*** KWALITEITSDOCUMENT KINDEROPVANG SNOOPY ***

Transcriptie

1 Titel: VVE beleid *** KWALITEITSDOCUMENT KINDEROPVANG SNOOPY *** Document code: 2.42 Soort document: Werkwijze Aantal pagina s: Aantal bijlagen: - Status: Vastgesteld Actie: Invoegen in kwaliteitsmap Datum: Maart 2015 Eigenaar: KWC Evaluatie & actualisatie datum: Maart 2016 Inleiding VVE betekent Voor- en Vroegschoolse Educatie. Een VVE programma is bedoeld om taalachterstand bij jonge kinderen te voorkomen of te verminderen. Bij Snoopy is de VVE methode geïntegreerd in het dagprogramma zodat alle kinderen via deze methode gestimuleerd worden in hun ontwikkeling. Alle KDV pedagogisch medewerkers zijn geschoold tot gecertificeerde VVE pedagogisch medewerker. Snoopy is door de gemeenten; Kaag & Braasem en Aalsmeer erkend als VVE kinderopvang, waardoor kinderen die een VVE indicatie hebben bij Snoopy welkom zijn. Opleiding De organisatie heeft een gecertificeerde trainer in huis. Een nieuwe medewerker die nog geen VVE training in het verleden heeft gevolgd krijgt een interne VVE training, nadat de medewerker een vast contract heeft gekregen. De medewerker krijgt de training volgens het zij-instroomtraject. Het zij-instroomtraject wordt gebruikt wanneer men al bekend is met de methode VVE: Uk & Puk. Het zij-instroomtraject betekent een intensieve begeleiding waarbij de medewerker gebruik maakt van de deelnemer map. Wanneer er meerdere medewerkers in aanmerking komen voor de VVE training, dan volgen de medewerkers met elkaar de training, ook volgens het zij-instroomtraject. Het traject bestaat uit 7 bijeenkomsten van 6 uur en 4 groepsconsultaties. Na de training volgt certificering. Borgen Om te kunnen bepalen of medewerkers voldoen aan de eisen, zoals er gewerkt moet worden met de VVE methode, gebruikt de organisatie als leidraad, de Certificeringscriteria uit de deelnemer map van de VVE training; Uk & Puk. Door de criteria in te vullen krijg je als medewerker zelf een goed beeld wat je al hebt geborgen of waar je aandachtspunten liggen. De criteria wordt ook gebruikt door de VVE-coach, zodat zij inzicht krijgt hoe er gewerkt wordt met de VVE en wat nog aandachtspunten kunnen zijn. Het werken met de VVE methode is toegevoegd aan het competentieprofiel van de Pedagogisch medewerker. Jaarlijks heeft de medewerker een functioneringsgesprek met haar leidinggevende waarvoor het competentieprofiel als basis dient. De VVE criteria zullen dienen als leidraad voor de beoordeling van de medewerker op het onderdeel VVE. Beheersing van de VVE methode is dus onderdeel van de beoordelingssystematiek van Snoopy. Beheersing van de VVE methode is toegevoegd als functie-eis aan het functieprofiel van de Pedagogisch medewerker op het KDV. Om de VVE te borgen en de kwaliteit van de VVE hoog te houden, komt de VVE-coach op de locaties om coaching te bieden aan de medewerkers.

2 Van mei t/m september 2015 wordt gestart met coaching geven aan de medewerkers van de specifieke peutergroepen. De coaching bestaat uit maximaal een half uur observeren per medewerker, in combinatie met Video Interactie Begeleiding ( VIB), en een coaching gesprek van een uur. Het coaching gesprek kan op een ander moment plaatsvinden dan de observatie. Vanaf oktober 2015 t/m december 2016 komt de VVE-coach maandelijks naar de locaties om de medewerkers te observeren in het werken met VVE in de dagelijkse praktijk en daarover in gesprek te gaan. De ingevulde Certificeringscriteria uit de deelnemer map van de VVE training zullen ook besproken worden. Elk jaar worden er drie terugkombijeenkomsten georganiseerd door de VVE-coach. Elke KDV medewerker wordt hiervoor onderverdeeld in een van de drie bijeenkomsten. De bijeenkomsten vinden in principe plaats op een woensdagochtend voor de duur van 3 uur. De inhoud van een terugkombijeenkomst verloopt conform de methode: startactiviteit, deel theorie (wordt mede in samenwerking met de LH bepaald), intervisie met elkaar over een nader te bepalen onderwerp / praktijksituatie, actief aan de slag met een opdracht, evalueren. Inhoud programma Elk jaar wordt de themakalender samengesteld door de VVE coach. Vanaf 2016 wordt de themakalender geïntegreerd in de jaarplanner. Er wordt per week een activiteitenlijst gemaakt, zodat zichtbaar is welke VVE activiteit er dagelijks uitgevoerd wordt voor de verschillende leeftijdsgroepen. Daarbij dient er ook genoteerd te worden, welke kinderen aan de activiteit hebben meegedaan. Op de locatie spreekt men met elkaar af wie de voorbereiding van een nieuw thema op zich neemt. Ouderbetrokkenheid Het is in het belang van het kind dat ouders betrokken zijn bij de VVE, zodat ouders ook thuis de ontwikkeling van het kind stimuleren. Tijdens de overdracht momenten brengt de medewerker de ontwikkeling van het kind steeds kort ter sprake. In het jaarlijks oudergesprek wordt de ontwikkeling van het kind uitgebreider besproken. De ouders krijgen elke 6 weken de ouderbrief van Uk & Puk digitaal toegestuurd. Ouderavonden Er worden per jaar 3 ouderavonden georganiseerd door de medewerkers, gericht op de baby s, dreumesen en peuters. Op deze avond kan de medewerker laten zien wat zij allemaal doet om de ontwikkeling van het kind te bevorderen en te stimuleren volgens de VVE-methode. Werkwijze: Een ouderavond wordt ingericht conform de thema s en draaiboeken uit de map: Uk & Puk thuis. Een goed middel hierbij is een film maken van desbetreffende leeftijdsgroepen. Het draaiboek is te vinden op de server onder: ALGEMEEN/VVE/FILM KDVGROEP. Alle medewerkers helpen mee aan de voorbereiding van de ouderavonden. Per locatie bespreken de medewerkers wie er, op welke ouderavond aanwezig zijn en wat de taken zijn ter voorbereiding en uitvoering.

