniging en desinfectie (zie bijlage 2). Er is gekozen voor korte observatiemomenten omdat dan vaker verschillende medewerkers geobserveerd konden worden. Voor de aantallen en de spreiding van de observaties over de afdelingen verwijs ik naar de resultaten. Voor iedere observatie werd toestemming aan de patiënt gevraagd om mee te mogen kijken bij de verzorging, de visite of het onderzoek. Dit heeft niet geleid tot bezwaren. In een enkel geval is besloten af te zien van een observatie (in verband met een taalbarrière of een te zieke patiënt). Vanaf de startdatum in augustus is dagelijks bekeken welke patiënten voor observatie in aanmerking kwamen (rekening houdend met spreiding van de te observeren personen en de verschillende afdelingen). Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

8 3.2 Vragenlijsten Door middel van vragenlijsten is onderzocht hoe de kennis en ervaringen op gebied van contactisolatie bij de doelgroep was. De vragenlijst bestond uit totaal 22 vragen c.q. stellingen met gesloten antwoorden (zie bijlage 3). Op enkele vragen kon een toelichting worden gegeven. In de stellingen is nagegaan of: - de kennis op het gebied van het protocol contactisolatie aanwezig is. - de instructie op de isolatiekaart goed en duidelijk is. - er informatieoverdracht is over contactisolatie tussen verschillende afdelingen en disciplines. - er hiaten in het protocol zitten. - de kennis over handhygiëne en het dragen van een beschermend schort aanwezig is. - kennis op gebied van reiniging en desinfectie van verpleegkundige en medische materialen aanwezig is. Het maken van een kwalitatief goede vragenlijst is van essentieel belang om de juiste antwoorden te krijgen. Voordat de vragenlijst werd goedgekeurd is deze kritisch bekeken en van opmerkingen voorzien door de collega s van de afdeling Infectiepreventie. Daarna hebben een zorgcoördinator en een verpleegkundige (niet van de deelnemende afdelingen) de vragenlijst beoordeeld. Vervolgens zijn de vragenlijsten verspreidt op de verpleegafdelingen en is het doel van het onderzoek toegelicht tijdens de koffiepauzes. 3.3 Analyse van de gegevens De verzamelde data van de observaties en de vragenlijsten zijn opgeslagen en geanalyseerd vanuit een Excel document. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

9 4. Resultaten 4.1. Onderzoekssetting In de periode augustus tot en met begin oktober 2013 zijn 34 observaties gehouden. De geobserveerde medewerkers bestonden uit 21 verpleegkundigen, 9 arts-assistenten en 4 fysiotherapeuten. Daarna zijn op de betreffende afdelingen de vragenlijsten uitgedeeld. Gedurende 3 weken zijn deze verzameld. Dit heeft geresulteerd in 79 ingevulde vragenlijsten (respons 49%). Het doel van 50 ingevulde vragenlijsten is ruim overtroffen. In onderstaande tabel 1 is de onderzoekssetting weergegeven, de spreiding van de observaties en de respons op de vragenlijsten. Tabel 1: Onderzoekssetting, observaties en respons op de vragenlijsten Verpleegafdeling 1D 2C 2D 3D Totaal Specialisme Longen Interne Interne Chirurgie Alle afd. Aantal bedden Aantal medewerkers * Observaties: Verpleegkundigen Artsen Fysiotherapeuten Totaal observaties Vragenlijsten: Aantal uitgedeeld Respons afdelingen** Werkzaam in jaren 7,0 7,1 8,0 7,0 7,2 (gemiddeld) Range in jaren ervaring Respons in percentage 57% 47% 54% 36% 49% * Onder medewerkers wordt verstaan de verpleegkundigen, helpenden, afdelingsassistenten van betreffende afdeling, exclusief Voedingsassistenten, arts-assistenten en fysiotherapeuten. ** Alle respondenten Inclusief voedingsassistenten, artsen en fysiotherapeuten Van de 34 observaties zijn bijna de helft (16) gehouden op de Interne afdeling 2D omdat daar de meeste patiënten in contactisolatie lagen. Op de andere afdelingen lagen een Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

10 beperkt aantal patiënten in contactisolatie, deels veroorzaakt door de patiëntenpopulatie van die afdelingen en deels door de vakantieperiode. De indicaties waarvoor contactisolatie werd ingesteld waren: ESBL / BRMO 17 Gastro-enteritis 12 Clostridium difficile 4 Cellulitis 1 De vragenlijsten zijn ingevuld door 63 verpleegkundigen, voedingsassistenten en afdelingsassistenten, 10 arts-assistenten en 6 fysiotherapeuten. Het aantal jaren werkervaring (range) van de respondenten varieert van 0 tot 35 jaar. De arts-assistenten hebben op basis van hun dienstverband (gemiddelde werkervaring 1 jaar) de minste ervaring met contactisolaties. Het verplegend personeel heeft gemiddeld 7,2 jaar werkervaring en de fysiotherapeuten gemiddeld 12 jaar Observaties en uitkomst vragenlijsten De resultaten van de observaties (zie bijlage 2) en de antwoorden van de vragenlijsten zijn gebundeld en geven antwoord op de vraagstelling in hoeverre het protocol contactisolatie op de juiste manier wordt nageleefd en uitgevoerd. De resultaten zijn geordend naar de volgende onderdelen: - Toepassen van het protocol - Communicatie en overdracht - Handhygiëne - Persoonlijke beschermingsmiddelen - Reiniging en desinfectie Toepassen van het protocol In het MZH heeft het de voorkeur om patiënten in contactisolatie op een 1 persoonskamer te verplegen. Uit de resultaten blijkt dat de meeste patiënten (85%) op een 1 persoonskamer lagen. In 3 gevallen lag de patiënt op een 2-persoonskamer en in 2 gevallen lag de patiënt op een mediumcare waar eilandverpleging werd toegepast. Uit de vragenlijst wordt door 55% van de respondenten aangegeven dat een patiënt met heftige diarree op een 1 persoonskamer wordt gelegd; 34% van de ondervraagden geeft aan dat dit niet altijd mogelijk is vanwege plaatsgebrek, het niet nodig te vinden of in geval van het norovirus de patiënten in cohort te leggen. Op de interne afdelingen worden patiënten met diarree sneller apart gelegd dan op de twee andere afdelingen. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

11 Bijna 90% van de ondervraagden zegt wekelijks tot maandelijks ervaring te hebben met contactisolaties. In totaal zegt 32% van alle respondenten te weten wat er in het protocol staat en nog eens 61% beantwoordt dit met grotendeels. Van de artsen en fysiotherapeuten geven slechts 2 personen aan (12%) te weten wat er in het protocol staat. De meeste medewerkers (86%) vinden het protocol duidelijk beschreven en 63% vindt het protocol volledig (7% vindt het onvolledig en heeft suggesties gedaan ter verbetering). Op de vraag of bij hoge werkdruk het protocol gevolgd blijft antwoordt 68% met ja en 29% gedeeltelijk. In het laatste geval wordt vaak het schort niet aangetrokken, maar volstaat men met alleen handschoenen en handhygiëne als beschermende maatregel. Bijvoorbeeld bij het bedienen van de infuuspomp. De verpleegkundigen scoren op dit punt gemiddeld lager dan de artsen en fysiotherapeuten. Bij het niet of onvoldoende naleven van het protocol geeft 87% van de medewerkers aan dat het risico op verspreiding van een micro-organisme groot is Communicatie en overdracht Tijdens de observaties bleek dat bij alle isolaties een groene isolatiekaart aan de deur van de 1 persoonskamer te hangen of in geval van isolatie op een meerpersoonskamer aan het bed. In 1 geval was deze niet goed zichtbaar opgehangen. Van de respondenten gaf 89% aan te weten wat te doen bij contactisolatie door de instructies op de groene isolatiekaart. Enkele arts-assistenten en helpenden gaven aan de instructies op te volgen van de verpleegkundige. De patiënt wordt in alle gevallen mondeling geïnformeerd door de verpleegkundige of de arts over het instellen van de isolatie. Alle ondervraagden geven aan dat bij onderzoek of overplaatsing van de patiënt dit van tevoren wordt gemeld aan de desbetreffende afdeling. In driekwart van de isolaties wordt aangegeven dat de afdeling Infectiepreventie geïnformeerd wordt over het instellen en opheffen van de contactisolatie Handhygiëne Uit de observaties bleek dat maar een klein deel (26%) van de medewerkers handhygiëne toepast vóór het patiëntencontact. Dit kwam ook naar voren uit de vragenlijsten; 40% van de medewerkers geeft aan dit niet te doen. Als reden werd aangegeven dat er bij het verlaten van de kamer bij de vorige patiënt al gedesinfecteerd was maar ook omdat er toch handschoenen werden gedragen, of dat men de handschoenen niet gemakkelijk aankreeg na desinfectie. Een grote meerderheid van 89% paste handhygiëne toe na het uittrekken van de handschoenen en het verlaten van de kamer. Dit houdt in dat 11% dit niet deed bij een patiënt in contactisolatie. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

