INLEIDING. Alles loopt op wieltjes. Inleiding. Opdracht. Beoordeling. Kennis en vaardigheden. Bronnen. Leerkrachten. Emmy Van D huynslager

Transcriptie

1 INLEIDING Je staat er misschien niet bij stil, maar als je fietst, maak je gebruik van verschillende mechanismen. Je brengt de ronddraaiende beweging van je pedalen over op het achterwiel. De overbrenging die je hier gebruikt is de kettingoverbrenging. Naast de kettingoverbrenging zijn er nog heel wat andere soorten overbrengingen, zoals de tandwieloverbrenging en de riemoverbrenging. Elk met hun eigenschappen en hun voor en nadelen. Een tandwiel is een van de oudste middelen om een beweging over te brengen. Wanneer de tanden van 2 tandwielen in elkaar grijpen, zal het draaien van 1 tandwiel het andere tandwiel dwingen om ook te draaien. Door tandwielen te gebruiken kun je machines en toestellen sneller of trager laten draaien, en de draaizin veranderen. Hoe dit allemaal werkt, zullen jullie tijdens de opdracht zelf uitzoeken en ondervinden. Het is de bedoeling dat elk groepje 1 van de soorten overbrengingen op zich neemt, en hierover alles komt vertellen in de klas. Voor verdere informatie over de opdracht, klik je door naar Veel succes!!

2 OPDRACHT Nu is het aan jullie! Aan de hand van de onderstaande vragen, verwerken jullie de leerstof. Deze leerstof zullen jullie ook brengen aan jullie klasgenoten. Op welke manier je dit brengt, mogen jullie zelf kiezen, maar zorg ervoor dat het duidelijk is. Jullie gaan als het volgt tewerk: 1 Verdeel jullie in 4 gelijke groepjes. 2 Per groepje kiezen jullie 1 van de volgende onderwerpen: Riemoverbrenging Tandwieloverbrenging Kettingoverbrenging Worm en wieloverbrenging 3 Neem per groepje plaats aan 1 van de computers, en ga opzoek naar volgende informatie: Wanneer spreek je over het soort overbrenging? Omschrijf de verschillende manieren van de overbrenging. Wat zijn de voordelen en de nadelen? Maak aan de hand van een tekening duidelijk hoe de overbrenging werkt. 4 Maak tijdens jullie presentatie gebruik van de sets met overbrengingen. 5 Controleer per groep jullie voorstelling aan de hand van de beoordeling. 6 Bereid per groep de presentatie volledig voor 7 Presenteer per groep aan de klas en evalueer de andere groepen aan de hand van de beoordelingsfiche. Veel succes!!

3 BEOORDELING Samenwerking Contact met andere Presentatiemateri aal Algemeen Nederlands Onvoldoende (0) Voldoende (1) Goed (2) Samenwerking is voor hem/haar werk doorschuiven naar medeleerlingen. Kopieert huiswerk. Werkt tegen in de groep. Is een eenzaat. Heeft weinig contact met anderen. Leerlingen noteren enkele zaken op het bord. Leerlingen spreken geen Algemeen Nederlands. De opdracht Van samenwerking is nauwelijks sprake. Is afhankelijk van de groep. Zet zich niet in voor de groep. Heeft alleen contact binnen een klein vriendengroepje. Heeft geen goed contact met leraars/ begeleiders. De presentatie Leerlingen maken gebruik van het bord en een PowerPoint Leerlingen spreken Algemeen Nederlands. Goede samenwerking met anderen. Zet zich niet alleen in voor zijn eigen werk, maar ook voor de groep. Heeft contact met veel andere leerlingen van zijn leeftijd en eventueel met enkele leraars/begeleiders. Leerlingen maken gebruik van het bord, een PowerPoint en alternatieve voorwerpen. Leerlingen spreken vlot Algemeen Nederlands. Enthousiasme Omschrijving overbrenging Leerlingen lezen alles eentonig af van hun blaadjes. De overbrenging wordt niet omschreven Leerlingen vertellen met eigen woorden hun inhoud. De inhoud De overbrenging wordt niet duidelijk omschreven Leerlingen vertellen hun inhoud, beelden de inhoud waar nodig uit. De overbrenging wordt duidelijk omschreven Voor en nadelen De voor en nadelen worden niet vermeld. De voor en nadelen worden kort aangehaald. De voor en nadelen worden volledig uitgediept. Tekening Er wordt geen tekening gemaakt De tekening komt aanbod, maar verder gebeurt er niets mee De tekening wordt duidelijk gebruikt tijdens de uitleg Gebruik didactisch materiaal Er wordt geen gebruik gemaakt van het didactisch materiaal Er wordt gebruik gemaakt van het materiaal, maar et wordt niets mee gedaan, en ook niet uitgelegd. Er wordt gebruik gemaakt van het materiaal, en alles wordt tot in de puntjes uitgelegd.

