Formele gesprekken in het onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Formele gesprekken in het onderwijs"

Transcriptie

1 Formele gesprekken in het onderwijs Invloed van onderwijsontwikkelingen op de gesprekkencyclus en persoonlijke ontwikkelingsplannen in het primair en voortgezet onderwijs

2 Formele gesprekken in het onderwijs Invloed van onderwijsontwikkelingen op de gesprekkencyclus en persoonlijke ontwikkelingsplannen in het primair en voortgezet onderwijs Yumi Stamet Jo Scheeren CAOP Research

3 Het rapport Formele gesprekken in het onderwijs is geschreven door CAOP Research in opdracht van het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt. Het CAOP is hét kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken en arbeidsmarktvraagstukken in het publieke domein. CAOP Research is de onderzoeksafdeling van het CAOP en beschikt over ruime ervaring op het gebied van onderzoek, onderzoeksadvies en onderzoeksbegeleiding. CAOP Research, augustus 2011 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, CD, internet of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur. Formele gesprekken in het onderwijs 2

4 Inhoudsopgave 1 Samenvatting Inzet van formele gesprekken en POP s in het onderwijs Ontwikkeling tussen 2008 en Invloed van onderwijsontwikkelingen op formele gesprekken en ontwikkelingsplannen Aanbevelingen Inleiding Achtergrond Onderzoeksvragen Onderzoeksopzet Inzet van formele gesprekken Po Algehele beeld po Werknemersperspectief Werkgeversperspectief Vo Algehele beeld vo Werknemersperspectief Werkgeversperspectief Attitude richting formele gesprekken en POP s Po Algehele beeld po Werknemersperspectief Werkgeversperspectief Vo Algehele beeld vo Werknemersperspectief Werkgeversperspectief Invloed van onderwijsontwikkelingen Po Algehele beeld po Werknemersperspectief Werkgeversperspectief Vo Algehele beeld vo Werknemersperspectief Werkgeversperspectief Aanbevelingen Aanbevelingen Aandachtspunten voor de praktijk Vervolgonderzoek Formele gesprekken in het onderwijs 3

5 1 Samenvatting Dit onderzoek is uitgevoerd naar aanleiding van en in vervolg op een verkenning uitgevoerd in 2010 naar de stand van zaken rond formele gesprekken en persoonlijke ontwikkelingsplannen (POP s) in het onderwijs. In de verkenning uit 2010 werd de verwachting uitgesproken dat door de verkorting van de salarislijnen, de versterking van de functiemix en de lerarenbeurs formele gesprekken als functioneringsgesprekken, beoordelingsgesprekken en loopbaangesprekken en POP s belangrijker zouden worden binnen het primair (po) en voortgezet onderwijs (vo). Meer specifiek werd verwacht dat: er meer formele gesprekken en POP s zouden worden gehouden; deze inhoudelijk relevanter zouden worden; de behoefte eraan zou toenemen; loon en loopbaan meer aandacht zouden krijgen in formele gesprekken en POP s; er meer concrete afspraken over deze onderwerpen zouden worden gemaakt. Op basis hiervan is dit onderzoek opgezet vanuit drie centrale vragen: Hoe worden de formele gesprekken en POP s ingezet in het onderwijs? In hoeverre is de inzet van formele gesprekken en POP s veranderd ten opzichte van de situatie zoals beschreven in de verkenning uit 2010? Welke invloed hebben ontwikkelingen als het verkorten van de salarislijnen, de versterking van de functiemix en de lerarenbeurs volgens werknemers en werkgevers op formele gesprekken en POP s in de praktijk op scholen? In dit onderzoek zijn werknemers en schoolleiders ondervraagd over de inzet van formele gesprekken en POP s en de invloed die recente onderwijsontwikkelingen hebben op deze inzet. 1.1 Inzet van formele gesprekken en POP s in het onderwijs Zowel werknemers als schoolleiders in het po en vo is gevraagd om aan te geven of op de eigen instelling de verschillende typen formele gesprekken of POP s worden ingezet. Vervolgens is aan werknemers gevraagd of ze zelf met deze instrumenten te maken hebben gehad en is schoolleiders de vraag voorgelegd in hoeverre de instrumenten bij alle werknemers worden toegepast. Er kan worden geconcludeerd dat functioneringsgesprekken door een overgrote meerderheid van de instellingen in het po en vo worden ingezet. De meeste werknemers van deze instellingen hebben ook een functioneringsgesprek met de leidinggevende. De inzet van POP s is ook wijdverbreid. Een meerderheid van de instellingen zet dit instrument in. Wel lijkt het erop dat het POP selectiever wordt ingezet dan het functioneringsgesprek, omdat het percentage werknemers dat een POP opstelt lager is dan het percentage scholen dat dit instrument inzet. Beoordelingsgesprekken worden minder vaak gehouden dan functioneringsgesprekken en ook deze worden selectiever ingezet onder werknemers. Loopbaangesprekken worden duidelijk het minst vaak gehouden. Volgens werknemers wordt er in iets meer dan 15 procent van de instellingen loopbaangesprekken gehouden, volgens schoolleiders in ongeveer 40 procent van de instellingen. Schoolleiders vinden bij alle instrumenten dat deze vaker worden ingezet dan werknemers. Naast de loopbaangesprekken is dit verschil ook groot bij beoordelingsgesprekken, waarvan minder dan zestig procent van de werknemers aangeeft dat deze door de instelling worden ingezet tegenover ongeveer tachtig procent van de schoolleiders. Daarnaast worden formele gesprekken en POP s over het algemeen meer ingezet in het po dan in het vo. Als instrumenten niet worden ingezet, ervaren werknemers vooral functioneringsgesprekken als een gemis en schoolleiders beoordelingsgesprekken. Op de vraag waarom instrumenten niet worden ingezet antwoorden schoolleiders dat het beleid daarvoor nog in ontwikkeling is en dat er een gebrek aan tijd en faciliteiten is om instrumenten goed in te zetten. Verder is in het po de inzet van instrumenten vaak afhankelijk van de functie van de werknemer. Ook in het vo speelt de functie een rol, maar het type dienstverband en het functioneren van de werknemer zijn vaker bepalend. Het zijn vooral leraren die te maken krijgen met de verschillende formele gesprekken en POP s, management in mindere mate en organisatie- en beheerpersoneel over het algemeen niet. Formele gesprekken in het onderwijs 4

6 Meer dan zeventig procent van de werknemers is tevreden over de formele gesprekken die ze hebben. Over de POP s is net iets minder dan zeventig procent tevreden. Belangrijke oorzaak van ontevredenheid is de gesprekspartner en diens vermogen om het functioneren of de ontwikkelmogelijkheden van de werknemers goed in te schatten. Ook het gebrek aan concrete afspraken vooral over wat de werkgever kan doen om de werknemer optimaal te laten functioneren is een belangrijke oorzaak van ontevredenheid met de formele gesprekken. Andere onderwerpen waar volgens de werknemers weinig concrete afspraken over worden gemaakt zijn het functioneren van de leidinggevende, de verdere loopbaan en de beloning. Over dit laatste onderwerp wordt volgens de meeste werknemers zelfs niet gesproken tijdens formele gesprekken. In het po worden over het algemeen meer concrete afspraken gemaakt dan in het vo, maar zelfs in het po wordt over werkafspraken, waar het vaakst concrete afspraken over worden gemaakt, met niet veel meer dan de helft van de werknemers afspraken gemaakt. Zowel schoolleiders als werknemers vinden dat afspraken over het algemeen meestal worden nagekomen. Beide partijen vinden van zichzelf dat zij vaker de afspraken altijd nakomen dan de andere partij. Schoolleiders vinden veel vaker dan werknemers dat er concrete afspraken over de verschillende onderwerpen worden gemaakt. De enige onderwerpen waar volgens minder dan de helft van de schoolleiders in het po en vo afspraken over worden gemaakt tijdens formele gesprekken zijn de loopbaan van de werknemer en de beloning. Dit verschil in beleving tussen schoolleiders en werknemers over de mate waarin er afspraken worden gemaakt, kan een verklaring zijn waarom schoolleiders minder vaak dan werknemers vinden dat afspraken altijd worden nagekomen. Schoolleiders vinden desondanks dat formele gesprekken en POP s (zeer) nuttig zijn. Functioneringsgesprekken, beoordelingsgesprekken en POP s zijn volgens negentig procent of meer van de schoolleiders in het po en vo (zeer) nuttig. Loopbaangesprekken worden iets minder vaak als nuttig bestempeld (78 procent po en 85 procent vo). Een veel genoemde reden om formele gesprekken en POP s niet nuttig te vinden, is dat er al andere (informele) gesprekken worden gehouden waarin onderwerpen als functioneren, beoordeling en loopbaan aan de orde komen en dat daardoor een apart gesprek erover niet nodig is. Andere redenen zijn het gebrek aan carrièrewensen en perspectieven. Ook werknemers die aangeven geen behoefte te hebben aan (bepaalde) formele gesprekken of een POP noemen deze redenen. Opvallend verschil is echter wel dat schoolleiders vaker dan werknemers vinden dat werknemers zich niet meer verder willen ontwikkelen, terwijl werknemers vaker vinden dat ze zich niet verder kunnen ontwikkelen. 1.2 Ontwikkeling tussen 2008 en 2011 De gegevens uit de verkenning van 2010 dateren grotendeels uit In vergelijking met 2008 is de inzet van functioneringsgesprekken en ook POP s door instellingen volgens werknemers gelijk gebleven. Dit zou betekenen dat tussen 2008 en 2011 er niet meer instellingen functioneringgesprekken en POP s zijn gaan houden. Daarmee is de verwachting dat er meer formele gesprekken en POP s zouden worden ingezet niet uitgekomen. Echter, de behoefte aan een functioneringsgesprek onder diegenen die er geen hebben gehad, is zoals verwacht wel gestegen. In het vo zelfs met tien procentpunten. De behoefte aan een POP is in het po licht gedaald en in het vo gelijk gebleven. Er komen nu meer onderwerpen aan de orde in formele gesprekken dan in Alleen worden er over sommige onderwerpen minder concrete afspraken gemaakt dan drie jaar geleden. Kijkend naar de onderwerpen loon en loopbaan valt op dat deze in vergelijking met 2008 volgens de verwachting beduidend vaker worden besproken. Over de beloning worden ook vaker concrete afspraken gemaakt, maar over de loopbaan niet. Daarover worden zelfs minder vaak afspraken gemaakt dan in Bron van de data is het Personeels- en mobiliteitsonderzoek 2008 en een bevraging van het Flitspanel in Formele gesprekken in het onderwijs 5