12 Uit de observaties bleek ook dat doorgaans (veel) te weinig tijd wordt genomen voor handhygiëne terwijl juist wel frequent dubbele handhygiëne toegepast werd, dat wil zeggen eerst handen wassen en daarna desinfectie; in 30% werd de juiste techniek niet gehanteerd. Uit de vragenlijst bleek dat de medewerkers vaak niet op de hoogte zijn bij welk microorganismen de handen moeten worden gewassen en wanneer desinfectie toe te passen (zie tabel 2). Mogelijk past daarom meer dan de helft van de respondenten dubbele handhygiëne toe. Bij de bacterie Clostridium difficile is handalcohol niet werkzaam en is grondig handen wassen met water en zeep noodzakelijk. Geen enkele arts, slechts 1 fysiotherapeut en 23 verpleegkundigen wisten het juiste antwoord aan te kruisen (30%). In de vragenlijst is bewust onderscheid gemaakt tussen de verschillende micro-organismen om de kennis te toetsen van de medewerkers. In de praktijk is er geen verschil tussen het toepassen van handhygiëne bij een VRE of een BRMO / ESBL. Bij het norovirus dient een andere handalcohol dan de reguliere handalcohol te worden gebruikt. Tabel 2: Het toepassen van handhygiëne Micro-organisme Handalcohol Handen wassen Beide Weet niet VRE 29% 18% 51% 2% Norovirus 16% 29% 54% 1% BRMO / ESBL 28% 18% 51% 4% Clostridium difficile 18% 30% 48% 4% Persoonlijke beschermingsmiddelen Bijna alle medewerkers beschermen zich goed bij het binnenkomen van de kamer. In 98% van de observaties werden handschoenen en een disposable schort gedragen. Op 2 afdelingen is de afspraak om het schort direct na gebruik weg te gooien. Op de andere 2 afdelingen wordt dit gedaan zoals beschreven in het protocol. In 81% van de gevallen werd het schort weggegooid na gebruik. Verder bleek tijdens de observaties dat de verpleegkundigen opvallend weinig wisselden van handschoenen na een vuile handeling. In 47% van de gevallen werden schone handelingen (bed opmaken, infuus aankoppelen) en vuile handelingen (zoals het verschonen van de patiënt na diarree) afgewisseld zonder tussendoor handschoenenwissel en / of handdesinfectie toe te passen. Hierdoor werd de omgeving van de patiënt gecontamineerd. Van de ondervraagden wist 22% de juiste volgorde van handelen (handschoenen uit, schort uit, handen desinfecteren of wassen) aan te geven bij het verlaten van de kamer. Een ruime Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

13 meerderheid (66%) gaf aan eerst het schort uit te doen, daarna de handschoenen en dan (het toepassen van dubbele) handhygiëne Reiniging en desinfectie Verpleegkundige materialen dienen bij isolatiepatiënten zoveel mogelijk op de kamer te blijven om verspreiding van micro-organismen via bijvoorbeeld waskommen, postoel, schaar of saturatiemeter naar andere patiënten te voorkomen. Goede reiniging en desinfectie nadat deze van de kamer afgaan is dan ook vereist. Uit de observaties bleek dat 7 van de 12 medewerkers (58%) de juiste procedure volgden. Ruim 40% past deze methode niet toe. Soms wist de verpleegkundige niet wat er gedaan moest worden en meestal werd alleen gereinigd met een doekje. Dit percentage komt overeen met de uitkomst van de vragenlijsten. Hier geeft 41% van alle medewerkers niet het juiste antwoord, zie tabel 3. Positief was dat op de 2 Interne afdelingen de arts-assistenten hun stethoscoop reinigden en desinfecteerden na onderzoek. Tabel 3: Reiniging en desinfectie van verpleegkundige materialen: Reiniging 30% Reiniging en desinfectie 59% Desinfectie 10% Geen van beide 1% De respondenten gaven verder aan dat bij patiënten met gastro-enteritis het reinigen en desinfecteren van de postoel in meer dan de helft van de gevallen (51%) niet volgens protocol plaatsvindt. Tussen de afdelingen onderling waren er geen grote verschillen met betrekking tot reiniging en desinfectie. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

14 5. Conclusie De conclusies van het onderzoek worden beantwoord vanuit de vraagstelling van het onderzoek: In hoeverre wordt door zorgmedewerkers van verpleegafdelingen het protocol voor contactisolatie op de juiste wijze nageleefd en uitgevoerd en welke knelpunten en verbeterpunten worden gesignaleerd? De belangrijkste bevindingen van het onderzoek zijn tweeledig: 5.1 Sterke punten Het protocol contactisolatie wordt door een groot aantal zorgmedewerkers van de onderzochte verpleegafdelingen redelijk tot goed nageleefd: Handhygiëne bij het verlaten van de patiëntenkamer scoort hoog. Op het onderdeel communicatie en overdracht wordt goed gescoord. Een ruime meerderheid van de respondenten (93%) zegt te weten of grotendeels te weten wat in het protocol staat. De meeste respondenten vinden het protocol duidelijk beschreven en 63% vindt het protocol volledig. De intentie van de medewerkers om het protocol goed uit te voeren is groot. Bij het niet of onvoldoende naleven van het protocol geeft 87% van de medewerkers aan dat het risico op verspreiding van een micro-organisme groot is. De risicoperceptie is dus groot te noemen. 5.2 Zwakke punten Op de volgende onderdelen worden duidelijk knelpunten gesignaleerd. Deze knelpunten zijn: Het toepassen van handhygiëne Zowel vóór als na patiëntencontact schiet de handhygiëne tekort. Het is bij veel medewerkers niet duidelijk wanneer de handen moeten worden gewassen en wanneer handdesinfectie moet worden toegepast. Er wordt te weinig tijd uitgetrokken voor handhygiëne en er wordt een onjuiste techniek gebruikt. Persoonlijke beschermingsmiddelen Een grote meerderheid van de medewerkers hanteert de verkeerde volgorde bij het uittrekken van het schort en de handschoenen. Er is onvoldoende bewustzijn bij het werken van schoon naar vuil en het wisselen van handschoenen tijdens de verzorging. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

15 Reinigen en desinfectie van verpleegkundige materialen Er is onvoldoende kennis of inzicht in de wijze van reiniging en desinfectie. Ruim 40% van de medewerkers desinfecteert geen verpleegkundige materialen na gebruik bij een patiënt in contactisolatie. In het algemeen zijn er geen grote verschillen te benoemen tussen de vier onderzochte verpleegafdelingen. Tussen de verschillende beroepsgroepen valt op dat de kennis en toepassing van het protocol door de arts-assistenten lager is dan bijvoorbeeld bij de verpleegkundigen. In de terugrapportage zal meer ingezoomd worden naar de resultaten op afdelingsniveau. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

