Samenvatting Methoden van Onderzoek

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samenvatting Methoden van Onderzoek"

Transcriptie

1 Samenvatting Methoden van Onderzoek Theorie: Stelsel met algemene principes dat pretendeert ons te vertellen hoe de wereld werkt. Omdat theorie altijd algemeen is en onderzoek altijd concreet is theorie niet direct toetsbeer. Toetsen moeten moet door middel van een hypothese opstellen waar weer een theorie uit is afgeleid. Falsifieerbaarheid (weerlegbaarheid) is een essentiele eigenschap van wetenschappelijke theorien. Deze weerlegbaarheid is belangrijk want als je verkeerd zit moet je hier achter zien te komen. Emperische cyclus: Observatie => Theorievorming=> Voorspelling => Toetsing => Evaluatie En vervolgens weer de cirkel rond, het doorlopen hiervan garandeert geen wetenschappelijke feiten. Methodes kunnen goed of slacht gebruikt worden. Validiteit: Gaat over de vraag of het gevraagde wel bestaat, meet je wel wat je wilt meten? En je moet dus soort inhoudelijke reality check doen. Betrouwbaarheid: Hoe precies zijn mijn metingen? En hoeveel meetfouten bevatten mijn metingen. Hoeveel error (ruis) en hoeveel random error (toevallige fouten)? De hoeveelheid toevallige meetfouten kan je schatten zonder dat je het exacte aantal kent. Bij sterk positieve correlatie is de test betrouwbaar. (r=1) Bij sterk negatieve correlatie is de test onbetrouwbaar. (r=-1) En bij r=0 is er geen correlatie (samenhang). Test-hertest correlatie: Correlatie tussen score 1 e meting en score 2 e meting is een maat voor betrouwbaarheid. Deze moet positief zijn en hoe hoger hoe beter. Oplossingen: Split-half of ook wel Interne consistentie: Verdeel de test in mogelijke helften. Bereken alle correlaties tussen alle mogelijke helften. En hiervan neem je het gemiddelde. Correctie formule gebruiken om betrouwbaarheid van de test te meten. Face validity: Op het eerste gezicht validiteit, vertrouwt op het vermogen intuïtief denken. Predictive validity: Voorspellende validiteit, hoe goed kan een test iets voorspellen, probleem hiervan is oneindige regressie. Kruttz factor: Rommel factor, alles hangt met alles samen.

2 Construct validiteit: Constructen zijn theoretische begrippen die rol spelen in netwerk van wetten, het monologische netwerk. Construct validiteit is de mate waarin relaties tussen observaties in overeenstemming zijn met dit netwerk. (Cronbach & Mehler) Stappenplan; - Defineer construct theoretisch - Operationaliseer definitie van construct. - Emperisch onderzoek - Conclusie Convergente validiteit: Als 2 maten die het zelfde moeten meten positief correleren. Dus zelfde construct maar andere meetmethode. Discriminante (of divergente) validiteit: Meetmethode blijft hetzelfde maar je neemt een ander construct. En moet je lage correlatie vinden. Case studies: Gevalsbeschrijvingen, diepgaande onderzoeken van 1 of meerdere gevallen. Exploratief onderzoek, je hebt een algemeen probleem nog niet kant en klaar. Proof of possibility, aantonen dat iets kan. Als je homogene populaties hebt en je hebt er 1 gezien dan heb je ze allemaal gezien. Voordelen aan case studies: - Geven meer diepgang - Veel informatie - Zeldzame gevallen - Genereert veel ideeen. Nadelen aan case studies: - Moeilijk verbanden te leggen (door confouding en present-present bias) - Gebrekkige generalisatie - Gevoelig voor vertekening Participerende observatie: Onderzoeker neemt actief deel aan bestudeerde proces zoals bij journalistiek onderzoek of antropologisch. Voordelen van participerende observatie: - Bekt lekker en je zit in de echte wereld. - Resulteert in een goed verhaal - Diepgaande informatie. Nadelen participerende observatie: - Onduidelijke welke hypothese er wordt getoetst. - Observer effects - Generaliseerdbaarheid is moeilijk vast te stellen.

3 - Causaliteit, hoe stellen we oorzaak gevolg vast als er maar 1 situatie is? (present-present bias) Directe observatie: Mensen worden in situatie gebracht en verloopt meestal volgens protocol. Hun gedrag wordt daar dan geobserveerd. Als dit gebeurt met duidelijke lijst vragen is het gestructureerde observatie. Voordelen van directe observatie: - Wordt gecontroleerd. - Procedure is herhaalbaar. - Interbeoordeelaars vertrouwen is na te gaan. - Informatie is op te vragen. Indirecte observatie: Mensen vragen stellen over hoe zij zich hebben gedragen in een bepaalde situatie. Voordelen: - Representatieve steekproef is mogelijk. - Snel en makkelijk - Statistiek kan gebruikt worden om onzekerheid vast te stellen. Nadelen: - Heel erg duur onderzoek - Geen gevoelige onderwerpen - Weinig diepgang - Response rate is vaak lang - Kan alleen eenvoudige vragen stellen. Cognitieve dissonantie: Het tegelijk hebben van 2 tegengestelde overtuigingen. Problemen bij observatie. - Sampling bias: Treed op bij steekproef van populatie, een steekproef wijkt af op relevante variabelen bij doelpopulatie (populatie waar je iets van wilt weten). De oplossing hiervoor is het random trekken van de mensen die in de steekproef deelnemen. Vormen van steek proeftrekking: Purpose sampling (express bepaalde groep mensen zoeken en Convience sampling (onderzoek bij wie er maar langskomt). - Vertekeningen van observatie: Vroeger werd gedacht dat observatie de waarheid was dit is echter niet waar. Observer effects: Observator verandert zelf iets in de situatie (alleen al dat de observator zelf in de situatie zit). Pigmalion effect: Zeggen dat er iets goeds gebeurt en dan gebeurt dit ook. Oplossingen zijn verstoppen, misleiden, afwachten, blinde observatoren. Rosenthal effect: Gebeurde toen hij 2 groepen ratten (uit zelfde groep)

4 maakte en elk aan andere onderzoeker meegaf en zij dat ene dom was en andere slim, en toen bleken de slimme ook sneller te leren. - Observer bias: Dan zien observatoren iets wat er niet is door verwachtingen van experiment. Oplossingen hiervoor blind onderzoek, dubbelblind onderzoek, placebogecontroleerd dubbel blind onderzoek. - Inferenentiele bias: De observatie is juist maar er worden de verkeerde conclusies getrokken uit deze observaties, omdat de mens graag snel causale verbanden wilt zien. Experimenteel onderzoek: Onderzoeker manipuleerd een variabele en bekijkt et effect daarvan op andere variabele. Construct 1 => Construct 2 Manipulatie (onafh. Variabele) Operationalisatie (afh. Variabele) Confounding variabele: Confouning is samenvallende variabele, dan weet je niet waardoor verschil veroorzaakt is en is dus een systematische fout. Vormen allerlei alternatieve verklaringen voor verschil tussen experimentele en controle conditie en bedreigen de interne validiteit. Interne validiteit: Voor het vaststellen van een causale relatie moeten we alternatieve verklaringen uitsluiten. Kritiek op veldexperiment: Selectie vormt een probleem, je hebt nauwelijks controle en binnen deze ongecontroleerde condities heb je oneindig veel confounds. Oplossingen hiervoor; matchen op belangrijke kenmerken, random toewijzen en een experiment van maken. Manipulatie check: Is voor de controle van waarde op de onafhankelijke variabele. Confound check: Gaat over de vraag, in welk opzicht verschillen de condities. Dus je maakt een lijst met experimentele condities en de controle condities. Met lab experiment kan je veel meer confounds uitsluiten dan in een veld experiment. Independent group designs: Je zit afhankelijk van kop of munt een groep toegewezen