7 1.3 Invloed van onderwijsontwikkelingen op formele gesprekken en ontwikkelingsplannen Tussen 2008 en 2011 is de behoefte aan formele gesprekken in het onderwijs toegenomen. Ook wordt er vaker gesproken over de beloning en de loopbaan tijdens formele gesprekken en POP s. Het is echter de vraag of dit ook mede toe te schrijven is aan de onderwijsontwikkelingen verkorten van de salarislijnen, versterken van de functiemix en de lerarenbeurs. Een eenduidig antwoord is hier niet op te geven, omdat werknemers en schoolleiders op verschillende punten met elkaar van mening verschillen. Kort gezegd schrijven schoolleiders de onderwijsontwikkelingen meer invloed toe dan werknemers. Schoolleiders vinden vaker dat door de onderwijsontwikkelingen formele gesprekken en ontwikkelingsplannen zinvoller zijn geworden, er meer concrete afspraken worden gemaakt en de beloning/ontwikkeling meer afhankelijk is geworden van het functioneren van de werknemer. Werknemers daarentegen zijn eerder gelijk verdeeld in een groep die het eens is met deze stellingen en een groep die het er niet mee eens is. Daarnaast is er een grote tegenstelling tussen schoolleiders en werknemers in de mate waarin ze invloed toeschrijven aan de lerarenbeurs. De meeste schoolleiders vinden dat de lerarenbeurs heeft gezorgd voor meer belang en meer aandacht voor en meer concrete afspraken over persoonlijke ontwikkeling tijdens formele gesprekken. Een meerderheid van de werknemers vindt dit echter niet. Waar werknemers en schoolleiders het wel met elkaar over eens zijn, is dat formele gesprekken en ontwikkelingsplannen aan belang hebben gewonnen door de recente onderwijsontwikkelingen, maar dat dit niet heeft geleid tot meer of betere gesprekken en plannen. De verwachting dat de recente beleidsontwikkelingen zouden leiden tot meer gesprekken wordt door werknemers en schoolleiders dus niet bevestigd. De verwachting dat formele gesprekken en POP s door deze onderwijsontwikkelingen inhoudelijk relevanter zouden worden, lijkt uit te komen, gezien het feit dat ze volgens werknemers en schoolleiders belangrijker zijn geworden en volgens schoolleiders ook zinvoller. De behoefte aan functioneringsgesprekken is tussen 2008 en 2011 toegenomen, maar of dit zoals werd verwacht door de onderwijsontwikkelingen komt is niet duidelijk. Loon en loopbaan lijken tussen 2008 en 2011 vaker onderwerp van gesprek te zijn geworden, maar in hoeverre dit komt door het verkorten van de salarislijnen, de functiemix of de lerarenbeurs is niet eenduidig te zeggen. Er zijn wel aanwijzingen dat met (een deel van) de werknemers opschaling vaker wordt besproken en schoolleiders vinden in meerderheid ook dat beloning en ontwikkeling nu meer samenhangen met het functioneren en ontwikkeling meer aandacht krijgt tijdens formele gesprekken. Werknemers merken dit over het algemeen nog niet, maar wellicht dat loon en loopbaan in de toekomst wel een prominentere plaatst krijgen in de gesprekken tussen werknemers en leidinggevende. Dan worden er waarschijnlijk ook meer concrete afspraken over deze onderwerpen gemaakt. Tot nu toe hebben alleen de schoolleiders het idee dat er door de onderwijsontwikkelingen meer concrete afspraken worden gemaakt. 1.4 Aanbevelingen Op basis van dit onderzoek zijn de volgende aandachtpunten te benoemen: Loopbaan en beloning zijn vaak geen onderwerp van gesprek. Door de recente beleidsontwikkelingen zouden deze onderwerpen meer aan bod moeten komen. Instrumenten worden niet bij alle werknemers ingezet. Organisatie- en beheerpersoneel en management hebben minder vaak een formeel gesprek met de leidinggevende en stellen minder vaak een POP op. Daarnaast is de inzet van deze instrumenten afhankelijk van het dienstverband en het functioneren. Er is gebrek aan tijd en faciliteiten om instrumenten goed in te zetten. Daardoor is beleid op scholen ten aanzien van de gesprekkencyclus of POP s vertraagt of komt het zelfs niet van de grond. Gemiddeld is een vijfde tot een kwart van de werknemers niet tevreden met de formele gesprekken en POP s. Hoewel het merendeel van de werknemers tevreden is, blijft toch een substantieel deel van de werknemers niet tevreden over de gesprekken die ze voeren met de leidinggevende. Vooral de gesprekspartner en het gebrek aan concrete afspraken zijn oorzaken van ontevredenheid. Formele gesprekken in het onderwijs 6

8 Het verschil tussen de mening van schoolleiders en werknemers over de mate waarin er afspraken over onderwerpen worden gemaakt is groot. Schoolleiders lijken de meeste onderwerpen wel te bespreken met werknemers, maar niet met alle werknemers. Daarnaast wordt ook niet met alle werknemers afspraken over de besproken onderwerpen gemaakt. Dit schept het beeld dat formele gesprekken en POP s nog niet op een eenduidige manier worden gehouden binnen scholen. Formele gesprekken en POP s worden belangrijker door recente onderwijsontwikkelingen, maar niet beter. Er worden ook niet meer formele gesprekken of POP s gehouden. Op basis van deze aandachtspunten bevelen we aan dat de groeiende behoefte aan formele gesprekken en POP s wordt aangegrepen om het beleid op dit gebied verder te professionaliseren. De inzet van formele gesprekken en POP s onder alle werknemers moet worden gestimuleerd, maar in het bijzonder bij organisatie- en beheerpersoneel en management. Loopbaangesprekken zouden voor alle werknemersgroepen gestimuleerd moeten worden. Daarvoor moet het gebrek aan faciliteiten worden aangepakt en moeten scholen die nog beleid op het gebied van formele gesprekken en POP s moeten maken, worden ondersteund. Daarnaast moet worden gekeken naar het vergroten van de competentie van leidinggevenden om formele gesprekken en POP s goed op te zetten en uit te voeren. Echter, ook werknemers moeten worden gewezen op de eigen verantwoordelijkheid in dergelijke gesprekken. Het onderwerp beloning zou in deze gesprekken niet geschuwd moeten worden. Dit onderzoek biedt inzichten, maar ook aanknopingspunten voor vervolgonderzoek. De ontwikkelingen die onderzocht zijn, hebben alle drie nog niet hun definitieve vorm in de praktijk gekregen. Daardoor is de uiteindelijke invloed van deze beleidsmaatregelen op formele gesprekken en POP s nog niet te meten. Om dit in kaart te brengen moet dit in de komende jaren vaker worden onderzocht, zodat de ontwikkeling hierin duidelijk wordt en er als nodig maatregelen kunnen worden genomen om formele gesprekken en POP s verder te professionaliseren. Schoolleiders geven aan te weinig tijd en faciliteiten te hebben om de gewenste instrumenten in te zetten op hun instelling. Onduidelijk is echter welke faciliteiten ze missen en hoe schoolleiders verder kunnen worden ondersteund in het zo efficiënt mogelijk inzetten van instrumenten. Vervolgonderzoek in de vorm van diepte interviews zou hier duidelijkheid in kunnen geven. Dit onderzoek toont aan dat er structurele verschillen zijn in de perceptie van schoolleiders en werknemers over de inhoud van gesprekken en de mate waarin er afspraken over onderwerpen worden gemaakt. Het is van belang om inzicht te hebben in deze verschillen, omdat deze bepalend zijn voor de verwachtingen, de ervaren kwaliteit en resultaten van formele gesprekken en POP s. Om deze verschillen te duiden is het zinvol om vervolgonderzoek te doen naar het beoogde doel en het beeld van elkaar en elkaars rol waarmee werknemers en schoolleiders het gesprek aangaan. Verder is het interessant om de motivatie van schoolleiders om bepaalde werknemers wel op te nemen in de gesprekkencyclus en andere niet verder te onderzoeken. Dit onderzoek geeft een eerste inzicht in deze motivatie, maar om effectief te stimuleren dat alle werknemers formele gesprekken en POP s hebben, is het van belang dat hier meer inzicht in komt. Uit de monitor strategisch personeelsbeleid van het SBO die later dit jaar verschijnt, komt naar voren dat een actief personeelsbeleid de algehele tevredenheid met de baan bevordert. In hoeverre dragen formele gesprekken en POP s bij aan de algehele tevredenheid met de baan en de organisatie? Maakt het daarbij uit of er formele gesprekken worden gehouden of dat belangrijke onderwerpen in informele gesprekken aan de orde komen? Het interessant is om de invloed van gesprekken met de leidinggevende op de algehele tevredenheid met de baan en de organisatie te onderzoeken In de monitor is ook aandacht voor het strategische aspect van de gesprekkencyclus en het POP voor de organisatie. Formele gesprekken en het POP zijn namelijk bij uitstek geschikt om naast de ontwikkeling van de werknemers ook de doelen en ambities van de organisatie te bespreken. Tussen deze organisatiedoelen en de individuele doelen van de werknemers moet afstemming plaats vinden om gezamenlijk de organisatiedoelen te bereiken. Het is echter de vraag in hoeverre de organisatiedoelen worden besproken en er rekening met ze wordt gehouden in de loopbaan- en ontwikkelingsgesprekken met werknemers. Ook het effect van het wel of niet meenemen van de organisatiedoelen tijdens gesprekken met werknemers is niet bekend en zou verder moeten worden onderzocht. Formele gesprekken in het onderwijs 7

9 Over de scholingsbehoefte van leraren is steeds meer bekend, maar over de scholingsbehoefte van management en ondersteunend personeel in het onderwijs is nog weinig bekend. Wellicht dat dit te maken heeft met het feit dat met management en ondersteunend personeel veel minder vaak formele gesprekken en POP s worden gehouden. Het is de vraag welk inzicht scholen die wel formele gesprekken voeren met deze werknemers hebben in hun scholingsbehoefte. Onderzoek bij deze scholen kan dit inzicht aan het licht brengen en daarmee ook scholen die (nog) geen gesprekken met management en ondersteunend personeel houden en opleiders van dienst kunnen zijn. Formele gesprekken in het onderwijs 8

