Vragenlijst diepteonderzoek naar stages in de tweede fase

Transcriptie

1 Vragenlijst diepteonderzoek naar stages in de tweede fase A. Achtergrondgegevens van de school 1. Welke leerlijnen zijn er vmbo havo vwo 2. Wat is het aantal leerlingen per leerlijn? 3. Visie/identiteit van onderwijs, heeft dit invloed op stages 4. Waar komen de leerlingen vandaan? Streekfunctie, achtergronden ouders? B. Achtergrond invoeren van stages 5. Wat was de aanleiding om met stages te beginnen/verlegenheid? 6. Welke achterliggende gedachte/doelstelling heb je gehad met het invoeren van stages? C. Ervaringen 7. Welke doelgroep leerlingen doet mee aan de stages? vmbo Havo Vwo 8. In welk leerjaar van hun opleiding doen ze hun stage? Voorlaatste jaar 9. Hoe lang bieden jullie al stages aan? 1/5

2 D. Aanpak en organisatie Algemeen: 10. Hoe land duurt de stage? 1 week 2 weken Anders 11. Wanneer vindt de stage plaats, tijdstip in het jaar? 12. Is de stage verplicht of onderdeel van een LOB-keuzemenu? Ja verplicht onderdeel keuzemenu 13. Hoe komen ze aan hun stageplaats? In princippe zelf We helpen heen als het niet lukt Anders 14. Heeft school ook een database voor als het niet lukt? 15. Hoe is die tot stand gekomen en wie helpt ze dan verder? 16. Zijn er andere instanties van buiten die hierbij helpen? Nee Ja namelijk: 17. Vindt er vooraf enige voorlichting plaats (markt, voorlichtingsavond)? 18. Wie is erbij betrokken? 19. Welke voorbereiding hebben de leerlingen vooraf gedaan? brief geschreven sollicitatiegesprek geoefent 20. Wie is hierbij betrokken? Leraar Nederlands Decaan mentor 2/5

3 21. Heb je hiervoor een methode of maak je zelf de opdrachten? Zelf Methode Combinatie van beide 22. Wie heeft hieraan meegewerkt? Tijdens: 23. Welke ondersteuning/begeleiding ontvangen de leerlingen tijdens de stage vanuit school? 24. Wie voert dit uit? 25. Hoe vindt verwerking plaats? 26. Welke opdrachten/dossier zijn er aan gekoppeld? Achteraf: 27. Hoe krijgen ze daarop feedback? 28. Is er een manier dat ze hun ervaringen met elkaar kunnen delen? 29. Is het je indruk dat leerlingen er veel van opsteken? voorbeeld 30. Welke opmerkingen maken ze over hun ervaringen? E. Organisatie op school 31. Wie heb je zoal nodig voor het uitvoeren van de coordinatie verder dan diegene die je al genoemd hebt? 32. Wat zijn de ervaringen met het plannen van de rooster? 3/5

4 33. Hoe stond de schoolleiding voor het begin tegenover dit project? 34. Heb je onderzoek gedaan voordat je begonnen bent? 35. Hoe heb je of diegene die het opgezet heeft de organisatie verder aangepakt? 36. Wie had je erbij betrokken? 37. Wat viel tegen bij het opzetten van het project? 38. Wat waren achteraf de valkuilen? 39. Heb je enig idee wat het opzetten ervan kost, de eerste keer en nu? 40. Hoe veel tijd ging en gaat er nu voor jou mee gemoied? 41. Welke andere collega s hebben nu nog een grote aandeel aan de voorbereidingen of de uitvoering? Hoe veel tijd schat je dit in? Evaluatie 42. Als je nu moet evalueren, wat gaat er dan volgens jou goed? 43. Bereik je hiermee de doelen die je ervoor hebt opgesteld? 44. Heb je de indruk dat leerlingen nu beter kunnen kiezen wat ze wel of niet willen in het vervolg? En waarom wel? 4/5

5 45. Wat valt je tegen? 46. Wat zijn voor jou verbeterpunten? 47. Deel je je kennis hierover met anderen? 48. Is er in het algemeen waardering voor je werk van leerlingen, ouders, collega s en directie? 49. Welke commentaar heb je hierop zoal gekregen van Leerlingen ouders Meewerkende collega s Directie Roostermakers Bedrijven en organisaties 50. Ben je van plan om hiermee door te gaan? Ja want Nee want Indien mogelijk voorbeelden graag meegeven of laten zien: dossier, foto s, werk leerlingen. 5/5