Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013"

Transcriptie

1 In dit document vindt u de gecoördineerde versie van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 zoals gewijzigd door het decreet houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en van diverse decreten wat betreft de uitvoering van het kerntakenplan van het agentschap Onroerend Erfgoed en wat betreft financiële en technische aanpassingen, aangenomen door het Vlaams Parlement op 6 juli De wijzigingen treden in werking op een door de Vlaamse Regering nog te bepalen datum. Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE BEPALINGEN Artikel 1.1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid. Art Dit decreet wordt aangehaald als: het Onroerenderfgoeddecreet van [ ]. HOOFDSTUK 2. DEFINITIES Art In dit decreet wordt verstaan onder: 1 administratieve overheid: de federale overheidsbedrijven, het Vlaamse Gewest, de openbare instellingen die ervan afhangen, de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke instellingen die belast zijn met taken van openbaar nut en de andere besturen die onderworpen zijn aan het administratief toezicht van het Vlaamse Gewest; 2 agentschap: de entiteit die door de Vlaamse Regering belast is met de beleidsvoorbereiding, de beleidsuitvoering, de beleidsmonitoring en de beleidsevaluatie inzake onroerend erfgoed; 3 algemene landschapszorg: het stimuleren van het behoud, het herstel en de ontwikkeling van cultuurhistorische, fysisch-geografische en esthetische landschapswaarden en van typische landschapskenmerken waaronder kleine landschapselementen; 4 archeologie: het bestuderen van overblijfselen en voorwerpen of een ander spoor van menselijk bestaan in het verleden, alsook de bestaansomgeving van de mens, waarvan het behoud en de bestudering bijdragen tot het reconstrueren van de bestaansgeschiedenis van de mensheid en haar relatie tot de natuurlijke omgeving en ten aanzien waarvan opgravingen, ontdekkingen en andere methoden van onderzoek betreffende de mensheid en haar omgeving betekenisvolle bronnen van informatie zijn; 5 archeologisch artefact: een roerend goed dat van algemeen belang is wegens de archeologische erfgoedwaarde; 6 archeologisch ensemble: het geheel van archeologische artefacten en onderzoeksdocumenten afkomstig van een archeologisch onderzoek; 7 archeologisch onderzoek: het gebruik van technieken en methoden waarmee archeologische sites, archeologische zones of delen ervan worden opgespoord en onderzocht met inbegrip van archeologisch vooronderzoek en archeologische opgravingen; 8 archeologisch vooronderzoek: het gebruik van wetenschappelijke methoden en technieken waarmee doelbewust archeologische artefacten en archeologische sites worden opgespoord en gewaardeerd zonder de erfgoedwaarden in situ wezenlijk aan te tasten, te onderscheiden in archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem met mogelijks enig effect op de erfgoedwaarden in situ zoals de aanleg van proefsleuven, proefputten, vlakken of andere intrusieve methoden met grondverzet en archeologisch vooronderzoek zonder ingreep in de bodem zonder aanwending van grondwerkzaamheden of activiteiten die enig effect hebben op de erfgoedwaarden in situ. Voorbeelden van archeologisch vooronderzoek zonder ingreep in de bodem zijn

2 veldprospectie, luchtfotografische prospectie, geofysische prospectie en archivalisch onderzoek; 9 archeologische opgraving: het gebruik van wetenschappelijke methoden en technieken waarmee doelbewust de ondergrondse, aan de oppervlakte of onder water aanwezige archeologische artefacten en archeologische sites worden opgespoord, vrijgelegd en door opgraving worden onderzocht en waarbij de archeologische artefacten en onderzoeksdocumenten archeologische ensembles vormen; 10 archeologische site: een onroerend goed dat ondergronds, aan de oppervlakte of onder water aanwezig is, met inbegrip van de archeologische artefacten die er integrerend deel van uitmaken, van algemeen belang wegens de archeologische erfgoedwaarde; 11 archeologische zone: zone waar op basis van waarnemingen en wetenschappelijke argumenten onderbouwd kan worden dat ze met hoge waarschijnlijkheid archeologische waarde heeft; 12 archeoloog: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die archeologisch vooronderzoek of archeologische opgravingen uitvoert; 13 beheer: het geheel van maatregelen, werkzaamheden en handelingen die erop gericht zijn de erfgoedwaarden van een onroerend goed in stand te houden of te herstellen; 14 beschermd cultuurhistorisch landschap: een cultuurhistorisch landschap dat voorlopig of definitief beschermd is overeenkomstig hoofdstuk 6; 15 beschermd goed: een beschermde archeologische site, een beschermd monument, een beschermd cultuurhistorisch landschap of een beschermd stads- of dorpsgezicht; 16 beschermd monument: een monument dat voorlopig of definitief beschermd is overeenkomstig hoofdstuk 6; 17 beschermd stads- of dorpsgezicht: een stads- of dorpsgezicht dat voorlopig of definitief beschermd is overeenkomstig hoofdstuk 6; 18 beschermde archeologische site: een archeologische site die voorlopig of definitief beschermd is overeenkomstig hoofdstuk 6; 19 bestuursdwang: het handelen vanwege de inspecteur Onroerend Erfgoed tegen wat in strijd is met de bij of krachtens dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan gestelde verplichtingen; 20 beveiligde zending: een van de volgende betekeningswijzen: a) een aangetekende brief; b) een afgifte tegen ontvangstbewijs; c) elke andere door de Vlaamse Regering toegelaten betekeningswijze, waarbij de datum van kennisgeving met zekerheid kan worden vastgesteld; 21 code van goede praktijk: geschreven en publiek toegankelijke regels met betrekking tot de uitvoering van en de rapportering over archeologisch vooronderzoek en archeologische opgravingen en met betrekking tot het gebruik van detectoren en de bij de betrokken beroepscategorieën algemeen aanvaarde regels van goed vakmanschap; 22 cultuurhistorisch landschap: een begrensde grondoppervlakte met een geringe dichtheid van bebouwing en een onderlinge samenhang waarvan de verschijningsvorm en de samenhang het resultaat zijn van natuurlijke processen en van maatschappelijke ontwikkelingen van algemeen belang wegens de erfgoedwaarde; 23 erfgoedelementen: de structurele en visuele componenten die de eigenheid van het onroerend erfgoed bepalen en die de waarden vormen die aan de grondslag liggen van een bescherming; 24 erfgoedkenmerk: typologie, stijl, cultuur, datering, materiaal, biologische soort, thema of ander kenmerk; 25 erfgoedlandschap: een gebied dat wegens de erfgoedwaarde overeenkomstig de geldende regelgeving opgenomen is in een ruimtelijk uitvoeringsplan op basis van een onroerenderfgoedrichtplan of vastgestelde inventaris; 26 erfgoedwaarde: de archeologische, architecturale, artistieke, culturele, esthetische,

3 historische, industrieel-archeologische, technische waarde, ruimtelijk-structurerende, sociale, stedenbouwkundige, volkskundige of wetenschappelijke waarde waaraan onroerende goederen en de cultuurgoederen die er integrerend deel van uitmaken hun huidige of toekomstige maatschappelijke betekenis ontlenen; 27 gebruiker: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die houder is van een zakelijk of persoonlijk recht, met uitsluiting van de eigenaar, blote eigenaar, erfpachthouder, opstalhouder of leasinggever; 28 handelingen: werkzaamheden, wijzigingen of activiteiten met gevolgen voor erfgoedwaarden; 29 inspecteur Onroerend Erfgoed: de ambtenaar die belast is met de hem door dit decreet toegewezen handhavingstaken, aangesteld door de leidend ambtenaar van de entiteit die door de Vlaamse Regering belast is met de handhaving van de regelgeving inzake onroerend erfgoed op het grondgebied van het Vlaamse Gewest of een gedeelte ervan; 30 intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst: een intergemeentelijke dienst die ter uitvoering van dit decreet met betrekking tot het onroerend erfgoed beleidsuitvoerende taken opneemt; 31 inventaris: een oplijsting van onroerende goederen en gehelen van onroerende goederen met erfgoedwaarde; 31 /1 kerkenbeleidsplan: een schriftelijk document dat eerst door het representatief orgaan van de betrokken eredienst en vervolgens door de gemeente- of de provincieraad werd goedgekeurd en dat een lokaal gedragen langetermijnvisie biedt voor alle gebouwen die bestemd zijn voor die betrokken eredienst op het grondgebied van de gemeente of provincie. De langetermijnvisie moet minimaal volgende basisgegevens bevatten: a) een beschrijving van de betrokken gebouwen bestemd voor de eredienst, met onder meer hun cultuurhistorische waarde, hun architecturale mogelijkheden, hun bouwfysische toestand; b) de situering van elk gebouw bestemd voor de eredienst in zijn ruimtelijke omgeving; c) een beschrijving van het actueel gebruik en de actuele functie van de betrokken gebouwen bestemd voor de eredienst en d) een onderbouwde visie op het toekomstig gebruik en de toekomstige functie van de betrokken gebouwen, inclusief een plan van aanpak hoe de toekomstige invulling met nevenfuncties of herbestemming ervan zal worden onderzocht; 32 kleine landschapselementen: lijn- of puntvormige elementen, met inbegrip van de bijbehorende vegetaties, waarvan het uitzicht, de structuur of de aard al dan niet het resultaat zijn van menselijk handelen en die deel uitmaken van het landschap zoals bermen, bomen, bronnen, dijken, grachten, houtkanten, hagen, holle wegen, hoogstamboomgaarden, perceelsrandbegroeiingen, sloten, struwelen, poelen, veedrinkputten en waterlopen; 33 landschap: een deel van het grondgebied, zoals dat door de menselijke bevolking wordt waargenomen en waarvan het karakter bepaald wordt door natuurlijke en/of menselijke factoren en de wisselwerking daartussen; 34 landschapsatlas: de inventaris van de relicten van de traditionele landschappen waarin de landschapskenmerken weergegeven worden als ze een erfgoedwaarde hebben; 35 last onder dwangsom: de door de inspecteur Onroerend Erfgoed opgelegde last die ertoe strekt de overtreder onder dreiging van aantasting van zijn vermogen aan te zetten de gevolgen van de inbreuk ongedaan te maken of verdere inbreuk of herhaling van de inbreuk te voorkomen; 36 lijninfrastructuur en haar aanhorigheden: het geheel van infrastructuur en haar omgeving bedoeld voor verkeer en vervoer van mensen, zaken en goederen en berichten. De lijninfrastructuur omvat autowegen, waterwegen en waterlopen, spoorwegen, luchthavens, havens, pijpleidingen, elektriciteitsleidingen, infrastructuur ten behoeve van telecommunicatie, leidingen voor het vervoer en de verdeling van aardgas, drinkwater en brandstoffen en leidingen voor het verzamelen en vervoeren van afvalen hemelwater. Onder aanhorigheden worden alle uitrusting, voorzieningen en