10 2 Inleiding 2.1 Achtergrond In de cao s van primair onderwijs (po) en voortgezet onderwijs (vo) zijn nagenoeg identieke artikelen opgenomen over het houden van een gesprekkencyclus met iedere werknemer over loopbaan, functionering en beoordeling. Daarnaast zijn in de cao s afspraken gemaakt ten aanzien van een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) voor werknemers. In 2010 is de verkenning Cao-afspraken Gesprekkencyclus van het SBO verschenen. In deze verkenning werd een overzicht gegeven van de beschikbare informatie vanuit zowel de werknemers- als de werkgeverszijde over de inzet van de gesprekkencyclus in de praktijk. Aanleiding voor deze verkenning was de verwachting dat de gesprekkencyclus en persoonlijke ontwikkelingsplannen (POP s) belangrijker zullen worden als gevolg van recente beleidsontwikkelingen namelijk het verkorten van de salarislijnen, het versterken van de functiemix en de invoering van de lerarenbeurs. Zo is het bij het de bedoeling dat bij het opschalen van de functie binnen de functiemix en ook bij het maken van een salarisstap binnen de verkorte salarisschalen dit gebeurt op basis van een beoordeling/sollicitatiegesprek. Daarnaast is het goed denkbaar dat door de functiemix en de lerarenbeurs de ontwikkeling van leraren een belangrijker thema binnen de organisatie wordt en dat er daardoor meer POP s zullen worden gehouden. Meer specifiek zouden deze ontwikkelingen kunnen resulteren in meer, betere en inhoudelijk relevantere formele gesprekken en POP s. Verder zouden de thema s loon en loopbaan meer aandacht kunnen krijgen in formele gesprekken, omdat daarin door de beleidsontwikkelingen meer en concretere stappen in te maken zijn. Een aanvullende verwachting is dat er daarom ook meer concrete afspraken over deze onderwerpen zouden worden gemaakt. Tot slot kan ook de behoefte van de werknemers naar dergelijke gesprekken hierdoor toenemen. Dit alles kan een belangrijke impuls betekenen voor het professionaliseren van het personeelsbeleid in het onderwijs, wat al langere tijd een speerpunt is binnen deze sector. Om vast te stellen wat tot nu toe de invloed is van het verkorten van de salarislijnen, de versterking van de functiemix en de lerarenbeurs op de gesprekkencyclus, is in 2011 een onderzoek uitgevoerd. De resultaten van dit onderzoek staan beschreven in deze rapportage. 2.2 Onderzoeksvragen Doel van dit onderzoek is na te gaan welke invloed ontwikkelingen als de functiemix, verkorten van de salarislijnen en de lerarenbeurs hebben op de gesprekkencyclus en POP s in de praktijk op scholen. Om dit te achterhalen wordt eerst gekeken naar de wijze waarop de formele gesprekken binnen de gesprekkencyclus en POP s nu worden ingezet. In dit onderzoek onderscheiden we drie type formele gesprekken: functioneringsgesprekken, beoordelingsgesprekken en loopbaangesprekken. Deze en het POP zijn als volgt gedefinieerd: Functioneringsgesprekken: Een toekomstgerichte dialoog waarin het wederzijds functioneren van de werknemer en de leidinggevende wordt besproken. Doelen voor deze bespreking kunnen prestatieverbetering, bijsturing, stimulering en ontwikkeling zijn; Beoordelingsgesprekken: Een gesprek tussen de direct leidinggevende en de werknemer, waarin de beoordeling van het functioneren van de werknemer door deze leidinggevende wordt besproken. Beoordelingsgesprekken zijn gericht op het verleden; Loopbaangesprekken: Een gesprek over het ontwikkelingsproces van een werknemer in het werk en binnen de organisatie waarbij het gaat om een proces van afstemming van de behoeften en mogelijkheden van de organisatie en van de werknemer; Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP): Plan waarin wederzijds afstemming plaatsvindt tussen de wensen van de werknemer met betrekking tot zijn professionele ontwikkeling en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie. Er staan afspraken in over de deskundigheidsbevordering, scholing, toekomstige inzetbaarheid en doorstroming naar andere interne of externe functies en over de door de werkgever beschikbaar te stellen faciliteiten in tijd en/of geld. Formele gesprekken in het onderwijs 9

11 Er wordt gekeken naar het beeld in het po en vo vanuit zowel werknemers- als werkgeversperspectief. Dit wordt waar mogelijk afgezet tegen het beeld dat uit de verkenning van 2010 naar voren kwam. Het merendeel van de gegevens in de verkenning uit 2010 is afkomstig uit Vervolgens wordt ingegaan op de mening van werknemers en werkgevers over de invloed van de recente ontwikkelingen op formele gesprekken en POP s. Daarmee staan de volgende onderzoeksvragen centraal in deze rapportage: Hoe worden de formele gesprekken en POP s ingezet in het onderwijs? In hoeverre is de inzet van formele gesprekken en POP s veranderd ten opzichte van de situatie in 2008? Welke invloed hebben ontwikkelingen als het verkorten van de salarislijnen, de versterking van de functiemix en de lerarenbeurs volgens werknemers en werkgevers op formele gesprekken en POP s in de praktijk op scholen? 2.3 Onderzoeksopzet Voor dit onderzoek is een online vragenlijst uitgezet onder een panel van schoolleiders (SBO-panel) en een panel van werknemers (Flitspanel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties). Het veldwerk is in april en mei van 2011 uitgevoerd. In totaal hebben 872 schoolleiders en 2050 werknemers de vragenlijsten ingevuld. Tabel 1 geeft een overzicht van de respons uitgesplitst naar werknemers en werkgevers in het po en vo. Steekproef Respons Respons Schoolleiders po % vo % Werknemers po % vo % Tabel 2.1 Respons 2 Bron van de data is het Personeels- en mobiliteitsonderzoek 2008 en een bevraging van het Flitspanel in Formele gesprekken in het onderwijs 10

12 3 Inzet van formele gesprekken Uit de verkenning van 2010 blijkt dat in 2008 functioneringsgesprekken in de meeste instellingen in het po en vo werden ingezet. Ook in het onderzoek in 2011 is de inzet van formele gesprekken gemeten. Zowel aan werknemers als aan werkgevers is gevraagd hoe formele gesprekken en POP s worden ingezet. Daarbij is hen eerst gevraagd in hoeverre formele gesprekken en POP s worden ingezet op de instelling. Vervolgens is aan werknemers gevraagd of ze, als de eigen instelling een instrument inzet, zelf met dit instrument te maken hebben gehad. Aan schoolleiders, die aangeven dat een instrument wordt ingezet, is vervolgens gevraagd of dit instrument dan ook bij alle werknemers wordt ingezet. Ook is aan werknemers en schoolleiders gevraagd hoe ze zouden willen dat deze instrumenten worden ingezet. In dit hoofdstuk worden de resultaten van deze vragen besproken. Eerst worden de resultaten in het po besproken, daarna die in het vo. Daarbij wordt eerst een algeheel beeld van de sector gegeven. Vervolgens wordt het werknemers- en werkgeversperspectief in de sector meer in detail besproken. 3.1 Po Algehele beeld po Functioneringsgesprekken worden in nagenoeg alle instellingen in het po ingezet. Dit wil echter niet zeggen dat alle medewerkers een functioneringsgesprek krijgen, omdat instellingen niet met iedereen deze gesprekken voeren. Andere formele gesprekken en POP s worden beduidend minder vaak ingezet door de instellingen en ook selectiever toegepast dan functioneringsgesprekken. Vooral loopbaangesprekken worden weinig ingezet. Als het perspectief van de werknemers en de schoolleiders tegen elkaar wordt afgezet, valt op dat schoolleiders vaker dan werknemers aangeven dat formele gesprekken en POP s op de instelling worden ingezet. Dit verschil is vooral groot bij beoordelings- en loopbaangesprekken. Ook het aandeel werknemers dat met de verschillende vormen van formele gesprekken en POP s te maken krijgt, ligt volgens de schoolleiders hoger dan volgens de werknemers. Vooral bij het beoordelingsgesprek ligt de inschatting van de schoolleiders duidelijk hoger dan de ervaring van de werknemers. Ondanks dat volgens de cao in het po met elke werknemer periodiek gesprekken moeten worden gevoerd via een gesprekkencyclus met functionerings-, beoordelings- en loopbaangesprekken, blijkt dit toch niet overal te gebeuren. Ook zou wegens de cao van de werknemers het persoonlijk ontwikkelperspectief in een POP moeten worden vastgelegd, maar ook dit wordt niet op elke werknemer toegepast. Meer dan de helft van de schoolleiders geeft bijvoorbeeld aan dat er onderscheid wordt gemaakt naar functie. Vooral organisatie- en beheerpersoneel wordt vaak niet in de gesprekkencyclus meegenomen en krijgt geen POP. Andere opvallende verschillen tussen werknemers en schoolleiders zijn te zien in de mate waarin ze instrumenten die niet worden ingezet als een gemis ervaren. Zo worden functioneringsgesprekken vaak gemist door werknemers als ze deze niet krijgen, maar schoolleiders die functioneringsgesprekken niet inzetten, vinden zelden dat ze wel toegepast zouden moeten worden. Ook loopbaangesprekken en in mindere mate POP s worden meer gemist door werknemers dan door schoolleiders. Schoolleiders zouden wel vaker beoordelingsgesprekken toegepast willen zien dan werknemers. Schoolleiders geven aan dat het beleid om instrumenten in te voeren vaak nog in ontwikkeling is, hoewel ook regelmatig een gebrek aan tijd en faciliteiten wordt ervaren om formele gesprekken en POP s goed in te zetten. Ten opzichte van de inzet zoals beschreven in de verkenning van 2010 is de inzet van functioneringsgesprekken en POP s tussen 2008 en 2011 door instellingen volgens werknemers onveranderd. Dit in tegenstelling tot de verwachtingen als gevolg van de recente beleidsontwikkelingen. De behoefte aan functioneringsgesprekken onder werknemers die er geen krijgen, is tussen 2008 en 2011 licht gestegen. Dit komt overeen met de verwachting, echter de behoefte aan een POP is licht gedaald onder diegenen die geen POP hebben. Over beoordelings- en loopbaangesprekken was voor de verkenning van 2010 geen informatie beschikbaar. Formele gesprekken in het onderwijs 11