4 KENNIS EN VAARDIGHEDEN Tijdens het uitwerken van jullie presentatie gebruiken jullie heel wat en verwerven jullie ook een heleboel kennis. Jullie brengen tenslotte het hoofdstuk rond de verschillende soorten overbrengingen zelf aan. Een leuke opdracht, maar met heel wat verantwoordelijkheid. Het is namelijk aan jullie om alles tot in de puntjes duidelijk te maken aan jullie klasgenoten. Na deze opdracht hebben de leerlingen de volgende leerplandoelstellingen (D/2010/7841/017) verworven: 7: in concrete voorbeelden van technische systemen uitleggen dat men voor de ontwikkeling en het gebruik keuzen maakt op basis van criteria; 9: Met concrete voorbeelden uit techniek de rol illustreren van sturingen en regelsystemen in technische systemen 20: technische systemen realiseren in verschillende toepassingsgebieden uit de wereld van techniek waaronder energie, informatie en communicatie, constructie, transport en biochemie. 21:in concrete voorbeelden aantonen dat technische systemen ontworpen en gemaakt zijn om aan sociale en culturele behoeften te voldoen; 22: in concrete voorbeelden aangeven wat de positieve en negatieve effecten van technische systemen zijn op het maatschappelijke leven en op de natuur Als we dit willen aanduiden in de mindmap, dan bevinden we ons in de tak begrijpen :

5 BRONNEN Om jullie wat op weg te helpen met de opdracht, staan hieronder per onderwerp enkele links opgesomd. Op deze sites kan je informatie rond het onderwerp vinden. Maak ook gebruik van minstens 3 andere bronnen die informatie bieden rond dit onderwerp. Zorg er ook voor dat niet alle bronnen internet zijn, maar maak ook zeker gebruik van enkele boekjes. Riemoverbrengingen 20Techniek/Onderdelen%20Overbrengingen/ Riemoverbrenging.htm Tandwieloverbrengingen Tandwieloverbrenging.htm Kettingoverbrengingen Paginas/Kettingoverbrenging.htm Worm en wormwieloverbrenging

6 LEERKRACHTEN Deze opdracht heeft als doel de leerlingen zelfstandig te laten werken. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat u als leerkracht niets te doen hebt in de tijd dat de leerlingen aan het werk zijn. Als leerkracht verschaft u de nodige informatie aan de leerlingen en de eventuele extra begeleiding. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat u stap per stap de opdracht met de leerlingen overloopt, maar wel dat u het nodige didactische materiaal in de klas voorziet, voor als de leerlingen extra uitleg nodig hebben. Dit kan helpen om de opdracht tot een goed einde te brengen. U gaat met de leerlingen naar een computerlokaal en biedt in de eerste plaats alle leerlingen een computer aan. Iedere leerling leest individueel de webquest door zodat iedere leerling weet wat hen te doen staat. Daarna laat u de leerlingen zelfstandig 4 groepjes vormen en de onderwerpen verdelen zoals in de opdracht vermeld staat. U controleert als elk groepje een ander onderwerp heeft. Dan laat u iedere groep zijn onderwerp begeleid zelfstandig uitwerken. Geef hen hiervoor maximum 3 uur de tijd. Nadat de leerlingen de opdracht hebben afgewerkt, zorgt u voor een schema welke groep wanneer komt. Op deze manier weten de leerlingen de volgorde en datum waarop ze hun presentatie moeten aanbrengen en kunnen ze zich hierop rustig voorbereiden. Als bijkomende opdracht, kunnen de leerlingen hun klasgenoten evalueren. Dit kan aan de hand van de beoordelingsfiche. Zorg ervoor dat elke leerling een beoordelingsfiche heeft, zodat ze kunnen mee evalueren. Dit is voor de leerlingen een extra vaardigheid dat de leerlingen meepikken bij deze opdracht.