5 Als proefpersonen uitvallen voordat de manipulatie is uitgevoerd van vormt dit geen bedreiging voor de interne validiteit. De interne validiteit is belangrijker dan de ecologische validiteit, hoe kunstmatiger de situatie hoe hoger de interne validiteit en hoe sterker het geloof in een causale relatie. Maar de ecologische validiteit is weer hoger bij de brug studie. Ecologische validiteit: De mate waarin het onderzoek lijkt op het dagelijks leven. En wordt vaak aangedragen als argument tegen een experiment. Oplossingen voor confounds (of hoe je er mee om moet gaan), - Subtract it out; hetzelfde per conditie (dingen van elkaar aftrekken) - Take it out; wegnemen van bijzaken - Check it out; bekijk het effect van placebo etc. Subract it out en take it out zouden hetzelfde effect moeten hebben en check it out gebruik je alleen om het effect te zien. Je moet wel opletten om welk construct het gaat, dan zouden er wel veel confounds kunnen wegvallen. Dus of iets een confound is hangt af van wat je wilt weten. T-toets voor gemiddelden verschil een objectieve manier om na te gaan of effect van een manipulatie zinvol is of aan toeval moet worden toegewezen. T-toets; - Stel nulhypothese op, idee dat er geen gemiddelden verschil is tussen de twee groepen of condities. - Bereken t-waarde (p-waarde) aan de hand van gegevens en kijk daarmee hoe groot de kans is op die gegevens als de nulhypothese waar zou zijn. - Hoe hoger de t-waarde des te kleiner de kans dat het gevonden verschil toeval is. - Als de kans kleiner is dan 0.05 dan verwerp je de nulhypothese en is er een significant verschil. En er is dus een significant resultaat. Met t-toets kijk je hoe toevallig het is dat deze resultaten vindt als er in werkelijkheid geen verschil zou zijn. Effect grootte hangt af van gemiddelden verschil en variatie binnen condities. Als dingen verschillen binnen condities en niet tussen condities zijn het geen confounds. En hoe homogener de groep hoe significanter de resultaten.

6 Within subject design: Proefpersonen kan je zelf als controle gebruiken (recyclen van proefpersonen). Obscuring factors: Bronnen van variatie binnen condities, - Meetfouten: Scores zijn niet perfect betrouwbaar, en als je onbetrouwbaar meet voeg je meer ruis toe en hoe nauwkeuriger je meer des te kleiner de spreiding bij conditie. - Omgevingsfactoren - Individuele verschillen die te maken hebben met afhankelijke variabele. Hoe kunstmatiger en hoe meer gestandaardiseerder de onderzoekssituatie deze te kleiner het effect van de omgeving. In lab worden vaak sterkere resultaten gevonden dan in veldonderzoek. Hoe krijg je significant resultaat? - Hoe meer proefpersonen hoe beter. - Zo min mogelijk individuele verschillen - Zo betrouwbaar mogelijk meten - Omgevings invloeden zo klein mogelijk maken, hoe kunsmatiger hoe beter. - Voorkom plafon en vloer effecten, als taak te makkelijk en je kan niet hoger scoren heb je plafon-effect en te moeilijke taak is een vloereffect. Zorg dat je zo min mogelijk obscuring factors hebt maar het is lang niet zo erg als confounds. Confound is een structureel verschil en vormen alternatieve verklaring voor je bevindingen en maken oninterpreteerbaar, maar ze hebben niets met significantie te maken. Obscuring factors verschillen toevallig binnen condities, en vormen geen verklaring voor effect en maken effect niet significant en hebben dus alles te maken met significantie en is dus slecht nieuws voor de onderzoeker. Meetanalyse: Heel veel inderzoeks resultaten bij elkaar nemen en gaan kijken of je hiermee iets kan zeggen over een bepaald onderwerp. Niet significant betekend niet dat resultaat er niet is! Externe validiteit: Generaliseerbaarheid, in welke mate experimenteel experiment generaliseerbaar is; - Andere metingen (afhankelijke variabele) - Andere populatie (minderheden, ouderen) - Andere afhankelijke variabelen (manipulaties)

7 - Andere situaties (bijvoorbeeld het echte leven ) Generalisatiemodel, zo kan je per experiment bepalen of deze generaliseerbaar is. Hier kan je gebruik van maken bij steekproef trekking. Daarvoor dienen de gebruikte operationalisaties, metingen en proefpersonen representatief te zijn voor een bepaalde populatie. En generaliseerbaarheid gaat vaak over theoretische principes. Theoretischmodel (van externe validiteit), dan doe je replicatie van onderzoek. Je kijkt of er een stereo threat factor is en naar de test factor. Stereotype threat: Bedreiging die uitgaat van negatieve stereotypen over vaardigheden van een bepaalde groep. (Vrouwen slecht in wiskunde door Barbie) Causale relatie hangt af van de interne validiteit, de construct validiteit van de gebruikte operationalisaties en de externevaliditeit van het onderzoek. Constructvaliditeit: Heeft betrekking op manipulatie en op meting van afhankelijke variabele. En gaat niet over causaliteit tussen de gekozen operationalisaties (dit is interne validiteit). En gaat dus meer over de relatie van constructen en de operationalisaties. Factorieel design: 2x2 design met 2 between subjects factoren en random toewijzing. Hier heb je weer verschillende designs van; 1-wegs design, factor A, onafhankelijke variabele en leven 1&2 2-wegs design, factor A & B en 2 onafhankelijke variabelen 3-wegs design, 3 factoren en daarvan worden er 2 gemanipuleerd. Termen bij factorieel design: Factoren: Onafhankelijke variabelen A en B Levels: Niveaus onafhankelijke variabelen meestal experimentele condities. Hoofd-effect: Effect van A en effect van B. Simple main effect: Het effect van een onafhankelijke variabele op een bepaald level van een andere onafhankelijke variabele. Interactie: Effect van onafhankelijke variabele A hangt af van level onafhankelijke B. Bij stereo type threat treed niet op bij makkelijke test maar wel bij moeilijke test. Designs zijn sterk gerelateerd aan de variantie analyse (ANOVA). Within subjects design: Stereotype benadrukt (experimenteel) en stereotype ontkracht (controle).

