De dollargevoeligheid van Belgische aandelen: een vergelijking voor versus na de invoering van de euro
|
|
- Jacobus Smets
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Tijdschrift voor Economie en Management Vol. L., 2, 2005 EINDVERHANDELINGEN De dollargevoeligheid van Belgische aandelen: een vergelijking voor versus na de invoering van de euro Peter VOET (KULeuven, Licentiaat TEW (2004)) Promotor: Prof. Nancy Huyghebaert Werkleider: Wim Celen Deze thesis handelt over de gevoeligheid van een aantal Belgische ondernemingen aan schommelingen in de dollarwisselkoers. Momenteel is de dollar goedkoper dan de euro. Een goedkope dollar zou ongunstig zijn voor Europese ondernemingen, dit aangezien de export vanuit de Verenigde Staten richting Europa relatief goedkoper wordt dan deze in omgekeerde richting. In theorie klinkt dit allemaal juist, maar is dit in de praktijk wel werkelijk zo? We onderzochten de gevoeligheid van de aandelenkoersen van een 19-tal Belgische bedrijven t.o.v. veranderingen in de dollarkoers, onder andere gebruik makende van een eenvoudige correlatietest. Daarnaast hebben we ook een regressiemodel opgesteld dat gebaseerd is op het Capital Asset Pricing Model van Adler en Dumas (1983) uitgebreid met de ondernemingsgrootte en de verhouding van de marktwaarde over de boekwaarde volgens Fama en French (1992). Tot slot namen we nog de internationale marktrisicopremie op in het model. De theorie De twee markten die deze thesis bestudeert, zijn enerzijds de wisselmarkt en anderzijds de aandelenmarkt. Het is vanzelfsprekend dat de eerste twee hoofdstukken van deze thesis aan deze markten gewijd zijn. Het eerste hoofdstuk geeft een overzicht van de verschillende concepten betreffende wisselkoersen. In dit hoofdstuk wordt ook duidelijk gemaakt wat wisselrisico inhoudt, en de motieven waarom een onderneming zich tegen wisselrisico zou kunnen beschermen. Wisselrisico kan invloed uitoefenen op de waarde van een onderneming indien naar de toekomstige cashflows gekeken wordt. Verder wordt het effect van de invoering van de euro op de internationale handel besproken; het wisselrisico zou nu wel eens kunnen verschuiven van Europese ondernemingen naar ondernemingen elders, die nu het wisselrisico opnemen. Het tweede hoofdstuk is gewijd aan de aandelenmarkt. Een eerste
2 onderwerp dat aangekaart wordt, is de marktefficiëntie. Het is van belang dat marktefficiënte behandeld wordt, aangezien deze weergeeft in welke mate nieuwe informatie weerspiegeld wordt in de aandelenkoers; dit houdt ook informatie betreffende de wisselkoers in. Een laatste punt dat behandeld wordt in dit hoofdstuk is de invloed van de invoering van de euro op de aandelenkoersen, dit laatste op basis van een paper die de invloed van de invoering van de euro nagaat op de Duitse DAX index. Het derde hoofdstuk gaat de confrontatie aan tussen de basiselementen van deze thesis. Er wordt nagegaan of het de wisselkoersen zijn die een invloed uitoefenen op de aandelenkoersen of omgekeerd. We geven een overzicht van de verschillende visies hierop; aan de hand van wat er in het verleden gepubliceerd werd rond dit onderwerp. Het laatste hoofdstuk van het theoretische deel leidt tot de specificatie van de statistische modellen dewelke gehanteerd worden bij de meting van de dollargevoeligheid van Belgische aandelen. De studie De empirische studie van deze thesis is opgebouwd uit drie delen. Een eerste deel is een eenvoudige correlatietest tussen de aandelenrendementen en de wijzigingen in de wisselkoers. In een tweede deel wordt een regressie getest in een model met alle ondernemingen samen, zowel voor als na de invoering van de euro. In het laatste deel wordt een regressiemodel uitgevoerd per onderneming afzonderlijk zowel voor als na de invoering van de euro. Correlatietest We bestudeerden de correlaties tussen