Structureren en grenzen stellen. Kinderopvang Bootcamp Interactievaardigheden 29 mei 2015 Christine ten Kate

Transcriptie

1 Structureren en grenzen stellen Kinderopvang Bootcamp Interactievaardigheden 29 mei 2015 Christine ten Kate

2 Even voorstellen (Interim) Manager Docent agogische vakken Trainer Moeder en oma Lezingen, workshops en ouderavonden Trainer VVE Piramide

3 Juf Decy

4 Programma Structureren o de sociale structuur o de tijdsstructuur o De ruimtelijke structuur Leidinggeven/Grenzen stellen o Weinig heldere regels o Gewenst gedrag versterken o Ongewenst gedrag ombuigen naar gewenst gedrag o Kinderen ondersteunen bij het zich eigen maken van regels o Niet straffen o Stimuleren van zelfsturing

5 Waarom structureren en leidinggeven (grenzen stellen) Kinderen door vast ritme, vaste patronen en gebruiken, rituelen en duidelijke kaders grip bieden op de wereld om hen heen. Weten wat er komt en wat er van hen verwacht wordt. Op een positieve en effectieve manier richting geven aan het gedrag van kinderen. We leren kinderen binnen welke kaders ze zich vrij mogen bewegen en we leren kinderen om uiteindelijk hun eigen gedrag te kunnen (bij) sturen.

6 De sociale structuur Bij de verdeling van de kinderen in (kleine) groepen houden pm-ers er rekening mee met wie de kinderen graag spelen; met de stabiliteit van de groepssamenstelling; met de verdeling van oudere en jongere kinderen over de groepen.

7 Aan tafel

8 Wennen op de groep

9 Vriendschap

10 Inplannen door de pm-er 1. Rustig nabij- en beschikbaar:op een vaste plek zitten, bevestigen, non verbaal contact, niet verstoren door te hard stemgebruik of complimenten, wel bemoedigen en begrenzen; 2. Meespelen : samen spelen, toevoegen en verrijken. Het spel niet overnemen; 3. Leidinggeven : activiteiten aanbieden en overgangen in de dag begeleiden;

11 Nabij en beschikbaar zijn

12 De tijdsstructuur Vertrouwde ritmes en rituelen bieden houvast. Deze worden soepel gehanteerd en kinderen krijgen ruimte voor veranderingen en toevoegingen.

13 Programma

14

15 Voor structureren: zeggen wat je doet en wat je gaat doen.

16 De ruimtelijke structuur De inrichting van binnen- en buitenruimte is overzichtelijk en uitdagend, en komt tegemoet aan diverse speel- en leerbehoeftes van kinderen

17

18 Leidinggeven/ Grenzen stellen

19 Weinig heldere regels Regels moeten zinvol en haalbaar zijn Regels moeten door pedagogisch medewerkers eenduidig worden gehanteerd Regels moeten passen bij de ontwikkeling van het kind Er moeten niet te veel regels zijn Geef het goede voorbeeld

20 Zie jij altijd wat er gebeurt?

21 Het hele verhaal

22 Baby s zien al verschil tussen goed en fout

23 Gewetensontwikkeling Kinderen willen graag geliefd zijn daarom doen kinderen hun best om de dingen goed te doen Baby/Dreumes: Egocentrisch, doel: krijgen wat ze willen, geen eigen moreel besef, volwassene is extern geweten. Iets niet mogen of niet krijgen is zeer onrechtvaardig. Peuter: Net als bij baby/dreumes maar peuters weten al wel wanneer ze iets gedaan hebben wat niet mag. Door ontbreken eigen moreel besef is de grens nog moeilijk te hanteren. Schuld geven aan een ander (of iets anders) is normaal peuter gedrag. Kleuter: Nog geen intern geweten, wel kennis van regels en de consequenties na overtreding. Kleuters accepteren dat de volwassene de baas is en de regels (hopelijk) consequent hanteert. Schoolkind: Gewetensontwikkeling komt op gang. Regels moeten zinvol zijn anders volgt verzet. Onderhandelen en vechten voor meer zelfstandigheid. Schoolkind kun je aanspreken op hun handelingen, ze kunnen nog niet verschillende afwegingen maken en argumenteren Na 10 e jaar: Willen voldoen aan groepsnormen, verantwoordelijkheidsgevoel voor anderen begint te groeien.

24 Gewenst gedrag versterken

25 Andere invalshoek Kind is niet moeilijk, maar heeft het moeilijk en laat dit zien in zijn gedrag. (huilen, dwars, boos, slaan, conflict) Wat vertelt het kind met dit gedrag? Welk antwoord geef ik als volwassene?

26 Ongewenst gedrag ombuigen naar gewenst gedrag Doel: Kind kan eigen gedrag weer sturen en met zelfvertrouwen weer verder

27 Kinderen ondersteunen bij het zich eigen maken van de regels

28 Niet straffen

29 Stimuleren van zelfsturing Veel doen alsof spel Prijzen als behoefte uitstellen lukt Gedeelde aandacht geven (kinderen leren samen spelen) Samen vooruit kijken Samen terug kijken Ondersteunen bij frustraties en emoties (iets mag of kan niet) Kinderen leren omgaan met regels

30 Marshmallowtest

31 Geen-Verlies-Methode bij conflict tussen kinderen 1. Benader kinderen rustig/stop agressie 2. Benoem situatie en gevoel van kinderen 3. Kinderen vertellen hun verhaal 4. Formuleer het probleem neutraal 5. Help kinderen samen oplossingen zoeken 6. Kies samen de beste oplossing 7. Nagaan hoe oplossing uitvoeren 8. Help kinderen concreet afspraken maken 9. Kijk of de gekozen oplossing werkt 10. Blijf even in de buurt voor ondersteuning

32 Samenvatting: Wees duidelijk, liefdevol en geduldig Geef het goede voorbeeld Biedt herkenbare dagindeling overgangen Gebruik hierbij rituelen en vertel altijd wat er gaat gebeuren. Geef positieve gedragsaanwijzingen Vertel vooral wat wel mag Leg regels uit, stel heldere grenzen Waardeer positief gedrag Gebruik ik boodschappen Vertel kinderen wat er van ze verwacht wordt Geef geen straf, corrigeer gedrag tijdig

33 Bedankt voor jullie aandacht