16 6. Discussie De resultaten van de observaties zijn voor een deel in positieve zin beïnvloed door het Hawthorne effect. Het observeren van medewerkers door een deskundige van de afdeling Infectiepreventie zorgde soms zichtbaar voor extra inspanningen van de medewerkers. Door de observaties werden medewerkers zich bewust van hun handelen en dat alleen al leidde tot verbeteringen. Dit geldt in zekere mate ook voor het invullen van de vragenlijsten, waar vermoedelijk ook sociaal wenselijke antwoorden zijn gegeven. Bijvoorbeeld de vraag over de inhoudelijke kennis van het protocol. In totaal zegt 32% van de medewerkers te weten wat er in het protocol staat en nog eens 61% beantwoordt dit met grotendeels. Dat betekent dat 93% op de hoogte is van de inhoud van het protocol. Naar aanleiding van de observaties durf ik te stellen dat de medewerkers hun kennis te hoog inschatten. De benoemde knelpunten zoals het toepassen van handhygiëne en de persoonlijke beschermingsmiddelen zijn niet alleen maatregelen die toegepast dienen te worden bij contactisolatie, maar feitelijk algemene voorzorgsmaatregelen (AVM) zijn. De vraag is dan ook in hoeverre deze toegepast worden in niet-contactisolatie situaties. Het zou wenselijk zijn als hier nader onderzoek naar wordt gedaan. In de literatuur is veel onderzoek gedaan naar de naleving van maatregelen van contactisolatie. Veelal blijkt dat maatregelen onvoldoende in de praktijk worden nageleefd. Landelle e.a. 5 geven aan dat scholing, training en feedback op handelen aan medewerkers de beste methodes zijn om een hogere compliance te behalen. Dekker 3 geeft in haar onderzoek aan dat scholing en training, audit en observatie en het verhogen van beschikbare middelen effectief gebleken interventies zijn. Om richtlijnen beter in te bedden in de organisatie zal het ook een onderdeel moeten zijn van een kwaliteitssysteem en het hanteren van de PDCA cyclus. In het rapport voor het Martini Ziekenhuis naar aanleiding van het thematoezicht bijzonder resistente micro-organismen geeft de IGZ aan dat richtlijnen vaker geauditeerd moeten worden in de praktijk 6. Kennis en gedrag zijn noodzakelijk voor een goede uitvoering van protocollen. Dit houdt in dat naast het implementeren van richtlijnen ook borging moet plaatsvinden door audits te houden. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

17 7. Aanbevelingen Het structureel verbeteren van de naleving van het protocol contactisolatie vereist een actieve bijdrage van de afdeling Infectiepreventie en het management van het ziekenhuis. De volgende aanbevelingen worden gedaan om de compliance te vergroten: Revisie van het protocol contactisolatie. In overleg met een (kleine) afvaardiging van de onderzochte verpleegafdelingen wordt het protocol gezamenlijk aangepast. Voordelen hiervan zijn: meer invloed van medewerkers, inbrengen knelpunten van de werkvloer, vergroten bewustwording. Structureel auditeren van isolatieprotocollen op verpleegafdelingen (jaarlijks). In het jaarplan van de afdeling Infectiepreventie vastleggen dat auditeren een onderdeel is van de PDCA cyclus en hier periodiek tijd voor inplannen. Meer aandacht voor handhygiëne en persoonlijke beschermingsmiddelen (AVM). Tijdens de jaarlijkse handhygiëne audit(s) en klinische lessen op de verpleegafdelingen en de structurele scholing aan arts-assistenten meer aandacht besteden aan handhygiëne en persoonlijke beschermingsmiddelen. Verbeteren van de kennis over reiniging en desinfectie van verpleegkundige materialen. In het voorjaar van 2014 wordt vanuit de werkgroep desinfectiebeleid bekeken of het aantal beschikbare reiniging- en desinfectiemiddelen kan worden vereenvoudigd. Het protocol reiniging en desinfectie van verpleegkundige en medische materialen aanpassen en uitbreiden met een lijst van materialen. Het aangepaste protocol opnieuw implementeren door het geven van klinische lessen en borgen door het houden van audits door de werkgroep desinfectiebeleid. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

18 8. Geraadpleegde literatuur 1) Externe onderzoekscommissie MSZ, Onderzoek naar de uitbraak van de Klebsiella Oxa-48 bacterie in het Maasstad Ziekenhuis te Rotterdam; Oog voor het onzichtbare ; 29 maart URL: bca3eadeea8b83fa33e593ef448cd6/nos/docs/maasstad.pdf 2) Morgan Daniel J. e.a. The effect of contact precautions on health care worker activity in acute care hospitals. Infection control and hospital epidemiology, vol. 34, No 1 (January 2013), pp URL: 3) Dekker M.,Van protocol naar praktijk Onderzoek naar naleving van contactisolatie. Medisch Centrum Alkmaar, April ) iprova, Kwaliteitsportaal Martini ziekenhuis Groningen, protocol contactisolatie versie 8: Groningen; , Schreuder A. 5) Landelle,C,Pagani L, Harbarth S. Is patient isolation the single most important measure to prevent the spread of multidrug resistant pathogens? Virulence 2013 Feb 15;4(2): doi: /viru Epub 2013 Jan 9. URL: 6) Rapport voor het Martini Ziekenhuis naar aanleiding van het thematoezicht bijzonder resistente micro-organismen, Inspectie voor de Gezondheidszorg IGZ, Amsterdam, september ) WIP richtlijn handhygiëne, Stichting Werkgroep Infectie Preventie, Leiden; 2007, 8) Bouter L.M., Dongen van M.C.J.M., Zielhuis G.A., Epidemiologisch onderzoek. Houten: Bohn Stafleu van Lochum; p ) WIP richtlijn contactisolatie. Stichting Werkgroep Infectie Preventie, Leiden; 2006, 10) Centers for Disease Control and Prevention Guideline for isolation precautions: Preventing transmission of infectious agents in healthcare settings URL: 11) Joint commission Journal on quality and patiënt safety Sep;36(9): Back to basics: Four years of sustained improvement in implementation of contact precautions at a university hospital. Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

19 Mawdsley EL,Garcia-Houchins S, Weber SG. Bron: Section of Infectious Diseases and Global Health, University of Chicago Medical Center, Chicago, USA. 12) Brinkman, Joep, De vragenlijst, Groningen, Wolters-Noordhoff, 1994, De vragenlijst opstellen, antwoordcategorieën opstellen blz Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

20 Bijlage 1: Protocol contactisolatie versie 8 Martini Ziekenhuis Groningen Trefwoorden Infectiepreventie contactisolatie isolatie besmetting besmettelijk vre / esbl Naam Contactisolatie Inleiding Contactisolatie is een aanvulling op de algemene voorzorgsmaatregelen Doel Voorkomen van transmissie van pathogene micro-organismen naar patiënt en medewerker Indicaties Contactisolatie wordt toegepast bij infectieziekten die zich door contact laten verspreiden en waarbij algemene voorzorgsmaatregelen onvoldoende worden geacht. Wanneer toe te passen: zie protocol Infectieziekten en isolatiemaatregelen Benodigdheden handschoenen overschort groene isolatiekaart (villa nr ) desinfectans; alcohol 70% of chloortabletten 2,7g (1 tablet op 6liter koud water) Werkwijze Ruimte verpleeg de patiënt op een eenpersoonskamer met eigen toilet (altijd bij Noro, Vancomycine Resistent Enterococ en Clostridium difficile) patiënt kan bij wijze van uitzondering op zaal worden verzorgd o bij verpleging op zaal is de ruimte rond het bed minimaal 1,5 meter en Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

21 o de patiënt wordt als laatste van de zaal verzorgd hang aan de deur van de kamer de groene isolatiekaart op de deur mag open staan Patiënt mag alleen van de kamer af wanneer dit noodzakelijk is voor mobilisatie met de fysiotherapie en -de wond is goed af te dekken -de patiënt draagt schone kleren en is niet incontinent -de patiënt past goede handhygiëne toe voordat de kamer wordt verlaten -de patiënt geen contact heeft met medepatiënten -de medewerker past goede handhygiëne toe voor en na contact met de patiënt Voorraad alle benodigdheden voor de verpleging en eenvoudig onderzoek van de patiënt moeten in de kamer aanwezig zijn verband- en ander steriel materiaal wordt in een gesloten kast bewaard leg geen grote voorraden verpleegartikelen aan Patiënten met diarree gebruik bij voorkeur de postoel reinig en desinfecteer het toilet/ de postoel twee keer per dag wanneer deze gebruikt wordt reinig en desinfecteer het toilet/ de postoel direct bij zichtbare verontreiniging Patiënt met scabiës gebruik wegwerpschort met lange mouwen eenmalig draag bij verschonen van het beddengoed beschermende kleding en handschoenen, doe het wasgoed in een gele zak en sluit de zak zonder er lucht uit te drukken Kleding van de patiënt de patiënt draagt kleding die op 60º gewassen kan worden Linnengoed voor linnengoed hoeven geen bijzondere maatregelen genomen te worden Afval voor afval hoeven geen bijzondere maatregelen genomen te worden Serviesgoed voor serviesgoed hoeven geen maatregelen te worden genomen, ook is er geen Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