de maandelijkse Belgische aandelenrendementen en de maandelijkse wijziging in de euro/dollarwisselkoers tussen 1 januari 1994 en 1 januari Een correlatiecoëfficiënt geeft weer in welke mate twee variabelen samen bewegen en varieert tussen +1 in geval van perfect positieve correlatie en -1 in geval van perfect negatieve correlatie. De termijn is opgesplitst in een periode vóór en na de invoering van de euro. Het resultaat wordt weergegeven in Tabel 1 (zie Bijlage). We stellen vast dat in de periode voor de invoering van de euro op basis van maandelijkse gegevens Dexia, KBC, Fortis, Deceuninck en Delhaize de 5 koplopers zijn, met allen een significant positieve correlatie. Deze positieve correlatie betekent dat indien de euro deprecieert ten opzichte van de Amerikaanse dollar, de aandelenrendementen in positieve zin evolueren. In de periode na de invoering van de euro zijn er slechts twee ondernemingen die een significante correlatie hebben. Het zijn Recticel met een correlatie van en Colruyt, waar de correlatie zelfs negatief is: Voor de invoering van de euro is voor alle ondernemingen samen de correlatie significant positief; deze bedraagt Na de invoering
3 van de euro bedraagt de correlatie , wat niet significant verschillend is van nul. Op basis van deze test kan dus geconcludeerd worden dat na de invoering van de euro de dollargevoeligheid van Belgische aandelen minder significant geworden is. Dit is een opmerkelijk resultaat gegeven de sterke depreciatie van de dollar gedurende de laatste jaren. Regressiemodel voor alle ondernemingen samen Een correlatietest is een eerder beperkte test daar deze geen rekening houdt met andere factoren die ook een invloed kunnen uitoefenen op aandelenrendementen. Daarom hebben we ook een multivariaat regressiemodel opgesteld waarin we de maandelijkse aandelenrendementen van de ondernemingen verklaren aan de hand van verscheidene andere variabelen naast de maandelijkse veranderingen in de wisselkoers. Een eerste additionele verklarende variabele die we in het model opnemen, is de aandelenbèta. Deze aandelenbèta geeft weer in welke mate het aandelenrendement gelijk evolueert met het rendement van de marktportfolio. We verwachten dat deze aandelenbèta een significante invloed zal uitoefenen op de aandelenrendementen aangezien aandelenrendementen voor een groot deel verklaard worden vanuit de evolutie van de markt. Daarnaast nemen we ook de grootte van de onderneming in het model op, waarvoor we de marktkapitalisatie als proxy gebruiken. We verwachten dat aandelenrendementen van kleine bedrijven te hoog zouden zijn gegeven enkel hun bèta. Daarentegen zouden rendementen van grote bedrijven te klein zijn. Door het opnemen van de ondernemingsgrootte wordt dit size-effect (Banz (1981)) tegengegaan. De marktwaarde ten opzichte van de boekwaarde dient ook in acht genomen te worden. We verwachten dat een lagere ratio gepaard gaat met hogere toekomstige rendementen (Fama en French (1992)), dit omdat bedrijven met slechte winstvooruitzichten volgens de beleggers op de markt, bijgevolg gekenmerkt door laag gewaardeerde aandelen en dus lage ratios, hoger verwachte aandelenrendementen hebben (Chan en Chen (1991)). Een volgende element waarmee we rekening houden is de internationale marktrisicopremie. Deze meet het excessrendement dat men zou bekomen door risicovrij te beleggen in de Verenigde Staten in plaats van risicovrij te beleggen in het land van de referentiemunt, zijnde België. Vanzelfsprekend wordt in het regressiemodel de maandelijkse verandering in de wisselkoers opgenomen. Het regressiemodel ziet er dan als volgt uit: Ln(Aandelenrendement) = R f + b 1t *Aandelenbèta + b 2t *Ln(Marktkapitalisatie) + b 3t *(Marktwaarde/boekwaarde) + Ln(Wisselrendement) + Ln(Internationale marktpremie) + Restterm Dit regressiemodel wordt geschat voor alle ondernemingen samen, in de periode voor en na de invoering van de euro. We vinden dat in de periode