13 3.1.2 Werknemersperspectief Personeel in het po geeft in 2011 aan dat in vrijwel alle instellingen functioneringsgesprekken worden gehouden (zie figuur 3.1). Veel minder gebruikelijk zijn de beoordelingsgesprekken en loopbaangesprekken. Vooral deze laatste worden maar in een gering aantal instellingen gehouden. Het POP wordt in bijna driekwart van de instellingen opgesteld. Drie procent van de werknemers geeft aan dat geen van deze instrumenten wordt ingezet bij hun school. Figuur 3.1 Gebruik van formele gesprekken en POP door po-instellingen volgens werknemers Net als in 2008 blijkt echter dat niet alle werknemers binnen een instelling formele gesprekken en POP s hebben. Werknemers die aangeven dat een instrument wordt ingezet door de eigen instelling is gevraagd of ze zelf met deze instrumenten te maken hebben gehad. Van de werknemers werkzaam bij een instelling die functioneringsgesprekken inzet, heeft 86 procent een functioneringsgesprek gehad in de laatste twee jaar. Dit terwijl 93 procent van de instellingen deze gesprekken inzetten. Meer dan de helft van de werknemers werkzaam op een instelling waar beoordelingsgesprekken worden gevoerd, heeft zelf een beoordelingsgesprek gehad. Loopbaangesprekken worden door maar een klein deel van de scholen ingezet, maar als ze ze inzetten heeft ruim zestig procent van de werknemers op deze scholen er ervaring mee gehad de afgelopen twee jaar. Bijna één op de tien werknemers werkzaam op een school waar formele gesprekken of POP worden ingezet, krijgt met geen van deze instrumenten te maken. Formele gesprekken in het onderwijs 12

14 Figuur 3.2 Percentage werknemers in het po, die niet met een instrument te maken hebben gehad, maar het wel graag toegepast zou willen zien Aan werknemers is ook gevraagd in hoeverre ze zouden willen dat instrumenten waar zij niet mee te maken hebben wel op hen worden toegepast. Werknemers die geen functioneringsgesprek hebben lijken dit over het algemeen als een gemis te ervaren (zie figuur 3.2). De andere instrumenten lijken minder gemist te worden, maar toch geeft tussen de veertig en 45 procent van de werknemers die geen beoordelingsgesprek, loopbaangesprek of POP krijgen, aan dit wel te willen. Er is echter ook een groep werknemers (36 procent), die niets mist in het pakket aan instrumenten dat bij hen wordt ingezet. Dit betekent alleen ook dat bijna tweederde van de werknemers die (nog) niet met alle instrumenten te maken hebben, behoefte heeft aan uitbreiding van het instrumentarium dat wordt ingezet Werkgeversperspectief Uit figuur 3.3 komt naar voren dat volgens schoolleiders in het po bijna alle po-scholen functioneringsgesprekken houden en dat op de scholen die functioneringsgesprekken houden ook nagenoeg iedereen er een krijgt. Figuur 3.3 Gebruik van formele gesprekken en POP door po-instellingen volgens schoolleiders Formele gesprekken in het onderwijs 13

15 Beoordelingsgesprekken worden door meer dan driekwart van de instellingen gehouden, alleen niet met alle werknemers. Iets meer dan vier op de vijf werknemers van instellingen die beoordelingsgesprekken houden, krijgen ook zo een gesprek. Net als bij de werknemers geven ook de schoolleiders aan dat loopbaangesprekken het minst worden gehouden. Bijna tweederde van de schoolleiders geeft aan dat werknemers op scholen waar loopbaangesprekken worden gehouden, dergelijke gesprekken hebben met de leidinggevende. Het gebruik van POP s is wijdverbreid volgens de schoolleiders. Net geen 90 procent van de scholen stelt dergelijke plannen op en dat doen ze met 88 procent van het personeel. Minder dan een half procent van de schoolleiders geeft aan geen van deze instrumenten in te zetten. Schoolleiders die aan hebben gegeven dat op hun school bepaalde gesprekken of een POP niet wordt ingezet, is gevraagd welke van deze instrumenten ze wel toegepast zouden willen zien. In figuur 3.4 is te zien dat van de weinige schoolleiders die hebben aangegeven dat op hun instelling geen functioneringgesprekken worden gehouden niet meer dan 15 procent vindt dat deze wel toegepast zouden moeten worden. Beoordelingsgesprekken worden wel meer gemist door de schoolleiders bij wie ze niet worden ingezet. Ruim 60 procent zou dit instrument wel willen inzetten. Loopbaangesprekken en POP s worden minder gemist, maar ook daar is onder meer dan een derde van de schoolleiders bij wie ze niet worden ingezet, animo voor. Meer dan de helft van de schoolleiders is echter tevreden met de instrumenten die ze al inzetten en hebben geen behoefte aan andere instrumenten. Figuur 3.4 Percentage schoolleiders in het po die instrumenten niet inzetten, maar wel toegepast wil zien Vervolgens is aan de schoolleiders die een instrument niet inzetten, maar wel zouden willen inzetten gevraagd waarom een instrument niet wordt ingezet. Veel genoemde redenen zijn het ontbreken van tijd en faciliteiten om de gesprekken goed te voeren of het POP op te stellen. Verder geven veel schoolleiders aan dat het beleid in ontwikkeling is. Ten aanzien van beoordelingsgesprekken wordt ook regelmatig opgemerkt dat er nog geen afspraken over zijn gemaakt en dat goede richtlijnen daarvoor ontbreken. Ook vinden enkelen dat leidinggevenden dan eerst scholing moeten krijgen in het goed voeren van een beoordelingsgesprek. Bij loopbaangesprekken wordt regelmatig aangegeven dat de loopbaan in functioneringsgesprekken aan de orde komt. Een reden die schoolleiders noemen waarom POP s niet worden opgesteld is het ontbreken van draagvlak onder het personeel. Ook het gebrek aan ontwikkelmogelijkheden wordt door sommigen als reden opgegeven. Formele gesprekken in het onderwijs 14

16 Figuur 3.5 Factoren waarvan het inzetten van instrumenten in het po bij werknemers afhankelijk is Ook is de schoolleiders gevraagd waarvan het inzetten van een instrument bij een bepaalde werknemer afhankelijk is. Figuur 3.5 laat zien dat meer dan de helft van de schoolleiders aangeeft dat dit afhankelijk is van de functie. Andere factoren dan de functie die kunnen meespelen bij het wel of niet inzetten van een instrument bij een werknemer zijn het type dienstverband, de beslissing van de leidinggevende over het nut van een instrument en het functioneren van de werknemer. Figuur 3.6 Percentage inzet naar functie als de inzet van instrumenten volgens schoolleiders in het po afhankelijk is van de functie Schoolleiders, die aangeven dat de inzet van een instrument afhankelijk is van de functie, geven aan dat instrumenten vooral onder leraren worden ingezet functiegroepen (zie figuur 3.6). Opvallend is dat er bij de inzet van instrumenten een scheiding is tussen organisatie- en beheerpersoneel en andere. Formele gesprekken of POP s worden beduidend minder vaak ingezet bij organisatie- en beheerpersoneel als deze inzet afhankelijk is van de functie. Formele gesprekken in het onderwijs 15

17 Onderwijsondersteunend personeel krijgt volgens de schoolleiders vaak nog wel een functioneringsgesprek, maar het percentage dat op basis van de functie een beoordelings-, loopbaangesprek of POP krijgt is beduidend lager. Management krijgt met 78 procent onder degenen zonder lesgevende taak en 68 procent onder degenen met lesgevende taak minder vaak dan onderwijzend en onderwijsondersteunend een functioneringsgesprek. Rond de zestig procent krijgt een beoordelingsgesprek, loopbaangesprek of POP. 3.2 Vo Algehele beeld vo Functioneringsgesprekken worden veruit het meest ingezet in het vo. Net als in het po vinden ook in het vo schoolleiders vaker dan werknemers dat instrumenten op de instelling worden ingezet. Dit verschil is vooral duidelijk bij beoordelingsgesprekken, die volgens 56 procent van de werknemers wordt ingezet tegen 79 procent van de schoolleiders en bij loopbaangesprekken, die volgens 18 procent van de werknemers en 46 procent van de schoolleiders worden ingezet. Ook het aandeel werknemers op instellingen die formele gesprekken en POP s inzetten, dat met formele gesprekken en POP s te maken krijgt, is volgens schoolleiders groter dan volgens werknemers. Zo schatten schoolleiders dit voor functioneringsgesprekken en beoordelingsgesprekken bijna twintig procentpunten hoger in dan werknemers. Uit zowel het werknemersperspectief als het schoolleiderperspectief komt naar voren dat ook in het vo niet elke werknemer een gesprekkencyclus doorloopt en een POP heeft. Volgens de schoolleiders wordt er bij de inzet van deze instrumenten met name onderscheid gemaakt naar type dienstverband, functioneren en functie van de werknemer. Kijkend naar de functie valt op dat onderwijzend personeel over het algemeen te maken krijgt met alle instrumenten die worden ingezet, maar organisatie- en beheerpersoneel vaak niet betrokken worden in de (volledige) gesprekkencyclus en geen POP heeft. Als instrumenten niet worden ingezet ervaren werknemers dit veel vaker als een gemis dan schoolleiders. Alleen beoordelingsgesprekken zien schoolleiders, die deze gesprekken niet inzetten (71 procent), liever toegepast dan werknemers (31 procent). Hiermee komt het algemene beeld in het vo overeen met het beeld in het po met het verschil dat in het po de verschillende instrumenten meer worden ingezet dan in het vo. Ten opzichte van 2008 is net als in het po de inzet volgens werknemers van functioneringsgesprekken en POP s onveranderd. Er zijn dus niet zoals verwacht meer gesprekken gehouden als gevolg van de recente beleidsontwikkelingen. De behoefte aan een functioneringsgesprek is in vergelijking met de gegevens uit 2008 met ruim tien procentpunten toegenomen, net zoals verwacht. De behoefte aan een POP is echter gelijk gebleven. Formele gesprekken in het onderwijs 16

18 3.2.2 Werknemersperspectief In het vo geeft 83 procent van de werknemers aan dat er functioneringsgesprekken worden gehouden op hun instelling (zie figuur 3.7). Dit is tien procentpunten lager dan in het po. Het instrument dat in het vo na functioneringsgesprekken het meest wordt ingezet is het POP, dit wordt echter veel minder ingezet dan in het po (58 tegenover 74 procent). De inzet van beoordelings- en loopbaangesprekken in het vo wijkt nauwelijks af van het po. Figuur 3.7 Gebruik van formele gesprekken en POP door vo-instellingen volgens werknemers Krijgen alle werknemers in het vo te maken met de instrumenten die hun instelling inzet? Nee, ook in het vo geven werknemers aan dat ze niet allemaal formele gesprekken of een POP krijgen als hun instelling deze inzet. Bijna driekwart van de werknemers op een vo-instelling, die functioneringsgesprekken houdt, krijgt ook een dergelijk gesprek. De andere instrumenten worden (nog) selectiever ingezet. POP s wordt bij net geen zestig procent van de werknemers ingezet, die werken op een instelling die POP s inzetten. Van de werknemers op scholen, die loopbaangesprekken of beoordelingsgesprekken houden, krijgt de helft of zelfs iets minder met deze gesprekken te maken. In vergelijking met het po zijn de percentages werknemers in het vo die te maken krijgen met formele gesprekken of POP s als deze worden ingezet op de instelling structureel lager. Het percentage werknemers dat met geen enkel instrument te maken krijgt, ondanks dat de instelling deze wel inzet, is dan ook beduidend hoger in het vo dan in het po. Formele gesprekken in het onderwijs 17