8 Between subjects design: Volgorde groep 1; eerst controle dan experimenteel en andersom bij groep 2. Mixed design: De twee bovenstaande designs gecombineerd ook wel counterbalanced en hiermee kan je kijken of het effect van conditie uitmaakt voor de test/tijd. Quasi-experiment: Hier heb je interesse in de causale relatie tussen onafhankelijke-afhankelijke variabele. Er is geen random toewijzing mogelijk, er is minder controle mogelijk, bevat heel veel confounds, goed design verhoogt de interne validiteit. En vaak wordt er gebruik gemaakt van selectie van bestaande groepen. Wat is hier nodig voor causaliteit? - Is er wel verschil dat significant is. - Vond de oorzaak al voor het gevolg plaats? - Plausibele alternative verklaringen? Hoe zit het namelijk met confounds. Longitudinale designs; Repeated measures, meerdere metingen over de tijd. Nadeel is dat er tijd tussen zit want mensen worden ouder en situaties veranderen. Bedreigingen van interne validiteit: - History, externe invloeden. - Maturation, ontwikkeling volwassen wording. - Testing, hertest effecten - Subject loss, proefpersoon uitval. - Selection, structurele verschillen tussen proefpersonen. - Regression, statistisch artefact bij extreme scores, door toevallige meetfouten. - En andere confounds. Soorten designs: Mixed design: Dan kan je subject loss krijgen. Non equivalent control group: subject loss en regression als je dit design uitbreid dan gaat is er alleen nog maar subject loss. Wait list control group: Iedereen krijgt behandeling.

9 Interrupted time series design: Last van history en subject loss. Interrupted time series met Non equivalent control group gecombineerd is er alleen nog subject loss. ABAB design of revearsel design: A: baselinge meting B: Treatment A: Geen treatment B: Treatment Maakt alternatieve verklaringen aannemelijk, causaliteit is niet onomstotelijk vast te stellen, generaliseerbaarheid blijft lastig. Gunstig effect op groepsniveau zegt niets over effect op individu of effect op individu zegt niets over een groep. APA Ethical Principles of Psychologist: Hier worden de ethische richtlijnen opgesteld. En geven rechten weer proefpersoon en plichten van proefleider. Passieve misleiding: Niet tegen proefpersonen zeggen waar experiment over gaat (moet achteraf wel gezegd worden). Aktieve misleiding: Tegen proefpersonen liegen, het gebruik van confederates. Misleiding wordt toegestaan als het niet anders kan en noodzakelijk is voor het onderzoek en als er geen schandalige effecten worden verwacht en proefpersoon achteraf worden ingelicht (debriefing). Maar als het zonder kan doe dit dan! Good story heuristic: Klinkt zo goed moet wel waar zijn. Typen replicaties; Directe replicatie: Zelfde experiment nogmaals uitvoeren zo exact mogelijk. Systemantische replicatie: Zelfde experiment maar net iets veranderen in het onderzoek. Conceptuele replicatie: Ander experiment maar gaat wel over hetzelfde principe. Als iets niet repliceerbaar is dan moet je toegeven dat het niet werkt.

10 Significant betekent niet dat een effect zeker bestaat maar betekent dat de kans kleiner is dan 5% dat de resultaten aan toeval kunnen worden uitgewezen. Je kan dus een significant effect vinden dat in werkelijkheid niet bestaat. Als de nulhypothese waar is heb je nog 5% kans om significant verschil te vinden dit gebeurt bij 1 op de 20 studies en noem je Type 1 fout. Type 1 fout: Hier is nulhypothese waar en wordt toch verworpen. Type 2 fout: Hier is nulhypothese onwaar en wordt niet verworpen. Meta-analyse: Weging van alle studies zo worden resultaten gecombineerd van verschillende studies.

MTO A. College 1. College 2

MTO A. College 1. College 2 MTO A College 1 Bronnen van kennis Intuïtie: geen legitieme evidentie voor een theorie of hypothese omdat intuïtie vaak obscuur en niet repliceerbaar is Autoriteit: geen legitieme evidentie omdat het gebaseerd

Nadere informatie

College 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle

College 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle College 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle - Leary: Hoofdstuk 9 en 10 - MM&C: Hoofdstuk 2.4 (p.129-130), 2.6 en 3.1 - Aanvullende tekst 4 Jolien Pas ECO 2012-2013 Doel experimenteel onderzoek:

Nadere informatie

Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle

Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle ECO 2011-2012 Hemmo Smit Wilhelm Wundt en William James 3 criteria voor Causaliteit (herhaling) 1. Covariantie: samenhang tussen variabelen aantonen 2.

Nadere informatie

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse.

1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Oefentoets 1 1. De volgende gemiddelden zijn gevonden in een experiment met de factor Conditie en de factor Sekse. Conditie = experimenteel Conditie = controle Sekse = Vrouw 23 33 Sekse = Man 20 36 Van

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen

Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen 3.1 Schatten: Er moet een verbinding worden gelegd tussen de steekproefgrootheden en populatieparameters, willen we op basis van de een iets kunnen zeggen over de ander.

Nadere informatie

8.2. Onderdelen van het klassieke experimentele ontwerp

8.2. Onderdelen van het klassieke experimentele ontwerp Deel 3: Kwantitatieve methoden Hoofdstuk 8: Experimentele ontwerpen 8.1. Inleiding Basisidee: twee situaties nl. situatie 1 met manipulatie en situatie 2 zonder manipulatie en je kijkt naar het effect

Nadere informatie

College 5 Experimentele en Quasi- Experimentele Proefopzetten

College 5 Experimentele en Quasi- Experimentele Proefopzetten College 5 Experimentele en Quasi- Experimentele Proefopzetten - Leary Hoofdstuk 9, 10, 13 en 14 - Aanvullende tekst 5 Jolien Pas ECO 2012-2013 Het Experiment Doel: Causaal verband vastellen door te laten

Nadere informatie

Zelfstudiefiches M&T: Deel 2 (H6-7)

Zelfstudiefiches M&T: Deel 2 (H6-7) Zelfstudiefiches M&T: Deel 2 (H6-7) Hoofdstuk 6 1. Bekijk figuur 6.2. Het meetproces (p. 133 cursus). Dit schema en bijhorende tekst moet je heel goed begrijpen, heel vaak komen tijdens de colleges termen

Nadere informatie

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN Inleiding Statistische gevolgtrekkingen (statistical inference) gaan over het trekken van conclusies over een populatie op basis van steekproefdata.