4 voor de invoering van de euro, zijnde de periode 1 januari 1994 tot en met 31 december 1998, drie van de vijf verklarende variabelen statistisch significant gerelateerd zijn met de aandelenrendementen van de bestudeerde Belgische ondernemingen. De aandelenbèta oefent een positieve invloed uit op het aandelenrendement alsook de verhouding van de marktwaarde over de boekwaarde. De positieve invloed van de aandelenbèta op de aandelenrendementen strookt met de verwachting dat een onderneming met een hoog marktrisico een groter rendement dient te halen. Het is echter het geval dat de positieve invloed van de marktwaarde over de boekwaarde niet in lijn is met de verwachting dat ondernemingen met een lagere ratio, hoger verwachte rendementen zouden hebben. Het wisselrendement oefent een significant positieve invloed uit op de aandelenrendementen van de Belgische ondernemingen. Dit betekent dat in geval van een depreciatie van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar, de aandelenrendementen in positieve zin beïnvloed worden. Omgekeerd, in geval van een appreciatie van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar worden de aandelenrendementen in negatieve zin beïnvloed. In de periode na de invoering van de euro (1 januari 1999 tot en met 1 januari 2004) was gebruik makende van hetzelfde model nog slechts één verklarende variabele statistisch significant: de internationale marktrisicopremie, die een negatieve invloed uitoefent op de Belgische aandelenrendementen. Dit betekent dat indien het rendement behaald op een risicovrije belegging in de Verenigde Staten stijgt ten opzichte van een risicovrije belegging in België de Belgische aandelenrendementen in negatieve zin evolueren. Regressie per onderneming afzonderlijk Nu werd zowel voor als na de invoering van de euro per aandeel afzonderlijk het onderstaande model getest. Ln(Aandelenrendement) = R f + b 1t *Ln(Marktrisicopremie) + b 2t *Ln(Marktkapitalisatie) + b 3t *(Marktwaarde/boekwaarde) + Ln(Wisselrendement) + Ln(Internationale marktpremie) + Restterm Hier worden weinig significante resultaten gevonden; enkel de aandelenkoers van Recticel vertoont een significant verband met wisselkoerswijzigingen en dit tijdens de periode na de invoering van de euro. Conclusie In het algemeen kan gezegd worden dat voor de invoering van de euro een significant verband bestaat tussen de evolutie van de wisselkoers en het
5 rendementen van een steekproef van Belgische ondernemingen. Daarnaast zijn ook de aandelenbèta en de marktwaarde over de boekwaarde significant verklarende variabelen. In de periode na de invoering van de euro wordt nog slechts de internationale marktrisicopremie significant bevonden. BIJLAGE TABEL 1 Voor de invoering van de euro: de periode 1 januari 1994 t.e.m. 31 december 1998 Correlatie met dollarwisselkoers Significant op 5%- niveau Na de invoering van de euro: de periode 1 januari 1999 t.e.m. 1 januari 2004 Correlatie met dollarwisselkoers Significant op 5%- niveau Dexia 0,543 ja Recticel 0,261 ja KBC 0,485 ja GBL 0,201 nee Fortis 0,463 ja Umicore 0,087 nee Deceuninck 0,446 ja D'Ieteren 0,062 nee Delhaize 0,44 ja Telindus 0,034 nee Tessenderlo 0,413 ja Tessenderlo 0,024 nee UCB 0,394 ja Delhaize 0,016 nee Umicore 0,363 ja Fortis 0,015 nee GBL 0,361 ja CMB 0,013 nee Barco 0,33 ja Dexia -0,023 nee Solvay 0,291 ja KBC -0,046 nee Solvus 0,291 ja Solvus -0,093 nee Telindus 0,272 ja Deceuninck -0,113 nee Bekaert 0,263 ja Bekaert -0,122 nee D'Ieteren 0,26 ja UCB -0,142 nee CMB 0,228 nee Solvay -0,154 nee Electrabel 0,228 nee Electrabel -0,204 nee Colruyt 0,168 nee Colruyt -0,262 ja Recticel 0,096 nee Barco -0,73 nee Alle ondernemingen Alle ondernemingen samen 0,295 ja samen -0,021 nee
