Beleidsregels Uitstroompremies Wwb, Ioaw en Ioaz

Transcriptie

1 Beleidsregels Uitstroompremies Wwb, Ioaw en Ioaz

2 Beleidsregels Uitstroompremies Wwb, Ioaw en Ioaz van de gemeente Hulst Het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst (hierna: het college) gelet op - artikel 7, 8 lid 1 onder a, van de Wet werk en bijstand (Wwb); - de Re-integratieverordening Wwb; overwegende dat op grond van artikel 11 van de Re-integratieverordening Wwb en artikel 31 lid 2 sub j Wwb een premie kan worden verstrekt aan uitkeringsgerechtigden ter bevordering van de uitstroom uit de uitkering; stelt vast de volgende Beleidsregels Uitstroompremies Wwb, Ioaw en Ioaz van de gemeente Hulst 1 Definities In deze beleidsregels wordt verstaan onder: a. gemeente: de Gemeente Hulst; b. burgemeester en wethouders: het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst; c. uitkeringsgerechtigde: degene die periodieke uitkering voor levensonderhoud ontvangt op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb), de wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Ioaw) of de Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz) van de gemeente Hulst; d. premie: de werkaanvaardingspremie, doorstroompremie of premie werkbehoud, conform het bepaalde van art. 31 lid 2 sub j Wwb; e. gesubsidieerd werk een arbeidsovereenkomst waarbij een (ex-)uitkeringsgerechtigde werkzaamheden in loondienst verricht waarbij door de gemeente loonkostensubsidie is ingezet of

3 degene die werkzaamheden in een zelfstandig beroep verricht of een onderneming is gestart waarbij gebruik wordt gemaakt van de voorzieningen van de regeling Bbz 2004; f. ongesubsidieerd werk een arbeidsovereenkomst waarbij een (ex-)uitkeringsgerechtigde werkzaamheden in loondienst verricht zonder inzet van loonkostensubsidie; of degene die werkzaamheden in een zelfstandig beroep verricht of een onderneming is gestart waarbij geen gebruik wordt gemaakt van de voorzieningen van de regeling Bbz 2004 en de ondernemer aantoonbaar gedurende minimaal 6 maanden een zodanig inkomen gaat verwerven dat deze geen beroep meer hoeft te doen op een uitkering van de gemeente. 2 Doelstelling premies De premies die in deze beleidsregels worden geregeld zijn positieve prikkels om de arbeidsinschakeling te bevorderen van de uitkeringsgerechtigde om hierdoor een dienstverband te verwerven of als zelfstandige in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. Het doel van het instrument is uitkeringsonafhankelijkheid door het verrichten van werkzaamheden in loondienst of door het werkzaam zijn als zelfstandig ondernemer of in een zelfstandig beroep. 3 Doelgroep Voor de werkaanvaardingspremie: de uitkeringsgerechtigde, die in de gemeente Hulst woonachtig is en die langer dan 12 maanden werkloos is. Voor de doorstroompremie en premie werkbehoud: de geheel of gedeeltelijke exuitkeringsgerechtigde, die op het moment dat deze de werkaanvaardingspremie heeft aangevraagd, inwoner was van de gemeente Hulst en dat op het moment van aanvragen van de doorstroompremie of premie werkbehoud nog steeds is. 4 De werkaanvaardingspremie bij ongesubsidieerd werk Volledige uitstroom De werkaanvaardingspremie bedraagt (maximaal) 2.000,- voor uitkeringsgerechtigden die langdurig en volledig (tenminste zes maanden zonder aanvullende uitkering) uitstromen naar ongesubsidieerd werk.