Nadere informatie

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test Werkboek 2013-2014 ANCOVA Covariantie analyse bestaat uit regressieanalyse en variantieanalyse. Er wordt een afhankelijke variabele (intervalniveau) voorspeld uit meerdere onafhankelijke variabelen. De

Nadere informatie

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R 14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten

Nadere informatie

College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS

College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS Inleiding in de Methoden & Technieken 2013 2014 Hemmo Smit Overzicht van dit college Kwaliteit van een meetinstrument Inleiding SPSS Hiervoor lezen:

Nadere informatie

11. Multipele Regressie en Correlatie

11. Multipele Regressie en Correlatie 11. Multipele Regressie en Correlatie Meervoudig regressie model Nu gaan we kijken naar een relatie tussen een responsvariabele en meerdere verklarende variabelen. Een bivariate regressielijn ziet er in

Nadere informatie

Statistiek in de alfa en gamma studies. Aansluiting wiskunde VWO-WO 16 april 2018

Statistiek in de alfa en gamma studies. Aansluiting wiskunde VWO-WO 16 april 2018 Statistiek in de alfa en gamma studies Aansluiting wiskunde VWO-WO 16 april 2018 Wie ben ik? Marieke Westeneng Docent bij afdeling Methoden en Statistiek Faculteit Sociale Wetenschappen Universiteit Utrecht

Nadere informatie

Aanpassingen takenboek! Statistische toetsen. Deze persoon in een verdeling. Iedereen in een verdeling

Aanpassingen takenboek! Statistische toetsen. Deze persoon in een verdeling. Iedereen in een verdeling Kwantitatieve Data Analyse (KDA) Onderzoekspracticum Sessie 2 11 Aanpassingen takenboek! Check studienet om eventuele verbeteringen te downloaden! Huidige versie takenboek: 09 Gjalt-Jorn Peters gjp@ou.nl

Nadere informatie

Hoofdstuk 10: Regressie

Hoofdstuk 10: Regressie Hoofdstuk 10: Regressie Inleiding In dit deel zal uitgelegd worden hoe we statistische berekeningen kunnen maken als sprake is van één kwantitatieve responsvariabele en één kwantitatieve verklarende variabele.

Nadere informatie

1c Relatie tussen x en y hoeft niet perfect te zijn om een oorzaak van y te laten zijn.

1c Relatie tussen x en y hoeft niet perfect te zijn om een oorzaak van y te laten zijn. MTO A tentamen 1 e gelegenheid 1c Relatie tussen x en y hoeft niet perfect te zijn om een oorzaak van y te laten zijn. 2d Stap empirische cyclus. Volgens Heiman. Afleiden van empirische predicties uit

Nadere informatie

A. Business en Management Onderzoek

A. Business en Management Onderzoek A. Business en Management Onderzoek Concepten definiëren Een concept (concept) is een algemeen geaccepteerde verzameling van betekenissen of kenmerken die geassocieerd worden met gebeurtenissen, situaties

Nadere informatie

KWANTITATIEF TESTEN. experimenteel ontwerp (MIT 14) statistische analyse (MIT 15)

KWANTITATIEF TESTEN. experimenteel ontwerp (MIT 14) statistische analyse (MIT 15) KWANTITATIEF TESTEN experimenteel ontwerp (MIT 14) statistische analyse (MIT 15) tips Google Wikipedia MIT 14, 15 stats.stackexhchange.com ander onderzoek dat lijkt op het jouwe experimenteel ontwerp kwantitatieve

Nadere informatie

Hiermee rekenen we de testwaarde van t uit: n. 10 ( x ) ,16

Hiermee rekenen we de testwaarde van t uit: n. 10 ( x ) ,16 modulus strepen: uitkomst > 0 Hiermee rekenen we de testwaarde van t uit: n 10 ttest ( x ) 105 101 3,16 n-1 4 t test > t kritisch want 3,16 >,6, dus 105 valt buiten het BI. De cola bevat niet significant

Nadere informatie

Zelfstudiefiches M&T: Deel 2 (H6-7)

Zelfstudiefiches M&T: Deel 2 (H6-7) Zelfstudiefiches M&T: Deel 2 (H6-7) Hoofdstuk 6 1. Bekijk figuur 6.2. Het meetproces (p. 133 cursus). Dit schema en bijhorende tekst moet je heel goed begrijpen, heel vaak komen tijdens de colleges termen

Nadere informatie

D) Alle drie de variabelen kunnen zowel afhankelijke als onafhankelijke variabelen zijn.

D) Alle drie de variabelen kunnen zowel afhankelijke als onafhankelijke variabelen zijn. Oefententamen 2012 1. In een onderzoek wordt gekeken naar het verband tussen sekse, leeftijd en sociale vaardigheden. Welke van deze variabelen kunnen in psychologisch onderzoek uitsluitend een rol spelen

Nadere informatie

College 3 Interne consistentie; Beschrijvend onderzoek

College 3 Interne consistentie; Beschrijvend onderzoek College 3 Interne consistentie; Beschrijvend onderzoek Inleiding M&T 2012 2013 Hemmo Smit Overzicht van dit college Kwaliteit van een meetinstrument (herhaling) Interne consistentie: Cronbach s alpha Voorbeeld:

Nadere informatie

Enkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Enkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd

Nadere informatie

Voorwoord... iii Verantwoording... v

Voorwoord... iii Verantwoording... v Inhoudsopgave Voorwoord... iii Verantwoording... v INTRODUCTIE... 1 1. Wat is onderzoek... 2 1.1 Een definitie van onderzoek... 2 1.2 De onderzoeker als probleemoplosser of de onderzoeker als adviseur...

Nadere informatie

Het ANCOVA model is een vorm van het general linear model (GLM), en kan als volgt geschreven worden qua populatie parameters:

Het ANCOVA model is een vorm van het general linear model (GLM), en kan als volgt geschreven worden qua populatie parameters: Hoofdstuk 4 4.1 De ANCOVA is een vorm van statistische controle, en was specifiek ontworpen om on-uitgelegde foutvariatie ( error variation ) te verminderen. Om dit te doen is er een co-variabele ( covariate

Nadere informatie

Methodologie voor onderzoek in de verpleegkunde. Foeke van der Zee

Methodologie voor onderzoek in de verpleegkunde. Foeke van der Zee Methodologie voor onderzoek in de verpleegkunde Foeke van der Zee Inhoudsopgave 1. Onderzoek, wat is dat eigenlijk... 1 1.1 Hoe is onderzoek te omschrijven... 1 1.2 Is de onderzoeker een probleemoplosser

Nadere informatie

tudievragen voor het vak TCO-2B

tudievragen voor het vak TCO-2B S tudievragen voor het vak TCO-2B 1 Wat is fundamenteel/theoretisch onderzoek? 2 Geef een voorbeeld uit de krant van fundamenteel/theoretisch onderzoek. 3 Wat is het doel van fundamenteel/theoretisch onderzoek?