6 Regressie met alle ondernemingen samen: samenvatting van de resultaten Dependent Variable: Ln(Aandelenrendement) Method: Least Squares Sample: Included observations: 1086 Periode 1 januari 1994 tot en met 31 december 1998 Variable Coefficient Std. Error t-statistic Prob. R f Aandelenbèta Ln(Marktkapitalisatie) Marktwaarde / Boekwaarde Ln(Internationale marktpremie) Ln(Wisselrendement) R-squared Mean dependent var Adjusted R-squared S.D. dependent var S.E. of regression Akaike info criterion Sum squared resid Schwarz criterion Log likelihood F-statistic Durbin-Watson stat Prob(F-statistic) Dependent Variable: Ln(Aandelenrendement) Method: Least Squares Sample: Included observations: 1159 Periode 1 januari 1999 tot en met 1 januari 2004 Variable Coefficient Std. Error t-statistic Prob. R f Aandelenbèta Ln(Marktkapitalisatie) Marktwaarde / Boekwaarde Ln(Internationale marktpremie) Ln(Wisselrendement) R-squared Mean dependent var Adjusted R-squared S.D. dependent var S.E. of regression Akaike info criterion Sum squared resid Schwarz criterion Log likelihood F-statistic Durbin-Watson stat Prob(F-statistic)
7 Regressie per onderneming afzonderlijk: samenvatting per onderneming voor de invoering van de euro Onderneming Significante variabelen R² Globale significantie van het model aan de hand van de p-waarde van de F-statistiek Barco Ln(marktrisicopremie) Bekaert Ln(marktrisicopremie) Market-to-book CMB Ln(marktrisicopremie) Market-to-book Ln(Internationale marktpremie) Colruyt Ln(marktrisicopremie) Deceuninck Ln(marktrisicopremie) Delhaize Ln(marktrisicopremie) Dexia / D Ieteren Ln(marktrisicopremie) Electrabel / Fortis Ln(marktrisicopremie) GBL Ln(marktrisicopremie) KBC Ln(marktrisicopremie) Recticel Market-to-book Solvay Ln(marktrisicopremie) Ln(marktkapitalisatie) Solvus Ln(marktkapitalisatie) Telindus Ln(marktrisicopremie) Tessenderlo Ln(marktrisicopremie) UCB Ln(marktrisicopremie) Ln(internationale marktpremie) Umicore Ln(marktrisicopremie) Samenvatting per onderneming na de invoering van de euro Onderneming Significante variabelen R² Globale significantie van het model aan de hand van de p-waarde van de
8 F-statistiek Barco Ln(marktrisicopremie) Bekaert Ln(marktrisicopremie) Market-to-book CMB Ln(marktrisicopremie) Market-to-book Colruyt Ln(marktrisicopremie) Internationale marktpremie Deceuninck Ln(marktrisicopremie) Ln(internationale marktpremie) Delhaize Ln(marktrisicopremie) Dexia Ln(marktrisicopremie) D Ieteren Ln(marktrisicopremie) Electrabel Ln(marktrisicopremie) Ln(marktkapitalisatie) Ln(internationale marktpremie) Fortis Ln(marktkapitalisatie) GBL Ln(marktrisicopremie) KBC Ln(marktrisicopremie) Ln(marktkapitalisatie) Ln(internationale marktpremie) Recticel Wisselreturn Solvay Ln(marktrisicopremie) Ln(marktkapitalisatie) Solvus Ln(marktrisicopremie) Telindus Ln(marktrisicopremie) Tessenderlo Ln(marktrisicopremie) Ln(marktkapitalisatie) Ln(internationale marktpremie) UCB Ln(marktrisicopremie) Umicore Ln(marktrisicopremie) De invloed van de belastingen en de faillissementskosten op de looptijd en maturiteitsstructuur van de schulden: theorie en empirisch onderzoek Alexis VAN BAELEN (KULeuven, (2004)) Promotor: Prof. Dr. Linda Van de Gucht Werkleidster: Marie Dutordoir
9 In de verhandeling De invloed van de belastingen en de faillissementskosten op de looptijd en maturiteitsstructuur van de schulden wordt een licht geworpen op een relatief weinig onderzocht onderwerp. De looptijd en de daarmee samenhangende maturiteitsstructuur van schulden heeft altijd in de schaduw van de veel onderzochte kapitaalstructuur geleefd. Niet alleen omwille van deze reden maar tevens omwille van de praktische relevantie, heeft deze verhandeling de looptijd en maturiteitsstructuur beslissing onder de loep willen nemen. Bij een concrete financieringsbeslissing wordt niet alleen het bedrag maar tevens