4 infrastructuur verstaan die nodig of nuttig zijn voor het beheer en de exploitatie van de lijninfrastructuur; 37 metaaldetectorist: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die met behulp van een metaaldetector archeologische artefacten of archeologische sites opspoort; 38 monument: een onroerend goed, werk van de mens of van de natuur of van beide samen, met inbegrip van de cultuurgoederen die er integrerend deel van uitmaken, inzonderheid de bijhorende uitrusting en de decoratieve elementen van algemeen belang wegens de erfgoedwaarde(n); 38 /1 monument, bestemd voor een erkende eredienst: de gebouwen vermeld in artikel 4, 81, 117, 153, 189 en 232 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, voor zover ze bestemd zijn voor de eredienst en ook als dusdanig worden gebruikt; 39 onroerend erfgoed: het geheel van archeologische sites, monumenten, cultuurhistorische landschappen en stads- en dorpsgezichten; 40 onroerenderfgoeddepot: een bewaarplaats met een onderzoeksruimte waar in gecontroleerde omstandigheden archeologische ensembles, archeologische artefacten of onderdelen van beschermd erfgoed, afkomstig uit het Vlaamse Gewest, worden bewaard en beheerd; 41 onroerenderfgoedgemeente: een gemeente die ter uitvoering van dit decreet met betrekking tot het onroerend erfgoed beleidsuitvoerende taken opneemt; 42 onroerenderfgoedondernemer: een natuurlijke persoon of rechtspersoon die een of meer disciplines uitoefent in of diensten levert aan de onroerenderfgoedsector; 43 overgangszone: een begrensde grondoppervlakte die de erfgoedwaarde van een archeologische site, monument, cultuurhistorisch landschap of stads- en dorpsgezicht ondersteunt; 44 SARO: de strategische adviesraad opgericht bij het decreet van 10 maart 2006 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad Ruimtelijke Ordening Onroerend Erfgoed; 45 stads- of dorpsgezicht: een geheel van een of meer monumenten en/of onroerende goederen met omgevende bestanddelen zoals beplantingen, omheiningen, waterlopen, bruggen, wegen, straten en pleinen, van algemeen belang wegens de erfgoedwaarde; 46 VCRO: Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening; 47 zakelijkrechthouder: de eigenaar, blote eigenaar, erfpachthouder, opstalhouder of leasinggever. HOOFDSTUK 3. INSTANTIES EN ACTOREN VAN HET ONROERENDERFGOEDBELEID Afdeling 1. Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed Art Er wordt een onafhankelijke Vlaamse adviescommissie voor het onroerend erfgoed opgericht, hierna Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed te noemen. De Vlaamse Regering kan de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed onderverdelen in afdelingen. De Vlaamse Regering: 1 bepaalt de samenstelling, de kennis die over de verschillende disciplines aanwezig moet zijn, de organisatie en de werking; 2 benoemt de leden en de plaatsvervangers; 3 stelt de nodige middelen ter beschikking. De voorzitter, de leden en de plaatsvervangers worden benoemd voor een termijn van vier jaar. Hun mandaat kan twee maal verlengd worden met een nieuwe termijn van vier jaar.

5 Art Het secretariaat van de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed wordt uitgeoefend door het secretariaat van de SARO. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. Art De Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed stelt haar huishoudelijk reglement op en legt het ter goedkeuring aan de Vlaamse Regering voor. Art De Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed verstrekt adviezen: 1 in de gevallen en rekening houdend met de termijnen, vermeld in dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan; 2 op verzoek van de Vlaamse Regering of haar gemachtigde of de SARO over een aangelegenheid die binnen het toepassingsgebied van dit decreet valt binnen de door de aanvrager vermelde termijn; 3 uit eigen beweging aan de Vlaamse Regering of aan de SARO over een aangelegenheid die binnen het toepassingsgebied van dit decreet valt of over de afstemming van de onroerenderfgoedzorg met andere beleidsvelden. De Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed bezorgt de adviezen aan de SARO tegelijk aan de Vlaamse Regering. Afdeling 2. Erkenning als onroerenderfgoedgemeente Art De Vlaamse Regering kan een gemeente erkennen als onroerenderfgoedgemeente. De Vlaamse Regering bepaalt: 1 de erkenningsvoorwaarden; 2 de nadere regels voor de erkenning en de duur, de schorsing en de intrekking ervan; 3 de nadere regels voor de toekenning van de bevoegdheden die in het kader van dit decreet aan de onroerenderfgoedgemeente kunnen worden toegekend. Afdeling 3. Erkenning als intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst Art De Vlaamse Regering kan een intergemeentelijke dienst opgericht overeenkomstig het decreet van 6 juli 2001 houdende intergemeentelijke samenwerking erkennen als intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst. De Vlaamse Regering bepaalt: 1 de erkenningsvoorwaarden; 2 de nadere regels voor de erkenning en de duur, de schorsing en de intrekking ervan. Afdeling 4. Erkenning als onroerenderfgoeddepot Art De Vlaamse Regering kan een depot erkennen als onroerenderfgoeddepot. De Vlaamse Regering bepaalt: 1 de erkenningsvoorwaarden; 2 de nadere regels voor de erkenning en de duur, de schorsing en de intrekking ervan. Art Het depot van het agentschap is van rechtswege erkend als onroerenderfgoeddepot. Art Met de in dit decreet bedoelde erkenning wordt gelijkgesteld een erkenning in een

6 andere lidstaat van de EU dan wel in een staat, niet zijnde een lidstaat van de EU, die partij is bij de overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte, welke op basis van onderzoekingen een beschermingsniveau biedt dat ten minste gelijkwaardig is aan het niveau dat met de erkenning door dit decreet wordt nagestreefd. Afdeling 5. Aanduiding als erkende archeoloog Art De Vlaamse Regering kan een natuurlijke persoon of rechtspersoon aanduiden als erkende archeoloog. De Vlaamse Regering bepaalt: 1 de erkenningsvoorwaarden; 2 de nadere regels voor de erkenning en de duur, de schorsing en de intrekking ervan en de administratieve beroepsprocedure. Art Het agentschap is van rechtswege aangeduid als een erkend archeoloog. Art Met de in dit decreet bedoelde erkenning wordt gelijkgesteld een erkenning in een andere lidstaat van de EU dan wel in een staat, niet zijnde een lidstaat van de EU, die partij is bij de overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte, welke op basis van onderzoekingen een beschermingsniveau biedt dat ten minste gelijkwaardig is aan het niveau dat met de erkenning door dit decreet wordt nagestreefd. Afdeling 6. Aanduiding als erkende metaaldetectorist Art De Vlaamse Regering kan een natuurlijke persoon of rechtspersoon aanduiden als erkende metaaldetectorist. De Vlaamse Regering bepaalt: 1 de erkenningsvoorwaarden; 2 de nadere regels voor de erkenning en de duur, de schorsing en de intrekking ervan en de administratieve beroepsprocedure. Art Elke archeoloog die erkend is overeenkomstig artikel of is van rechtswege een erkende metaaldetectorist. Art Met de in dit decreet bedoelde erkenning wordt gelijkgesteld een erkenning in een andere lidstaat van de EU dan wel in een staat, niet zijnde een lidstaat van de EU, die partij is bij de overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte, welke op basis van onderzoekingen een beschermingsniveau biedt dat ten minste gelijkwaardig is aan het niveau dat met de erkenning door dit decreet wordt nagestreefd. Afdeling 7. Kwaliteitslabel onroerenderfgoedondernemers Art De Vlaamse Regering kan een kwaliteitslabel toekennen aan onroerenderfgoedondernemers. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. HOOFDSTUK 4. INVENTARISSEN Art De Vlaamse Regering stelt minstens de volgende inventarissen geheel of gedeeltelijk vast:

7 1 de landschapsatlas; 2 de inventaris van archeologische zones; 3 de inventaris van bouwkundig erfgoed; 4 de inventaris van houtige beplantingen met erfgoedwaarde; 5 de inventaris van historische tuinen en parken. Art De Vlaamse Regering bepaalt de criteria voor het opnemen en schrappen van een onroerend goed in een in artikel vermelde inventaris. Art De Vlaamse Regering onderwerpt de vast te stellen inventaris aan een openbaar onderzoek van zestig dagen dat minstens wordt aangekondigd door: 1 een bericht op te hangen in elke gemeente waar een onroerend goed gelegen is, dat opgenomen is in de vast te stellen inventaris; 2 een bericht op de website van elke gemeente waar een onroerend goed gelegen is, dat opgenomen is in de vast te stellen inventaris; 3 een bericht in het Belgisch Staatsblad; 4 een bericht in ten minste drie dagbladen die in het Vlaamse Gewest worden verspreid; 5 een bericht op de website van het agentschap. De berichten, vermeld in het eerste lid, vermelden minstens: 1 het voorwerp van het openbaar onderzoek; 2 de begin- en einddatum van het openbaar onderzoek; 3 de plaats waar de inventaris ter inzage ligt of geraadpleegd kan worden; 4 de website waarop de inventaris te raadplegen is; 5 het adres waar opmerkingen en bezwaren over feitelijkheden dienen toe te komen of kunnen worden afgegeven. Tijdens het openbaar onderzoek: 1 ligt de inventaris, vermeld in het eerste lid, ter inzage of is raadpleegbaar bij het agentschap; 2 is de inventaris te raadplegen op de website van het agentschap; 3 kunnen opmerkingen en bezwaren over feitelijkheden worden ingediend en afgegeven bij het agentschap. De opmerkingen en bezwaren worden uiterlijk de laatste dag van de termijn, vermeld in het bericht, aan het agentschap per beveiligde zending bezorgd. Met opmerkingen en bezwaren die laattijdig aan het agentschap worden bezorgd, moet geen rekening worden gehouden. De Vlaamse Regering wint over de inventaris en de opmerkingen en bezwaren afkomstig van het openbaar onderzoek advies in bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. Dit advies wordt uitgebracht binnen een vervaltermijn van dertig dagen, ingaand de dag na deze van de ontvangst van de adviesvraag. Als deze termijn wordt overschreden, mag aan de adviesvereiste worden voorbijgegaan. De termijn van dertig dagen kan door de Vlaamse Regering eenmalig worden verlengd met dertig dagen op vraag van de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels voor de adviesprocedure. De Vlaamse Regering stelt na het advies van de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed de inventaris vast. De Vlaamse Regering kan de nadere regels voor de vaststelling van de inventarissen en het openbaar onderzoek bepalen. Art De Vlaamse Regering kan een vastgestelde inventaris actualiseren of er