22 indicatie voor het gebruik van disposable serviesgoed Persoonlijke beschermingsmiddelen voor contact met de patiënt trek handschoenen aan vóór ieder contact met de patiënt of zijn directe omgeving draag beschermende kleding bij de verzorging van de patiënt consulenten gebruiken een wegwerpschort met lange mouwen na contact met de patiënt trek de handschoenen uit en desinfecteer de handen hang het overschort achter de deur met de binnenkant naar buiten vervang het schort na intensieve handelingen (wassen, wondbehandeling), iedere 8 uur en bij zichtbare verontreiniging desinfecteer de handen Zie ook protocol Handhygiëne Vervoer van de patiënt meldt contactisolatie aan de afdeling waar de patiënt heen gaat en de maatregelen aan de vervoersdienst vervoer de patiënt met schone kleding en schoon beddengoed neem als ontvangende afdeling dezelfde maatregelen als hierboven beschreven de onderzoeksafdeling desinfecteert de contactpunten nadat de patiënt weg is bij vervoer van een overleden patiënt zijn geen bijzondere maatregelen nodig Onderzoeksafdeling de patiënt wordt op een zodanig tijdstip gepland dat voldoende tijd beschikbaar is voor de extra maatregelen de ruimte wordt zoveel mogelijk ontruimd; alle niet-benodigde voorraad en gemakkelijk uit te rijden voorwerpen worden verwijderd alle benodigdheden voor behandeling of onderzoek van de patiënt moeten in de kamer aanwezig zijn neem als ontvangende afdeling dezelfde maatregelen met betrekking tot persoonlijke beschermingsmiddelen als hierboven beschreven Bezoek bezoekers desinfecteren of wassen hun handen na contact met de patiënt bezoekers verlaten na het bezoek de afdeling en het ziekenhuis (bij noro, VRE en Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

23 Clostridium difficile) Reiniging reinig de patiëntenkamer dagelijks en voordat een nieuwe patiënt in de kamer wordt opgenomen onderzoeksafdeling desinfecteert de contactpunten en/of de onderzoekstafel nadat de patiënt weg is zie ook protocol: reiniging en desinfectie van medische en verpleegkundige materialen Beëindiging van de isolatie reinig en desinfecteer medisch en verpleegkundig materiaal dat in direct contact met de patiënt is geweest na ontslag van patiënt met een ESBL-vormende-bacterie worden alle horizontale vlakken en contactpunten ook gedesinfecteerd na ontslag van patiënt met VRE (epidemische stam) wordt de kamer gefogd (waterstofperoxide verneveling) Verslaglegging Meld het begin en eind van de isolatie aan de afdeling Infectiepreventie Datum Juni 2003 ontwikkeld door ziekenhuishygiënisten Augustus 2005 Geactualiseerd en gewijzigd door de ziekenhuishygiënisten November 2007 Geactualiseerd door de ziekenhuishygiënisten December 2009 Geactualiseerd Maart 2011 aanvullingen scabiës December 2011 actualisatie na VRE-uitbraak Onderzoeksverslag opleiding Deskundige Infectiepreventie november

Bijlage 3: Vragenlijst protocol contactisolatie in het MZH oktober 2013

Bijlage 3: Vragenlijst protocol contactisolatie in het MZH oktober 2013 Bijlage 3: Vragenlijst protocol contactisolatie in het MZH oktober 2013 Beste specialist, arts-assistent, fysiotherapeut, verpleegkundige, helpende, voedingsassistent of afdelingsassistent, Deze vragenlijst

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Contactisolatie

Ziekenhuizen. Contactisolatie Ziekenhuizen Contactisolatie Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: november 2006 Revisie: november 2011 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits de Werkgroep Infectie Preventie

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Contactisolatie kinderen

Ziekenhuizen. Contactisolatie kinderen Ziekenhuizen Contactisolatie kinderen Werkgroep Infectiepreventie Vastgesteld:april 2004 Revisie: april 2009 Aan de samenstelling van deze richtlijn werd, behalve door leden en medewerkers van de WIP,

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Strikte isolatie

Ziekenhuizen. Strikte isolatie Ziekenhuizen Strikte isolatie Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: november 2006 Revisie: november 2011 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits de Werkgroep Infectie Preventie

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Strikte isolatie

Ziekenhuizen. Strikte isolatie Ziekenhuizen Strikte isolatie Werkgroep Infectiepreventie Vastgesteld: november 2006 Revisie: november 2011 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits steeds de Werkgroep Infectiepreventie

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Druppelisolatie kinderen

Ziekenhuizen. Druppelisolatie kinderen Ziekenhuizen Druppelisolatie kinderen Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: april 2004 Revisie: april 2009 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits de Werkgroep Infectie

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Aërogene isolatie

Ziekenhuizen. Aërogene isolatie Ziekenhuizen Aërogene isolatie Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: november 2006 Wijzigingen: juli 2013 Revisie: november 2011 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Strikte isolatie kinderen

Ziekenhuizen. Strikte isolatie kinderen Ziekenhuizen Strikte isolatie kinderen Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: april 2004 Revisie: april 2009 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits de Werkgroep Infectie

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Beschermende isolatie

Ziekenhuizen. Beschermende isolatie Ziekenhuizen Beschermende isolatie Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: november 2006 Revisie: november 2011 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits de Werkgroep Infectie

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Aërogene isolatie kinderen

Ziekenhuizen. Aërogene isolatie kinderen Ziekenhuizen Aërogene isolatie kinderen Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: april 2004 Revisie: april 2009 Aan de samenstelling van deze richtlijn werd, behalve door leden en medewerkers van de WIP,

Nadere informatie

ISOLATIE KINDERAFDELING Infectiepreventie FRANCISCUS VLIETLAND

ISOLATIE KINDERAFDELING Infectiepreventie FRANCISCUS VLIETLAND ISOLATIE KINDERAFDELING Infectiepreventie FRANCISCUS VLIETLAND Inleiding Uw kind is opgenomen op de kinderafdeling van Franciscus Vlietland en wordt geïsoleerd verpleegd. In deze folder vindt u informatie

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Verpleging in isolatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Verpleging in isolatie PATIËNTEN INFORMATIE Verpleging in isolatie 2 PATIËNTENINFORMATIE Algemeen U bent opgenomen, of uw naaste is opgenomen, in het Maasstad Ziekenhuis en wordt in isolatie verpleegd. U bent door uw behandelend

Nadere informatie

Bijzonder Resistente Micro-Organismen. Isolatiemaatregelen infectiepreventie bij BRMO

Bijzonder Resistente Micro-Organismen. Isolatiemaatregelen infectiepreventie bij BRMO Bijzonder Resistente Micro-Organismen Isolatiemaatregelen infectiepreventie bij BRMO In deze folder vindt u meer informatie over Bijzonder Resistente Micro Organismen (BRMO) en Extended Spectrum Beta-Lactamase

Nadere informatie

Isolatie verpleging op de kinderafdeling

Isolatie verpleging op de kinderafdeling Isolatie verpleging op de kinderafdeling Isolatie verpleging Uw kind is opgenomen op de kinderafdeling. Het vermoeden bestaat dat uw kind een infectie heeft of een bacterie of virus bij zich draagt, die

Nadere informatie

Contact isolatie-ge. Infectiepreventie

Contact isolatie-ge. Infectiepreventie Contact isolatie-ge Infectiepreventie Isolatieverpleging, contact isolatie-ge U wordt tijdens uw opname in het ziekenhuis in contact isolatie verpleegd. In deze folder geven we u meer informatie over isolatiemaatregelen