de looptijd van de schulden gekozen. Het blijft niet bij deze looptijdbeslissing. Een tweede beslissing dringt zich op namelijk, welke structuur de onderneming wil geven aan de looptijden. De onderneming moet beslissen of ze, bijvoorbeeld, een éénmalige langlopende schulduitgifte wil aangaan of eerder een sequentie van meerdere schulduitgiften van al dan niet dezelfde looptijd. Beide situaties kunnen dezelfde kapitaalstructuur en totale looptijd bepalen, doch verschillen beiden structureel en zullen aldus een invloed hebben op de waarde van de onderneming. De vraag naar de structuur van de schulden wordt de maturiteitsstructuur genoemd. Gezien het relatief weinig onderzochte karakter van het onderwerp, heeft de verhandeling niet de overmoedige ambitie gehad om een pasklare strategie te presenteren met dewelke een optimale looptijd en maturiteitsstructuur kan gekozen worden. Deze verhandeling heeft eerder een gefundeerd antwoord trachten te bieden op de vraag in welke mate fiscale en bankroet overwegingen met hun onderliggende determinanten, de maturiteitsstructuur en looptijd beslissing van Belgische ondernemingen beïnvloedt. Om deze vraag te beantwoorden, werd gekozen voor een empirische benadering waarin de uit de theoretische literatuur geëxtraheerde hypothesen worden getest. De theorie betreffende de invloed van de bankroet-belastingen afweging op de maturiteitsstructuur werd besproken aan de hand van Brick en Ravid (1985/1991). Deze artikelen analyseren de invloed van de termijnstructuur als onderliggende factor van de bankroet-belastingen afweging op de maturiteitsstructuur. De hypothese dat een éénmalige schulduitgifte optimaal is bij een voldoende steile termijnstructuur werd op basis van deze theorie vooropgesteld. Aangezien de maturiteitsstructuur van een onderneming empirisch moeilijk te testen is, werden de gevolgen van de gekozen maturiteitsstructuur op de looptijd van de schulden besproken. Hierbij werd de hypothese vooropgesteld dat ondernemingen in perioden met een voldoende steile termijnstructuur de voorkeur zouden moeten geven aan schulden met een langere looptijd (Guedes en Opler (1996)). In de verhandeling werd deze hypothese getest in een Belgische context. Uit het onderzoek is gebleken dat de termijnstructuur een significante invloed uitoefent op de looptijd van de schulden maar niet in de zin zoals men zou verwachten op basis van de theorie van Brick en Ravid (1985/1991). Ondernemingen lijken namelijk de voorkeur te geven aan schulden met een kortere looptijd naarmate de termijnstructuur steiler is. Deze conclusie wordt ook door ander onderzoek bevestigd (Guedes en Opler (1996) en Barclay en
10 Smith (1995)). Het verder uitdiepen van de invloed van de termijnstructuur op de maturiteitsstructuur lijkt dan ook noodzakelijk. De theorie met betrekking tot de invloed van de bankroet-belastingen afweging op de looptijd van de schulden komt vervolgens aan bod. De onderliggende determinanten van de bankroet-belastingen afweging die besproken worden, betreffen de belastingsvoet, de faillissementskosten (inclusief de faillissementskans), het activiteitenrisico en de schuldgraad van een onderneming. Voor elk van deze determinanten werden de gangbare theorieën besproken en empirisch getest. Uit het onderzoek is gebleken dat belastingen een negatieve invloed uitoefenen op de looptijd van de schulden. Dit resultaat kan verklaard worden aan de hand van Kane en Marcus en McDonald (1985). Met betrekking tot de faillissementskosten werd op basis van de theorie besloten dat er een negatief verband zou moeten bestaan tussen de faillissementskosten en de looptijd van de schulden. Het empirisch onderzoek kon deze conclusie niet bevestigen. De moeilijk te meten faillissementskosten lijken namelijk geen significante invloed uit te oefenen op de looptijd van de schulden. De