8 onroerende goederen aan toevoegen of uit verwijderen. Voor de betrokken onroerende goederen wordt een openbaar onderzoek georganiseerd onder de voorwaarden en in de vorm vastgesteld in artikel Art De ambtenaren die daarvoor aangewezen zijn door de Vlaamse Regering hebben voor het onderzoek naar de erfgoedelementen en de erfgoedkenmerken toegang tot de onroerende goederen die opgenomen zijn in een vastgestelde inventaris als vermeld in artikel 4.1.1, en tot de onroerende goederen die in aanmerking komen voor opname in een inventaris als vermeld in artikel met uitzondering van particuliere woningen en bedrijfslokalen. Art De vastgestelde inventarissen bevatten over elk onroerend goed dat erin opgenomen is minstens de volgende gegevens: 1 een gegeorefereerd plan waarop het onroerend goed nauwkeurig wordt aangeduid; 2 de benaming van het geïnventariseerde onroerend goed; 3 een beschrijving op basis van de erfgoedkenmerken. De Vlaamse Regering kan de gegevens die voor elk onroerend goed in een vastgestelde inventaris moeten worden opgenomen nader omschrijven of uitbreiden. Art Alle onroerende goederen die opgenomen zijn in een vastgestelde inventaris als vermeld in artikel en alle beschermde onroerende goederen worden gegeorefereerd op een publiek te raadplegen GIS-laag. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. Art De opname van een onroerend goed in een vastgestelde inventaris vormt, uitgezonderd als het een eigen werk, daad of activiteit van een administratieve overheid betreft, geen weigeringsgrond voor eender welke vergunning of machtiging. Art Elke administratieve overheid neemt zo veel mogelijk zorg in acht voor de erfgoedkenmerken van onroerende goederen die opgenomen zijn in een aan een openbaar onderzoek onderworpen vastgestelde inventaris als vermeld in artikel De administratieve overheid geeft in al haar beslissingen over een eigen werk of activiteit met directe impact op geïnventariseerd erfgoed aan hoe ze rekening heeft gehouden met de verplichting vermeld in het eerste lid. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels voor die motiveringsplicht en zorgplicht. Dit artikel doet geen afbreuk aan strengere voorschriften voor beschermde goederen. Art Als voor het verwijderen van een onroerend goed opgenomen in de vastgestelde inventaris bouwkundig erfgoed of van een onroerend goed, opgenomen in de vastgestelde inventaris van houtige beplantingen met erfgoedwaarde een vergunning vereist is, wint de vergunningverlenende overheid advies in bij het agentschap. Als de vergunningverlenende overheid een onroerenderfgoedgemeente is, wint deze het advies in van een deskundig medewerker van de eigen diensten of de intergemeentelijke onroerenderfgoeddienst waar de gemeente deel van uitmaakt. Dat advies is onderworpen aan de algemene procedurevoorschriften en termijnen die gelden voor andere adviezen die ingewonnen moeten worden binnen de toepasselijke vergunningsprocedure. De Vlaamse Regering kan daarvoor de nadere regels bepalen. Als voor de sloop van een onroerend goed opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed of voor de kap van een onroerend goed, opgenomen in de vastgestelde inventaris van houtige

9 beplantingen met erfgoedwaarde een vergunning vereist is, motiveert de vergunningverlenende overheid haar beslissing en geeft ze in haar beslissing aan hoe ze de erfgoedwaarden in acht heeft genomen. Art Iedereen die voor eigen rekening of als tussenpersoon een geïnventariseerd goed, overeenkomstig artikel 4.1.1, verkoopt, verhuurt voor meer dan negen jaar, inbrengt in een vennootschap, een erfpacht of een opstalrecht overdraagt of op andere wijze de eigendomsoverdracht met een vergeldend karakter van het goed bewerkstelligt, vermeldt in de onderhandse of authentieke akte dat het onroerend goed opgenomen is in een van de vastgestelde inventarissen, vermeld in artikel 4.1.1, en de rechtsgevolgen die aan de opname verbonden zijn door een verwijzing naar hoofdstuk 4 van dit decreet in de akte op te nemen. Als de instrumenterend ambtenaar een onderhandse akte in een authentieke akte dient op te nemen, waarbij de eerste niet beantwoordt aan de voorschriften van het eerste lid, dan wijst hij de partijen bij de opmaak van de akte op het eerste lid. De Vlaamse Regering kan de nadere regels voor de informatieplicht bepalen. HOOFDSTUK 5. ARCHEOLOGIE Afdeling 1. Algemene beginselen Onderafdeling 1. Passiefbehoudsbeginsel Art Het is verboden archeologische artefacten, archeologische sites en archeologische ensembles te ontsieren, te beschadigen of te vernielen. Onderafdeling 2. Metaaldetectie Art Het is verboden zonder erkenning als metaaldetectorist of in afwijking van de code van goede praktijk met metaaldetectoren archeologische artefacten en archeologische sites op te sporen. Onderafdeling 3. Archeologisch onderzoek Art Het is verboden zonder toelating van het agentschap en zonder melding aan het agentschap of in voorkomend geval aan de erkende onroerenderfgoedgemeente een archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem, een archeologische opgraving of graafwerken uit te voeren met de bedoeling archeologische sites op te sporen en vrij te leggen of archeologische artefacten uit hun originele context te verwijderen. Onderafdeling 4. Toevalsvondsten Art Iedereen die, op een ander moment dan bij het uitvoeren van een archeologisch vooronderzoek, een archeologische opgraving of het gebruik van een metaaldetector, een roerend of onroerend goed vindt waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat het archeologische erfgoedwaarde heeft, is verplicht daarvan binnen drie dagen aangifte te doen bij het agentschap. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. In voorkomend geval brengt het agentschap de zakelijkrechthouder en de gebruiker van de betrokken percelen, als ze niet de vinder zijn, en de gemeenten waar de vondsten worden gedaan ervan op de hoogte dat er vondsten zijn gedaan die vermoedelijk

10 archeologische erfgoedwaarde hebben en wat de rechtsgevolgen daarvan zijn. De zakelijkrechthouder, de gebruiker en de vinder moeten tot de tiende dag na de aangifte: 1 de archeologische artefacten en hun vindplaats in onveranderde toestand bewaren; 2 de archeologische artefacten en hun context tegen beschadiging of vernieling beschermen; 3 de archeologische artefacten en hun context toegankelijk maken voor onderzoek door het agentschap. De zakelijkrechthouder, de gebruiker en de vinder moeten tot de tiende dag na de aangifte de gevonden goederen, vermeld in het eerste lid, en hun context: 1 in onveranderde toestand bewaren; 2 tegen beschadiging of vernieling beschermen; 3 toegankelijk maken voor archeologisch onderzoek door het agentschap. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. Na I n f u n c t i e v a n het onderzoek, vermeld in het derde lid, 3, kan het agentschap de termijn van tien dagen inkorten of verlengen. Het agentschap brengt de zakelijkrechthouder en de gebruiker daarvan per beveiligde zending op de hoogte. Na het verstrijken van de termijn zijn de zakelijkrechthouder, de gebruiker en de vinder niet langer onderworpen aan het passiefbehoudsbeginsel voor archeologisch erfgoed voor wat betreft de gemelde vondst. Afdeling 2. Verplichtingen zakelijkrechthouders en gebruikers van archeologische artefacten en archeologische ensembles Art De zakelijkrechthouders en de gebruikers van een archeologisch ensemble moeten het: 1 als een geheel bewaren; 2 in goede staat behouden; 3 beschikbaar houden voor wetenschappelijk onderzoek. In afwijking van het eerste lid, 1, mogen onderdelen van een archeologisch ensemble gedurende een periode van maximaal vijf jaar uit het archeologisch ensemble worden gelicht voor educatieve, wetenschappelijke of conservatiedoeleinden als daarvoor een schriftelijke overeenkomst is gesloten. De schriftelijke overeenkomst kan meermaals voor een periode van maximaal vijf jaar hernieuwd worden. De zakelijkrechthouder die het beheer van een archeologisch ensemble toevertrouwt aan een erkend onroerenderfgoeddepot voldoet aan de verplichtingen, vermeld in het eerste lid. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. Art De zakelijkrechthouder of de gebruiker van een archeologisch artefact of van een archeologisch ensemble, dat afkomstig is uit het Vlaamse Gewest, meldt binnen dertig dagen elke wijziging van bewaarplaats of zakelijkrechthouder aan het agentschap. De Vlaamse Regering kan daarvoor de nadere regels bepalen. De zakelijkrechthouder of de gebruiker van een archeologisch artefact of een archeologisch ensemble wordt vrijgesteld van de melding van de wijziging van bewaarplaats, vermeld in het eerste lid, als de wijziging van bewaarplaats maximaal vijf jaar duurt en gebeurt wegens educatieve, wetenschappelijke of conservatiedoeleinden en als daarvoor een schriftelijke

11 overeenkomst wordt gesloten. De schriftelijke overeenkomst kan meermaals voor een periode van maximaal vijf jaar worden hernieuwd. Bij hernieuwing van de overeenkomst is evenmin een melding nodig. Art De zakelijkrechthouder of de gebruiker van een archeologisch artefact of van een archeologisch ensemble, dat afkomstig is uit het Vlaamse Gewest, meldt minstens dertig dagen voorafgaand aan het buiten het Vlaamse Gewest brengen ervan zijn voornemen daartoe aan het agentschap. De Vlaamse Regering kan daarvoor de nadere regels bepalen. De zakelijkrechthouder of de gebruiker van een archeologisch artefact of een archeologisch ensemble wordt vrijgesteld van de melding van zijn voornemen om het buiten het Vlaamse Gewest te brengen, vermeld in het eerste lid, als het buiten het Vlaamse Gewest brengen maximaal vijf jaar duurt en gebeurt wegens educatieve, wetenschappelijke of conservatiedoeleinden en als daarvoor een schriftelijke overeenkomst wordt gesloten. De schriftelijke overeenkomst kan meermaals voor een periode van maximaal vijf jaar worden hernieuwd. Bij hernieuwing van de overeenkomst is evenmin een melding nodig. Afdeling 3. Code van goede praktijk Art De Vlaamse Regering stelt een code van goede praktijk vast voor de uitvoering van en rapportering over archeologisch vooronderzoek en archeologische opgravingen en voor het gebruik van metaaldetectoren. Afdeling 4. Archeologisch onderzoek bij vergunningsplichtige ingrepen in de bodem Onderafdeling 1. Verplichtingen vergunningsaanvrager Art Een bekrachtigde archeologienota zoals vermeld in artikel en artikel wordt bij de aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning met ingreep in de bodem toegevoegd in volgende situaties: 1 aanvragen met betrekking tot percelen die gelegen zijn in een voorlopig of definitief beschermde archeologische site; 2 aanvragen waarbij de totale oppervlakte van de ingreep in de bodem 100 m² of meer beslaat en de totale oppervlakte van de kadastrale percelen waarop de vergunning betrekking heeft 300 m² of meer bedraagt en waarbij de betrokken percelen geheel of gedeeltelijk gelegen zijn in archeologische zones, opgenomen in de vastgestelde inventaris van archeologische zones; 3 aanvragen waarbij de totale oppervlakte van de ingreep in de bodem 1000 m² of meer beslaat en de totale oppervlakte van de kadastrale percelen waarop de vergunning betrekking heeft 3000 m² of meer bedraagt en waarbij de percelen volledig gelegen zijn buiten archeologische zones, opgenomen in de vastgestelde inventaris van archeologische zones. Voor de toepassing van het eerste lid, 2 en 3, op terreinen zonder kadastraal nummer geldt de totale oppervlakte van de hele werf van het te vergunnen werk. De aanvrager van een stedenbouwkundige vergunning wordt van die verplichting vrijgesteld: 1 indien de aanvraag volledig betrekking heeft op een gebied waar geen archeologisch erfgoed te verwachten valt, zoals vastgesteld door de Vlaamse Regering; 2 indien de aanvraag betrekking heeft op werkzaamheden binnen het gabarit van bestaande lijninfrastructuur en haar aanhorigheden; 3 indien de aanvrager een natuurlijke persoon of privaatrechtelijke rechtspersoon is, de