4 De werkaanvaardingspremie is gemaximeerd tot 3 maal de netto-uitkeringshoogte (op het moment van uitstroom uit de uitkering) (met een maximum van 2.000,-). Onvolledige (gedeeltelijke) uitstroom Bij langdurige (tenminste zes maanden) onvolledige uitstroom naar ongesubsidieerd werk wordt de hoogte van de werkaanvaardingspremie vastgesteld op het netto-verschil (inclusief vakantiegeld) tussen de oude en de nieuwe uitkeringshoogte. De werkaanvaardingspremie kan nooit meer bedragen dan de werkaanvaardingspremie waarop aanspraak zou bestaan bij volledige uitstroom naar ongesubsidieerd werk. 5 De werkaanvaardingspremie bij gesubsidieerd werk Volledige uitstroom Bij volledige uitstroom naar gesubsidieerd werk bedraagt de werkaanvaardingspremie 50 % van de premie waarop aanspraak zou bestaan bij uitstroom naar ongesubsidieerd werk. Onvolledige (gedeeltelijke) uitstroom Bij onvolledige uitstroom naar gesubsidieerd werk bedraagt de werkaanvaardingspremie 50 % van de premie waarop aanspraak zou bestaan bij uitstroom naar gesubsidieerd werk. 6 De doorstroompremie Van gesubsidieerd naar ongesubsidieerd werk Bij uitstroom van gesubsidieerd naar ongesubsidieerd werk bestaat aanspraak op een doorstroompremie. De hoogte van de doorstroompremie is het verschil tussen: a. de werkaanvaardingspremie waarop aanspraak zou zijn gemaakt indien onmiddellijk en volledig uitstroom zou hebben plaatsgevonden; en b. de eerder verstrekte premie. Van gedeeltelijke uitstroom naar volledige uitstroom (bij ongesubsidieerd werk) Bij uitstroom van gedeeltelijke uitstroom naar volledige uitstroom uit de uitkering (ongesubsidieerd werk) bestaat aanspraak op een doorstroompremie. De hoogte van de doorstroompremie is het verschil tussen: a. de werkaanvaardingspremie waarop aanspraak zou zijn gemaakt indien onmiddellijk en volledig uitstroom zou hebben plaatsgevonden; en b. de eerder verstrekte premie.

5 7 De premie werkbehoud Indien na het eerste toekenningsbesluit (werkaanvaardingspremie) belanghebbende tenminste 12 maanden geen aanspraak meer maakt gemaakt op een Wwb-, Ioaw- of Ioaz-uitkering, kan belanghebbende een premie werkbehoud aanvragen. De premie werkbehoud wordt maar éénmalig verstrekt. Hoogte van de premie werkbehoud De premie werkbehoud heeft dezelfde omvang als de werkaanvaardingspremie die in eerste instantie was toegekend. 8 Cumulatie Cumulatie tussen een (gedeeltelijke) premie en de inkomensvrijlating zoals geregeld in artikel 31 lid 2 sub o Wwb is niet mogelijk. 9 Procedurele bepalingen Voor het aanvragen van een premie kan gebruik worden gemaakt van het daartoe aangewezen aanvraagformulier. Het maximum bedrag aan premies is vastgesteld op 2.000,- per kalenderjaar. Ingeval van een uitkering naar de norm voor een echtpaar wordt de premie wordt door echtgenoten/partners gezamenlijk aangevraagd. De premie aangevraagd en toegekend aan de echtgenoot/partner wordt geacht mede te zijn ontvangen door diens echtgenoot/partner. Indien de andere echtgenoot/partner na uitstroom uit de uitkering ook werk aanvaardt, kan voor de aanvaarding van dàt dienstverband geen premie worden aangevraagd. Voor de uitbetaling van de premies geldt, dat betaling pas plaatsvindt als de nodige bewijsstukken (wordt bepaald door het college) zijn overgelegd. 10 Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen afwijken de bepalingen in deze beleidsregels, indien onverkorte toepassing zou leiden tot onredelijkheid of onbillijkheid.

6 11 Intrekking Met het vaststellen van deze beleidsregels vervallen de bepalingen 2.2. van de Beleidsregels Reïntegratie WWB van de gemeente Hulst. 12 Citeertitel Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als: Beleidsregels uitstroompremies Wwb, Ioaw, Ioaz. 13 Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden na publicatie, met ingang van 1 juli 2008 in werking. Aldus vastgesteld op door burgemeester en wethouders van Hulst. Burgemeester en Wethouders van Hulst, De Secretaris, De Burgemeester,