faillissementskans echter, beïnvloedt de looptijd van de schulden wel significant maar niet op de wijze die men zou verwachten op basis van de bankroet-belastingen theorie. Uit ons onderzoek blijkt er namelijk een niet-monotoon verband te bestaan tussen de faillissementskans en de looptijd van de schulden. Het empirische resultaat lijkt de asymmetrische informatie theorie van Diamond (1991) te bevestigen. Wat betreft het activiteitenrisico komen we in de verhandeling tot het besluit dat er op basis van de bankroet-belastingen afweging een negatieve invloed zou moeten uitgaan van het activiteitenrisico op de looptijd van de schulden. Deze conclusie werd in ons onderzoek bevestigd. In tegenstelling tot het activiteitenrisico kan de bankroet-belastingen afweging geen verklaring bieden voor de negatieve invloed van de schuldgraad. Ook hier wordt de rol van de asymmetrische informatie theorie bevestigd. De rol van de asymmetrische informatie wordt verder bevestigd door de mogelijkheid tot het verschaffen van waarborgen. Uit het onderzoek blijkt namelijk dat er een positief verband bestaat tussen de mogelijkheid tot het verschaffen van waarborgen en de looptijd van de schulden. Uit de verhandeling blijken voornamelijk twee conclusies. Fiscale en faillissementsoverwegingen spelen een zekere rol bij de looptijd en maturiteitsstructuur beslissing maar niet op dominante wijze. Een tweede conclusie is dat de asymmetrische informatie theorie de empirische resultaten goed lijkt te verklaren. REFERENTIES Barclay M.J. and Smith C.W., 1995, The Maturity Structure of Corporate Debt, Journal of Finance 50, 2, , June Brick I.E. and Ravid S.A., 1985, On the Relevance of Debt Maturity Structure, Journal of Finance 40, 5, , December Brick I.E. and Ravid S.A., 1991, Interest Rate Uncertainty and the Optimal Debt Maturity Structure, Journal of Financial and Quantitative Analysis 26, 1, 63-81, March 1991.
11 Diamond D.W., 1991, Debt Maturity Structure and Liquidity Risk, Quarterly Journal of Economics 106, 3, , August Guedes J. and Opler T., 1996, The Determinants of the Maturity of Corporate Debt Issues, Journal of Finance 51, 5, , December Kane A., Marcus A.J. and McDonald R.L., 1985, How Big is the Tax Advantage to Debt?, Journal of Finance 39, 3, , July 1984.
Bijlage bij Meesterlijk gedrag. Leren van compareren., Rechtstreeks 2009/3
Bijlage bij Meesterlijk gedrag. Leren van compareren., Rechtstreeks 2009/3 Inleiding In de analyses vormen de uitkomsten van de comparities (schikking bereikt? Ervaren dwangschikking? Ervaren rechtvaardigheid)
Nadere informatieTechnische appendix bij DNBulletin Voor lagere werkloosheid is meer economische groei nodig. Variable Coefficient Std. Error t-statistic Prob.
Technische appendix bij DNBulletin Voor lagere werkloosheid is meer economische groei nodig Schatting Okun s law; Nederland, periode 1979-2017 Variabelen Afhankelijke variabele UD= jaar op jaarmutatie
Nadere informatieGoud als een veilige haven/hedge voor aandelen en obligaties
31-07-2009 2008/2009 Drs. Dion Bongaerts Semester 2 Bachelor Thesis Goud als een veilige haven/hedge voor aandelen en obligaties Remco Schonewille 0439401 1 1 Introductie De financiële markt is de laatste
Nadere informatieAlle Eieren in Eén Mand: Risicobeleving en Diversificatie van Nederlandse Beleggers
Alle Eieren in Eén Mand: Risicobeleving en Diversificatie van Nederlandse Beleggers Michiel van Hulzen Abstract Onderzocht wordt in hoeverre Nederlandse beleggers beschikken over een gediversificeerde
Nadere informatieReële karakteristieken van beleggingscategorieën
Reële karakteristieken van beleggingscategorieën Henk Hoek ORTEC Postbus 4074 3006 AB Rotterdam Max Euwelaan 78 Tel. +31 (0)10 498 6666 info@ortec.com www.ortec.com 6 november 2008 Inleiding: nominaal
Nadere informatieZijn dure beleggingsfondsen hun geld waard?