19 Figuur 3.8 Percentage werknemers in het vo, die niet met een instrument temaken hebben gehad, maar het wel graag toegepast zou willen zien Dit verschil kan niet worden verklaard door het verschil in de behoefte aan deze instrumenten onder personeel in het vo vergeleken met het po. De percentages weergegeven in figuur 3.8 zijn nagenoeg gelijk aan de percentages in figuur 3.2. Alleen de behoefte aan beoordelingsgesprekken is lager in het vo dan in het po. Functioneringsgesprekken worden duidelijk het meest gemist door werknemers in het vo, als ze die niet krijgen Werkgeversperspectief Schoolleiders in het vo geven aan dat in bijna alle instellingen functioneringsgesprekken worden gehouden en dat deze ook bij meer dan negentig procent van de werknemers op deze instellingen worden ingezet (zie figuur 3.9). Figuur 3.9 Gebruik van formele gesprekken en POP door vo-instellingen volgens schoolleiders Beoordelingsgesprekken worden volgens hen in bijna tachtig procent van de instellingen ingezet. Op deze instellingen krijgen echter niet alle werknemers, maar slechts 65 procent een Formele gesprekken in het onderwijs 18

20 beoordelingsgesprek. Ook POP s worden volgens schoolleiders in het vo in bijna tachtig procent van de instellingen ingezet. Met zeventig procent van de werknemers op deze scholen wordt er een POP opgesteld. Loopbaangesprekken worden beduidend minder ingezet door scholen en ook het percentage werknemers dat op een school een loopbaangesprek krijgt is lager dan bij de andere instrumenten. In vergelijking met het po worden volgens schoolleiders meer loopbaangesprekken gehouden door vo scholen, maar er worden minder POP s opgesteld. Daarnaast zijn vo scholen volgens de schoolleiders selectiever in het inzetten van met name beoordelingsgesprekken en POP s dan po scholen. Het instrument dat door schoolleiders in het vo het meeste als een gemis wordt ervaren, als het niet wordt ingezet, is het beoordelingsgesprek (zie figuur 3.10). Meer dan zeventig procent zou dergelijke gesprekken wel willen voeren. De andere instrumenten worden duidelijk minder gemist door schoolleiders. De helft van de schoolleiders mist niets in het instrumentarium dat ze inzet bij hun werknemers. Ten opzichte van het po vinden meer schoolleiders in het vo het niet inzetten van functioneringsgesprekken en beoordelingsgesprekken een gemis, ondanks dat deze gesprekken volgens deze schoolleiders nagenoeg even vaak worden ingezet door instellingen in het vo als in het po. Functioneringsgesprekken worden in het vo ook bij bijna een even groot aandeel van de werknemers ingezet als in het po, maar beoordelingsgesprekken niet. Loopbaangesprekken en POP s worden iets meer als een gemis ervaren door schoolleiders in het po. Een veel genoemde reden waarom een instrument (nog) niet wordt ingezet is dat het beleid nog in ontwikkeling is. Bij anderen is er nog geen beleid in aantocht. Ook gebrek aan tijd en in mindere mate faciliteiten zijn redenen waarom instrumenten niet worden ingezet. Deze redenen zagen we ook terugkomen in het po. Figuur 3.10 Percentage schoolleiders in het vo die instrumenten niet inzetten, maar wel toegepast wil zien Formele gesprekken in het onderwijs 19

21 Figuur 3.11 Factoren waarvan het inzetten van instrumenten in het vo bij werknemers afhankelijk is Uit figuur 3.11 komt naar voren dat het type dienstverband de belangrijkste factor is waarop bepaald wordt of een instrument wel of niet wordt ingezet bij een werknemer. Gedacht kan worden aan tijdelijke krachten of stagiaires, waar geen formeel gesprek mee wordt gevoerd, terwijl vaste krachten dat wel krijgen. Ook naar aanleiding van het functioneren wordt volgens meer dan veertig procent van de schoolleiders bepaald of een werknemer wel of geen formeel gesprek of POP krijgt. Dit zou kunnen betekenen dat in dat geval alleen diegenen die niet goed functioneren een functioneringsgesprek krijgen of dat alleen met degenen die goed functioneren een loopbaangesprek wordt gevoerd. Hierin is een duidelijk verschil te zien met het po. Daarin is de functie de belangrijkste factor en is het type dienstverband en het functioneren minder bepalend. Volgens ruim een derde van de schoolleiders in het vo speelt de functie wel een rol. Aan hen is gevraagd welke instrumenten bij welke functies worden ingezet. Figuur 3.12 geeft de resultaten weer. Figuur 3.12 Percentage inzet naar functie als de inzet van instrumenten volgens schoolleiders in het vo afhankelijk is van de functie Formele gesprekken in het onderwijs 20

22 Onderwijzend personeel krijgt bijna altijd met de instrumenten te maken die worden gebruikt. Functioneringsgesprekken worden ook bij de andere functiegroepen bij het merendeel ingezet. De andere instrumenten worden veel minder bij de andere functiegroepen gebruikt. Ongeveer de helft van het management krijgt hier nog wel mee te maken, maar bij organisatie- en beheerpersoneel ligt dit tussen de twintig en 36 procent. Ten opzichte van het po krijgt organisatie- en beheerpersoneel in het vo wel vaker te maken met formele gesprekken en POP s. Bij de andere functiegroepen worden over het algemeen minder instrumenten ingezet in het vo dan in het po. Formele gesprekken in het onderwijs 21

23 4 Attitude richting formele gesprekken en POP s De verkenning uit 2010 laat zien dat onder de werknemers die functioneringsgesprekken hebben met de leidinggevende in procent vindt dat deze gesprekken niet goed werken. Van het POP vindt 61 procent van de werknemers dat het niet goed werkt. Onder schoolleiders is driekwart van mening dat functioneringsgesprekken bijdragen aan de professionalisering van de werknemer. Voor POP s ligt dit aandeel op ongeveer tweederde, maar voor beoordelings- en loopbaangesprekken ligt dit op minder dan de helft. Deze cijfers geven aan dat werknemers en werkgevers niet altijd even tevreden zijn of overtuigd zijn van het nut van formele gesprekken en POP s. In het onderzoek in 2011 is dit ook onderzocht. Daarnaast is gekeken naar mogelijke oorzaken van de ontevredenheid of het gebrek aan vertrouwen in de effectiviteit van deze instrumenten. In dit hoofdstuk worden de resultaten van dit deel van het onderzoek beschreven. Eerst komt weer het po aan bod gevolgd door het vo. 4.1 Po Algehele beeld po Werknemers in het po zijn over het algemeen tevreden over de formele gesprekken en de POP s die ze hebben. Als ze al ontevreden zijn dan komt dit door de gesprekspartner of het gebrek aan concrete afspraken. Schoolleiders vinden de formele gesprekken en POP s over het algemeen nuttig om in te zetten. Aan zowel de schoolleiders als de werknemers is vervolgens gevraagd welke onderwerpen worden besproken tijdens formele gesprekken en of er concrete afspraken over worden gemaakt. Hierin lopen de meningen duidelijk uiteen. Volgens de schoolleiders worden alle onderwerpen over het algemeen besproken, behalve beloning. Beloning wordt ook volgens werknemers vaak niet besproken, maar ook andere onderwerpen, zoals het verbeteren van de ondersteuning vanuit de werkgever en het functioneren van de leidinggevende, komen volgens een deel van de werknemers niet aan bod. Over de mate waarin concrete afspraken worden gemaakt lopen de meningen sterk uiteen. Volgens tweederde of meer van de schoolleiders wordt over alle onderwerpen, uitgezonderd de beloning en de loopbaan, concrete afspraken gemaakt. Het grootste aandeel werknemers dat over een onderwerp concrete afspraken heeft gemaakt met de leidinggevende is iets mee dan de helft. Over andere onderwerpen wordt volgens minder dan de helft van de werknemers concrete afspraken gemaakt. Dit verschil tussen werknemers en schoolleiders is waarschijnlijk (gedeeltelijk) te wijten aan het verschil in perspectief. Schoolleiders kijken naar het geheel van gesprekken dat binnen de instelling wordt gehouden en zien dan dat de meeste onderwerpen in een of ander gesprek wel aan de orde komt en er afspraken over worden gemaakt. Werknemers hebben echter alleen de eigen gesprekken met de leidinggevende als referentiepunt en zien dat in die gesprekken niet alle onderwerpen aan de orde komen. Als dit inderdaad een verklaring is voor het verschil in inzicht over de besproken onderwerpen in formele gesprekken, geeft dit echter ook aan dat niet alleen gesprekken selectief worden ingezet, maar ook de onderwerpen selectief worden besproken. Van uniformiteit in de wijze waarop deze gesprekken worden gehouden, lijkt dan ook geen sprake. Ook verschillen de meningen van schoolleiders en werknemers over de mate waarin de afspraken gemaakt tijdens formele gesprekken en POP s worden nagekomen. Zowel schoolleiders als werknemers geven over het algemeen aan dat de afspraken meestal worden nagekomen. Echter, de werknemers vinden dat zij vaker altijd de afspraken nakomen en de schoolleiders dat zij dit vaker doen. Meer eensgezind zijn werknemers die geen behoefte hebben aan formele gesprekken of POP s en schoolleiders die de toegevoegde waarde van (bepaalde) formele gesprekken of het POP niet inzien. Beiden geven ze als meest genoemde reden hiervoor aan dat er al andere gesprekken worden gevoerd waarin de onderwerpen uit de formele gesprekken of POP s besproken worden en dat daardoor een apart gesprek niet nodig is. Andere redenen die ze beiden noemen zijn het gebrek aan carrièrewensen of perspectieven. Waar in 2008 nog 45 procent van de werknemers vond dat functioneringsgesprekken niet goed werken en 61 procent dat POP s niet deden wat ze moesten doen, is in 2011 een grote meerderheid tevreden met de gesprekken die ze hebben. Ook schoolleiders lijken meer tevreden, hoewel niet duidelijk is in hoeverre ze formele gesprekken en POP s vinden bijdragen aan de professionalisering. Formele gesprekken in het onderwijs 22