Nadere informatie

Maatregelen bij Bijzonder Resistent Microorganismen

Maatregelen bij Bijzonder Resistent Microorganismen BRMO en isolatie Maatregelen bij Bijzonder Resistent Microorganismen Deze folder geeft u informatie over bijzonder resistente microorganismen (BRMO) en de extra maatregelen die binnen het Laurentius Ziekenhuis

Nadere informatie

VRE-bacterie. Vancomycine resistente enterokok. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

VRE-bacterie. Vancomycine resistente enterokok. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! VRE-bacterie Vancomycine resistente enterokok Uit kweekonderzoek is gebleken dat u drager bent van de VRE-bacterie (Vancomycine resistente enterokok). Dit betekent dat de VRE-bacterie zich gevestigd heeft

Nadere informatie

Hygiëne en Infectiepreventie. Patiënteninformatie. VRE-bacterie. Vancomycine resistente enterokok. Slingeland Ziekenhuis

Hygiëne en Infectiepreventie. Patiënteninformatie. VRE-bacterie. Vancomycine resistente enterokok. Slingeland Ziekenhuis Hygiëne en Infectiepreventie VRE-bacterie i Patiënteninformatie Vancomycine resistente enterokok Slingeland Ziekenhuis Algemeen Uit kweekonderzoek is gebleken dat u drager bent van de VRE-bacterie (Vancomycine

Nadere informatie

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Verplegen in isolatie. rkz.nl

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Verplegen in isolatie. rkz.nl Patiënteninformatie Verplegen in isolatie rkz.nl Inleiding U bent opgenomen in het en wordt in isolatie verpleegd, dit kan voor u minder prettig zijn. Wij vragen u begrip voor het nemen van deze helaas

Nadere informatie

Infectiepreventiebeleid EVO PDF Tools Demo

Infectiepreventiebeleid EVO PDF Tools Demo Infectiepreventiebeleid Ziekenhuis Gelderse Vallei Deze folder is bedoeld voor alle nieuwe medewerkers. Het bevat informatie over de afdeling infectiepreventie, afspraken, regels en maatregelen rondom

Nadere informatie

MEDEWERKERS INFORMATIE. Infectiepreventiebeleid Maasstad Ziekenhuis

MEDEWERKERS INFORMATIE. Infectiepreventiebeleid Maasstad Ziekenhuis MEDEWERKERS INFORMATIE Infectiepreventiebeleid Maasstad Ziekenhuis Infecties die patiënten oplopen ten gevolge van opname en/of behandeling in een ziekenhuis noemt men ziekenhuisinfecties. Die leiden vaak

Nadere informatie

Hygiënemaatregelen in de huisartsenpraktijk

Hygiënemaatregelen in de huisartsenpraktijk 1 Wereldwijd bestaat een belangrijke behoefte om verspreiding van microorganismen die slecht behandelbare infecties veroorzaken zoveel mogelijk te beperken. Dit betreft dus ook infectiepreventie in de

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Onderzoek en behandeling van geïsoleerde patiënten

Ziekenhuizen. Onderzoek en behandeling van geïsoleerde patiënten Ziekenhuizen Onderzoek en behandeling van geïsoleerde patiënten Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: maart 2004 Revisie: maart 2009 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits

Nadere informatie

Isolatiemaatregelen bij ESBL op de dialyseafdeling. Inhoudsopgave

Isolatiemaatregelen bij ESBL op de dialyseafdeling. Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding en probleemstelling 5 1.1 Inleiding 5 1.2 Probleemstelling 6 2. Doel- en vraagstelling 7 2.1 Doelstelling 7 2.2 Vraagstelling 7 2.2.1 Deelvragen 7 3. Methode van onderzoek 8

Nadere informatie

Contact & druppel isolatie. Patiëntenvoorlichting

Contact & druppel isolatie. Patiëntenvoorlichting Contact & druppel isolatie Patiëntenvoorlichting Isolatieverpleging, contact-druppel isolatie U wordt tijdens uw opname in het ziekenhuis in contactdruppel isolatie verpleegd. In deze folder geven we u

Nadere informatie

Informatie over het norovirus

Informatie over het norovirus Informatie over het norovirus 2 Net als in andere Nederlandse ziekenhuizen en zorginstellingen komt er in het Ommelander Ziekenhuis Groningen af en toe buikgriep onder patiënten voor. Vaak is het norovirus

Nadere informatie

Als u drager bent van de VRE-bacterie

Als u drager bent van de VRE-bacterie Als u drager bent van de VRE-bacterie Inleiding Uit onderzoek is gebleken dat u drager bent van de VRE-bacterie. VRE staat voor Vancomycine Resistente Enterokok. Een Enterokok is een bacterie die van nature

Nadere informatie

BRMO/MRSA BESMETTING informatie voor cliënten en familie

BRMO/MRSA BESMETTING informatie voor cliënten en familie BRMO/MRSA BESMETTING informatie voor cliënten en familie Bijzonder Resistente Micro-Organismen Bij u is aangetoond dat u een Bijzonder Resistent Micro-Organisme heeft. In deze folder leest u algemene

Nadere informatie

BRMO/MRSA BESMETTING informatie voor cliënten en familie

BRMO/MRSA BESMETTING informatie voor cliënten en familie BRMO/MRSA BESMETTING informatie voor cliënten en familie Bijzonder Resistente Micro-Organismen Bij u is aangetoond dat u een Bijzonder Resistent Micro-Organisme heeft. In deze folder leest u algemene informatie

Nadere informatie

Resistente bacterie (BRMO) en behandeling in het ziekenhuis

Resistente bacterie (BRMO) en behandeling in het ziekenhuis Hygiëne en Infectiepreventie Resistente bacterie (BRMO) en behandeling in het ziekenhuis i Patiënteninformatie Bijzonder Resistente Micro Organisme Slingeland Ziekenhuis Algemeen Er is bij u een bacterie

Nadere informatie

BRMO-positief, en dan?

BRMO-positief, en dan? Infectiepreventie BRMO-positief, en dan? www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl INF005 / BRMO-positief, en dan? / 10-04-2015 2 BRMO-positief, en

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Isolatieverpleging. op de kinderafdeling Informatie voor ouders

PATIËNTEN INFORMATIE. Isolatieverpleging. op de kinderafdeling Informatie voor ouders PATIËNTEN INFORMATIE Isolatieverpleging op de kinderafdeling Informatie voor ouders Algemeen Uw kind is opgenomen op de kinderafdeling van het Maasstad Ziekenhuis en wordt geïsoleerd verpleegd. Uit onderzoek

Nadere informatie

BUIKGRIEP. en infectiepreventie

BUIKGRIEP. en infectiepreventie BUIKGRIEP en infectiepreventie BUIKGRIEP en infectiepreventie Wat is buikgriep? Buikgriep of gastro-enteritis is een ontsteking van de darmen die vaak veroorzaakt wordt door virussen en gepaard gaat met

Nadere informatie

Het norovirus wordt gemakkelijk overgedragen en er zijn maar weinig virusdeeltjes nodig om besmet te raken.

Het norovirus wordt gemakkelijk overgedragen en er zijn maar weinig virusdeeltjes nodig om besmet te raken. Norovirus Inleiding Net als in andere Nederlandse ziekenhuizen en zorginstellingen komt er in de OZG af en toe een buikgriepuitbraakje voor, die wordt veroorzaakt door het norovirus. Bij een uitbraak van

Nadere informatie

Informatiefolder BRMO voor patiënt en familie

Informatiefolder BRMO voor patiënt en familie Informatiefolder BRMO voor patiënt en familie BIJZONDER RESISTENTE MICRO-ORGANISMEN, WAT ZIJN DIT? Bij u is aangetoond dat u een Bijzonder Resistent Micro-organisme heeft. In deze folder leest u algemene

Nadere informatie

Maatregelen tegen overdracht van Klebsiella Oxa-48 buiten het ziekenhuis

Maatregelen tegen overdracht van Klebsiella Oxa-48 buiten het ziekenhuis Maatregelen tegen overdracht van Klebsiella Oxa-48 buiten het ziekenhuis LCI-RIVM en Werkgroep Infectiepreventie (WIP) Versie 16/6/2011 1. Bacteriologisch onderzoek Bacteriologisch onderzoek 1.1 Soorten

Nadere informatie

Een resistente bacterie... wat nu? Uitleg bij polikliniekbezoek of opname

Een resistente bacterie... wat nu? Uitleg bij polikliniekbezoek of opname Een resistente bacterie... wat nu? Uitleg bij polikliniekbezoek of opname Ziekenhuis Gelderse Vallei U krijgt deze folder omdat uit onderzoek blijkt dat bij u een bacterie is aangetoond die ongevoelig

Nadere informatie

STANDAARDVOORZORGSMAATREGELEN

STANDAARDVOORZORGSMAATREGELEN STANDAARDVOORZORGSMAATREGELEN PROCEDURE Contactpersoon Eva Rutten Geldig vanaf 2022016 Referentie AZSJ-0187 Versie 2.0 AZ Sint-Jozef Malle 1 Doel 2 Toepassingsgebied 3 Definities 4 Verantwoordelijkheden

Nadere informatie

Antibioticaresistentie in de thuiszorg: Voorkom verspreiding van resistente bacteriën met de standaard (hygiëne)maatregelen!