Nadere informatie

ANOVA in SPSS. Hugo Quené. opleiding Taalwetenschap Universiteit Utrecht Trans 10, 3512 JK Utrecht 12 maart 2003

ANOVA in SPSS. Hugo Quené. opleiding Taalwetenschap Universiteit Utrecht Trans 10, 3512 JK Utrecht 12 maart 2003 ANOVA in SPSS Hugo Quené hugo.quene@let.uu.nl opleiding Taalwetenschap Universiteit Utrecht Trans 10, 3512 JK Utrecht 12 maart 2003 1 vooraf In dit voorbeeld gebruik ik fictieve gegevens, ontleend aan

Nadere informatie

KWANTITATIEF TESTEN. experimenteel ontwerp (MIT 14) statistische analyse (MIT 15)

KWANTITATIEF TESTEN. experimenteel ontwerp (MIT 14) statistische analyse (MIT 15) KWANTITATIEF TESTEN experimenteel ontwerp (MIT 14) statistische analyse (MIT 15) tips Google Wikipedia MIT 14, 15 stats.stackexchange.com ander onderzoek dat lijkt op het jouwe experimenteel ontwerp kwantitatieve

Nadere informatie

Vandaag. Onderzoeksmethoden: Statistiek 3. Recap 2. Recap 1. Recap Centrale limietstelling T-verdeling Toetsen van hypotheses

Vandaag. Onderzoeksmethoden: Statistiek 3. Recap 2. Recap 1. Recap Centrale limietstelling T-verdeling Toetsen van hypotheses Vandaag Onderzoeksmethoden: Statistiek 3 Peter de Waal (gebaseerd op slides Peter de Waal, Marjan van den Akker) Departement Informatica Beta-faculteit, Universiteit Utrecht Recap Centrale limietstelling

Nadere informatie

Voorbeeldtentamen Statistiek voor Psychologie

Voorbeeldtentamen Statistiek voor Psychologie Voorbeeldtentamen Statistiek voor Psychologie 1) Vul de volgende uitspraak aan, zodat er een juiste bewering ontstaat: De verdeling van een variabele geeft een opsomming van de categorieën en geeft daarbij

Nadere informatie

Hoofdstuk 12: Eenweg ANOVA

Hoofdstuk 12: Eenweg ANOVA Hoofdstuk 12: Eenweg ANOVA 12.1 Eenweg analyse van variantie Eenweg en tweeweg ANOVA Wanneer we verschillende populaties of behandelingen met elkaar vergelijken, dan zal er binnen de data altijd sprake

Nadere informatie

Berekenen en gebruik van Cohen s d Cohen s d is een veelgebruikte manier om de effectgrootte te berekenen en wordt

Berekenen en gebruik van Cohen s d Cohen s d is een veelgebruikte manier om de effectgrootte te berekenen en wordt A. Effect & het onderscheidingsvermogen Effectgrootte (ES) De effectgrootte (effect size) vertelt ons iets over hoe relevant de relatie tussen twee variabelen is in de praktijk. Er zijn twee soorten effectgrootten:

Nadere informatie

MTO-A Natuur Onderzoekers Onderzoek Causale hypothese Descriptieve hypothese Empirische cyclus Hypothetisch construct Variabelen

MTO-A Natuur Onderzoekers Onderzoek Causale hypothese Descriptieve hypothese Empirische cyclus Hypothetisch construct Variabelen MTO-A Natuur Onderzoekers Onderzoek Wetmatig Onzeker Empirisch Deterministisch Open-minded Objectief (repliceerbaar) Verklaarbaar Skeptisch Systematisch Voorzichtig Gecontroleerd Ethisch Beschrijven, verklaren,

Nadere informatie

College 2 Observeren en Meten

College 2 Observeren en Meten College 2 Observeren en Meten Inleiding M&T 2012 2013 Hemmo Smit Overzicht van dit college Observeren en Meten van Variabelen Betrouwbaarheid en Validiteit Dataverzamelingsmethoden Observeren en Meten

Nadere informatie

Gegevensverwerving en verwerking

Gegevensverwerving en verwerking Gegevensverwerving en verwerking Staalname - aantal stalen/replicaten - grootte staal - apparatuur Experimentele setup Bibliotheek Statistiek - beschrijvend - variantie-analyse - correlatie - regressie

Nadere informatie

Samenvatting M&T1 Dooley, Social Research Methods

Samenvatting M&T1 Dooley, Social Research Methods Samenvatting M&T1 Dooley, Social Research Methods Hoofdstuk 1 Als lezer moet je kritisch kijken naar de informatie die je voorgeschoteld krijgt (skeptiscism). Onderzoekers moeten onderzoek als een ethische

Nadere informatie

werkcollege 7 - D&P10: Hypothesis testing using a single sample

werkcollege 7 - D&P10: Hypothesis testing using a single sample cursus 11 mei 2012 werkcollege 7 - D&P10: Hypothesis testing using a single sample huiswerk opgaven Ch.9: 1, 8, 11, 12, 20, 26, 36, 37, 71 Activities 9.3 en 9.4 experimenten zelf deelnemen als proefpersoon

Nadere informatie

EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I. 30 januari 2009

EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I. 30 januari 2009 EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I 30 januari 2009 - Dit tentamen bestaat uit vier opgaven onderverdeeld in totaal 2 subvragen. - Geef bij het beantwoorden van de vragen een zo volledig mogelijk antwoord.

Nadere informatie

Voorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi

Voorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi Inhoudsopgave Voorwoord van Hester van Herk... iii Voorwoord van Foeke van der Zee... iv Verantwoording... vi INTRODUCTIE... 1 1. Wat is onderzoek... 2 1.1 Een definitie van onderzoek... 2 1.2 De onderzoeker

Nadere informatie

werkcollege 6 - D&P10: Hypothesis testing using a single sample

werkcollege 6 - D&P10: Hypothesis testing using a single sample cursus huiswerk opgaven Ch.9: 1, 8, 11, 12, 20, 26, 36, 37, 71 werkcollege 6 - D&P10: Hypothesis testing using a single sample Activities 9.3 en 9.4 van schatting naar toetsing vorige bijeenkomst: populatie-kenmerk

Nadere informatie

Methoden van Onderzoek en Statistiek, Deeltentamen 2, 29 maart 2012 Versie 2

Methoden van Onderzoek en Statistiek, Deeltentamen 2, 29 maart 2012 Versie 2 Vraag 1. Voor welk van de onderstaande variabelen zal een placebo effect waarschijnlijk het grootst zijn? 1. Haarlengte. 2. Lichaamstemperatuur. 3. Mate van tevredenheid met de behandeling. 4. Hemoglobinegehalte

Nadere informatie

College 1 Grondprincipes van de Wetenschap

College 1 Grondprincipes van de Wetenschap College 1 Grondprincipes van de Wetenschap Inleiding M&T 01 013 Hemmo Smit Overzicht van dit college Korte inleiding in het vakgebied Praktische informatie over het vak Wat is wetenschap? De empirische

Nadere informatie

Kwantitatieve modellen. Harry B.G. Ganzeboom 18 april 2016 College 1: Meetkwaliteit

Kwantitatieve modellen. Harry B.G. Ganzeboom 18 april 2016 College 1: Meetkwaliteit Kwantitatieve modellen voor BCO PMC Harry B.G. Ganzeboom 18 april 2016 College 1: Meetkwaliteit Drie colleges Validiteits- en betrouwbaarheidsanalyse Causale analyse met confounding en mediatie Causale

Nadere informatie

Data analyse Inleiding statistiek

Data analyse Inleiding statistiek Data analyse Inleiding statistiek 1 Terugblik - Inductieve statistiek Afleiden van eigenschappen van een populatie op basis van een beperkt aantal metingen (steekproef) Kennis gemaakt met kans & kansverdelingen»

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag , uur.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag , uur. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor TeMa (S95) op dinsdag 3-03-00, 9- uur. Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine en

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands

Samenvatting Nederlands Samenvatting Nederlands 178 Samenvatting Mis het niet! Incomplete data kan waardevolle informatie bevatten In epidemiologisch onderzoek wordt veel gebruik gemaakt van vragenlijsten om data te verzamelen.