7 Algemene toelichting In artikel 11 van de Re-integratieverordening Wwb is opgenomen dat een werkaanvaardingspremie verstrekt kan worden aan een uitkeringsgerechtigde die arbeid aanvaardt of werkzaamheden als zelfstandige gaat verrichten, waarmee geheel of gedeeltelijk in de kosten van bestaan kan worden voorzien. De verstrekking van premies bij gehele of gedeeltelijke uitstroom wegens werk is aan nadere regels gebonden. De noodzaak voor de inzet van dit instrument wordt door het college vastgesteld. De betrokken persoon wordt door inzet van een premie positief geprikkeld om aan het werk te geraken of te blijven, of om als zelfstandige in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. De werkaanvaardingspremie helpt belanghebbende tevens om tegemoet te komen aan het negatieve effect van het aanvaarden van werk in dienstbetrekking of het starten als zelfstandige: de armoedeval. Dit effect wordt veroorzaakt doordat mensen met een zeer laag inkomen of een uitkering vaak recht hebben op subsidies, toeslagen en andere landelijke locale inkomensafhankelijke regelingen. Als ze een baan aanvaarden kan de inkomensverbetering zodanig zijn dat het recht op de subsidies en regelingen vervalt, waardoor het inkomenseffect grotendeels of geheel wegvalt. Door dit effect zijn mensen vaak niet of slechts in geringe mate in staat om hun maatschappelijke situatie te verbeteren. Belangrijker is echter dat de beperkte inkomensvooruitgang niet motiverend werkt. Men spreekt in dat geval vaak van 'onvoldoende prikkels' om te participeren op de arbeidsmarkt (de zogenaamde armoedeval ). Het herformuleren van artikel 11 van de Re-integratieverordening Wwb heeft tot gevolg dat voor gedeeltelijke uitstroom uit de uitkering (dus zonder dat iemand volledig uitkeringsonafhankelijk wordt), toch een premie verstrekt kan worden.

8 Artikelsgewijze toelichting 1 Definities a. behoeft geen nadere toelichting b. behoeft geen nadere toelichting c. behoeft geen nadere toelichting d. In artikel 31 lid 2 sub j Wwb is een maximum-bedrag per kalenderjaar opgenomen (per 1 januari 2008 is dat 2.160,-) zijnde een eenmalige premie, voor zover dit naar het oordeel van het college bijdraagt aan zijn arbeidsinschakeling. 2 Doelstellingen premies Volgens de toelichting op artikel 31 lid 2 sub j Wwb is vanwege de positieve prikkel die van de premie zal uitgaan bij de activering van de bijstandsgerechtigde, voorzien in vrijlating van een eenmalige premie die de belanghebbende ontvangt in het kader van de inschakeling in arbeid, tot een bedrag van maximum bedrag per kalenderjaar (onderdeel j). De gemeente kan een dergelijk premie verstrekken met het oog op het bevorderen van positief gedrag gericht op uitstroom naar betaalde arbeid. Om te voorkomen dat de extra stimulans na verloop van tijd vermindert, omdat er een bepaalde mate van gewenning optreedt, kan de premie slechts eenmaal per kalenderjaar worden versterkt. De premie moet in één bedrag worden uitgekeerd en mag dus niet in termijnen worden verstrekt, mede om te voorkomen dat de premie fiscaal gezien wordt als een periodieke uitkering en daarom doorwerkt in de inkomensafhankelijke regelingen. Voor elke nieuwe premie moet een nieuw besluit worden genomen, op basis van nieuwe omstandigheden in de voortgang van de reïntegratie van de belanghebbende. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling dat de premie een structureel karakter draagt. 3 Doelgroepen In aanmerking voor de werkaanvaardingspremie komt de Wwb-, Ioaw- of Ioaz-uitkeringsgerechtigde van de gemeente Hulst die langer dan 12 maanden werkloos is. Op het moment van uitstroom moet de aanvrager in de gemeente Hulst woonachtig zijn. Iemand die na het aanvragen en verkrijgen van de werkaanvaardingspremie verhuisd is naar een andere gemeente, komt niet (langer) in aanmerking voor een doorstroompremie of premie werkbehoud.