Antibioticaresistentie in de thuiszorg: Voorkom verspreiding van resistente bacteriën met de standaard (hygiëne)maatregelen! Antibioticaresistentie in de thuiszorg: Voorkom verspreiding van resistente bacteriën met de standaard (hygiëne)maatregelen! Wat is antibioticaresistentie? Infecties die veroorzaakt worden door bacteriën

Nadere informatie

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Persoonlijke beschermingsmiddelen

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Persoonlijke beschermingsmiddelen Verpleeghuis- woon- en thuiszorg Persoonlijke beschermingsmiddelen Werkgroep Infectie Preventie Vastgesteld: januari 2004 Gewijzigd: januari 2005 Revisie: januari 2009 Aan de samenstelling van deze richtlijn

Nadere informatie

VRE (OF VANCOMYCINE RESISTENTE ENTEROCOCCUS)

VRE (OF VANCOMYCINE RESISTENTE ENTEROCOCCUS) VRE (OF VANCOMYCINE RESISTENTE ENTEROCOCCUS) Uit het kweekonderzoek is gebleken dat u drager bent van de VRE bacterie (Vancomycine Resistente Enterokok). Het betekent dat deze bacterie zich in uw darmen

Nadere informatie

Isolatiemaatregelen. Infectiepreventie

Isolatiemaatregelen. Infectiepreventie Isolatiemaatregelen Infectiepreventie Inleiding Ieder mens draagt miljarden bacteriën met zich mee. Bacteriën worden ook wel micro-organismen genoemd omdat zij niet met het blote oog te zien zijn maar

Nadere informatie

Patiënteninformatie. VRE Vancomycine resistente enterococcus

Patiënteninformatie. VRE Vancomycine resistente enterococcus Patiënteninformatie VRE Vancomycine resistente enterococcus Inhoud Inleiding... 3 Informatie over VRE... 3 Wat is VRE?... 3 Is de VRE-bacterie gevaarlijk?... 3 Kan ik ziek worden van VRE?... 3 Hoe wordt

Nadere informatie

BRMO (Resistente bacteriën)

BRMO (Resistente bacteriën) BRMO (Resistente bacteriën) Drager van resistente bacteriën Er is geconstateerd dat u drager bent van een bacterie die ongevoelig (resistent) is voor bepaalde antibiotica. Dit is op zich niet ernstig,

Nadere informatie

Ziekenhuishygiëne BRMO

Ziekenhuishygiëne BRMO Ziekenhuishygiëne BRMO Bij u is een BRMO gevonden. Maar wat is een BRMO? In deze folder leest u meer over BRMO en welke maatregelen genomen moeten worden. WAT IS EEN BRMO? BRMO is de afkorting van Bijzonder

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker

Ziekenhuizen. Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker Ziekenhuizen Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker Werkgroep Infectiepreventie Vastgesteld: juli 2012 Revisiedatum: juli 2017 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits steeds

Nadere informatie

Voorkom een besmetting

Voorkom een besmetting Infectiepreventie Voorkom een besmetting www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl INF007 / Voorkom een besmetting / 22-01-2018 2 Voorkom een besmetting

Nadere informatie

Isolatie op de kinderafdeling

Isolatie op de kinderafdeling Isolatie op de kinderafdeling Uw kind is zojuist opgenomen in een isolatiekamer. Dit is noodzakelijk omdat uw kind een besmettelijke bacterie of virus bij zich draagt of omdat er een vermoeden daarvoor

Nadere informatie

BRMO. Bijzonder Resistent Micro-Organisme. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

BRMO. Bijzonder Resistent Micro-Organisme. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op BRMO Bijzonder Resistent Micro-Organisme Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Uit onderzoek is gebleken dat u drager bent van een Bijzonder Resistent Micro-organisme

Nadere informatie

Voorkomen is beter dan Genezen

Voorkomen is beter dan Genezen Voorkomen is beter dan Genezen Micro organismen Resistentie Verspreiding & Veilig Werken Sylvia van Dijk-Salters, Deskundige Infectiepreventie UMC Utrecht Micro-organismen en verspreidingsweg Besmetting

Nadere informatie

Kennistoets: Preventiebeleid

Kennistoets: Preventiebeleid Home no. 1 Februari 2016 Themanummer Antibiotica Eerdere edities Verenso.nl Kennistoets: Preventiebeleid Drs. Martin van Leen redactie@verenso.nl In deze in ere herstelde rubriek, testen wij uw kennis

Nadere informatie

Onderzoek Handalcohol aan bed in het Spaarne Ziekenhuis Inleiding Richtlijn voor medewerkers

Onderzoek Handalcohol aan bed in het Spaarne Ziekenhuis Inleiding Richtlijn voor medewerkers Onderzoek Handalcohol aan bed in het Spaarne Ziekenhuis Mw H. Schijf, werkzaam als Deskundige Infectiepreventie in het Spaarne Ziekenhuis, hschijf@spaarneziekenhuis.nl Inleiding Ignaz Semmelweis, redder

Nadere informatie

Workshop infectiepreventie

Workshop infectiepreventie Workshop infectiepreventie Carolien Oldenkamp Berkelaar, deskundige infectiepreventie bestuurslid, trainer voorzitter a.i. Waar denk je aan bij infectiepreventie? Handhygiëne Bacteriën Schoonmaak Desinfectie

Nadere informatie

WANNEER? 1. Bij opname in een hoogrisicoafdeling. 2. Continu 1-2x/week tijdens een uitbraak of in hoogrisicoafdelingen.

WANNEER? 1. Bij opname in een hoogrisicoafdeling. 2. Continu 1-2x/week tijdens een uitbraak of in hoogrisicoafdelingen. Hoge Gezondheidsraaad MDRO ESBL PREVENTIE VAN DE OVERDRACHT VAN EXTENDED SPECTRUM BETALACTAMASE PRODUCERENDE ENTEROBACTERIËN (ESBL) Domein en toepassingsgebied: Preventie van de overdracht van breedspectrum

Nadere informatie

Infectiepreventie. Maatregelen bij isolatie

Infectiepreventie. Maatregelen bij isolatie Infectiepreventie Maatregelen bij isolatie Inhoudsopgave Maatregelen bij isolatie...4 Micro-organismen...4 Reden van isolatiemaatregelen...5 Verschillende isolatiemaatregelen...6 Onderzoeken... 10 Bezoekers...

Nadere informatie

Het voorkomen van verspreiding van micro-organismen. donderdag 12 november 2015

Het voorkomen van verspreiding van micro-organismen. donderdag 12 november 2015 Het voorkomen van verspreiding van micro-organismen Leervragen Hoe vindt besmetting plaats en wat zijn de risico s? Hoe kan een besmettingscyclus doorbroken worden? Persoonlijke hygiëne Handhygiëne Persoonlijke

Nadere informatie

Disclosure slide. Geen. (potentiële) belangenverstrengeling

Disclosure slide. Geen. (potentiële) belangenverstrengeling Stichting Trainingen Infectie Preventie Disclosure slide (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium of andere

Nadere informatie

Isolatie = stagnatie & frustratie?!

