ALLOCATIEMODEL VERDELING RIJKSBIJDRAGE 2017 CREATING TOMORROW

Transcriptie

1 ALLOCATIEMODEL VERDELING RIJKSBIJDRAGE 2017 CREATING TOMORROW

2 FINANCIERING HVA Hogescholen en universiteiten ontvangen van het Rijk budget om onderwijs te geven en onderzoek uit te voeren. Deze rijksbijdrage is voor de HvA de grootste bron van de inkomsten. Samen met de collegegelden vormt de rijksbijdrage de eerste geldstroom. Geringer van omvang voor de HvA zijn de tweede en derde geldstroom. De tweede geldstroom betreft subsidies voor onderwijs en onderzoek vanuit de overheid. De derde geldstroom bestaat uit inkomsten die voortkomen uit contractonderwijs en -onderzoek en EU-financiering. Docenten en onderzoekers van de faculteiten halen de tweede en derde geldstromen binnen en die vloeien dan ook rechtstreeks naar die faculteiten. De HvA wil meer van deze specifieke subsidies voor onderwijs en onderzoek verwerven en zo de tweede en derde geldstroom vergroten. Eerste geldstroom Tweede en derde geldstroom samen 260,8 miljoen rijksbijdrage 13,9 miljoen 88,2 miljoen collegegelden TOTAAL 349 miljoen TOTAAL 13,9 miljoen HVA ALLOCATIEMODEL De rijksbijdrage wordt aan de zeven faculteiten toegewezen via een verdeelsleutel, het HvA-allocatiemodel. De inkomsten uit collegegelden vallen hierbuiten, deze gaan direct naar de faculteiten waar de betalende studenten staan ingeschreven. Een gedeelte van de rijksbijdrage blijft onverdeeld om beleid te bekostigen dat in het lopende jaar nieuw ontwikkeld wordt. Bij de verdeling van de rijksbijdrage over de faculteiten volgt de HvA zoveel mogelijk het bekostigingsbeleid van OCW. Op de onderdelen waar de HvA voorkeur geeft aan interne keuzes wordt dat in deze tekst toegelicht. De HvA heeft de rijksbijdrage voor 2017 in vijf categorieën verdeeld en wijst deze via het allocatiemodel toe aan onderwijs en onderzoek. Collegegelden Rijksbijdrage OCW Eerste geldstroom 88,2 mln + 260,8 mln = 349,0 mln Rechtstreeks naar de faculteiten HvA-ALLOCATIEMODEL FBSV Onderwijs 15,0 mln Onderzoek 0,9 mln 4,7 mln + Totaal 16,0 mln = 20,7 mln FBE Onderwijs 54,3 mln Onderzoek 2,0 mln 22,3 mln + Totaal 56,4 mln = 78,7 mln FG Onderwijs 22,6 mln Onderzoek 0,5 mln 6,5 mln + Totaal 23,2 mln = 29,7 mln FMR Onderwijs 37,4 mln Onderzoek 1,6 mln 15,6 mln + Totaal 39,1 mln = 54,7 mln FDMCI Onderwijs 49,9 mln Onderzoek 2,6 mln 15,3 mln + Totaal 52,5 mln = 67,8 mln FOO Onderwijs 29,4 mln Onderzoek 1,5 mln 10,8 mln + Totaal 30,9 mln = 41,7 mln FT Onderwijs 38,3 mln Onderzoek 2,3 mln 12,9 mln + Totaal 40,5 mln = 53,5 mln Centraal Beleidskeuzes 2,4 mln Totaal 2,4 mln = 2,4 mln Hogeschool van Amsterdam HvA-Allocatiemodel 2