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijs 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Resultaten Karin Jettinghoff en Jo Scheeren, SBO Januari 2010 2 1. Inleiding Tot voor kort

Nadere informatie

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties in de architectenbranche QUICKSCAN mei 2013 Inhoud Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties 3 Resultaten 6 Bureau-intermediair I Persoonlijk urenbudget 6 Keuzebepalingen

Nadere informatie

Onderwijs en vluchtelingenkinderen

Onderwijs en vluchtelingenkinderen Onderwijs en vluchtelingenkinderen Zijn scholen en onderwijsgevenden voldoende toegerust om vluchtelingenkinderen onderwijs te bieden? Een enquête onder onderwijsgevenden van basisscholen, scholen voor

Nadere informatie

WENDBAAR ZIJN, WENDBAAR BLIJVEN

WENDBAAR ZIJN, WENDBAAR BLIJVEN WENDBAAR ZIJN, WENDBAAR BLIJVEN Verkenning naar de leer- en inzetbaarheidscultuur in het primair onderwijs ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers Wendbaar zijn, wendbaar blijven

Nadere informatie

WERKEN AAN INZETBAARHEID

WERKEN AAN INZETBAARHEID ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers WERKEN AAN INZETBAARHEID Onderzoek naar professionalisering en inzetbaarheid van personeel in het primair onderwijs april 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

MOBILITEIT IN HET PRIMAIR ONDERWIJS

MOBILITEIT IN HET PRIMAIR ONDERWIJS ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers MOBILITEIT IN HET PRIMAIR ONDERWIJS maart 2016 1 Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs Mobiliteit in het primair onderwijs Deborah van den

Nadere informatie

Vertrekredenen jonge docenten in het vo

Vertrekredenen jonge docenten in het vo Vertrekredenen jonge docenten in het vo 1 Inhoudsopgave Inleiding I. Willen jonge personeelsleden het vo verlaten? II. Waarom verlaten jonge docenten het vo? Rob Hoffius, SBO Januari 2010 2 Verlaten jonge

Nadere informatie

Deeltijdwerken in het po, vo en mbo

Deeltijdwerken in het po, vo en mbo Deeltijdwerken in het po, vo en mbo 1. Inleiding In Nederland wordt relatief veel in deeltijd gewerkt, vooral in de publieke sector. Deeltijdwerk komt met name voor onder vrouwen, maar ook steeds meer

Nadere informatie

Veilig, gezond & vitaal werken. Rapport Tevredenheid met werken in het VO Analyse van tevredenheidsaspecten. onderwijs

Veilig, gezond & vitaal werken. Rapport Tevredenheid met werken in het VO Analyse van tevredenheidsaspecten. onderwijs Veilig, gezond & vitaal werken Rapport Tevredenheid met werken in het VO Analyse van tevredenheidsaspecten in het voortgezet onderwijs Rapport Tevredenheid met werken in het VO Analyse van tevredenheidsaspecten

Nadere informatie

Rapport. Tevredenheid met. werken in het VO. Analyse van tevredenheidsaspecten. Veilig, gezond & vitaal werken. onderwijs

Rapport. Tevredenheid met. werken in het VO. Analyse van tevredenheidsaspecten. Veilig, gezond & vitaal werken. onderwijs Rapport Tevredenheid met Veilig, gezond & vitaal werken werken in het VO Analyse van tevredenheidsaspecten in het voortgezet onderwijs Rapport Tevredenheid met werken in het VO Analyse van tevredenheidsaspecten

Nadere informatie

Eindrapport. Ontwikkeling, employability en mobiliteit Secundaire analyse POMO 2010 gemeentepersoneel

Eindrapport. Ontwikkeling, employability en mobiliteit Secundaire analyse POMO 2010 gemeentepersoneel Eindrapport Ontwikkeling, employability en mobiliteit Secundaire analyse POMO 2010 gemeentepersoneel Het CAOP is hét kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken en arbeidsmarktvraagstukken

Nadere informatie

DUURZAAM INZETBAAR EN MOBIEL. Secundaire analyse POMO 2012 voor het primair onderwijs. maart 2013

DUURZAAM INZETBAAR EN MOBIEL. Secundaire analyse POMO 2012 voor het primair onderwijs. maart 2013 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers DUURZAAM INZETBAAR EN MOBIEL Secundaire analyse POMO 2012 voor het primair onderwijs maart 2013 1 Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs Het

Nadere informatie

LEREN EN ONTWIKKELEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Verkenning naar de professionele ontwikkeling van het personeel in het primair onderwijs

LEREN EN ONTWIKKELEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Verkenning naar de professionele ontwikkeling van het personeel in het primair onderwijs LEREN EN ONTWIKKELEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Verkenning naar de professionele ontwikkeling van het personeel in het primair onderwijs ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers Leren

Nadere informatie

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Tussenmeting 2015 Portret samenwerkingsverband P029 Opdrachtgever: ministerie van OCW Utrecht, oktober

Nadere informatie

ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE

ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE drs. Frank Kriek drs. Luuk Mallee drs. Katrien de Vaan dr. Miranda Witvliet Amsterdam, januari 2016 Regioplan Jollemanhof 18 1019 GW Amsterdam Tel.:

Nadere informatie

Resultaat- en ontwikkelgesprekken op universiteiten. Rapportage flitspanelbestand

Resultaat- en ontwikkelgesprekken op universiteiten. Rapportage flitspanelbestand Resultaat- en ontwikkelgesprekken op universiteiten Rapportage flitspanelbestand Over het CAOP Het CAOP is hét kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken in het publieke domein. Het CAOP

Nadere informatie

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen 2013-2016 Beginmeting 2014 Portret samenwerkingsverband P029 Opdrachtgever: ministerie van OCW Utrecht, september

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aanmelding voor opleidingen tot vo docent steeds vroeger, pabo trekt steeds minder late aanmelders juni 2009 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

Tekortvakken in het voortgezet onderwijs Deborah van den Berg januari 2012

Tekortvakken in het voortgezet onderwijs Deborah van den Berg januari 2012 Tekortvakken in het voortgezet onderwijs Deborah van den Berg januari 2012 1. Inleiding In het voortgezet onderwijs worden op de korte termijn tekorten aan leraren verwacht, oplopend tot een verwacht tekort

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Rotterdam. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Rotterdam. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers Regionale arbeidsmarktrapportages primair onderwijs 2012 Rotterdam December 2012 19 Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs Het CAOP is hét

Nadere informatie

Uitgangspunt is dat er jaarlijks een gesprek plaats vindt tussen medewerker en leidinggevende(n).

Uitgangspunt is dat er jaarlijks een gesprek plaats vindt tussen medewerker en leidinggevende(n). Kaderregeling gesprekscyclus PRIMAIR Onderwijs en REC stelling. De CAO PO geeft aan (artikel 9.4) dat de werkgever periodiek met elke werknemer gesprekken dient te voeren over het (toekomstig) functioneren.

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs Utrecht, juni 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven drs. Liesbeth van der Woud Postbus 681 3500 AR Utrecht telefoon: 0302631080 e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl

Nadere informatie

Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs Projectgroep Combifuncties Onderwijs

Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs Projectgroep Combifuncties Onderwijs Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs 2011 Projectgroep Combifuncties Onderwijs Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs 2011 1. Inleiding De projectgroep Combifuncties Onderwijs wil in de periode

Nadere informatie

Stadspanel: Oud en nieuw 2018

Stadspanel: Oud en nieuw 2018 veel respons Stadspanel: Oud en nieuw 2018 Erik van der Werff April 2018 www.os-groningen.nl Inhoud 1. Inleiding... 2 1.1 Aanleiding van het onderzoek... 2 1.2 Doel van het onderzoek... 2 1.3 Opzet van

Nadere informatie

Resultaat- en ontwikkelgesprekken op universiteiten. Rapportage flitspanelbestand

Resultaat- en ontwikkelgesprekken op universiteiten. Rapportage flitspanelbestand Resultaat- en ontwikkelgesprekken op universiteiten Rapportage flitspanelbestand Over het CAOP Het CAOP is hét kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken in het publieke domein. Het CAOP

Nadere informatie

Evaluatie Sport Mobiliteit Centrum 2014

Evaluatie Sport Mobiliteit Centrum 2014 Evaluatie Sport Mobiliteit Centrum 2014 Het CAOP is hét kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken en arbeidsmarktvraagstukken in het publieke domein. CAOP Research & Europa is het onderzoeks-

Nadere informatie

Regeling Gesprekkencyclus (vastgesteld door CvB d.d.., na verkregen goedkeuring P(G)MR d.d..)

Regeling Gesprekkencyclus (vastgesteld door CvB d.d.., na verkregen goedkeuring P(G)MR d.d..) Regeling Gesprekkencyclus (vastgesteld door CvB d.d.., na verkregen goedkeuring P(G)MR d.d..) Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Verantwoording 2. Regeling 2.1 Begripsbepaling 2.2 Uitgangspunten 2.3 Het functioneringsgesprek:

Nadere informatie

Rapport Mobiliteit in het voortgezet onderwijs Analyse van de instroom, uitstroom en interne mobiliteit in het voortgezet onderwijs

Rapport Mobiliteit in het voortgezet onderwijs Analyse van de instroom, uitstroom en interne mobiliteit in het voortgezet onderwijs Arbeidsmarkt & mobiliteit Rapport Mobiliteit in het voortgezet onderwijs Analyse van de instroom, uitstroom en interne mobiliteit in het voortgezet onderwijs Rapport Mobiliteit in het voortgezet onderwijs

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen Over het onderzoek Brederode Wonen heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek

Nadere informatie

Openingstijden Stadswinkels 2008

Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2008 In opdracht van Publiekszaken afdeling Beleid

Nadere informatie

Werkend leren in de jeugdhulpverlening

Werkend leren in de jeugdhulpverlening Werkend leren in de jeugdhulpverlening en welzijnssector Nulmeting Samenvatting Een onderzoek in opdracht van Sectorfonds Welzijn Bernadette Holmes-Wijnker Jaap Bouwmeester B2796 Leiden, 1 oktober 2003

Nadere informatie

Samenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten. Tweede meting werkgevers en werknemers

Samenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten. Tweede meting werkgevers en werknemers Samenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten Tweede meting werkgevers en werknemers 2 Inleiding In deze brochure vindt u de belangrijkste resultaten van de benchmark Opleiden en Ontwikkelen. De benchmark