Nadere informatie

Cursus TEO: Theorie en Empirisch Onderzoek. Practicum 2: Herhaling BIS 11 februari 2015

Cursus TEO: Theorie en Empirisch Onderzoek. Practicum 2: Herhaling BIS 11 februari 2015 Cursus TEO: Theorie en Empirisch Onderzoek Practicum 2: Herhaling BIS 11 februari 2015 Centrale tendentie Centrale tendentie wordt meestal afgemeten aan twee maten: Mediaan: de middelste waarneming, 50%

Nadere informatie

Causale modellen: Confounding en mediatie. Harry Ganzeboom Kwantitatieve Methoden voor PMC-BCO College 2: 25 april 2016

Causale modellen: Confounding en mediatie. Harry Ganzeboom Kwantitatieve Methoden voor PMC-BCO College 2: 25 april 2016 Causale modellen: Confounding en mediatie Harry Ganzeboom Kwantitatieve Methoden voor PMC-BCO College 2: 25 april 2016 Correlatie en causatie Een standaard wijsheid in methodologie is dat correlatie (samenhang)

Nadere informatie

2.9 Het adolescentieonderzoek 69 2.10 Opgaven 72

2.9 Het adolescentieonderzoek 69 2.10 Opgaven 72 Inhoud Hoofdstuk 1 Design en analyse 11 1.1 Specificatie van designs 13 1.2 Definities 14 1.3 Het verschil tussen een afhankelijke variabele en een niveau van een within-subjectfactor 19 1.4 Kiezen van

Nadere informatie

Meten: algemene beginselen. Harry B.G. Ganzeboom ADEK UvS College 1 28 februari 2011

Meten: algemene beginselen. Harry B.G. Ganzeboom ADEK UvS College 1 28 februari 2011 Meten: algemene Harry B.G. Ganzeboom ADEK UvS College 1 28 februari 2011 OPZET College 1: Algemene College 2: Meting van attitudes (ISSP) College 3: Meting van achtergrondvariabelen via MTMM College 4:

Nadere informatie

College 3 Meervoudige Lineaire Regressie

College 3 Meervoudige Lineaire Regressie College 3 Meervoudige Lineaire Regressie - Leary: Hoofdstuk 8 p. 165-169 - MM&C: Hoofdstuk 11 - Aanvullende tekst 3 (alinea 2) Jolien Pas ECO 2012-2013 'Computerprogramma voorspelt Top 40-hits Bron: http://www.nu.nl/internet/2696133/computerprogramma-voorspelt-top-40-hits.html

Nadere informatie

Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen?

Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen? Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen? Geert Verbeke Biostatistisch Centrum, K.U.Leuven International Institute for Biostatistics and statistical Bioinformatics geert.verbeke@med.kuleuven.be http://perswww.kuleuven.be/geert

Nadere informatie

Bij factor ANOVA is er een tweede onafhankelijke variabele in de analyse bij gekomen. Er zijn drie soorten designs mogelijk:

Bij factor ANOVA is er een tweede onafhankelijke variabele in de analyse bij gekomen. Er zijn drie soorten designs mogelijk: 13. Factor ANOVA De theorie achter factor ANOVA (tussengroep) Bij factor ANOVA is er een tweede onafhankelijke variabele in de analyse bij gekomen. Er zijn drie soorten designs mogelijk: 1. Onafhankelijke

Nadere informatie

College 2 Enkelvoudige Lineaire Regressie

College 2 Enkelvoudige Lineaire Regressie College Enkelvoudige Lineaire Regressie - Leary: Hoofdstuk 7 tot p. 170 (Advanced Correlational Strategies) - MM&C: Hoofdstuk 10 (Inference for Regression) - Aanvullende tekst 3 Jolien Pas ECO 011-01 Correlatie:

Nadere informatie

Vragen oefententamen Psychometrie

Vragen oefententamen Psychometrie Vragen oefententamen Psychometrie 1. Hoe wordt betrouwbaarheid in de klassieke testtheorie gedefinieerd? a) De variantie van de error scores gedeeld door die van de geobserveerde scores. b) De variantie

Nadere informatie

Methodologie voor sociaalwetenschappelijk onderzoek. Foeke van der Zee

Methodologie voor sociaalwetenschappelijk onderzoek. Foeke van der Zee Methodologie voor sociaalwetenschappelijk onderzoek Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt, in

Nadere informatie

Hoofdstuk 5: Steekproevendistributies

Hoofdstuk 5: Steekproevendistributies Hoofdstuk 5: Steekproevendistributies Inleiding Statistische gevolgtrekkingen worden gebruikt om conclusies over een populatie of proces te trekken op basis van data. Deze data wordt samengevat door middel

Nadere informatie

De mogelijkheden van N=1 onderzoek

De mogelijkheden van N=1 onderzoek De mogelijkheden van N=1 onderzoek Workshop Inspiratiedag Pluryn Intermetzo 2018 Floor van Santvoort, Senior onderzoeker R&D Anne-lena de Vletter, Junior onderzoeker R&D - psycholoog Mindfit Wat is N=1

Nadere informatie

TITEL LOREM IPSUM DOLOR SIT AMET CONSECTETUR. Subtitel ut enim ad minim veniamquis nostrud

TITEL LOREM IPSUM DOLOR SIT AMET CONSECTETUR. Subtitel ut enim ad minim veniamquis nostrud TITEL LOREM IPSUM DOLOR SIT AMET CONSECTETUR Subtitel ut enim ad minim veniamquis nostrud Kennis Aan de slag Voorstellen 2 Spotting bad science Voorstellen Peter Renden, PhD Hogeschoolhoofddocent Opleiding

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen

Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen 5.1 Gemiddelde, variantie, standaardafwijking: De variantie is als het ware de gemiddelde gekwadrateerde afwijking van het gemiddelde. Hoe groter de variantie

Nadere informatie

Statistiek II. 1. Eenvoudig toetsen. Onderdeel toetsen binnen de cursus: Toetsen en schatten ivm één statistiek of steekproef

Statistiek II. 1. Eenvoudig toetsen. Onderdeel toetsen binnen de cursus: Toetsen en schatten ivm één statistiek of steekproef Statistiek II Onderdeel toetsen binnen de cursus: 1. Eenvoudig toetsen Toetsen en schatten ivm één statistiek of steekproef Via de z-verdeling, als µ onderzocht wordt en gekend is: Via de t-verdeling,

Nadere informatie

introductie Wilcoxon s rank sum toets Wilcoxon s signed rank toets introductie Wilcoxon s rank sum toets Wilcoxon s signed rank toets

introductie Wilcoxon s rank sum toets Wilcoxon s signed rank toets introductie Wilcoxon s rank sum toets Wilcoxon s signed rank toets toetsende statistiek week 1: kansen en random variabelen week : de steekproevenverdeling week 3: schatten en toetsen: de z-toets week : het toetsen van gemiddelden: de t-toets week 5: het toetsen van varianties:

Nadere informatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie 9. Lineaire Regressie en Correlatie Lineaire verbanden In dit hoofdstuk worden methoden gepresenteerd waarmee je kwantitatieve respons variabelen (afhankelijk) en verklarende variabelen (onafhankelijk)

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Twee populaties: parametrische toetsen

Hoofdstuk 6 Twee populaties: parametrische toetsen Hoofdstuk 6 Twee populaties: parametrische toetsen 6.1 De t-toets voor het verschil tussen twee gemiddelden: In veel onderzoekssituaties zijn we vooral in de verschillen tussen twee populaties geïnteresseerd.