Faculteit der Economische wetenschappen Finance Begeleider Simon Lansdorp Jörquin Wirokarto 298083 Bachelorscriptie 2010 De Expense Ratio en het rendement: Zijn dure beleggingsfondsen hun geld waard? Samenvatting
Nadere informatieFinancieel Managment
2de bach HI Financieel Managment Examenvragen en oplossingen Q www.quickprinter.be uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen 138 3,00 Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be Pagina 1 van
Nadere informatieMasterclass: advanced statistics. Bianca de Greef Sander van Kuijk Afdeling KEMTA
Masterclass: advanced statistics Bianca de Greef Sander van Kuijk Afdeling KEMTA Inhoud Masterclass Deel 1 (theorie): Achtergrond regressie Deel 2 (voorbeeld): Keuzes Output Model Model Dependent variable
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag , uur.
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor TeMa (S95) op dinsdag 3-03-00, 9- uur. Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine en
Nadere informatieOplossingen hoofdstuk XI
Oplossingen hoofdstuk XI. Hierbij vind je de resultaten van het onderzoek naar de relatie tussen een leestest en een schoolrapport voor lezen. Deze gegevens hebben betrekking op een regressieanalyse bij
Nadere informatieRentegevoeligheid van Nederlandse pensioenfondsen
Rentegevoeligheid van Nederlandse pensioenfondsen Bachelorscriptie Economie en Bedrijfseconomie Erasmus School of Economics Erasmus Universiteit Rotterdam Naam: Martijn van Hien Examennummer: 357756 Begeleider:
Nadere informatie1 vorig = omzet voorgaande jaar. Forward (Criterion: Probability-of-F-to-enter <=,050) 2 bezoek = aantal bezoeken vertegenwoordiger
De groothandel Onderwerp: regressieanalyse met SPSS Bij: hoofdstuk 10 Een groothandel heeft onderzoek gedaan onder de klanten en daarbij geprobeerd met regressieanalyse vast te stellen wat de bepalende
Nadere informatielaboratory for industrial mathematics eindhoven Endinet Regressie-analyse Energiekamer
Endinet Regressie-analyse Energiekamer Laboratory for Industrial Mathematics Eindhoven Postbus 513 5600 MB Eindhoven tel.: 040 247 4875 fax: 040 244 2489 e-mail: lime@tue.nl WWW: http://www.lime.tue.nl
Nadere informatieHoofdstuk 14: Kapitaalstructuur in een perfecte markt.
Hoofdstuk 14: Kapitaalstructuur in een perfecte markt Bedrijven gebruiken bonden om investeringen te financieren of om fondsen te collecteren om schulden mee af te betalen Wat voor soort bonden zouden
Nadere informatieMarktwaarde per aandeel. Winst per aandeel (WPA)
Wat betekent k/boekwaarde (koers/boekwaarde)- of K/B-ratio? Een ratio die de marktwaarde van een aandeel vergelijkt met zijn boekwaarde. De ratio wordt berekend door de actuele slotkoers van het aandeel
Nadere informatieStrategie en resultaat
Strategie en resultaat Hoe goed zijn Nederlandse organisaties in het omzetten van strategie in resultaat? Het antwoord op die vraag krijgen, dat was het doel van het onderzoek van Yvonne Nijkamp Msc, dat
Nadere informatieVoorbeeld regressie-analyse
Voorbeeld regressie-analyse In dit voorbeeld wordt gebruik gemaakt van het SPSS data-bestand vb_regr.sav (dit bestand kan gedownload worden via de on-line helpdesk). We schatten een model waarin de afhankelijke
Nadere informatie2. Aandelen. Dossier. 2.1.1. Omschrijving. 2.1.2. Het rendement. Dividend. Koerswinst - koersverlies. Rendement
2. Aandelen 2.1. Enkele algemeenheden 2.1.1. Omschrijving Aandelen zijn risicokapitaal. Wie een aandeel koopt, is voor een klein deel mede-eigenaar van het bedrijf. De aandeelhouder profiteert mee wanneer
Nadere informatie9. Lineaire Regressie en Correlatie
9. Lineaire Regressie en Correlatie Lineaire verbanden In dit hoofdstuk worden methoden gepresenteerd waarmee je kwantitatieve respons variabelen (afhankelijk) en verklarende variabelen (onafhankelijk)
Nadere informatieBEDRIJFSECONOMISCHE WETENSCHAPPEN master in de toegepaste economische wetenschappen: accountancy en financiering
BEDRIJFSECONOMISCHE WETENSCHAPPEN master in de toegepaste economische wetenschappen: accountancy en financiering 2011 2012 Masterproef Private familiebedrijven en de keuze van financiering Promotor : Prof.