3 Onderwijsbudget Voor de begroting 2017 houdt de HvA rekening met een onderwijsbudget van 247 miljoen 1. Dit bestaat uit de categorieën Studentgebonden Financiering 1, de Onderwijs Opslag 2 en de Prestatieafspraken ,6 Miljoen hiervan wordt verdeeld op basis van het aantal ingeschreven studenten en het aantal behaalde diploma s in combinatie met de bekostigingsprofielen van de opleidingen (gewogen bekostigingseenheden 2 ). Zo n 24,4 miljoen wordt op basis van (onderwijs)beleid verdeeld. Onderzoekbudget De HvA zet ongeveer 11,5 miljoen in voor het praktijkgerichte onderzoek en de profilering van het onderzoek via speerpunten, bestaande uit het budget voor Ontwerp & Ontwikkeling 3 en Selectieve middelen 5. Hiervan wordt 6,8 miljoen aan de faculteiten toegekend op basis van het aantal ingeschreven studenten en het aantal behaalde diploma s (ongewogen bekostigingseenheden). 2,6 Miljoen vanuit de Selectieve middelen 5 wordt in 2017 toebedeeld aan de vijf faculteiten (FBSV, FMR, FDMCI, FOO en FT) die een speerpunt 3 hebben. Het lectoraat Ondernemerschap (FBE) krijgt 0,4 miljoen en beide Centres of Expertise (bij FT en FDMCI) krijgen elk 0,8 miljoen in Niet het gehele budget Studentgebonden Financiering 1, Onderwijs Opslag 2 en Selectieve middelen 5 wordt toegewezen aan de faculteiten, omdat er beleidsdoelen zijn die buiten deze categorieën vallen. Het innovatiebudget is hier een voorbeeld van. RIJKSBIJDRAGE Studentgebonden Financiering 2 Onderwijs Opslag 3 Ontwerp & Ontwikkeling 4 Prestatieafspraken 5 Selectieve middelen 1 STUDENTGEBONDEN FINANCIERING Studentgebonden Financiering Innovatiebudget De Studentgebonden Financiering vormt ruim 88 procent van de rijksbijdrage van de HvA. OCW verdeelt het totale budget Studentgebonden Financiering over de hboinstellingen op basis van de bekostigingsprofielen van de opleidingen en het aantal bekostigde ingeschreven studenten en het aantal behaalde diploma s. Inschrijvingen Hoe meer inschrijvingen een faculteit heeft, hoe groter de onderwijstaak. Het onderwijsgeld voor het lopende jaar wordt berekend op basis van het aantal ingeschreven studenten van twee jaar eerder. Voor begrotingsjaar 2017 worden dus de bekostigde inschrijvingen op peilmoment 1 oktober 2015 gebruikt. Diploma s Net als OCW vindt de HvA het belangrijk dat studenten afstuderen. Daarom wordt het behalen van diploma s beloond. Deze diplomafinanciering is onafhankelijk van de studieduur van de student en wordt berekend op basis van het aantal diploma s van twee jaar eerder. Voor begrotingsjaar 2017 worden dus de bekostigde diploma s uit de periode 2 oktober 2014 tot en met 1 oktober 2015 gebruikt. Bekostigingsprofielen De kosten voor het verzorgen van onderwijs kunnen per opleiding verschillen. OCW kent de opleidingen daarom een hoog (1,28) of laag (1,00) bekostigingsprofiel toe. Opleidingen met een hoog bekostigingsprofiel zijn bijvoorbeeld International Fashion & Branding, Bouwkunde, Informatica, leraar biologie 2e graads en Aviation. Een laag bekostigingsprofiel geldt voor Lichamelijke Opvoeding 1e graads, Bedrijfseconomie, Fysiotherapie, Sociaal Pedagogische Hulpverlening, Communicatie en Pedagogiek. Om tegemoet te komen aan de additionele kosten voor intensievere lesvormen en practicumruimtes binnen de HvA, hanteert de HvA sinds 2012 intern eigen bekostigingsprofielen. Deze interne bekostigingsprofielen zijn toen in overleg met CvB en decanen vastgesteld. Voor een aantal opleidingen geldt dat de externe verdeling daardoor anders is dan de interne verdeling. Bekostigingseenheden Het aantal ingeschreven studenten en het aantal behaalde diploma s wordt per opleiding opgeteld en levert het aantal ongewogen bekostigingseenheden (OBE) 4 op. Per bekostigingseenheid ontvangt de HvA Intern kent de HvA per bekostigingseenheid toe, zodat ruimte ontstaat om (facultair) HvA-beleid in te vullen. Wanneer per opleiding deze bekostigingseenheden worden vermenigvuldigd met het bij de opleiding horende interne bekostigingsprofiel, noemen we dit de gewogen bekostigingseenheden (GBE). Voor de verdeling van de Studentgebonden Financiering worden deze gewogen 1 Bedragen kunnen wijzigen zodra er nieuwe informatie is over de rijksbijdrage. 2 Uitleg volgt in paragraaf HvA-allocatiemodel. 3 FBSV: Urban Vitality FMR: Urban Management, FDMCI: Amsterdam Creative Industries, FT: Urban Technology, FOO: Urban Education. 4 Het betreft bekostigde studenten en diploma s. Hogeschool van Amsterdam HvA-Allocatiemodel 3