Nadere informatie

Hoofdstuk 7: Statistische gevolgtrekkingen voor distributies

Hoofdstuk 7: Statistische gevolgtrekkingen voor distributies Hoofdstuk 7: Statistische gevolgtrekkingen voor distributies 7.1 Het gemiddelde van een populatie Standaarddeviatie van de populatie en de steekproef In het vorige deel is bij de significantietoets uitgegaan

Nadere informatie

College 6 Eenweg Variantie-Analyse

College 6 Eenweg Variantie-Analyse College 6 Eenweg Variantie-Analyse - Leary: Hoofdstuk 11, 1 (t/m p. 55) - MM&C: Hoofdstuk 1 (t/m p. 617), p. 63 t/m p. 66 - Aanvullende tekst 6, 7 en 8 Jolien Pas ECO 01-013 Het Experiment: een voorbeeld

Nadere informatie

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters Literatuuronderzoek Systematische Review Meta-Analyse KEMTA Andrea Peeters Waarom doen? Presentatie 1. Begrippen systematische review en meta-analyse 2. Hoe te werk gaan bij het opzetten van een review

Nadere informatie

Evidence based practice Beslissingen baseren op relevante (wetenschappelijke inzichten, theorieën, concepten en onderzokesresultaten.

Evidence based practice Beslissingen baseren op relevante (wetenschappelijke inzichten, theorieën, concepten en onderzokesresultaten. MT toets voorbereiding Evidence based practice Beslissingen baseren op relevante (wetenschappelijke inzichten, theorieën, concepten en onderzokesresultaten. Kwalitatief onderzoek (qualitative research):

Nadere informatie

17/04/2013. 1. Epidemiologische studies. Children should not be treated as miniature men and women Abraham Jacobi

17/04/2013. 1. Epidemiologische studies. Children should not be treated as miniature men and women Abraham Jacobi Aanpak en interpretatie van een epidemiologische studie Aanpak en interpretatie van een epidemiologische studie Katia Verhamme, MD, PhD Epidemioloog OLV Ziekenhuis-Aalst Erasmus MC Rotterdam 20 april 2013

Nadere informatie

Valkuilen bij Nulhypothese Toetsen inleiding tot het gastcollege van Dr. Eric-Jan Wagenmakers. Peter Grünwald HOVO

Valkuilen bij Nulhypothese Toetsen inleiding tot het gastcollege van Dr. Eric-Jan Wagenmakers. Peter Grünwald HOVO Valkuilen bij Nulhypothese Toetsen inleiding tot het gastcollege van Dr. Eric-Jan Wagenmakers Peter Grünwald HOVO 24-10 2011 Frequentistisch Toetsen Vrijwel alle wetenschappelijke onderzoeken waarover

Nadere informatie

1 Sociaalwetenschappelijk onderzoek

1 Sociaalwetenschappelijk onderzoek Noordhoff Uitgevers bv 3 Sociaalwetenschappelijk onderzoek. Causale conclusie en generalisatie.2 Interne validiteit.3 Externe validiteit Samenvatting Opgaven Het doel van veel onderzoek is om op basis

Nadere informatie

Het toepassen van theorieën: een stappenplan

Het toepassen van theorieën: een stappenplan Het toepassen van theorieën: een stappenplan Samenvatting Om maximaal effectief te zijn, moet de aanpak van sociale en maatschappelijke problemen idealiter gebaseerd zijn op gedegen theorie en onderzoek

Nadere informatie

Welke vragenlijst voor mijn onderzoek?

Welke vragenlijst voor mijn onderzoek? Welke vragenlijst voor mijn onderzoek? NHG wetenschapsdag 2010 Caroline Terwee Kenniscentrum Meetinstrumenten VUmc Afdeling Epidemiologie en Biostatistiek VU medisch centrum Inhoud 1. Presentatie 2. Kritisch

Nadere informatie

Toegepaste Statistiek, Week 6 1

Toegepaste Statistiek, Week 6 1 Toegepaste Statistiek, Week 6 1 Eén ordinale en één nominale variabele Nominale variabele met TWEE categorieën, 1 en 2 Ordinale variabele normaal verdeeld binnen iedere categorie? Variantie in beide categorieën

Nadere informatie

Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening. Foeke van der Zee

Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening. Foeke van der Zee Methodologie voor onderzoek in zorg, welzijn en hulpverlening Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt,

Nadere informatie

Wetenschappelijk Onderzoek: Experimenteel Onderzoek

Wetenschappelijk Onderzoek: Experimenteel Onderzoek Programma Wetenschappelijk Onderzoek: Experimenteel Onderzoek Pieter Wouters 1. Kenmerken van experimenten 2. Het selecteren van onderzoekseenheden 3. Experimentele designs 4. Validiteit van experimenten

Nadere informatie

Oefenvragen bij Statistics for Business and Economics van Newbold

Oefenvragen bij Statistics for Business and Economics van Newbold Oefenvragen bij Statistics for Business and Economics van Newbold Hoofdstuk 1 1. Wat is het verschil tussen populatie en sample? De populatie is de complete set van items waar de onderzoeker in geïnteresseerd

Nadere informatie

Implementations of Tests on the Exogeneity of Selected Variables and Their Performance in Practice M. Pleus

Implementations of Tests on the Exogeneity of Selected Variables and Their Performance in Practice M. Pleus Implementations of Tests on the Exogeneity of Selected Variables and Their Performance in Practice M. Pleus Dat economie in essentie geen experimentele wetenschap is maakt de econometrie tot een onmisbaar

Nadere informatie

Hoofdstuk 10 Eenwegs- en tweewegs-variantieanalyse

Hoofdstuk 10 Eenwegs- en tweewegs-variantieanalyse Hoofdstuk 10 Eenwegs- en tweewegs-variantieanalyse 10.1 Eenwegs-variantieanalyse: Als we gegevens hebben verzameld van verschillende groepen en we willen nagaan of de populatiegemiddelden van elkaar verscihllen,

Nadere informatie

BEGRIP VAN BEWIJS. vrije Universiteit amsterdam. Instituut voor Didactiek en Onderwijspraktijk. Vragenlijst. Herman Schalk