12 totale oppervlakte van de ingreep in de bodem minder dan 5000 m² beslaat, en de betrokken percelen volledig gelegen zijn buiten woongebied of recreatiegebied en buiten archeologische zones opgenomen in de vastgestelde inventaris van archeologische zones en buiten beschermde archeologische sites. De Vlaamse Regering kan de nadere regels voor deze vrijstellingen bepalen. Voor de toepassing van het derde lid, 3, op terreinen zonder kadastraal nummer geldt de totale oppervlakte van de hele werf van het te vergunnen werk. De aanvrager van een stedenbouwkundige vergunning met ingreep in de bodem kan een archeologienota indienen die in het kader van een vorige vergunningsaanvraag is bekrachtigd, als de stedenbouwkundige vergunning betrekking heeft op hetzelfde perceel of dezelfde percelen en als de ingreep in de bodem van de te vergunnen werken overeenkomt met de ingreep in de bodem van de werken omschreven in de bekrachtigde archeologienota. Art Een bekrachtigde archeologienota zoals vermeld in artikel en artikel wordt bij de aanvraag van een verkavelingsvergunning toegevoegd in volgende situaties: 1 aanvragen met betrekking tot percelen die gelegen zijn in een voorlopig of definitief beschermde archeologische site; 2 aanvragen waarbij de totale oppervlakte van de kadastrale percelen waarop de vergunning betrekking heeft 300 m² of meer bedraagt en waarbij de betrokken percelen geheel of gedeeltelijk gelegen zijn in archeologische zones, opgenomen in de vastgestelde inventaris van archeologische zones; 3 aanvragen waarbij de totale oppervlakte van de kadastrale percelen waarop de vergunning betrekking heeft 3000 m² of meer bedraagt en waarbij de percelen helemaal buiten de archeologische zones, opgenomen in de vastgestelde inventaris van archeologische zones, liggen. Voor de toepassing van het eerste lid, 2 en 3, op terreinen zonder kadastraal nummer geldt de totale oppervlakte van de werf van de te vergunnen verkaveling. De aanvrager van een verkavelingsvergunning wordt van die verplichting vrijgesteld indien de aanvraag betrekking heeft op een gebied waar geen archeologisch erfgoed te verwachten valt, zoals vastgesteld door de Vlaamse Regering. De aanvrager van een verkavelingsvergunning kan een archeologienota indienen die in het kader van een vorige vergunningsaanvraag is bekrachtigd, als de verkavelingsvergunning betrekking heeft op dezelfde percelen en als de ingreep in de bodem van de te vergunnen werken overeenkomt met de ingreep in de bodem van de werken omschreven in de bekrachtigde archeologienota. Art De aanvrager van een stedenbouwkundige vergunning met ingreep in de bodem of van een verkavelingsvergunning stelt een erkend archeoloog aan om de in artikelen en vermelde bekrachtigde archeologienota te verkrijgen. Onderafdeling 2. Verplichting vergunningsverlener Art De verlener van de stedenbouwkundige vergunning of verkavelingsvergunning neemt, behoudens in de gevallen omschreven in artikel 5.4.1, derde lid, en artikel 5.4.2, derde lid, het naleven van de bekrachtigde archeologienota en van dit decreet op als voorwaarde

13 in de vergunning. De werken in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel worden geacht te zijn vergund. Een afschrift van de stedenbouwkundige vergunning of verkavelingsvergunning of van de omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of voor het verkavelen van gronden waarin het naleven van de bekrachtigde archeologienota als voorwaarde wordt opgenomen, wordt door de vergunningverlener binnen een ordetermijn van tien dagen en per beveiligde zending bezorgd aan het agentschap. Onderafdeling 3. Verplichtingen aangestelde erkende archeoloog Archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem Art Als het onmogelijk of juridisch, economisch of maatschappelijk onwenselijk is om voorafgaand aan het aanvragen van de stedenbouwkundige vergunning of verkavelingsvergunning een archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem uit te voeren, dient de erkende archeoloog de resultaten van het archeologisch vooronderzoek zonder ingreep in de bodem bij het agentschap of in voorkomend geval bij de erkende onroerenderfgoedgemeente in als te bekrachtigen archeologienota overeenkomstig onderafdeling 7 en volgt verder de procedure omschreven in die onderafdeling. Als de archeologienota betrekking heeft op percelen die op het grondgebied van meerdere gemeenten liggen, dient de erkende archeoloog de archeologienota in bij het agentschap. Art De door de initiatiefnemer aangestelde erkende archeoloog meldt per beveiligde zending aan het agentschap of in voorkomend geval aan de erkende onroerenderfgoedgemeente het voornemen om een archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem uit te voeren. Als het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem betrekking heeft op percelen die op het grondgebied van meerdere gemeenten liggen, meldt de erkende archeoloog het voornemen tot het uitvoeren ervan bij het agentschap. De melding bevat minstens de volgende gegevens: 1 de naam en het adres van de initiatiefnemer; 2 het erkenningsnummer van de erkende archeoloog; 3 de woonplaats of maatschappelijke zetel van de erkende archeoloog; 4 de locatie van het archeologisch vooronderzoek met in voorkomend geval de kadastrale gegevens van de betrokken percelen; 5 de aanleiding voor het archeologisch vooronderzoek; 6 de voorgestelde uitvoeringswijze. De Vlaamse Regering kan de in de melding op te nemen gegevens nader omschrijven of uitbreiden. Het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem mag slechts worden aangevat na het verstrijken van de termijn, vermeld in paragraaf Het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente kan het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem weigeren of er voorwaarden aan koppelen en meldt dit in voorkomend geval binnen vijftien dagen na ontvangst van de melding aan de door de initiatiefnemer aangestelde erkende archeoloog.

14 3. Als het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem weigert of er voorwaarden aan koppelt, kan de initiatiefnemer een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. Als het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem weigert of er voorwaarden aan koppelt, kan de initiatiefnemer, de door de initiatiefnemer aangestelde erkende archeoloog of het agentschap een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. Art Het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem moet worden uitgevoerd overeenkomstig de voorgestelde uitvoeringswijze in de melding, de eventuele voorwaarden van het agentschap of de erkende onroerenderfgoedgemeente en de code van goede praktijk. Onderafdeling 4. Verplichtingen aangestelde erkende archeoloog Indienen archeologienota Art Na het beëindigen van het archeologisch vooronderzoek bezorgt de door de initiatiefnemer gemachtigde archeoloog een archeologienota aan het agentschap of in voorkomend geval aan de erkende onroerenderfgoedgemeente per beveiligde zending. Als de archeologienota betrekking heeft op percelen die op het grondgebied van meerdere gemeenten liggen, dient de erkende archeoloog de archeologienota in bij het agentschap. Die archeologienota bevat minstens de volgende gegevens: 1 een gegeorefereerd plan waarop de betrokken percelen, de precieze plaats van het archeologisch vooronderzoek en de geplande werken nauwkeurig worden afgelijnd; 2 de resultaten van het archeologisch vooronderzoek; 3 een gemotiveerd advies over het al dan niet moeten nemen van maatregelen met in voorkomend geval een programma hierover; 4 in voorkomend geval de noodzakelijke competenties die de uitvoerders van de voorgestelde maatregelen moeten bezitten; 5 in voorkomend geval een kostenraming en de geschatte duur van de voorgestelde maatregelen; 6 in voorkomend geval een gemotiveerd voorstel over het bewaren of deponeren van het archeologisch ensemble dat het resultaat is van het archeologisch vooronderzoek en de archeologische opgraving. De archeologienota kan: 1 voorzien in een fasering van de in voorkomend geval uit te voeren archeologische opgravingen; 2 voorzien dat delen van de kadastrale percelen waar de ingreep in de bodem is gepland van archeologische opgraving worden vrijgesteld. De Vlaamse Regering kan de in de archeologienota op te nemen gegevens nader omschrijven of uitbreiden. Onderafdeling 5. Verplichtingen aangestelde erkende archeoloog Bekrachtiging archeologienota

15 Art Binnen een vervaltermijn van eenentwintig dagen na de ontvangst van de archeologienota bekrachtigt of weigert het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente agentschap de archeologienota of koppelt er voorwaarden aan. Het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente agentschap bezorgt de gemotiveerde beslissing per beveiligde zending aan de initiatiefnemer en de erkende archeoloog. Als deze termijn wordt overschreden, wordt de archeologienota geacht bekrachtigd te zijn. De Vlaamse Regering kan daarvoor de nadere regels bepalen. De initiatiefnemer kan tegen de bekrachtiging, tegen de voorwaarden waarvan de bekrachtiging afhankelijk wordt gemaakt of tegen de weigering van de bekrachtiging van de archeologienota een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. Als het agentschap of de erkende onroerenderfgoedgemeente de archeologienota bekrachtigt, weigert of er voorwaarden aan koppelt, kan de initiatiefnemer, de door de initiatiefnemer aangestelde erkende archeoloog of het agentschap een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. In voorkomend geval geldt de bekrachtigde archeologienota als toelating voor de in de archeologienota omschreven archeologische opgraving in de mate dat de vergunde werken, vermeld in artikelen en 5.4.2, overeenstemmen met de werken zoals omschreven in de bekrachtigde archeologienota. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over het verspreiden van de informatie uit de bekrachtigde archeologienota ten aanzien van alle belanghebbenden. Onderafdeling 6. Verplichtingen aangestelde erkende archeoloog Uitvoeren bekrachtigde archeologienota Art De erkende archeoloog meldt in voorkomend geval de aanvang van de archeologische opgraving aan het agentschap en in voorkomend geval aan de erkende onroerenderfgoedgemeente. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. Art De archeologische opgraving, beperkt tot de zone die daadwerkelijk verstoord wordt door de geplande ingreep in de bodem, moet worden uitgevoerd overeenkomstig de voorwaarden van de bekrachtigde archeologienota en de code van goede praktijk. Bij verkavelingsdossiers heeft de opgraving i n v o o r k o m e n d g e v a l betrekking op de volledige zone die voor ontwikkeling in aanmerking komt en op het volledige projectgebied. Onderafdeling 7. Procedure bij de onmogelijkheid of de onwenselijkheid om voorafgaand aan het aanvragen van de vergunning een archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem uit te voeren Art In het geval dat er alleen een archeologisch vooronderzoek zonder ingreep in de bodem plaatsvond omdat een archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem onmogelijk of juridisch, economisch of maatschappelijk onwenselijk was voorafgaand aan het aanvragen van de stedenbouwkundige vergunning of verkavelingsvergunning bezorgt de door de initiatiefnemer aangestelde erkende archeoloog een archeologienota aan het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente per beveiligde zending. Als de archeologienota betrekking heeft op percelen die op het grondgebied van meerdere gemeenten liggen, dient de erkende archeoloog de archeologienota in bij het agentschap. Die archeologienota bevat minstens de volgende gegevens:

16 1 de naam en het adres van de initiatiefnemer; 2 het erkenningsnummer van de erkende archeoloog; 3 de woonplaats of maatschappelijke zetel van de erkende archeoloog; 4 de locatie van het archeologisch vooronderzoek met in voorkomend geval de kadastrale gegevens van de betrokken percelen; 5 de redenen en motivering waarom het vooronderzoek voor het indienen van de vergunning beperkt wordt tot een vooronderzoek zonder ingreep in de bodem; 6 de resultaten van het archeologisch vooronderzoek zonder ingreep in de bodem; 7 een gegeorefereerd plan waarop de betrokken percelen, de precieze plaats van het archeologisch vooronderzoek en de geplande werken nauwkeuring worden afgelijnd; 8 de voorgestelde uitvoeringswijze van het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem. De Vlaamse Regering kan de in de archeologienota op te nemen gegevens nader omschrijven of uitbreiden. Art Binnen een vervaltermijn van eenentwintig dagen na de ontvangst van de archeologienota bekrachtigt of weigert het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente agentschap de archeologienota of koppelt er voorwaarden aan. Het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente agentschap bezorgt de gemotiveerde beslissing per beveiligde zending aan de initiatiefnemer en de erkende archeoloog. Als deze termijn wordt overschreden, wordt de archeologienota geacht bekrachtigd te zijn. De Vlaamse Regering kan daarvoor de nadere regels bepalen. De initiatiefnemer kan tegen de bekrachtiging, tegen de voorwaarden waarvan de bekrachtiging afhankelijk wordt gemaakt of tegen de weigering van de bekrachtiging van de archeologienota een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. Als het agentschap of de erkende onroerenderfgoedgemeente de archeologienota bekrachtigt, weigert of er voorwaarden aan koppelt, kan de initiatiefnemer, de door de initiatiefnemer aangestelde erkende archeoloog of het agentschap een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. In voorkomend geval geldt de bekrachtigde archeologienota als toelating voor het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. Art De erkende archeoloog aangesteld door de initiatiefnemer, meldt de aanvang van het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem, opgenomen in de bekrachtigde archeologienota zoals omschreven in artikel aan het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente agentschap en in voorkomend geval aan de erkende onroerenderfgoedgemeente. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. Art Het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem moet worden uitgevoerd overeenkomstig de uitvoeringswijze in de bekrachtigde archeologienota, de eventuele voorwaarden van het agentschap en de code van goede praktijk. Art Na het beëindigen van het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem bezorgt de erkende archeoloog een nota aan het agentschap. Na het beëindigen van het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem bezorgt de erkende archeoloog een

17 nota aan het agentschap of in voorkomend geval aan de erkende onroerenderfgoedgemeente. Als de nota betrekking heeft op percelen die op het grondgebied van meerdere gemeenten liggen, dient de erkende archeoloog de nota in bij het agentschap. Die nota bevat minstens de volgende gegevens: 1 de resultaten van het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem; 2 een gemotiveerd advies over het al dan niet moeten nemen van maatregelen met in voorkomend geval een programma hierover; 3 in voorkomend geval de noodzakelijke competenties die de uitvoerders van de voorgestelde maatregelen moeten bezitten; 4 in voorkomend geval een kostenraming en de geschatte duur van de voorgestelde maatregelen; 5 in voorkomend geval een gemotiveerd voorstel over het bewaren of deponeren van het archeologisch ensemble dat het resultaat is van het archeologisch vooronderzoek met ingreep in de bodem en de archeologische opgraving. De nota kan: 1 voorzien in een fasering van de in voorkomend geval uit te voeren archeologische opgravingen; 2 voorzien dat delen van de kadastrale percelen waar de ingreep in de bodem is gepland van archeologische opgraving worden vrijgesteld. De Vlaamse Regering kan de in de nota op te nemen gegevens nader omschrijven of uitbreiden. Art Binnen een vervaltermijn van eenentwintig dagen na de ontvangst van de nota bekrachtigt of weigert het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente agentschap de nota of koppelt er voorwaarden aan. Het agentschap of in voorkomend geval de erkende onroerenderfgoedgemeente agentschap bezorgt de gemotiveerde beslissing per beveiligde zending aan de initiatiefnemer en de erkende archeoloog. Als deze termijn wordt overschreden, wordt de nota geacht bekrachtigd te zijn. De Vlaamse Regering kan daarvoor de nadere regels bepalen. De initiatiefnemer kan tegen de bekrachtiging, tegen de voorwaarden waarvan de bekrachtiging afhankelijk wordt gemaakt of tegen de weigering van de bekrachtiging van de nota een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. Als het agentschap of de erkende onroerenderfgoedgemeente de nota bekrachtigt, weigert of er voorwaarden aan koppelt, kan de initiatiefnemer, de door de initiatiefnemer aangestelde erkende archeoloog of het agentschap een georganiseerd administratief beroep instellen bij de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering kan over het beroepschrift advies inwinnen bij de Vlaamse Commissie Onroerend Erfgoed. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels daarvoor. In voorkomend geval geldt de bekrachtigde nota als toelating voor de in de nota omschreven archeologische opgraving in de mate dat de vergunde werken, vermeld in artikel 5.4.3, overeenstemmen met de werken zoals omschreven in de bekrachtigde archeologienota. De Vlaamse Regering kan de nadere regels daarvoor bepalen. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels over het verspreiden van de informatie uit de bekrachtigde nota ten aanzien van alle belanghebbenden. Art De erkende archeoloog meldt de aanvang van de archeologische opgraving aan het agentschap en in voorkomend geval aan de erkende onroerenderfgoedgemeente. De

Onroerenderfgoeddecreet en -besluit

Onroerenderfgoeddecreet en -besluit Onroerenderfgoeddecreet en -besluit versie 2-6 april 2016 Agentschap Onroerend Erfgoed www.onroerenderfgoed.be Inhoudstafel 1. Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 (gecoördineerde versie - 2014) 2.

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 74104 MONITEUR BELGE 17.10.2013 BELGISCH STAATSBLAD Page 47105, à la dernière ligne avant la signature du Roi, il y a lieu d insérer les mots «du 4 juillet 2013» entre les mots «arrêté»et «modifiant».

Nadere informatie

Het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013

Het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 Het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 Inventarisatie en bescherming en hun rechtsgevolgen VVOR opleiding 23 april 2015 pag. 1 Inventarissen 5 inventarissen (art. 4.1.1 OED) 1 de landschapsatlas;

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT: In dit document vindt u het ontwerp van wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 zoals het door de Vlaamse Regering op 13 mei 2016 definitief werd goedgekeurd. Dit ontwerp van wijzigingsdecreet

Nadere informatie

ONROEREND ERFGOED. de regelgeving

ONROEREND ERFGOED. de regelgeving ONROEREND ERFGOED de regelgeving Fotografie: Kris Vandevorst Verantwoordelijke uitgever: Sonja Vanblaere Druk: september 2014 Vlaamse Overheid Agentschap Onroerend Erfgoed Phoenixgebouw Koning Albert II-laan

Nadere informatie

Ontwerp van decreet betreffende het onroerend erfgoed DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van decreet betreffende het onroerend erfgoed DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van decreet betreffende het onroerend erfgoed DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand; Na beraadslaging,

Nadere informatie

Ontwerp van decreet betreffende het onroerend erfgoed DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van decreet betreffende het onroerend erfgoed DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van decreet betreffende het onroerend erfgoed DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand; Na beraadslaging,

Nadere informatie

Ontwerp van decreet houdende de wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie

Ontwerp van decreet houdende de wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie Ontwerp van decreet houdende de wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Buitenlands

Nadere informatie

VR DOC.1156/2

VR DOC.1156/2 VR 2017 2411 DOC.1156/2 Ontwerp van decreet houdende de wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL HOOFDSTUK 1. REGELGEVING 1 HOOFDSTUK 2. BEGRIPPEN 5 HOOFDSTUK 3. ACTOREN 9

INHOUDSTAFEL HOOFDSTUK 1. REGELGEVING 1 HOOFDSTUK 2. BEGRIPPEN 5 HOOFDSTUK 3. ACTOREN 9 INHOUDSTAFEL HOOFDSTUK 1. REGELGEVING 1 HOOFDSTUK 2. BEGRIPPEN 5 HOOFDSTUK 3. ACTOREN 9 I. HET AGENTSCHAP ONROEREND ERFGOED 11 II. DE VLAAMSE COMMISSIE ONROEREND ERFGOED 11 III. ONROERENDERFGOEDGEMEENTE

Nadere informatie

Sphinx-VlaamseCodex Documentation

Sphinx-VlaamseCodex Documentation Sphinx-VlaamseCodex Documentation Release 0.1 OnroerendErfgoed August 12, 2014 Contents 1 Introduction 3 2 Installation 5 3 Usage 7 3.1 Sphinx role codex-doc..........................................

Nadere informatie

Vlaams Parlement. houdende de wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie. : Nr.