Isolatie = stagnatie & frustratie?! Isolatie = stagnatie & frustratie?! Marjon Gaikhorst, Deskundige Infectiepreventie Unic Medical Services BV, Nieuwegein DISCLOSURE INHOUD - Operatieve proces - Isolatiemaatregelen - Communicatie - Aandachtspunten

Nadere informatie

Persoonlijke beschermingsmiddelen

Persoonlijke beschermingsmiddelen Verpleeghuis- woon- en thuiszorg Persoonlijke beschermingsmiddelen Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits steeds de Werkgroep Infectiepreventie als auteur wordt vermeld. Vergewis

Nadere informatie

Dragerschap van resistente bacteriën

Dragerschap van resistente bacteriën Dragerschap van resistente bacteriën Afdeling infectiepreventie Drager bacterie Er is geconstateerd dat u drager bent van een bacterie die ongevoelig (resistent) is voor bepaalde antibiotica. Dit is op

Nadere informatie

Vancomycine resistente enterococcus (VRE)

Vancomycine resistente enterococcus (VRE) Infobrochure Vancomycine resistente enterococcus (VRE) Mevrouw, mijnheer, Tijdens uw verblijf werd bij u een kiem vastgesteld die een vancomycine resistente enterococcus (VRE) wordt genoemd. De informatie

Nadere informatie

Angela van der Burg en Ingrid Rijken

Angela van der Burg en Ingrid Rijken 26 april 2012 Angela van der Burg en Ingrid Rijken Presentatie AVI Isolatiebeleid op de SEH 2 Strikte isolatie Isolatiebeleid Contactisolatie Druppelisolatie 3 Strikte isolatie Beperking tot strikte isolatie:

Nadere informatie

Tien vragen over de VRE-bacterie. Infectiepreventie

Tien vragen over de VRE-bacterie. Infectiepreventie Tien vragen over de VRE-bacterie Infectiepreventie Vragen en antwoorden over de VRE-bacterie 1. Wat is een VRE-bacterie? De Vancomycin-resistente enterococ is een bacterie die deel uitmaakt van de groep

Nadere informatie

Isolatieverpleging op de kinderafdeling

Isolatieverpleging op de kinderafdeling Isolatieverpleging op de kinderafdeling Informatie voor ouders Uw kind is opgenomen op de kinderafdeling van Maaszieke ziekenhuis Pantein met een (verdenking op een) infectie die overgedragen kan worden

Nadere informatie

Infobrochure. Antibiotica resistente kiemen

Infobrochure. Antibiotica resistente kiemen Infobrochure Antibiotica resistente kiemen Mevrouw, mijnheer, Tijdens uw verblijf werd bij u een kiem vastgesteld die een antibiotica resistente kiem (vb. ESBL, CPE,...) wordt genoemd. De informatie in

Nadere informatie

Het griepvirus bijvoorbeeld vertoont zich steeds weer in een nieuwe gedaante waardoor vaccinatie moeilijk is.

Het griepvirus bijvoorbeeld vertoont zich steeds weer in een nieuwe gedaante waardoor vaccinatie moeilijk is. Norovirus Inleiding Net als in andere Nederlandse ziekenhuizen en zorginstellingen komt er in de OZG af en toe een buikgriepepidemie voor, die wordt veroorzaakt door het norovirus. Bij een uitbraak van

Nadere informatie

Deze informatie is bestemd voor patiënten met een mogelijke of aangetoonde MRSA besmetting.

Deze informatie is bestemd voor patiënten met een mogelijke of aangetoonde MRSA besmetting. Deze informatie is bestemd voor patiënten met een mogelijke of aangetoonde MRSA besmetting. Wat is MRSA? Staphylococcus aureus, is een bacterie die bij 20-60% van gezonde personen voorkomt op de huid.

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Contactisolatie. Isolatiemaatregelen tegen verspreiding van micro-organismen

PATIËNTEN INFORMATIE. Contactisolatie. Isolatiemaatregelen tegen verspreiding van micro-organismen PATIËNTEN INFORMATIE Contactisolatie Isolatiemaatregelen tegen verspreiding van micro-organismen 2 PATIËNTENINFORMATIE Bij u is onlangs vastgesteld, of de mogelijkheid bestaat, dat u besmettelijke micro-organismen

Nadere informatie

Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9

Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9 Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Hygiene en infectiepreventie 9 Beschermende kleding Er wordt ingegaan op het gebruik van handschoenen; overschorten; mondneusmaskers; beschermende

Nadere informatie

AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC

AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC 1 Algemeen In dit document worden de infectiepreventiemaatregelen besproken die genomen moeten worden bij een vermoeden van een uitbraak met norovirus

Nadere informatie

U bent drager van MRSA. Wat nu?

U bent drager van MRSA. Wat nu? U bent drager van MRSA. Wat nu? Beste patiënt Uw arts of verpleegkundige heeft u ingelicht dat bij u MRSA is gevonden. MRSA staat voor Methicilline Resistente Staphylococcus Aureus. Een aantal voorzorgsmaatregelen

Nadere informatie

Inhoud. 1 Inleiding Aanleiding en belang Onderzoeksvragen Onderzoeksmethode en periode Toetsingskader 5.

Inhoud. 1 Inleiding Aanleiding en belang Onderzoeksvragen Onderzoeksmethode en periode Toetsingskader 5. Rapport naar aanleiding van het inspectiebezoek in het kader van het toezicht infectiepreventie aan het Maasstad ziekenhuis op 19 mei 2017 te Rotterdam Utrecht, juli 2017 Ziekenhuis 19 mei 2017 te Rotterdam

Nadere informatie

BRMO. Bijzonder Resistent Micro-Organisme

BRMO. Bijzonder Resistent Micro-Organisme BRMO Bijzonder Resistent Micro-Organisme Inleiding Uit onderzoek is gebleken dat u met een Bijzonder Resistent Micro-organisme (BRMO) besmet bent. Dit zijn bacteriën die verwant zijn aan bacteriën die

Nadere informatie

Utrecht, september 2017

Utrecht, september 2017 Rapport naar aanleiding van het inspectiebezoek in het kader van het toezicht infectiepreventie aan het HMC Antoniushove op 17 augustus 2017 te Leidschendam Utrecht, september 2017 Inhoud 1 Inleiding

Nadere informatie

MRSA. en infectiepreventie. BRMO (Bijzonder Resistente Micro-Organismen)

MRSA. en infectiepreventie. BRMO (Bijzonder Resistente Micro-Organismen) MRSA en infectiepreventie BRMO (Bijzonder Resistente Micro-Organismen) MRSA en infectiepreventie Wat is MRSA? Hoe wordt MRSA overgebracht? Methicilline Resistente Staphylococcus Aureus (MRSA) is een bacterie

Nadere informatie

BRMO Maatregelen tegen verspreiding

BRMO Maatregelen tegen verspreiding BRMO Maatregelen tegen verspreiding Bij u is een Bijzonder Resistente Micro-Organisme gevonden, ook wel BRMO genoemd. Deze bacteriën kunnen een stofje (ESBL) produceren, dat ervoor kan zorgen dat bepaalde

Nadere informatie

MRSA bacterie. Wat betekent dit voor u? Informatie voor patiënten

MRSA bacterie. Wat betekent dit voor u? Informatie voor patiënten MRSA bacterie Wat betekent dit voor u? Informatie voor patiënten 2 MRSA bacterie Wat is MRSA? MRSA staat voor Methicilline Resistente Staphylococcus Aureus. MRSA is een bacterie die niet meer gevoelig

Nadere informatie

Hoge Gezondheidsraad VRE

Hoge Gezondheidsraad VRE Hoge Gezondheidsraad MDRO VRE PREVENTIE VAN DE OVERDRACHT VAN VANCOMYCINE RESISTENTE ENTEROKOKKEN (VRE) Domein en toepassingsgebied : Preventie van de overdracht van vancomycine resistente enterokokken

Nadere informatie

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Handhygiëne

Verpleeghuis- woon- en thuiszorg. Handhygiëne Verpleeghuis- woon- en thuiszorg Handhygiëne Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd en verspreid mits steeds de Werkgroep Infectiepreventie als auteur wordt vermeld. Vergewis u er van dat u

Nadere informatie

MRSA staat voor Methicilline (M) resistente (R) Staphylococcus (S) aureus (A).

