Goede afspraken maken goede vrienden! reglement leerlingen

Transcriptie

1 Goede afspraken maken goede vrienden! reglement leerlingen Grote Poerdam HAASDONK tel. + fax: 03/ website: vrijebasisschool.haasdonk@scarlet.be

2 1. Op tijd naar school De lessen beginnen om 8.40 uur en eindigen om uur (op woensdag om uur). s Namiddags starten de lessen om uur en duren tot uur. Het is belangrijk dat ik steeds op tijd ben. Op deze manier kan ik van bij het begin deelnemen aan het startmoment en de lessen van de dag. Als ik te laat ben dan ga ik naar de directeur en vertel ik waarom. Is de directeur niet aanwezig dan zeg ik het aan mijn leerkracht. Tijdens de speeltijden en s middags van 12 uur tot 13 uur is de poort van de school gesloten. Als ik s middags naar huis ga eten, kan ik pas om 13 uur op school binnen. 2. Op de speelplaats 1. Ik sorteer afval in de juiste vuilnisbak. 2. Op de speelplaats stap ik met de fiets aan de hand. Op het raam van de leraarskamer kan je zien hoe je moet sorteren. Ik plaats mijn fiets in de fietsenberging zo blijft hij droog. Ik vind spelen tussen de fietsen onveilig.

3 3. Ik zit op de trappen van de openluchtklas. 4. Flesjes en koekendozen plaats ik netjes op het rek. 5. De bel is gegaan, ik ga muisstil in de rij staan. Bel is gegaan

4 6. Ik laat skateboards, computerspelletjes, gsm, mp3-speler en waardevolle voorwerpen thuis! 7. Onze speelplaats heeft een zone voor de leerlingen van de lagere afdeling, een kleuterzone én een knuffelzone. 8. De speeltijden op woensdag en vrijdag zijn balvrij. Ik kies dan voor andere spelletjes. 9. Ik houd mij aan de afgesproken voetbalkalender. Deze kalender vind ik op het raam van de turnzaal. 10. De speeltijd is een aangenaam kwartiertje voor mij en alle anderen. Daarom speel ik fijn met anderen. Problemen los ik op een vredevolle manier op. Indien nodig vraag ik hulp aan de leerkracht op de speelplaats. 11. Ik speel onder het afdak wanneer het regent. 3. Ik moet naar het toilet. Ik gebruik de toiletruimte enkel om naar het toilet te gaan. Ik ben zuinig met het gebruik van toiletpapier. Ik spoel door na gebruik. Ik was mijn handen. Ik ga terug naar de speelplaats en sluit de deur. 4. Naar boven en weer terug naar beneden! Ik blijf op de speelplaats tijdens de middag en de speeltijden. Als ik iets nodig heb uit de klas of gang dan vraag ik toestemming aan de leerkracht op de speelplaats. Ik ga in de klasrij rustig en in stilte naar boven en naar beneden. 5. Speeltuinspeeltijden Onze school heeft een mooie speeltuin. Ik draag zorg voor de bomen, struiken en planten. Als het goed weer is, mag ik tijdens de middagpauze in de speeltuin. Ik kan dat zien aan het groene gezichtje. De speeltuin is gesloten als ik een rood gezichtje zie.

5 6. Snoep gezond! Tijdens de speeltijd eet ik gezonde tussendoortjes: fruit, groenten, een boterhammetje, een koek zonder chocolade,. Op woensdag is het fruitdag. Ik breng dan een stuk fruit mee om tijdens de speeltijd op te eten. Om mijn verjaardag te vieren in de klas, mag ik iets meebrengen voor mijn klasgenootjes. Een plakje cake, een stuk fruit, een koekje, zijn sobere geschenken die vrienden elkaar recht uit het hart kunnen geven! En wat is er leuker dan samen vieren bij een eetbaar cadeautje? Ik breng geen snoep mee. 7. De kleren maken de man. Ik verzorg mijn kledij. Er is een verschil tussen schoolkledij en strandkledij (minirokjes, spaghettibandjes, te korte topjes en shorts, ). Ik kies voor schoolkledij. Ik zorg ervoor dat mijn haar netjes en verzorgd is. Ik laat dure en opvallende juwelen thuis. 8. Huiswerk. Ik noteer nauwkeurig mijn taken en lessen in mijn schoolagenda. Ik laat mijn agenda wekelijks ondertekenen. Ik geef mijn huiswerk tijdig af. Wanneer ik problemen heb met het maken van mijn huiswerk, vraag ik aan mijn ouders om dit in mijn agenda te noteren. 9. Ik blijf eten! 9.1. Tijdstippen Bij het belsignaal van uur gaan de leerlingen vanaf het 2de leerjaar naar de refter. Zij eten eerst. Daarna spelen zij van tot uur in zone 3. De leerlingen van het 1ste leerjaar spelen tot uur in zone 1. Zij gaan na het belsignaal om uur rustig naar de refter.