3 Mentor taken Als mentor van een kind heeft men de taak om Puk te introduceren bij het kind dat nieuw op de groep is gekomen. Naast het lopende thema gebruikt de mentor hiervoor: Welkom Puk. Ook gebruikt de mentor het thema: Ik ben bijna 4, voor de peuters vanaf de leeftijd van 3,5 jaar. Door dit thema te gebruiken geeft de medewerker het kind een goede afsluiting van de peuterperiode mee en een voorbereiding voor de basisschool. Overdracht naar basisscholen De papieren overdracht naar de basisscholen gaat via de methode: KIJK!. Naast de papieren overdracht is er een mondelinge warme overdracht door de p.m.-er naar de leerkracht toe. Dit gebeurt telefonisch. Evaluatie met de basisscholen In Kaag en Braassem is er 1 maal per jaar in beide dorpskernen een overleg met de leerkrachten van groep 1 en 2 en de leidinggevende van het kinderdagverblijf en een afgevaardigde van de peuterspeelzaal om deze manier van overdracht te evalueren. De gemeente Aalsmeer en de deelnemende VVE partijen evalueren aan het eind van schooljaar 2016, het functioneren van het Convenant wat opgesteld is. Contact met de gemeenten De directeur van Snoopy heeft op beleids- en contractniveau contact met de gemeenten inzake het VVE-beleid.

4 Certificeringscriteria De certificeringcriteria ga je gebruiken om aan te geven hoever jij bent in je ontwikkeling als gecertificeerd pedagogisch medewerker voor Uk & Puk. Per onderdeel geef je aan hoe de situatie bij jou is. Je geeft een concrete beschrijving van jou zelfbeoordeling. Als je goed aangeeft, beschrijf je waarom jij vindt dat het goed is. Bij onvoldoende en voldoende geef je aan wat je gaat doen om er voor te zorgen dat de beoordeling goed wordt. Dit verslag zal regelmatig bijgesteld moeten worden. In ieder geval stel je het in december 2015 bij, in juni 2016 en december O= Onvoldoende V= Voldoende G= Goed Cesuur: in december 2016 moeten alle onderdelen: Goed, scoren

5 SPEELLEEROMGEVING O V G 1. De ruimte is ingedeeld in minimaal 4 overzichtelijke hoeken. 2. De hoeken zijn voldoende ruim om met meerdere kinderen in te spelen. 3. Er is voldoende stimulerend materiaal aanwezig wat door de kinderen zelf gepakt kan worden. 4. De themahoek sluit aan bij het thema van Uk & Puk. 5. De themahoek is uitdagend ingericht. 6. De ruimte is veilig en overzichtelijk ingericht.

6 Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden. ALGEMENE PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE VAARDIGHEDEN O V G 1. De pedagogisch medewerker ondersteunt de kinderen emotioneel. 2. De pedagogisch medewerker toont respect voor de autonomie van het kind. 3. De pedagogisch medewerker geeft structuur. 4. De pedagogisch medewerker geeft informatie en uitleg. 5. De pedagogisch medewerker is zich bewust van haar rol t.o.v. het (zelf)vertrouwen van de kinderen.