9 4 De werkaanvaardingspremie bij ongesubsidieerd werk Indien een uitkeringsgerechtigde volledig uit de uitkering stroomt door het aanvaarden van werk of het beginnen van een zelfstandig bedrijf of beroep, bedraagt de werkaanvaardingspremie 2.000,- als tenminste zes maanden (zonder dat een aanvullende uitkering nodig is) wordt gewerkt. De werkaanvaardingspremie is gemaximeerd tot 3 maal de netto-uitkeringshoogte (op het moment van uitstroom uit de uitkering). Bij onvolledige uitstroom naar ongesubsidieerd werk (voor tenminste 6 maanden) is de hoogte van de werkaanvaardingspremie vastgesteld op het netto-verschil (inclusief vakantiegeld) tussen de oude en de nieuwe uitkeringshoogte, echter gemaximeerd tot de werkaanvaardingspremie waarop aanspraak zou bestaan bij volledige uitstroom naar ongesubsidieerd werk (dus maximaal 2.000,-). 5 De werkaanvaardingspremie bij gesubsidieerd werk Uitkeringsgerechtigden die bij werkgevers gaan werken met inzet van loonkostensubsidie en volledig uitstromen uit de uitkering, krijgen 50 % van de premie waarop aanspraak zou bestaan bij uitstroom naar ongesubsidieerd werk. Dit om de prikkel te houden om te blijven zoeken naar regulier, ongesubsidieerd werk (zie ook de toelichting genoemd onder 6). Bij onvolledige uitstroom naar gesubsidieerd werk bedraagt de werkaanvaardingspremie 50 % van de premie waarop aanspraak zou bestaan bij volledige uitstroom naar gesubsidieerd werk. 6 De doorstroompremie Om de prikkel te houden te blijven zoeken naar regulier, ongesubsidieerd werk bestaat bij uitstroom van gesubsidieerd naar ongesubsidieerd werk aanspraak op een doorstroompremie. De hoogte wordt vastgesteld op het verschil tussen de werkaanvaardingspremie genoemd onder 4. en de eerder verstrekte premie (die was vastgesteld op 50 % daarvan). Om te bevorderen dat een uitkeringsgerechtigde die gedeeltelijk was uitgestroomd en op basis daarvan een werkaanvaardingspremie heeft gekregen, volledige uitkeringsonafhankelijkheid wordt, bestaat ook recht op een doorstroompremie als deze alsnog volledig uitstroomt uit de uitkering door bijvoorbeeld uitbreiding van zijn urencontract of verhoging van het salaris. De hoogte wordt vastgesteld op het verschil tussen de werkaanvaardingspremie genoemd onder 4. en de eerder verstrekte premie (die was vastgesteld op 50 % daarvan). De aanvraag voor een doorstroompremie moet zijn ingediend binnen 12 maanden na het toekenningsbesluit van de werkaanvaardingspremie.

10 7 De premie werkbehoud Het college kiest ervoor om cliënten die volledig en duurzaam uitstromen naar regulier, ongesubsidieerd werk, optimaal gebruik te laten maken van de mogelijkheden tot het verstrekken van premies. Dat een premie werkbehoud in het volgende kalenderjaar moet worden aangevraagd, houdt verband met fiscale aspecten. Door de premie zoals bedoeld in art. 31 lid 2 sub j Wwb slechts éénmaal per jaar te verstrekken en in één bedrag uit te keren, wordt de premie onbelast, waardoor de premieverstrekking geen effecten heeft op andere inkomensafhankelijke regelingen (zoals huurtoeslag). 8 Cumulatie Bij gedeeltelijke uitstroom uit de uitkering heeft de uitkeringsgerechtigde dus de keuze tussen enerzijds de inkomensvrijlating van art. 31 lid 2 sub o Wwb en anderzijds één der genoemde premies. 9 Procedurele bepalingen Het hier genoemde maximum bedrag per kalenderjaar is wederom opgenomen in verband met de fiscale aspecten (onbelaste of belaste premie). De bepalingen over de gehuwden spreken voor zich: per uitkering wordt één keer een werkaanvaardingspremie, doorstroompremie of premie werkbehoud verstrekt. Qua bewijsstukken kan worden gedacht aan: de arbeidsovereenkomst, loonstroken, inschrijving Kamer van Koophandel, (voorlopige) jaarrekening. 10 Hardheidsclausule Indien de toepassing van deze verordening tot onbillijkheden leidt, kan het college ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen. Van deze mogelijkheid dient zeer terughoudend gebruik gemaakt te worden, om het scheppen van precedenten tegen te gaan. 10

11 11 Intrekking In paragraaf 2.2. van de Beleidsregels Reïntegratie WWB van de gemeente Hulst was de oude premieregeling opgenomen. Deze bepalingen zijn niet meer geldig vanaf de inwerkingtreding van deze beleidsregels (1 juli 2008). 12 Citeertitel Behoeft geen nadere toelichting. 13 Inwerkingtreding Behoeft geen nadere toelichting. 11