MRSA staat voor Methicilline (M) resistente (R) Staphylococcus (S) aureus (A). MRSA MRSA staat voor Methicilline (M) resistente (R) Staphylococcus (S) aureus (A). Stafylokokken zijn bacteriën die ongemerkt leven bij vele mensen, bij voorkeur in de neus of op de huid. Deze bacteriën

Nadere informatie

ISOLATIEM AATREGELEN

ISOLATIEM AATREGELEN ISOLATIEMAATREGELEN Bij u is onlangs een micro-organisme aangetroffen. In deze folder leest u welke isolatiemaatregelen er in het UCCZ Dekkerswald worden getroffen om verspreiding te voorkomen. Besmetting

Nadere informatie

AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC

AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC 1 Algemeen In dit document worden de infectiepreventiemaatregelen besproken die genomen moeten worden bij een vermoeden van een uitbraak met norovirus

Nadere informatie

2 Bijkomende of aanvullende voorzorgsmaatregelen

2 Bijkomende of aanvullende voorzorgsmaatregelen AANPAK (VERMOEDEN) NOROVIRUS- UITBRAAK IN EEN WZC Eerste versie: december 2017 Revisie: maart 2019 1 Algemeen In dit document worden de infectiepreventiemaatregelen besproken die genomen moeten worden

Nadere informatie

INFECTIERISICO VERMINDEREN

INFECTIERISICO VERMINDEREN INFECTIERISICO VERMINDEREN In deze folder leest u welke maatregelen het UCCZ Dekkerswald treft om de kans op een infectie voor u zo klein mogelijk te maken. Wat is een infectie? Infecties w orden veroorzaakt

Nadere informatie

Rapport naar aanleiding van het inspectiebezoek in het kader van het toezicht infectiepreventie aan het MC Slotervaart op 8 juni 2017 te Amsterdam

Rapport naar aanleiding van het inspectiebezoek in het kader van het toezicht infectiepreventie aan het MC Slotervaart op 8 juni 2017 te Amsterdam Rapport naar aanleiding van het inspectiebezoek in het kader van het toezicht infectiepreventie aan het MC Slotervaart op 8 juni 2017 te Amsterdam Utrecht, augustus 2017 Inhoud 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding

Nadere informatie

Bijzonder Resistent Micro-Organisme

Bijzonder Resistent Micro-Organisme Bijzonder Resistent Micro-Organisme (BRMO en MRSA) In deze folder krijgt u uitleg over een Bijzonder Resistent Micro-Organisme (BRMO) en wat gevolgen hiervan zijn. Ook leest u algemene informatie over

Nadere informatie

Ziekenhuizen. Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker

Ziekenhuizen. Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker Ziekenhuizen Persoonlijke hygiëne patiënt en bezoeker Werkgroep Infectiepreventie Vastgesteld: juli 2012 Gewijzigd: maart 2014 Revisiedatum: juli 2017 Dit document mag vrijelijk worden vermenigvuldigd

Nadere informatie

Bijzonder Resistent Micro-Organisme

Bijzonder Resistent Micro-Organisme Bijzonder Resistent Micro-Organisme (BRMO en MRSA) In deze folder krijgt u uitleg over een Bijzonder Resistent Micro-Organisme (BRMO) en wat gevolgen hiervan zijn. Ook leest u algemene informatie over

Nadere informatie

NALEVING HANDHYGIËNE OP NAAR BETER

NALEVING HANDHYGIËNE OP NAAR BETER NALEVING HANDHYGIËNE OP NAAR BETER Kennis- en netwerkdag infectiebestrijding en antibioticaresistentie Gwen Teesing, promovendus GGD Rotterdam en Erasmus MC Manon van Dijk, promovendus Erasmus MC 19 maart

Nadere informatie

Hoge Gezondheidsraad CPE

Hoge Gezondheidsraad CPE Hoge Gezondheidsraad MDRO CPE PREVENTIE VAN DE OVERDRACHT VAN CARBAPENEMASE PRODUCERENDE ENTEROBACTERIËN (CPE) Domein en toepassingsgebied: Preventie van de overdracht van carbapenemase producerende enterobacteriën

Nadere informatie

Opsporing? Een ESBL-bacterie kan opgespoord worden door middel van een cultuur of kweekonderzoek.

Opsporing? Een ESBL-bacterie kan opgespoord worden door middel van een cultuur of kweekonderzoek. ESBL BACTERIE Uit kweekonderzoek is gebleken dat u drager bent of een infectie heeft opgelopen met een ESBL bacterie. Via deze folder willen wij u en uw familie graag meer informatie geven over deze bacterie.

Nadere informatie

HET LEVEN ZOALS HET IS OP SPOED EN INTENSIEVE ZORG BEKEKEN DOOR DE BRIL VAN DE ZIEKENHUISHYGIËNIST

HET LEVEN ZOALS HET IS OP SPOED EN INTENSIEVE ZORG BEKEKEN DOOR DE BRIL VAN DE ZIEKENHUISHYGIËNIST HET LEVEN ZOALS HET IS OP SPOED EN INTENSIEVE ZORG BEKEKEN DOOR DE BRIL VAN DE ZIEKENHUISHYGIËNIST André De Haes verpleegkundig ziekenhuishygiënist AZ Sint-Maarten Mechelen-Duffel INHOUD 1. Voorstelling

Nadere informatie

Bijzonder Resistente Micro-organismen (BRMO)

Bijzonder Resistente Micro-organismen (BRMO) Bijzonder Resistente Micro-organismen (BRMO) Inleiding U ontvangt deze folder omdat bij u een BRMO is aangetoond. In deze folder kunt u lezen meer over een BRMO zoals wat het is, hoe het wordt vastgesteld

Nadere informatie

Isolatie. Hygiëne en Infectiepreventie. Beter voor elkaar

Isolatie. Hygiëne en Infectiepreventie. Beter voor elkaar Isolatie Hygiëne en Infectiepreventie Beter voor elkaar 2 Inleiding Deze folder is bedoeld voor patiënten die geïsoleerd verpleegd worden en voor familie/bezoek van deze patiënten. Bij u is onlangs een

Nadere informatie

Controle op Bijzonder Resistente Micro- Organismen

Controle op Bijzonder Resistente Micro- Organismen Controle op Bijzonder Resistente Micro- Organismen BRMO In deze folder staat algemene informatie over bijzonder resistente micro-organismen (bacteriën). En waarom en hoe u hierop wordt gecontroleerd. Deze

Nadere informatie

Bijzonder Resistente Micro-organismen (BRMO)

Bijzonder Resistente Micro-organismen (BRMO) Bijzonder Resistente Micro-organismen (BRMO) 2 Inleiding U ontvangt deze folder omdat bij u een BRMO is aangetoond. In deze folder kunt u lezen meer over BRMO zoals wat het is, hoe het wordt vastgesteld

Nadere informatie

Isolatieverpleging Op de algemene verpleegafdelingen

Isolatieverpleging Op de algemene verpleegafdelingen Isolatieverpleging Op de algemene verpleegafdelingen Albert Schweitzer ziekenhuis afdeling Infectiepreventie april 2014 pavo 0529 Inleiding U bent in het Albert Schweitzer ziekenhuis opgenomen. De arts

Nadere informatie

Wat is M RSA? Wat zijn de ziekteverschijnselen van M RSA? Hoe kun je M RSA krijgen en hoe kun je anderen besmetten?

Wat is M RSA? Wat zijn de ziekteverschijnselen van M RSA? Hoe kun je M RSA krijgen en hoe kun je anderen besmetten? MRSA In deze folder leest u wat MRSA is, welke gevolgen dit kan hebben voor uw opname en behandeling en welke maatregelen er genomen worden om de verspreiding van MRSA te voorkomen. U wordt behandeld

Nadere informatie

Uw kind is drager van een multiresistente kiem

Uw kind is drager van een multiresistente kiem Informatiebrochure voor patiënten Uw kind is drager van een multiresistente kiem Hoe pakken we dit samen aan? 1. Wat is MRSA?... 4 2. Wat zijn CPE en VRE?... 4 3. Waarom zijn maatregelen noodzakelijk?...

Nadere informatie