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

Verzekerden bezuinigen op hun zorgverzekering, het aantal overstappers neemt nog steeds toe. Margreet Reitsma-van Rooijen en Anne Brabers

Verzekerden bezuinigen op hun zorgverzekering, het aantal overstappers neemt nog steeds toe. Margreet Reitsma-van Rooijen en Anne Brabers Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Margreet Reitsma-van Rooijen en Anne Brabers. Verzekerden bezuinigen op hun zorgverzekering, het aantal overstappers neemt

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Gescheiden gft inzameling Nesselande

Gescheiden gft inzameling Nesselande rotterdam.nl/onderzoek Gescheiden gft inzameling Nesselande Onderzoek en Business Intelligence Gescheiden gft inzameling Nesselande Een evaluatie M. van Rhee Onderzoek en Business Intelligence (OBI) 13

Nadere informatie

HR & Participatie 2014-2015

HR & Participatie 2014-2015 HR & Participatie 2014-2015 samenvatting Het onderzoek naar de Participatiewet 2015 is een kwantitatief online onderzoek uitgevoerd onder Nederlandse bedrijven (verdeeld naar de categorieën 50-99 werk

Nadere informatie

Active Ageing in het Primair en Voortgezet Onderwijs

Active Ageing in het Primair en Voortgezet Onderwijs Nederlandse ArbeidsmarktDag 2009 Arbeid in crisis? Terugkijken en vooruitzien 14 oktober 2009 SER Den Haag Active Ageing in het Primair en Voortgezet Onderwijs Auteurs: Sil Vrielink, Jo Scheeren Karin

Nadere informatie

Barometer Ziekenhuissector. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016

Barometer Ziekenhuissector. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016 Barometer Ziekenhuissector Samenvattend rapport Kenmerk: 20378 December 2016 1 Inhoudsopgave Geschreven voor Inleiding 3 Danielle van Essen Conclusies 5 Resultaten 7 Steekproef en verantwoording 15 2 Inleiding

Nadere informatie

1. Wat is je huidige werksituatie in het onderwijs? 2. Wil je een volgende stap maken in je loopbaan?

1. Wat is je huidige werksituatie in het onderwijs? 2. Wil je een volgende stap maken in je loopbaan? Table. Wat is je huidige werksituatie in het onderwijs? Werkend Werkzoekend 37 63 95, 95, 95, 2. Wil je een volgende stap maken in je loopbaan? Misschien N.v.t. 975 8 464 84 29,2 24,3 43,9 2,5 29,3 24,3

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

SubtitelSubtitel. Tijdelijke contracten, structureel werk? Resultaten enquête flexibilisering in de zorg

SubtitelSubtitel. Tijdelijke contracten, structureel werk? Resultaten enquête flexibilisering in de zorg SubtitelSubtitel Tijdelijke contracten, structureel werk? Resultaten enquête flexibilisering in de zorg 1 Tijdelijke contracten, structureel werk? Resultaten enquête flexibilisering in de zorg Corina Hendriks,

Nadere informatie

Veilig, gezond & vitaal werken. Rapport Tevreden werken in het voortgezet onderwijs

Veilig, gezond & vitaal werken. Rapport Tevreden werken in het voortgezet onderwijs Veilig, gezond & vitaal werken Rapport Tevreden werken in het voortgezet onderwijs Rapport Tevreden werken in het voortgezet onderwijs... Uitgevoerd door: CAOP Auteurs: Deborah van den Berg, Devorah van

Nadere informatie

OOP ers in het vo. Arbeidsmarktpositie, scholingsmogelijkheden en werktevredenheid van

OOP ers in het vo. Arbeidsmarktpositie, scholingsmogelijkheden en werktevredenheid van Arbeidsmarktpositie, scholingsmogelijkheden en werktevredenheid van OOP ers in het vo Gegevens over het onderwijsondersteunend personeel (OOP) uit de Arbeidsmarktanalyse ondersteunend personeel voortgezet

Nadere informatie

Werkdruk in het onderwijs

Werkdruk in het onderwijs Rapportage Werkdruk in het primair en voortgezet onderwijs DUO ONDERWIJSONDERZOEK drs. Vincent van Grinsven dr. Eric Elphick drs. Liesbeth van der Woud Maart 2012 tel: 030-2631080 fax: 030-2616944 email:

Nadere informatie

EVALUATIE ALGEMENE PERIODIEKE KEURING

EVALUATIE ALGEMENE PERIODIEKE KEURING EVALUATIE ALGEMENE PERIODIEKE KEURING Peiling Huurderspanel Woonwaard Januari 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 7543 EZ Enschede Rapportnummer 2018/015 Datum Januari 2018

Nadere informatie

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK Bron: TNS NIPO Drs. R. Hoffius Drs. I.N. Hento november 2004 Bureau AStri Stationsweg 26 2312 AV Leiden Tel.: 071 512 49 03 Fax: 071

Nadere informatie

Rapport Onderzoek Lerarentekort

Rapport Onderzoek Lerarentekort Rapport Onderzoek Lerarentekort In opdracht van: PO-Raad Utrecht, juli 2019 Postbus 681 3500 AR Utrecht Telefoon: 030 263 10 80 e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl website: www.duo-onderwijsonderzoek.nl

Nadere informatie

4 Rol sociale en nieuwe media in het onderwijs

4 Rol sociale en nieuwe media in het onderwijs 4 Rol sociale en nieuwe media in het onderwijs 4.1 Inleiding In dit hoofdstuk beschrijven we op basis van websurveys onder leraren, en de rol van sociale media (Facebook, Hyves, Twitter, Linkedin) 6 en

Nadere informatie

Schoolleider tussen functie en beroep

Schoolleider tussen functie en beroep Schoolleider tussen functie en beroep Resultaten van twee enquête-onderzoeken onder schoolleiders en bestuurders 2015 September 2015 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Schoolleider tussen functie en beroep...

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs 2012. Regio Achterhoek. December 2012. PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs 2012. Regio Achterhoek. December 2012. PO. Van en voor werkgevers en werknemers ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers Regionale arbeidsmarktrapportages primair onderwijs 2012 Regio Achterhoek December 2012 3 Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs Het CAOP is

Nadere informatie

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober 2017 Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Managementsamenvatting In het kader van de totstandkoming van het

Nadere informatie

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht

De kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie Afdeling Onderzoek & Statistiek Gemeente Deventer Karen Teunissen April 2006 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1 Bekendheid en betrokkenheid 4 Samenvatting 8 Hoofdstuk 2 Communicatie 9 Samenvatting 12

Nadere informatie

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Projectnummer: 10203 In opdracht van: Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer drs. Merijn Heijnen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Amsterdam. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Amsterdam. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers Regionale arbeidsmarktrapportages primair onderwijs 2012 Amsterdam December 2012 5 Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs Het CAOP is hét kennis-

Nadere informatie

Rapport. Alles wel? Quick Scan naar de behoefte aan informatie en ondersteuning van maatregelen tegen agressie en geweld in welzijnsorganisaties

Rapport. Alles wel? Quick Scan naar de behoefte aan informatie en ondersteuning van maatregelen tegen agressie en geweld in welzijnsorganisaties Rapport Alles wel? Quick Scan naar de behoefte aan informatie en ondersteuning van maatregelen tegen agressie en geweld in welzijnsorganisaties Over het CAOP Het CAOP is hét kennis- en dienstencentrum

Nadere informatie

The Daily Mile. Jorien Slot-Heijs Amika Singh. Februari Mulier Instituut. The Daily Mile

The Daily Mile. Jorien Slot-Heijs Amika Singh. Februari Mulier Instituut. The Daily Mile Jorien Slot-Heijs Amika Singh Februari 2019 Mulier Instituut Inhoudsopgave Pagina 1. Inleiding en methode 3 2. 5 2.1 Bekendheid en deelname 6 2.2 Deelnemende scholen 7 2.3 Scholen in overweging 9 2.4 Gestopte

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek. Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe

Klanttevredenheidsonderzoek. Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe Klanttevredenheidsonderzoek Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe Aanleiding, methode en respons Aanleiding Gedurende de afgelopen jaren heeft de gemeente Olst-Wijhe meerdere onderzoeken

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen?

Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen? Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen? Marjolein Kolstein Juli 2017 www.os-groningen.nl BASIS VOOR BELEID Inhoud Samenvatting 2 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding van het onderzoek

Nadere informatie

KOOPZONDAGEN De mening van burgers en ondernemers

KOOPZONDAGEN De mening van burgers en ondernemers KOOPZONDAGEN De mening van burgers en ondernemers Opdrachtnemer: Bureau O&S Heerlen Opdrachtgever: Bureau Economie Januari 2013 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Onderzoeksvragen 3 3. Onderzoeksopzet 3 4.

Nadere informatie

Toptalenten in het onderwijs

Toptalenten in het onderwijs Grote Bickersstraat 76 1013 KS Amsterdam Postbus 1903 1000 BX Amsterdam tel 020 522 59 99 e-mail info@kantarpublic.com www.kantarpublic.com Toptalenten in het onderwijs Een monitoronderzoek naar het (waargenomen)

Nadere informatie

Bijna 8% wisselt van zorgverzekeraar. Premie is de belangrijkste reden om te wisselen.

Bijna 8% wisselt van zorgverzekeraar. Premie is de belangrijkste reden om te wisselen. Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Margreet Reitsma-van Rooijen, Anne Brabers & Judith de Jong. Bijna 8% wisselt van zorgverzekeraar. Premie is de belangrijkste

Nadere informatie

Rapportage Kunsten-Monitor 2014

Rapportage Kunsten-Monitor 2014 Rapportage Kunsten-Monitor 2014 Inleiding In 2014 heeft de AHK deelgenomen aan het jaarlijkse landelijke onderzoek onder recent afgestudeerden: de Kunsten-Monitor. Alle bachelor en master afgestudeerden

Nadere informatie

Enquête functiewaardering voortgezet onderwijs

Enquête functiewaardering voortgezet onderwijs Enquête functiewaardering voortgezet onderwijs Nico van Kessel (ITS) en Robert Sikkes (AOb) november 2005 Voorwoord In de maanden oktober en november heeft het ITS voor de AOb een enquête uitgevoerd onder

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep Gemeente Ubbergen Juni 2013 Colofon Uitgave I&O Research BV Zuiderval 70 7543 EZ Enschede tel. (053) 4825000 Rapportnummer 2013/033 Datum

Nadere informatie

EmployabilityDriver. Waarom een strategische discussie over employability beleid?