7 Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

8 ORGANISATIE O V G 1. De activiteiten van Uk & Puk worden geïntegreerd in de dagindeling. 2. De thema s en activiteiten worden gepland. 3. De thema s en activiteiten worden uitgevoerd. 4. Alle kinderen komen aan bod en dit wordt bijgehouden. 5. De pedagogisch medewerker stelt zowel homogene als heterogene kleine groepen samen. 6. De pedagogisch medewerker grijpt kansrijke momenten in de dagelijkse routines aan om kinderen te stimuleren in hun ontwikkeling. 7. De pedagogisch medewerker creëert kansrijke momenten om kinderen te stimuleren in hun omgeving. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

9 TAAL O V G 1. Er wordt op een betekenisvolle manier gewerkt aan taalstimulering en woordenschatuitbreiding. 2. De pedagogisch medewerker stimuleert doelgericht de taalvaardigheden tijdens de activiteiten. 3. De pop Puk wordt doelgericht ingezet bij de stimulering van taalvaardigheid. 4. De pedagogisch medewerker stimuleert interactie tussen haarzelf en een kind en tussen kinderen onderling met het doel de taalvaardigheid te stimuleren. 5. Het taalaanbod van de pedagogisch medewerker is begrijpelijk voor kinderen, gericht op interactie en aangepast aan de taalstadia en de interesses van de kinderen. 6. De pedagogisch medewerker biedt taalruimte waardoor kinderen veel kunnen praten. 7. De pedagogisch medewerker geeft gerichte feedback die zich zowel op de vorm als op de inhoud van de taaluitingen van het kind richt. 8. De pedagogisch medewerker gebruikt kansrijke momenten om met kinderen betekenisvolle gesprekjes te voeren. 9. De pedagogisch medewerker leest voor op een interactieve manier: kinderen worden actief betrokken bij het verhaal. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

10 REKENEN O V G 1. De rekenprikkels worden geïntegreerd in de activiteiten. 2. De pedagogisch medewerker stimuleert interactie tussen haarzelf en een kind en tussen kinderen onderling met het doel de rekentaal te stimuleren. 3. De pedagogisch medewerker differentieert tijdens de activiteiten zowel op het gebied van taal als op het gebied van rekenen. 4. De pedagogisch medewerker benut kansrijke momenten om met rekenprikkels te werken. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

11 SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING O V G 1. De pedagogisch medewerker benut de kansrijke momenten om aan sociaal-emotionele vaardigheden te werken. 2. De pedagogisch medewerker stimuleert interactie tussen haarzelf en een kind en tussen kinderen onderling met het doel de sociaal-emotionele vaardigheden te stimuleren. 3. De pedagogisch medewerker zet de pop Puk in om de sociaalemotionele vaardigheden van de kinderen te vergroten. 4. De pedagogisch medewerker differentieert tijdens momenten voor sociaal-emotionele vaardigheden zowel op het gebied van taal als op het gebied van de sociaal-emotionele vaardigheden. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

12 SPEL EN BEWEGEN O V G 1. De ruimte is zodanig ingericht dat kinderen voldoende bewegingsruimte hebben. 2. De pedagogisch medewerker biedt dagelijks bewegingsspel aan, zowel buiten als binnen. 3. De pedagogisch medewerker speelt dagelijks geruime tijd mee in de hoeken. 4. De pedagogisch medewerker sluit in haar spelaanbod aan bij het niveau van de kinderen. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

13 OBSERVEREN O V G 1. De pedagogisch medewerker observeert en registreert de taalvaardigheden van de kinderen met behulp van een observatielijst. 2. De pedagogisch medewerker observeert en registreert de rekenvaardigheden van de kinderen. 3. De pedagogisch medewerker observeert en registreert de sociaal-emotionele vaardigheden van de kinderen. 4. De pedagogisch medewerker observeert en registreert de motorische vaardigheden van de kinderen. 5. De pedagogisch medewerker gebruikt de verzamelde observatiegegevens om kinderen uit te dagen een stap verder te zetten in hun ontwikkeling. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

14 OUDERCOMPONENTEN O V G 1. Ouders worden aangemoedigd en ondersteund bij het stimuleren van de brede ontwikkeling van het kind. 2. Er is uitwisseling van informatie tussen pedagogisch medewerker en ouders zowel over het kind als over het thema. 3. Ouders krijgen mogelijkheden om hun betrokkenheid te tonen d.m.v. informeren, concrete vragen stellen, actieve deelname in de groep. 4. Indien er niet met een thuisprogramma wordt gewerkt, worden ouders op andere wijze actief betrokken bij de thema s. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

15 DOORGAANDE LIJN O V G 1. Er vindt structureel overleg plaats tussen de pedagogisch medewerkers en de leerkrachten van de basisscholen waar de kinderen naar toe gaan. 2. Als een kind naar de basisschool gaat, worden de ingevulde observatielijsten besproken door de betrokken pedagogisch medewerker en leerkracht. Er is sprake van warme overdracht. 3. Er wordt gebruikt gemaakt van een standaard overdrachtsformulier. Concrete voorbeelden van de aandachtspunten en hoe daaraan gewerkt gaat worden.

16 Persoonlijke leerdoelen Naam: Datum: Welke vaardigheden ga ik de komende periode ontwikkelen? Hoe ga ik dat doen? Wat doe en zeg ik als ik de vaardigheden beheers? Hoe ziet een ander dat ik deze vaardigheden beheers? De persoonlijke leerdoelen worden minimaal 3x tijdens het implementatietraject ingevuld en geëvalueerd.