4 bekostigingseenheden gebruikt. Het intern geldende tarief per interne bekostigingseenheid is daardoor De opbouw van de Studentgebonden Financiering voor bijvoorbeeld de faculteit Gezondheid ziet er als volgt uit: FG - Studentgebonden Financiering Voor de andere faculteiten wordt de berekening op dezelfde wijze gemaakt. Het Innovatiebudget wordt aan de faculteiten toegekend op basis van de door hen ingediende voorstellen om innovaties in onderwijs, onderzoek en bedrijfsvoering te stimuleren. 2 ONDERWIJS OPSLAG Investeren in docenten (1:25) Kennisbeurzen Archiefschool Compensatieregeling Pabo Onderwijsopslag overig Intern bekostigingsprofiel 1,28 Prijs gewogen BE Ongewogen Gewogen Inschrijvingen (1 okt 2015) Diploma s ( ) Totaal bekostigingseenheden Studentgebonden Financiering De HvA verdeelt de Onderwijs Opslag in vijf categorieën, afhankelijk van in- en extern beleid. Investeren in docenten wordt gebruikt om het aantal en de kwaliteit van docenten te verhogen, een van de ambities uit de HvA Investeringsagenda Budget voor kennisbeurzen wordt ingezet ter bevordering van internationaliseringsactiviteiten. Tot 2015 was dit een geoormerkt budget vanuit OCW, per 2016 is dit intern beleid. Het budget voor de archiefschool ontvangt de HvA sinds 2009 van OCW om het archiefonderwijs, dat bij FDMCI is ondergebracht, vorm te geven. De compensatieregeling voor Pabo s moet voorkomen dat kleine opleidingen in financiële problemen komen door daling van de instroom vanwege strengere toelatingseisen. Hiervoor ontvangen zij de komende jaren een tegemoetkoming van OCW. Het resterende deel (onderwijsopslag overig) wordt over de faculteiten verdeeld op basis van ongewogen bekostigingseenheden. 3 ONTWERP & ONTWIKKELING Lectoraat lerarenopleidingen Ontwerp & Ontwikkeling Het budget voor Ontwerp & Ontwikkeling dat de HvA van de overheid krijgt wordt ingezet voor onderzoek. Het bestaat uit een deel voor lectoraten van lerarenopleidingen en een deel voor het praktijkgerichte onderzoek (Ontwerp & Ontwikkeling). 4 PRESTATIEAFSPRAKEN Het budget voor de uitvoering van de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek 6 en de gemaakte prestatieafspraken 7 met OCW valt onder de categorie Prestatieafspraken. Dit budget is gekoppeld aan de prestatieafspraken op het gebied van studiesucces, het verhogen van kwaliteit en intensivering. 5 SELECTIEVE MIDDELEN Speerpunten Ondernemerschap Centres of Expertise Vanuit OCW ontvangt de HvA middelen voor profilering en zwaartepunten. Deze zogenoemde Selectieve middelen worden gebruikt voor de vijf speerpunten van de HvA en het lectoraat Ondernemerschap. Speerpunten zijn gericht op het oplossen van maatschappelijke en grootstedelijke vraagstukken en zijn vanuit dat perspectief multidisciplinair van aard en faculteitsoverstijgend. In de speerpunten wordt onderzoek verbonden aan de beroepspraktijk en het onderwijs. Onderwerpen worden in nauw overleg met het werkveld in de regio Amsterdam vastgesteld. Daarnaast heeft de HvA twee Centres of Expertise (bij FT en FDMCI) die eveneens budget ontvangen vanuit deze Selectieve middelen. UITGAVEN De faculteiten bekostigen met de toegewezen rijksbijdrage (en collegegelden) zowel het onderwijs als het onderzoek. De ondersteuning die daarvoor nodig is (van Facility Services, ICT Services, Administratief Centrum, Studentenzaken, Bibliotheek en HvA Academie) wordt ook vanuit dat budget gedekt. De kosten van deze ondersteuning die 114,8 miljoen bedragen, worden onder andere doorbelast op basis van het aantal fte s dat de faculteit in dienst heeft, de omvang van de benodigde huisvesting en het aantal studenten. De faculteiten dragen ook bij aan de kosten van de Bestuursstaf van de HvA. Deze kosten, 19,6 miljoen, worden intern verrekend. 5 Naar aanleiding van de invoering van het leenstelsel in 2015 hebben universiteiten en hogescholen afgesproken zich van 2015 tot 2017 in te spannen voor een gezamenlijke investering in de kwaliteit van het onderwijs. Vanuit deze context heeft de HvA een investeringsagenda in kwaliteit voor geformuleerd. In de interne verdeling is dit onder andere terug te zien in het aanwenden van een deel van de Onderwijs Opslag voor meer docenten. 6 In de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek beschrijft OCW haar beleidsvoornemens. Deze worden door hogeronderwijsinstellingen uitgevoerd. 7 Prestatieafspraken zijn afspraken tussen een instelling en OCW op het gebied van onderwijskwaliteit en studiesucces, profilering en valorisatie die in 2012 gemaakt zijn en in 2016 afgerond worden. Hogeschool van Amsterdam HvA-Allocatiemodel 4