EmployabilityDriver. Waarom een strategische discussie over employability beleid? EmployabilityDriver Waarom een strategische discussie over employability beleid? We weten al een tijd dat door vergrijzing en ontgroening de druk op de arbeidsmarkt toeneemt. Het wordt steeds belangrijker

Nadere informatie

Cao enquête. Cao 2017 enquête. Algemene Onderwijsbond

Cao enquête. Cao 2017 enquête. Algemene Onderwijsbond Cao 2017 enquête 1 Algemene Onderwijsbond Cao 2017 enquête 2 Algemene Onderwijsbond Cao 2017 enquête AOb-leden: prioriteit bij werkdruk en salaris Eén op de acht werknemers in het onderwijs is actief op

Nadere informatie

Highlights resultaten partnerenquête DNZ

Highlights resultaten partnerenquête DNZ Highlights resultaten partnerenquête DNZ Peter Brouwer 28 mei 2015 1 van 8 Inleiding Jaarlijks organiseert De Normaalste Zaak (DNZ) een enquête onder haar leden. De enquête levert nuttige informatie op

Nadere informatie

FUNCTIONERINGS- EN BEOORDELINGSGESPREKKEN IN DE WOONBRANCHE. Nieuwegein, januari 2012 Jeroen Kleingeld LEUK DAT JE

FUNCTIONERINGS- EN BEOORDELINGSGESPREKKEN IN DE WOONBRANCHE. Nieuwegein, januari 2012 Jeroen Kleingeld LEUK DAT JE FUNCTIONERINGS- EN BEOORDELINGSGESPREKKEN IN DE WOONBRANCHE Nieuwegein, januari 2012 Jeroen Kleingeld EN HOE GAAT HET NOU? LEUK DAT JE DAT VRAAGT! WW_kaft gesprekken.indd 1 16-01-2012 13:50:13 Inhoud 1.

Nadere informatie

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen Aantal vooraanmeldingen voor 2 e graads opleiding stijgt, 1 e graads daalt en pabo blijft gelijk juni 2010 Inleiding Om de (toekomstige) leraartekorten

Nadere informatie

Opvattingen over de figuur Zwarte Piet

Opvattingen over de figuur Zwarte Piet Opvattingen over de figuur Zwarte Piet Een opinieonderzoek onder het Nederlandse publiek, met uitsplitsingen naar autochtone Nederlanders en Surinaamse- en Antilliaanse-Nederlanders meting 4 November 2017

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

Onderzoeksrapport Randstad WerkMonitor 2016 kwartaal 2 Houding ten aanzien van tijdelijk werk. Randstad Nederland

Onderzoeksrapport Randstad WerkMonitor 2016 kwartaal 2 Houding ten aanzien van tijdelijk werk. Randstad Nederland Onderzoeksrapport Randstad WerkMonitor 2016 kwartaal 2 Houding ten aanzien van tijdelijk werk Randstad Nederland Juni 2016 INHOUDSOPGAVE Houding ten aanzien van tijdelijk werk 3 Mobiliteit 7 Over Randstad

Nadere informatie

Vrijwilligersbeleid. Rapportage flitsenquête ActiZ. ActiZ, organisatie van zorgondernemers. ICSB Marketing en Strategie Drs.

Vrijwilligersbeleid. Rapportage flitsenquête ActiZ. ActiZ, organisatie van zorgondernemers. ICSB Marketing en Strategie Drs. Rapportage flitsenquête ActiZ Vrijwilligersbeleid Voor ActiZ, organisatie van zorgondernemers Van ICSB Marketing en Strategie Drs. Yousri Mandour Datum 7 maart 2011 Pag. 1 Voorwoord Voor u liggen de resultaten

Nadere informatie

Werken aan morgen We gaan langer doorwerken, maar willen en kunnen we dat wel?

Werken aan morgen We gaan langer doorwerken, maar willen en kunnen we dat wel? Werken aan morgen We gaan langer doorwerken, maar willen en kunnen we dat wel? De pensioengerechtigde leeftijd wordt geleidelijk aan verhoogd. We gaan dus langer doorwerken. Hoe denken werkgevers en werknemers

Nadere informatie

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren

Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Mobiliteit van leraren tussen onderwijssectoren Versie 2 Datum 15 oktober 2018 Status Definitief Onze referentie 1427719 Colofon Directie Projectnaam Contactpersoon Kennis/DUO Mobiliteit leraren Ministerie

Nadere informatie

Dienstverlening Amsterdam-Noord

Dienstverlening Amsterdam-Noord Dienstverlening Amsterdam-Noord tweede meting bewonerspanel Projectnummer: 9151 In opdracht van stadsdeel Amsterdam-Noord Rogier van der Groep Esther Jakobs Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

SAMENVATTING EINDRAPPORTAGE DUURZAME INZETBAARHEID BRANCHE WATERBEDRIJVEN J U N I

SAMENVATTING EINDRAPPORTAGE DUURZAME INZETBAARHEID BRANCHE WATERBEDRIJVEN J U N I DUURZAME INZETBAARHEID BRANCHE WATERBEDRIJVEN J U N I 2 0 1 7 Reinier Hoogendorp Evert Smit Simone van Houten BASIS & BELEID ORGANISATIEADVISEURS 16094/10/WWB/samenvatting/170616 INLEIDING Duurzame inzetbaarheid

Nadere informatie

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29% 26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde

Nadere informatie

Onderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners

Onderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners Onderzoek burgerinitiatief Tevredenheid van indieners In opdracht van: De Raadsgriffier Uitgevoerd door: Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend Denise Floris Bert Mentink April

Nadere informatie

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen Bezoekadres: Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus 90701 2509 LS Den Haag Nederland www.cdc.nl Draagvlakmeting TNS NIPO: Drs. Anneloes Klaassen Lisanne van Thiel GW: Drs. Amber Vos +31 (070)

Nadere informatie

Trendrapportage PoMo. Opgesteld door: ICTU - Project InternetSpiegel Catharina Kolar, Jurgen Visser en Lucien Vermeer Mei 2017

Trendrapportage PoMo. Opgesteld door: ICTU - Project InternetSpiegel Catharina Kolar, Jurgen Visser en Lucien Vermeer Mei 2017 Trendrapportage PoMo Opgesteld door: ICTU - Project InternetSpiegel Catharina Kolar, Jurgen Visser en Lucien Vermeer Mei 2017 In opdracht van: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Directie

Nadere informatie

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Digitaal Cursisten - Panelonderzoek 1 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, mei 2007 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding

Nadere informatie

Samenvatting Medewerkersonderzoek Hogeschool der Kunsten 2012. 1. Hogeschool der Kunsten

Samenvatting Medewerkersonderzoek Hogeschool der Kunsten 2012. 1. Hogeschool der Kunsten Samenvatting Medewerkersonderzoek Hogeschool der Kunsten 2012 1. Hogeschool der Kunsten Eind 2012 is in de Hogeschool der Kunsten Den Haag een medewerkersonderzoek uitgevoerd. Voor het Koninklijk Conservatorium

Nadere informatie

M Scholing in het MKB. Waarom, hoe gevonden en bekostigd en wat knelt er? drs. W.D.M. van der Valk

M Scholing in het MKB. Waarom, hoe gevonden en bekostigd en wat knelt er? drs. W.D.M. van der Valk M200605 Scholing in het MKB Waarom, hoe gevonden en bekostigd en wat knelt er? drs. W.D.M. van der Valk Zoetermeer, juli 2006 Scholing in het MKB Een overgrote meerderheid van de bedrijven in het MKB besteedt

Nadere informatie

Hondenbeleid Deventer Eindmeting

Hondenbeleid Deventer Eindmeting Hondenbeleid Deventer Eindmeting Januari 2011 Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : Jasper Baks Telefoonnummer : 694229 Mail : jr.baks@deventer.nl Strategische Ontwikkeling 1 Inhoud Algemene samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO

Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO Samenvatting onderzoek Medewerkers in het MBO Uitgevoerd door ABF Research in opdracht van SOM Aanleiding De arbeidsmarkt voor mbo-personeel is dynamisch. Nieuw personeel stroomt in en ander personeel

Nadere informatie

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW - eindrapport - drs. L.F. Heuts drs. R.C. van Waveren Amsterdam, december 2009

Nadere informatie

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL

Nadere informatie

Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV

Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV Onderstaand een kort overzicht van de belangrijkste conclusies die zijn te trekken uit de evaluatie van de Rekenkamercommissie. Daarbij is in eerste instantie

Nadere informatie

Resultaten medewerkers tevredenheidsonderzoek Valkenhof najaar 2018

Resultaten medewerkers tevredenheidsonderzoek Valkenhof najaar 2018 Resultaten medewerkers tevredenheidsonderzoek Valkenhof najaar 2018 Inhoud 1. Vragenlijst... 3 2. Respons... 3 3. Resultaten per thema... 3 4. Werkgever Net Promotor Score (WNPS)... 5 5. Resultaten bibliotheekvragen...

Nadere informatie

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij Nederlandse Landbouw en Visserij Inhoud 1 Inleiding 03 2 Samenvatting en conclusies landbouw en visserij 3 Maatschappelijke waardering landbouw 09 4 Associaties agrarische sector 13 5 Waardering en bekendheid

Nadere informatie

Deeltijdwerk nader bekeken

Deeltijdwerk nader bekeken Verkenning naar motieven voor deeltijdwerk in het primair onderwijs Het lerarentekort in het primair onderwijs loopt de komende jaren snel op. Komt het tekort dit jaar naar verwachting uit op bijna 1.700

Nadere informatie

Vakantiewerk onderzoek 2018 FNV Jong. Hans de Jong & Marieke Kooiman Juli 2018

Vakantiewerk onderzoek 2018 FNV Jong. Hans de Jong & Marieke Kooiman Juli 2018 Vakantiewerk onderzoek 2018 FNV Jong Hans de Jong & Marieke Kooiman Juli 2018 Achtergrond Achtergrond 2 Achtergrond SAMPLE 400 Respondenten WEging De data is gewogen op geslacht, leeftijd en opleiding.

Nadere informatie

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Jongeren & hun financiële verwachtingen Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet

Nadere informatie

Functionerings- en beoordelingsgesprekken in de CAO voor het voortgezet onderwijs

Functionerings- en beoordelingsgesprekken in de CAO voor het voortgezet onderwijs Functionerings- en beoordelingsgesprekken in de CAO voor het voortgezet onderwijs December 2006 7.0077 Inhoudsopgave Inleiding Functioneringsgesprekken Beoordeling Werknemers met een tijdelijke aanstelling

Nadere informatie