6 9.2. Afspraken Ik leg s morgens en na het eten mijn brooddoos in de brooddozenbak. Mijn drankflesje en koekendoosje leg ik in de mand of bak Refterafspraken 1. Ik hang mijn jas aan de kapstok in de gang. 2. Ik stap naar mijn plaats in de refter. 3. Ik fluister bij het binnenkomen. 4. Ik zwijg bij het belsignaal. 5. Ik bid mee. 6. Ik eet met mijn mond dicht. 7. Ik zwijg drie minuten. De toezichter geeft aan wanneer dit start en stopt. 8. Als ik klaar ben met eten dan mag ik fluisteren of een boek lezen. 9. Ik het rietje uit mijn flesje. Ik deponeer het rietje in de vuilnisbak met restafval. Ik zet het flesje in de juiste drankbak. 10. Ik zorg ervoor dat mijn tafel proper is. 11. Ik stap naar buiten als ik mag van de toezichter. 10. een gezonde geest in een gezond lichaam Lichamelijke opvoeding Ik draag tijdens de turnles een groene T-shirt met het logo van de school, een blauwe of zwarte turnbroek en sportschoenen (spullen die voorzien zijn van een naam zijn bij verlies makkelijker te herkennen). Lang haar bind ik samen met een elastiek. Ik neem mijn turnzak tijden vakantieperiodes mee naar huis om alles te laten wassen. Turnen is een verplicht schoolvak. Als ik niet mag turnen dan schrijven mijn ouders of de dokter een briefje. Ik geeft dit af aan de klasleerkracht.

7 10.2. Zwemmen. De jongens en meisjes van het 1ste, 2de, 3de, 4de, 5de en 6de zwemmen om de twee weken op vrijdag. Wij vertrekken op school om uur. Wij gaan met de lijnbus naar het zwembad. Ik zwijg in de bus. Na het zwemmen ga ik met de rij terug naar school, tenzij mijn ouders mij opwachten aan de parking. Mits een schriftelijke toestemming mag ik vanop de parking alleen naar huis gaan. Zwemmen is een verplicht schoolvak. Als ik niet mag zwemmen dan schrijven mijn ouders of de dokter een briefje. Ik geef dit af aan de klasleerkracht. Zwemgerief vergeten? Geen nood er zijn een aantal reservezakjes op school aanwezig. 11. Oeps, iets vergeten!? Indien ik thuis vaststel dat het boek of het schrift dat ik nodig heb nog in de klas ligt, dan vraag ik toestemming aan de directeur om het in de klas te halen. 12. Taxi! Als mama, papa, grootouder of onthaalmoeke mij komen afhalen, wacht ik op de overdekte speelplaats aan t Ballonneke op diegene die mij komt halen. 13. Ik ben wat ziekjes. De medicijnen die ik meebreng naar school, geef ik onmiddellijk af aan de leerkracht, samen met de dosering en toedieningswijze. Hij/zij zal ervoor zorgen dat ik op tijd mijn medicijn neem. 14. Ik draag zorg voor 1. mijn klasgenoten en leerlingen op school. Ik speel en werk fijn met hen samen; 2. de leerkrachten, refterpersoneel, poetspersoneel, volwassenen en directeur. Ik ga op een respectvolle manier met hen om; 3. de boeken, schriften en het schoolmateriaal; 4. computers en meubilair;

8 5. het materiaal van anderen; 6. de natuur; 7. mijn eigen materiaal; - Ik hang mijn jas, muts en sjaal aan de kapstok. - Als ik tijdens het spelen mijn jas uitdoe, dan leg ik deze op de boekentassenrekken. - Brieven, schoolkrantje, rapport, steek ik netjes in mijn boekentas en geef ik af aan mijn ouders. 8. mezelf. 15. Ongeval of brand. Ik verwittig zo snel mogelijk een leerkracht of de directeur bij een ongeval of brand. 16. Ik overtreed een afspraak. - Ik krijg een mondelinge opmerking. - De leerkracht noteert een opmerking in mijn agenda. Mijn ouders ondertekenen dit tegen de volgende dag. - Ik krijg een gepaste straf. - Ik moet naar de directeur komen voor een gesprek. - De leerkracht en directeur nodigen mijn ouders uit voor een gesprek.