Vlaams Parlement. houdende de wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie. : Nr. Vlaams Parlement DECREET houdende de wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie VERWIJZINGEN* Zitting 2017-2018 Stukken: - Ontwerp van decreet -

Nadere informatie

Code van Goede Praktijk versie 3.0: bepalingen over metaaldetectie

Code van Goede Praktijk versie 3.0: bepalingen over metaaldetectie Code van Goede Praktijk versie 3.0: bepalingen over metaaldetectie Dit document bevat alle bepalingen uit de Code van Goede Praktijk voor Archeologie en Metaaldetectie die gaan over het gebruik van een

Nadere informatie

Het Onroerenderfgoeddecreet: instanties en actoren, inventarisatie en bescherming Anne Mie Draye...1

Het Onroerenderfgoeddecreet: instanties en actoren, inventarisatie en bescherming Anne Mie Draye...1 Ten geleide...v Het Onroerenderfgoeddecreet: instanties en actoren, inventarisatie en bescherming Anne Mie Draye...1 I. Algemene inleiding...1 II. Instanties en actoren van het onroerend erfgoedbeleid...3

Nadere informatie

Gewijzigde regelgeving voor lokale besturen naar aanleiding van de inwerkingtreding van het kerntakenplan Onroerend Erfgoed

Gewijzigde regelgeving voor lokale besturen naar aanleiding van de inwerkingtreding van het kerntakenplan Onroerend Erfgoed Gewijzigde regelgeving voor lokale besturen naar aanleiding van de inwerkingtreding van het kerntakenplan Onroerend Erfgoed Dit document geeft een overzicht van de meest recente wijzigingen aan het Onroerenderfgoeddecreet,

Nadere informatie

12-11-2014. Onroerenderfgoeddecreet. 13 november 2014 Vastgoedforum Onroerend Erfgoed. Inleiding

12-11-2014. Onroerenderfgoeddecreet. 13 november 2014 Vastgoedforum Onroerend Erfgoed. Inleiding Onroerenderfgoeddecreet 13 november 2014 Vastgoedforum Onroerend Erfgoed Inleiding 1 Onroerend erfgoed 3 Onroerenderfgoedzorg in partnerschap Regeerakkoord : samenwerking tussen overheidsdiensten wordt

Nadere informatie

https://www.onroerenderfgoed.be/assets/files/content/images/code_van_goede_praktijk.pdf

https://www.onroerenderfgoed.be/assets/files/content/images/code_van_goede_praktijk.pdf CODE VAN GOEDE PRAKTIJK: BEPALINGEN OVER METAALDETECTIE Dit document bevat alle bepalingen uit de Code van Goede Praktijk voor Archeologie en Metaaldetectie die gaan over het gebruik van een metaaldetector

Nadere informatie

NOTA RELEVANTE BEPALINGEN VOOR DE VASTGOEDMAKELAAR UIT HET ONROEREND ERFGOEDDECREET VAN 12 JULI 2013

NOTA RELEVANTE BEPALINGEN VOOR DE VASTGOEDMAKELAAR UIT HET ONROEREND ERFGOEDDECREET VAN 12 JULI 2013 CONFEDERATIE VAN IMMOBILIENBEROEPEN VLAANDEREN Kortrijksesteenweg 1005, 9000 Gent Tel.: 09/222 06 22 Fax: 09/222 28 95 info@cib.be www.cibweb.be NOTA RELEVANTE BEPALINGEN VOOR DE VASTGOEDMAKELAAR UIT HET

Nadere informatie

Nieuwe regelgeving Archeologie. vanaf 01.06.2016

Nieuwe regelgeving Archeologie. vanaf 01.06.2016 vanaf 01.06.2016 versie 07.06.2016 Oude regelgeving: Archeololgiedecreet van 1993 + -besluit In het kader van de bijzondere procedure (VCRO) wordt archeologisch advies opgevraagd; het advies wordt als

Nadere informatie

INFOSESSIE ARCHEOLOGIETRAJECT...

INFOSESSIE ARCHEOLOGIETRAJECT... INFOSESSIE ARCHEOLOGIETRAJECT...... INHOUD Verwelkoming Wieland De Meyer Inleiding Jan Decorte Toelichting nieuw archeologietraject Sam De Decker Vragenronde Netwerkmoment...... ARCHEO7 Kennisopbouw Ondersteuning

Nadere informatie

Regelgeving onroerend erfgoed

Regelgeving onroerend erfgoed Regelgeving onroerend erfgoed Inhoud 1. Archeologie: principes 2. Archeologie: actoren 3. Archeologie: processen 4. Geïntegreerde toelating in vergunningen RO 5. Vragenronde Archeologie Principes Filosofie

Nadere informatie

Vice-minister-president van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Beleid, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand

Vice-minister-president van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Beleid, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand Geert Bourgeois Vice-minister-president van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Beleid, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid

Nadere informatie

Optimaal omgaan met de archeologienota

Optimaal omgaan met de archeologienota Optimaal omgaan met de archeologienota Pieter Jan DEFOORT BURO II & ARCHI+I Gent 15 september 2016 1. Voorheen: Archeologiedecreet. Geen decretale rechtsgrond voor verplicht archeologisch onderzoek door

Nadere informatie

nr. 33 van TINNE ROMBOUTS datum: 12 oktober 2016 aan GEERT BOURGEOIS Stedenbouwkundige vergunningsaanvragen - Archeologienota's

nr. 33 van TINNE ROMBOUTS datum: 12 oktober 2016 aan GEERT BOURGEOIS Stedenbouwkundige vergunningsaanvragen - Archeologienota's SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 33 van TINNE ROMBOUTS datum: 12 oktober 2016 aan GEERT BOURGEOIS MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED Stedenbouwkundige

Nadere informatie

Het onroerenderfgoeddecreet: archeologie en handhaving

Het onroerenderfgoeddecreet: archeologie en handhaving Het onroerenderfgoeddecreet: archeologie en handhaving VVOR Opleidingen 23 april 2015 Karin De Roo advocaat ruimtelijk planner Hoofdstukken Onroerenderfgoeddecreet 1. Inleidende bepalingen 2. Definities

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 103843 VLAAMSE OVERHEID [C 2018/15583] 14 DECEMBER 2018. Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014, het Varenderfgoedbesluit van 27 november

Nadere informatie

VR DOC.1124/2

VR DOC.1124/2 VR 2018 1210 DOC.1124/2 Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014 en het Varenderfgoedbesluit van 27 november 2015 naar aanleiding van de ex-post

Nadere informatie

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het ontwerp van decreet ingediend op 653 (2015-2016) Nr. 4 20 april 2016 (2015-2016) Tekst aangenomen door de plenaire vergadering van het ontwerp van decreet houdende wijziging van diverse decreten ingevolge de integratie van

Nadere informatie

Wijziging Onroerenderfgoedbesluit n.a.v. ex-post evaluatie

Wijziging Onroerenderfgoedbesluit n.a.v. ex-post evaluatie Wijziging Onroerenderfgoedbesluit n.a.v. ex-post evaluatie INHOUD 1. Wat voorafging 2. Wijzigingen aan het Onroerenderfgoedbesluit 3. Verdere stappen 1. Wat voorafging 1) Onroerenderfgoeddecreet en besluit

Nadere informatie

van Manuela Van Werde, Sabine de Bethune, Jean-Jacques De Gucht, Karim Van Overmeire, An Christiaens en Jan Van Esbroeck

van Manuela Van Werde, Sabine de Bethune, Jean-Jacques De Gucht, Karim Van Overmeire, An Christiaens en Jan Van Esbroeck ingediend op 1167 (2016-2017) Nr. 1 12 mei 2017 (2016-2017) Voorstel van decreet van Manuela Van Werde, Sabine de Bethune, Jean-Jacques De Gucht, Karim Van Overmeire, An Christiaens en Jan Van Esbroeck

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014; In dit document vindt u het ontwerp van wijzigingsbesluit voor het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014, zoals het door de Vlaamse Regering op 16 oktober 2015 voor de tweede keer principieel werd goedgekeurd.

Nadere informatie

VR DOC.0175/2

VR DOC.0175/2 VR 2019 1502 DOC.0175/2 VR 2019 1502 DOC.0175/2 Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014 met het oog op technische aanpassingen DE VLAAMSE REGERING,

Nadere informatie

Kaderdecreet Onroerend Erfgoed: enkele aandachtspunten voor lokale besturen

Kaderdecreet Onroerend Erfgoed: enkele aandachtspunten voor lokale besturen Vereniging van Vlaamse Streekontwikkelingsintercommunales Paviljoenstraat 9 1030 Brussel T 0032 2 211 56 40 F 0032 2 211 56 00 info@vlinter.be www.vlinter.be Kaderdecreet Onroerend Erfgoed: enkele aandachtspunten

Nadere informatie

Inventaris Onroerend (Bouwkundig) Erfgoed

Inventaris Onroerend (Bouwkundig) Erfgoed Inventaris Onroerend (Bouwkundig) Erfgoed I. Inleiding II. Vaststelling: algemeen III. Vaststelling: juridisch kader IV. Vaststelling: procedure V. Vaststelling: rechtsgevolgen VI. Methodologie voor de

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 70479 VLAAMSE OVERHEID [C 2014/35753] 9 MEI 2014. Decreet houdende wijziging van het decreet van 29 maart 2002 tot bescherming van varend erfgoed en het decreet van 24 januari 2003 houdende bescherming

Nadere informatie

Archeologie als risico?

Archeologie als risico? Archeologie als risico? Een eeuwenoude materie vanuit een nieuw perspectief Sam De Decker Agentschap Onroerend Erfgoed, Brugge Inhoud 1. Wat is archeologie ook weer? 2. Methoden en technieken 3. Een nieuwe

Nadere informatie

Wat zijn de doelstellingen van de nieuwe regelgeving? Waarom is er een nieuwe onroerenderfgoedregelgeving?

Wat zijn de doelstellingen van de nieuwe regelgeving? Waarom is er een nieuwe onroerenderfgoedregelgeving? Agentschap Onroerend Erfgoed Veelgestelde vragen Wat zijn de doelstellingen van de nieuwe regelgeving? Waarom is er een nieuwe onroerenderfgoedregelgeving? Met het Onroerenderfgoeddecreet is in de eerste

Nadere informatie

Enkele recente wijzigingen aan de regelgeving archeologie

Enkele recente wijzigingen aan de regelgeving archeologie Enkele recente wijzigingen aan de regelgeving archeologie Vlaams decreet van 7 juli 2017 houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 Gaat voornamelijk over het archeologisch onderzoek

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014; In dit document vindt u het ontwerp van wijzigingsbesluit voor het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014, zoals het door de Vlaamse Regering op 17 juli 2015 voor de eerste keer principieel werd goedgekeurd.