5 INTERNE VERDELING CONCEPT Onderstaande tabel vat samen wat per categorie budget en volgens welke verdeelsystematiek over de faculteiten wordt verdeeld. Voor de 2,4 miljoen die niet is verdeeld, zijn de voorstellen weergegeven (paars). Deze budgetten blijven onverdeeld totdat de voorstellen en de verdeelsystematiek ervan zijn vastgesteld. Verdeling intern - in miljoenen Verdeelsleutel OCW HvA Verdeling FBSV FBE FG FMR FDMCI FOO FT Beleidskeuzes HvA Centraal Collegegelden ingeschreven studenten per faculteit - 88,19 4,71 22,31 6,50 15,61 15,33 10,81 12, Studentgebonden Financiering 225,98 225,41 Studentgebonden Financiering Gewogen Bekostigingseenheden 222,59 13,58 48,65 20,88 33,75 44,71 25,78 35,23 Innovatiebudget Toegekend obv inhoudelijk voorstel faculteit 2,83 0,25 0,70 0,09 1,09 0,21 0,32 0,16 0,57 Onderwijs Opslag 11,17 9,45 1,73 Investeren in docenten (1:25) Ongewogen Bekostigingseenheden 6,72 0,40 1,67 0,56 1,16 1,23 0,75 0,96 Kennisbeurzen Ongewogen Bekostigingseenheden 0,50 0,03 0,12 0,04 0,09 0,09 0,06 0,07 Archiefschool FDMCI 0,42 0,42 Compensatieregeling Pabo FOO 1,04 1,04 Onderwijsopslag overig Ongewogen Bekostigingseenheden 0,77 0,05 0,19 0,06 0,13 0,14 0,09 0,11 Ontwerp & Ontwikkeling 6,78 6,78 0,00 Lectoraat lerarenopleidingen Ongewogen Bekostigingseenheden (lerarenopl.) 0,28 0,05 0,23 Ontwerp & Ontwikkeling Ongewogen Bekostigingseenheden 6,50 0,38 1,61 0,54 1,12 1,19 0,73 0,93 Prestatieafspraken 12,11 12,11 0,00 wv onvoorwaardelijk (intensivering) Ongewogen Bekostigingseenheden 6,06 0,36 1,50 0,50 1,04 1,11 0,68 0,86 wv voorwaardelijk Ongewogen Bekostigingseenheden 6,06 0,36 1,50 0,50 1,04 1,11 0,68 0,86 Selectieve middelen 4,80 4,67 0,12 Speerpunten per speerpunt 2,59 0,52 0,52 0,52 0,52 0,52 Ondernemerschap FBE 0,40 0,40 Centres of Expertise per Centre of Expertise 1,69 0,84 0,84 Nog niet verdeeld 2,42 Octrooifonds 0,05 0,05 Ontwikkelkosten AD 0,11 0,11 Institutional Research 0,20 0,20 Holland Scholarship 0,16 0,16 Formatie bestuursstaf (agv ontvlechting) 0,32 0,32 Continu verbeteren (project) 0,21 0,21 Participatiewet 0,02 0,02 Talent Factory 0,03 0,03 IP programma s 0,26 0,26 Kennisvalorisatie IXA 0,23 0,23 Onvoorzien budget CvB 0,83 0,83 Totaal 260,85 260,85 15,96 56,35 23,18 39,94 51,59 30,86 40,54 2,42 2,42 Totaal budget faculteiten inclusief collegegelden 260,85 349,04 20,67 78,66 29,68 55,55 66,92 41,67 53,46 2,42 2,42 Hogeschool van Amsterdam HvA-Allocatiemodel 5

6 COLOFON Uitgave: Hogeschool van Amsterdam Versie: 1.0 februari 2017 Vormgeving: Bas Kocken Inhoud: Financiën, Planning & Control - Annet Veldhuisen Hogeschool van Amsterdam HvA-Allocatiemodel 6