BEGRIP VAN BEWIJS. vrije Universiteit amsterdam. Instituut voor Didactiek en Onderwijspraktijk. Vragenlijst. Herman Schalk Instituut voor Didactiek en Onderwijspraktijk BEGRIP VAN BEWIJS Herman Schalk Vragenlijst Toelichting bij de vragenlijst p. 3 Vragen bij de elementen van begrip van bewijs p. 4 vrije Universiteit amsterdam

Nadere informatie

statistiek voor de psychologie deel 2: toetsen voor twee gemiddelden en toetsingstheorie

statistiek voor de psychologie deel 2: toetsen voor twee gemiddelden en toetsingstheorie statistiek voor de psychologie deel 2: toetsen voor twee gemiddelden en toetsingstheorie Statistiek voor de psychologie Deel 2: Toetsen voor twee gemiddelden en toetsingstheorie Jules L. Ellis Derde druk

Nadere informatie

Lijst van figuren. Lijst van tabellen

Lijst van figuren. Lijst van tabellen Voorwoord Lijst van figuren Lijst van tabellen v xiii xv 1 Inleiding 1 1.1 Waargaatditboekover?... 1 1.2 Criminaliteit en criminologie.... 3 1.3 Een veelkleurig en fluïde onderzoeksobject... 5 1.3.1 Standaardclassificatie....

Nadere informatie

Methodologie voor onderzoek in marketing en management. Foeke van der Zee

Methodologie voor onderzoek in marketing en management. Foeke van der Zee Methodologie voor onderzoek in marketing en management Foeke van der Zee Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar worden gemaakt,

Nadere informatie

werkcollege 8 correlatie, regressie - D&P5: Summarizing Bivariate Data relatie tussen variabelen scattergram cursus Statistiek

werkcollege 8 correlatie, regressie - D&P5: Summarizing Bivariate Data relatie tussen variabelen scattergram cursus Statistiek cursus 23 mei 2012 werkcollege 8 correlatie, regressie - D&P5: Summarizing Bivariate Data relatie tussen variabelen onderzoek streeft naar inzicht in relatie tussen variabelen bv. tussen onafhankelijke

Nadere informatie

HOOFDSTUK VIII VARIANTIE ANALYSE (ANOVA)

HOOFDSTUK VIII VARIANTIE ANALYSE (ANOVA) HOOFDSTUK VIII VARIANTIE ANALYSE (ANOVA) DATA STRUKTUUR Afhankelijke variabele: Eén kontinue variabele Onafhankelijke variabele(n): - één discrete variabele: één gecontroleerde factor - twee discrete variabelen:

Nadere informatie

Toegepaste Statistiek, Dag 7 1

Toegepaste Statistiek, Dag 7 1 Toegepaste Statistiek, Dag 7 1 Statistiek: Afkomstig uit het Duits: De studie van politieke feiten en cijfers. Afgeleid uit het latijn: status, staat, toestand Belangrijkste associatie: beschrijvende statistiek

Nadere informatie

In deze les. Het experiment. Hoe bereid je het voor? Een beetje wetenschapsfilosofie. Literatuuronderzoek (1) Het onderwerp.

In deze les. Het experiment. Hoe bereid je het voor? Een beetje wetenschapsfilosofie. Literatuuronderzoek (1) Het onderwerp. In deze les Het experiment Bart de Boer Hoe doe je een experiment? Hoe bereid je het voor? De probleemstelling Literatuuronderzoek Bedenken/kiezen experimentele opstelling Bedenken/kiezen analysevorm Hoe

Nadere informatie

College Week 1 Grondprincipes van de Wetenschap

College Week 1 Grondprincipes van de Wetenschap College Week 1 Grondprincipes van de Wetenschap Inleiding in de Methoden & Technieken 013 014 Hemmo Smit Overzicht van dit college Korte inleiding in het vakgebied Praktische informatie over het vak Wat

Nadere informatie

Classification - Prediction

Classification - Prediction Classification - Prediction Tot hiertoe: vooral classification Naive Bayes k-nearest Neighbours... Op basis van predictor variabelen X 1, X 2,..., X p klasse Y (= discreet) proberen te bepalen. Training

Nadere informatie

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten

Nadere informatie

Hoofdstuk 5. Het onderzoeksontwerp

Hoofdstuk 5. Het onderzoeksontwerp Hoofdstuk 5 Het onderzoeksontwerp Het onderzoeksontwerp Een onderzoeksontwerp is een verzameling reeds genomen beslissingen die samen het masterplan vormen en waarin de methoden en procedures voor het

Nadere informatie

Steekproeven voor generalisatie een belangrijke stap, maar we zijn er nog niet

Steekproeven voor generalisatie een belangrijke stap, maar we zijn er nog niet Steekproeven voor generalisatie een belangrijke stap, maar we zijn er nog niet Judith Schoonenboom * Adri Smaling heeft een mooi en belangrijk artikel geschreven. Voordat ik inga op de resultaten van het

Nadere informatie

Methodologie voor de sociale wetenschappen. Voorwoord. Deel 1 Algemeen: basisbegrippen 1. H1 Waarom sociaalwetenschappelijk onderzoek?

Methodologie voor de sociale wetenschappen. Voorwoord. Deel 1 Algemeen: basisbegrippen 1. H1 Waarom sociaalwetenschappelijk onderzoek? Methodologie voor de sociale wetenschappen Voorwoord XI Deel 1 Algemeen: basisbegrippen 1 H1 Waarom sociaalwetenschappelijk onderzoek? 3 1.1. Inleiding 4 1.2. Enkele voorbeelden 6 1.2.1. De opwarming van

Nadere informatie

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen:

Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Cognitieve flexibiliteitstaken bij autismespectrumstoornissen: Kritische bespreking en klinische implicaties Lien Van Eylen VCKJPP 22 september 2011 Overzicht Neuropsychologische taken o Betrouwbaarheid

Nadere informatie

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd

Nadere informatie

Lesbrief hypothesetoetsen

Lesbrief hypothesetoetsen Lesbrief hypothesetoetsen 00 "Je gaat het pas zien als je het door hebt" Johan Cruijff Willem van Ravenstein Inhoudsopgave Inhoudsopgave... Hoofdstuk - voorkennis... Hoofdstuk - mens erger je niet... 3

Nadere informatie

Aan de slag met vakdidactisch onderzoek: methodologische aspecten

Aan de slag met vakdidactisch onderzoek: methodologische aspecten Aan de slag met vakdidactisch onderzoek: methodologische aspecten Geraldine Clarebout 09-09-2010 Contact: geraldine.clarebout@kuleuven-kortrijk.be Inhoud Kiezen van methoden: verschillende types Steekproeftrekking

Nadere informatie

Statistiek voor Natuurkunde Opgavenserie 4: Lineaire regressie

Statistiek voor Natuurkunde Opgavenserie 4: Lineaire regressie Statistiek voor Natuurkunde Opgavenserie 4: Lineaire regressie Inleveren: Uiterlijk 15 februari voor 16.00 in mijn postvakje Afspraken Overleg is toegestaan, maar iedereen levert zijn eigen werk in. Overschrijven

Nadere informatie