Nadere informatie

Vaststelling inventaris bouwkundig erfgoed provincie Limburg VAREND ERFGOED IN VLAADEREN. onroerenderfgoed.be

Vaststelling inventaris bouwkundig erfgoed provincie Limburg VAREND ERFGOED IN VLAADEREN. onroerenderfgoed.be Vaststelling inventaris bouwkundig erfgoed provincie Limburg VAREND ERFGOED IN VLAADEREN onroerenderfgoed.be onroerenderfgoed.be De Vlaamse overheid stelt de inventaris van het bouwkundig erfgoed in de

Nadere informatie

Beschermde cultuurhistorische VAREND ERFGOED VLAADEREN. landschappen in Vlaanderen. onroerenderfgoed.be

Beschermde cultuurhistorische VAREND ERFGOED VLAADEREN. landschappen in Vlaanderen. onroerenderfgoed.be VAREND ERFGOED Beschermde IN cultuurhistorische VLAADEREN landschappen in Vlaanderen onroerenderfgoed.be onroerenderfgoed.be Deze folder geeft een overzicht van de regelgeving die van toepassing is op

Nadere informatie

Aquafin Dijkstraat AARTSELAAR. 1 gienotas/3812. https://id.erfgoed.net/archeologie/archeolo. 20/06/2017

Aquafin Dijkstraat AARTSELAAR. 1 gienotas/3812. https://id.erfgoed.net/archeologie/archeolo. 20/06/2017 Agentschap Onroerend Erfgoed Vlaamse overheid Lange Kievitstraat 111-113 bus 53 2018 ANTWERPEN T 03 224 62 10 www.onroerenderfgoed.be Aquafin Dijkstraat 8 2630 AARTSELAAR AQUAFIN nv 2 3-06- 2^7 ONTVANGEN

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 59.744/1/V van 10 augustus 2016 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Nadere informatie

Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie

Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie VR 2017 2411 DOC.1156/3BIS VR 2017 2411 DOC.1156/3BIS MEMORIE VAN TOELICHTING Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 naar aanleiding van de ex-post evaluatie

Nadere informatie

INTERGEMEENTELIJKE ONROERENDERFGOED- DIENSTEN (IOED S)

INTERGEMEENTELIJKE ONROERENDERFGOED- DIENSTEN (IOED S) INTERGEMEENTELIJKE ONROERENDERFGOED- DIENSTEN (IOED S) 8 september 2015 Vlaams Regeerakkoord 2014-2019 We betrekken zo veel als mogelijk de lokale besturen bij het erfgoedbeleid en bij de maatregelen die

Nadere informatie

Welke procedure volgt een archeologisch onderzoek bij vergunningsaanvragen? Verduidelijking van de overgangsperiode.

Welke procedure volgt een archeologisch onderzoek bij vergunningsaanvragen? Verduidelijking van de overgangsperiode. Welke procedure volgt een archeologisch onderzoek bij vergunningsaanvragen? Verduidelijking van de overgangsperiode. Waarom deze verduidelijking? Dit document helpt initiatiefnemers van bouw- en verkavelingsprojecten

Nadere informatie

INDICATOREN EVALUATIE ARCHEOLOGIE

INDICATOREN EVALUATIE ARCHEOLOGIE ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// INDICATOREN EVALUATIE ARCHEOLOGIE Bijlage 1 /

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2011 houdende de organisatie van het toezicht, vermeld in artikel 29bis van de Vlaamse Wooncode Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. In dit besluit

Nadere informatie

EVALUATIERAPPORT ONROERENDERFGOEDDECREET

EVALUATIERAPPORT ONROERENDERFGOEDDECREET EVALUATIERAPPORT ONROERENDERFGOEDDECREET Bijlage 2: Evaluatie in functie van de beleidsdoelstellingen van de onroerenderfgoedregelgeving BELEIDSDOELSTELLINGEN VAN DE ONROERENDERFGOEDREGELGEVING BELEIDSDOELSTELLING

Nadere informatie

voor de vaststelling van ruimtelijke uitvoeringsplannen, vermeld in artikel 3, de toepasselijke procedureregels van de Vlaamse Codex Ruimtelijke

voor de vaststelling van ruimtelijke uitvoeringsplannen, vermeld in artikel 3, de toepasselijke procedureregels van de Vlaamse Codex Ruimtelijke 25 APRIL 2014. - Decreet houdende het rechtsherstel van ruimtelijke uitvoeringsplannen waarvan de planmilieueffectrapportage werd opgesteld met toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 18

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING

ONTWERP VAN DECREET TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zitting 2008-2009 18 februari 2009 ONTWERP VAN DECREET betreffende de organisatie en erkenning van toeristische samenwerkingsverbanden TEKST AANGENOMEN DOOR DE PLENAIRE VERGADERING Zie: 1853 (2008-2009)

Nadere informatie

Onroerend Erfgoed. Voorstelling van het agentschap en haar CWI op ontmoetingsdag VCWI 2016

Onroerend Erfgoed. Voorstelling van het agentschap en haar CWI op ontmoetingsdag VCWI 2016 Onroerend Erfgoed Voorstelling van het agentschap en haar CWI op ontmoetingsdag VCWI 2016 IVA Onroerend Erfgoed beleidsondersteunend en uitvoerend agentschap wetenschappelijke instelling erkend archeoloog

Nadere informatie

VR DOC.0003/2

VR DOC.0003/2 VR 2019 1101 DOC.0003/2 Besluit van de Vlaamse Regering inzake de herziening of de opheffing van stedenbouwkundige voorschriften van algemene en bijzondere plannen van aanleg en gemeentelijke ruimtelijke

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 60.346/1 van 25 november 2016 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014 en van diverse

Nadere informatie

Resultaat opvraging perceel gelegen in Sint-Truiden afdeling SINT-TRUIDEN 1 AFD, sectie G met perceelnummer 0317/00B009 [71053G0317/00B009]

Resultaat opvraging perceel gelegen in Sint-Truiden afdeling SINT-TRUIDEN 1 AFD, sectie G met perceelnummer 0317/00B009 [71053G0317/00B009] Informatievraag Onroerend erfgoed Gegevens opvraging Ordernummer: O2019-0031592 Datum opzoeking: 12/02/2019 Referentienummer: 317B9 Zoekdata: 71053G0317/00B009 Perceel: 71053G0317/00B009 opvraging perceel

Nadere informatie

Onroerenderfgoeddecreet: vraag en antwoord

Onroerenderfgoeddecreet: vraag en antwoord Onroerenderfgoeddecreet: vraag en antwoord Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen Hoofdstuk 2. Definities 1. Boringen zijn volgens het archeologiedecreet van 1993 geen prospecties met ingreep in de bodem en

Nadere informatie

ACTUALIA ONROEREND ERFGOED

ACTUALIA ONROEREND ERFGOED ACTUALIA ONROEREND ERFGOED ACTUALIA ONROEREND ERFGOED Anne Mie Draye (ed.) Antwerpen Cambridge CORe CENTRUM VOOR OVERHEID EN RECHT Actualia Onroerend Erfgoed Anne Mie Draye (ed.) 2014 Antwerpen Cambridge

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering houdende diverse bepalingen over de handhaving van het integraal handelsvestigingsbeleid

Besluit van de Vlaamse Regering houdende diverse bepalingen over de handhaving van het integraal handelsvestigingsbeleid Besluit van de Vlaamse Regering houdende diverse bepalingen over de handhaving van het integraal handelsvestigingsbeleid DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 15 juli 2016 betreffende het integraal

Nadere informatie

Erfgoedverordening gemeente Houten

Erfgoedverordening gemeente Houten Erfgoedverordening gemeente Houten De raad van de gemeente Houten; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 december 2017 met nummer BWV17.0228; gelet op de artikelen 3.16 en 9.1 van

Nadere informatie

Aanvraag van een planologisch attest

Aanvraag van een planologisch attest Bijlage I Model I Aanvraag van een planologisch attest AFDELINGSCODE- (Vul hier het adres in van de gedelegeerd planologisch ambtenaar) In te vullen door de behandelende afdeling ontvangstdatum Bezorg

Nadere informatie

MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST

MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST 6 MEI 1999. - Decreet houdende wijziging van het decreet van 27 november 1997 tot wijziging van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium gewijzigd

Nadere informatie

Erfgoedverordening Nissewaard 2016

Erfgoedverordening Nissewaard 2016 Raadscasenr. Erfgoedverordening Nissewaard 2016 De raad van de gemeente Nissewaard; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 6 september 2016; gelet op de artikelen 3.16 en 9.1 van de Erfgoedwet,

Nadere informatie

SERV_ADV_20100120_erfgoedtoets. Advies. Onroerenderfgoedtoets. 20 januari 2010

SERV_ADV_20100120_erfgoedtoets. Advies. Onroerenderfgoedtoets. 20 januari 2010 SERV_ADV_20100120_erfgoedtoets Advies Onroerenderfgoedtoets 20 januari 2010 Adviesvraag: ontwerpbesluit betreffende de onroerenderfgoedtoets ontwerpbesluit houdende wijziging van het besluit betreffende

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de inspectie van Financiën, gegeven op 21 augustus 2017;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de inspectie van Financiën, gegeven op 21 augustus 2017; Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de procedure tot toekenning of weigering van de vergunning als private uitbetalingsactor voor de uitbetaling van toelagen in het kader van het gezinsbeleid

Nadere informatie

4 lokale PPS-projecten : PPS-projecten van de lokale besturen en van de ervan afhangende rechtspersonen;

4 lokale PPS-projecten : PPS-projecten van de lokale besturen en van de ervan afhangende rechtspersonen; PPS Decreet 18 JULI 2003. - Decreet betreffende Publiek-Private Samenwerking. Publicatie : 19-09-2003 Inwerkingtreding : 29-09-2003 Inhoudstafel HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen. Art. 1-2 HOOFDSTUK II.

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Bekendmaking vaststelling beleid De raad van Heemskerk maakt bekend de Erfgoedverordening Heemskerk 2016 te hebben vastgesteld. De nieuwe verordening treedt in werking op 15 juli 2016, onder gelijke intrekking

Nadere informatie

Goedkeuring reglement heffing op leegstand van woningen en gebouwen voor het aanslagjaar 2017

Goedkeuring reglement heffing op leegstand van woningen en gebouwen voor het aanslagjaar 2017 Goedkeuring reglement heffing op leegstand van woningen en gebouwen voor het aanslagjaar 2017 De Gemeenteraad, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen; Gelet op het gemeentedecreet

Nadere informatie

OPENBAAR ONDERZOEK. 01/06/2017 tot en met 30/07/2017 VASTSTELLING VAN DE INVENTARIS VAN HET BOUWKUNDIG ERFGOED VAN DE PROVINCIE LIMBURG

OPENBAAR ONDERZOEK. 01/06/2017 tot en met 30/07/2017 VASTSTELLING VAN DE INVENTARIS VAN HET BOUWKUNDIG ERFGOED VAN DE PROVINCIE LIMBURG OPENBAAR ONDERZOEK 01/06/2017 tot en met 30/07/2017 VASTSTELLING VAN DE INVENTARIS VAN HET BOUWKUNDIG ERFGOED VAN DE PROVINCIE LIMBURG Het agentschap Onroerend Erfgoed organiseert een openbaar onderzoek

Nadere informatie

Regelgeving. Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014

Regelgeving. Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014 Onroerend erfgoed Regelgeving Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014 Inventariseren Doel: Erfgoedwaarden in kaart brengen Gebiedsdekkend, maar ongelijk (jaren

Nadere informatie

Bescherming van onroerend erfgoed. Rechtsgevolgen

Bescherming van onroerend erfgoed. Rechtsgevolgen Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 Bescherming van onroerend erfgoed. Rechtsgevolgen Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Roelens Jochen (studentennr.

Nadere informatie

dienst financiën: Gemeentelijk belastingsreglement inzake de activeringsheffing op onbebouwde percelen en kavels ( )

dienst financiën: Gemeentelijk belastingsreglement inzake de activeringsheffing op onbebouwde percelen en kavels ( ) dienst financiën: Gemeentelijk belastingsreglement inzake de activeringsheffing op onbebouwde percelen en kavels (2014-2019) juridisch kader Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, zoals gewijzigd, in het

Nadere informatie

Erfgoedverordening Amsterdam

Erfgoedverordening Amsterdam Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen Deze verordening verstaat onder: a. archeologisch monument: monument, als bedoeld in onderdeel r, onder 2; b. archeologisch onderzoek: werkzaamheden

Nadere informatie

2. Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen: a) een aangetekend schrijven; b) een afgifte tegen ontvangstbewijs.

2. Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen: a) een aangetekend schrijven; b) een afgifte tegen ontvangstbewijs. Belasting reglement Heffing op ongeschikte en onbewoonbare woningen opgenomen in de Vlaamse Inventaris van ongeschikt en onbewoonbaar verklaarde woningen HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALING Art. 1. Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE 2014-2019 Vastgesteld bij gemeenteraadsbeslissing van 27 maart 2014 en vervangen bij gemeenteraadsbeslissing

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende stedenbouwkundige attesten, projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende stedenbouwkundige attesten, projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen Pagina 1 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende stedenbouwkundige attesten, projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen Besluit Vlaamse regering 19/3/2010 (Staatsblad.). Hoofdstuk 1. Stedenbouwkundige

Nadere informatie

Vaststelling inventaris bouwkundig erfgoed provincie Antwerpen VAREND ERFGOED IN VLAADEREN. onroerenderfgoed.be

Vaststelling inventaris bouwkundig erfgoed provincie Antwerpen VAREND ERFGOED IN VLAADEREN. onroerenderfgoed.be Vaststelling inventaris bouwkundig erfgoed provincie Antwerpen VAREND ERFGOED IN VLAADEREN onroerenderfgoed.be onroerenderfgoed.be De Vlaamse minister bevoegd voor onroerend erfgoed stelt de inventaris

Nadere informatie

Ontwerp decreet betreffende het onroerend erfgoed. Hoorzitting Vlaams parlement 13 maart 2013

Ontwerp decreet betreffende het onroerend erfgoed. Hoorzitting Vlaams parlement 13 maart 2013 Ontwerp decreet betreffende het onroerend erfgoed Hoorzitting Vlaams parlement 13 maart 2013 Inhoud Aandachtspunten van de VVSG: Onroerend erfgoedgemeenten en diensten Opmaak inventarissen Archeologie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 580 Beschikking van de Minister van Justitie van 21 september 2010 tot plaatsing in het Staatsblad van de tekst van de Monumentenwet BES, zoals

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING VR 2016 1103 DOC.0203/3 MEMORIE VAN TOELICHTING Ontwerp van decreet houdende wijziging van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en van diverse decreten wat betreft de uitvoering van het kerntakenplan

Nadere informatie

2. Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen

2. Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Brielle Nr. 103010 19 juni 2017 Erfgoedverordening 2017 De raad van de gemeente Brielle; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 03-01-2017,

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT DECREET. houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat. van Kinderrechtencommissaris. Artikel 1

VLAAMS PARLEMENT DECREET. houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat. van Kinderrechtencommissaris. Artikel 1 VLAAMS PARLEMENT DECREET houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris Artikel 1 Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Nadere informatie

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE BEKENDMAKING MELDINGSAKTE de burgemeester de algemeen directeur Referentie gemeente Referentie omgevingsvergunning Project Ligging Kadastrale ligging O2018-00033ME OMV_2018119040 plaatsen van een terrasoverkapping

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 5 MEI 2000. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen De Vlaamse

Nadere informatie

zaak die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische

zaak die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 18715 3 april 2014 Erfgoedverordening Stadsdeel Zuidoost 2013 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen Deze verordening verstaat

Nadere informatie

STEDELIJK REGLEMENT OP GEBOUWEN EN WONINGEN DIE BESCHOUWD WORDEN ALS LEEGSTAND EN/OF ONAFGEWERKT

STEDELIJK REGLEMENT OP GEBOUWEN EN WONINGEN DIE BESCHOUWD WORDEN ALS LEEGSTAND EN/OF ONAFGEWERKT stad brugge woondienst STEDELIJK REGLEMENT OP GEBOUWEN EN WONINGEN DIE BESCHOUWD WORDEN ALS LEEGSTAND EN/OF ONAFGEWERKT Artikel 1: Doelstelling Dit stedelijk reglement heeft als doel de leegstand van gebouwen

Nadere informatie

AGROFORESTRY - JURIDISCHE ASPECTEN

AGROFORESTRY - JURIDISCHE ASPECTEN AGROFORESTRY - JURIDISCHE ASPECTEN Studiedag Beveren-Waas: agroforestry 2 SEPT 2014 Regelgeving LV inzake agroforestry Regelgeving beleidsdomein Landbouw en Visserij: BVR Agroforestry: BVR van 30 juli

Nadere informatie

Bekendmaking volgens art. 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur.

Bekendmaking volgens art. 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur. GEMEENTERAAD Bekendmaking reglement/verordening Zitting van 28 februari 2019 Bekendmaking volgens art. 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur. Het gemeenteraadsbesluit van 28 februari 2019 over:

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20; Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van het decreet van 6 maart 2009 betreffende de organisatie en erkenning van toeristische samenwerkingsverbanden DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet betreffende de omgevingsvergunning DE VLAAMSE REGERING,

Voorontwerp van decreet betreffende de omgevingsvergunning DE VLAAMSE REGERING, Voorontwerp van decreet betreffende de omgevingsvergunning DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur en van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting,

Nadere informatie

ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN EN KAVELS EN BELASTING OP BRAAKLIGGENDE INDUSTRIEGRONDEN

ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN EN KAVELS EN BELASTING OP BRAAKLIGGENDE INDUSTRIEGRONDEN ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN EN KAVELS EN BELASTING OP BRAAKLIGGENDE INDUSTRIEGRONDEN ARTIKEL 1: HET BELASTBAAR VOORWERP Er wordt voor de aanslagjaren 2018 tot en met 2019 jaarlijks een

Nadere informatie

De melding heeft betrekking op een terrein gelegen te Hofmeierlaan Brugge, kadastraal gekend in BRUGGE 18 AFD/DEEL ST-KRUIS, sectie B, 0279H

De melding heeft betrekking op een terrein gelegen te Hofmeierlaan Brugge, kadastraal gekend in BRUGGE 18 AFD/DEEL ST-KRUIS, sectie B, 0279H OMG referentie: OMV_2019014507 Inrichtingsnummer: 20190204-0025 Besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 11 maart 2019 tot aktename van de melding klasse 3 van Het Bouwhuis bvba voor een

Nadere informatie

Kioskplein en directeursvilla met park BERINGEN

Kioskplein en directeursvilla met park BERINGEN Kioskplein en directeursvilla met park BERINGEN Beheersplan: wat? Waarom? Hoe? BERINGEN, 2 juli 2018 Inhoud Agentschap Onroerend Erfgoed Bescherming van het Kioskplein OE-decreet en besluit in Wat is een

Nadere informatie

Archeologienota met beperkte samenstelling : Het archeologisch bureauonderzoek in de Frans van Dunlaan te Antwerpen Wouter Yperman

Archeologienota met beperkte samenstelling : Het archeologisch bureauonderzoek in de Frans van Dunlaan te Antwerpen Wouter Yperman Archeologienota met beperkte samenstelling : Het archeologisch bureauonderzoek in de Frans van Dunlaan te Antwerpen Tienen, 2017 Studiebureau Archeologie bvba Archeologienota met beperkte samenstelling:

Nadere informatie

Overzicht van de vragen en antwoorden die gesteld werden tijdens de Vlaamse infodagen in de provinciale hoofdsteden (januari-februari 2016).

Overzicht van de vragen en antwoorden die gesteld werden tijdens de Vlaamse infodagen in de provinciale hoofdsteden (januari-februari 2016). Overzicht van de vragen en antwoorden die gesteld werden tijdens de Vlaamse infodagen in de provinciale hoofdsteden (januari-februari 2016). Vlaamse Infodag Gent 21 januari 2016 Wanneer, in het geval van

Nadere informatie

De Omgevingsvergunning

De Omgevingsvergunning De Omgevingsvergunning Een overzicht Rita Agneessens 09.02.2017 1. Doelstelling 2. Wetgevend kader 3. Toepassingsgebied 4. Bevoegde overheid 5. Vergunningsprocedures 2 procedures Eerste aanleg Beroep Overzicht

Nadere informatie

houdende diverse bepalingen inzake energie

houdende diverse bepalingen inzake energie stuk ingediend op 1428 (2011-2012) Nr. 4 7 maart 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende diverse bepalingen inzake energie Tekst aangenomen door de plenaire vergadering Stukken in het dossier: 1428

Nadere informatie

DE INFORMATIE- EN MELDINGSPLICHTEN IN DE ARTIKELEN , EN VAN HET ONROERENDERFGOEDDECREET VAN 12 JULI 2013

DE INFORMATIE- EN MELDINGSPLICHTEN IN DE ARTIKELEN , EN VAN HET ONROERENDERFGOEDDECREET VAN 12 JULI 2013 DE INFORMATIE- EN MELDINGSPLICHTEN IN DE ARTIKELEN 4.1.11, 6.4.8 EN 6.4.9 VAN HET ONROERENDERFGOEDDECREET VAN 12 JULI 2013 Het Onroerenderfgoeddecreet legt informatieplichten op bij specifieke rechtshandelingen

Nadere informatie

Notaris Hans Van Overloop

Notaris Hans Van Overloop Nieuwe contactgegevens vanaf 10 maart 2010 Stedenbouwkundige vergunningen Loketadres op afspraak Postadres Grote Markt 1 2000 Antwerpen Tel 03 338 67 45 notaria@stad.antwerpen.be SW/V/SV Alle briefwisseling

Nadere informatie

Erfgoedverordening Roosendaal 2017

Erfgoedverordening Roosendaal 2017 Erfgoedverordening Roosendaal 2017 De raad van de gemeente Roosendaal; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van.; gelet op de artikelen 3.16 en 9.1 van de Erfgoedwet, gelezen in samenhang

Nadere informatie

VR DOC.1441/2BIS

VR DOC.1441/2BIS VR 2018 0712 DOC.1441/2BIS Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de inlichtingen van het verslag, het opleggen van concrete beschermende maatregelen, het delen van gegevens, documenten en informatiedragers

Nadere informatie