Nadere informatieZowel correlatie als regressie meten statistische samenhang Correlatie: geen oorzakelijk verband verondersteld: X Y
1 Regressie analyse Zowel correlatie als regressie meten statistische samenhang Correlatie: geen oorzakelijk verband verondersteld: X Y Regressie: wel een oorzakelijk verband verondersteld: X Y Voorbeeld
Nadere informatie11. Multipele Regressie en Correlatie
11. Multipele Regressie en Correlatie Meervoudig regressie model Nu gaan we kijken naar een relatie tussen een responsvariabele en meerdere verklarende variabelen. Een bivariate regressielijn ziet er in
Nadere informatieExamen G0N34 Statistiek
Naam: Richting: Examen G0N34 Statistiek 7 juni 2010 Enkele richtlijnen : Wie de vragen aanneemt en bekijkt, moet minstens 1 uur blijven zitten. Je mag gebruik maken van een rekenmachine, het formularium
Nadere informatieHOOFDSTUK 19: WISSELKOERS EN WISSELMARKT
1 HOOFDSTUK 19: WISSELKOERS EN WISSELMARKT 1. PRIJSVORMING OP DE WISSELMARKTEN 1.1. Enkele begrippen Wisselkoers = prijs van de buitenlandse munt, uitgedrukt in nationale munt bv. wisselkoers () van de
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op vrijdag , 9-12 uur.
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S95) op vrijdag 29-04-2004, 9-2 uur. Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine
Nadere informatieBEURSRATIO S BEURSRATIO S. marktwaardering van het aandeel is het aandeel duur? goedkoop? koopwaardig?
KDT Financiele analyse P.1 1 BEURSRATIO S KDT Financiele analyse P.1 BEURSRATIO S marktwaardering van het aandeel is het aandeel duur? goedkoop? koopwaardig? wie stelt belang in deze ratio s? - institutionele
Nadere informatieMeta-analyses naar de waarde van stedelijk openbaar groen
Meta-analyses naar de waarde van stedelijk openbaar groen Mark Koetse Luke Brander Waarde van openbaar groen Stelling: Openbaar groen staat onder druk in stedelijke gebieden; Expliciete waardering van
Nadere informatieBEURSRATIO S. marktwaardering van het aandeel. - institutionele beleggers - private belegger
KDT Financiele analyse P06.01 1 BEURSRATIO S KDT Financiele analyse P06.01 2 BEURSRATIO S marktwaardering van het aandeel is het aandeel duur? goedkoop? koopwaardig? wie stelt belang in deze ratio s? -
Nadere informatieCOMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Toezicht op financiële informatie en de markten voor financiële instrumenten
COMMISSIE VOOR HET BANK- EN FINANCIEWEZEN Toezicht op financiële informatie en de markten voor financiële instrumenten Studies en documenten : nr. 3 Maart 1998 Publicatie van specifiek voor beleggers bestemde
Nadere informatieFinanciële gevolgen na invoering diftar
Financiële gevolgen na invoering diftar Een analyse van de Apeldoornse afvalstoffenheffing Eindrapport 12 mei 2005 Dr. E. Dijkgraaf Drs. S.A. van der Geest Contact: Elbert Dijkgraaf SEOR-ECRi H 6-34 Erasmus
Nadere informatieAG Protect + Risk Control Europe 90 / 2. Lancering : 14 september tot en met 30 oktober 2015* *Behoudens vervroegde afsluiting
AG Protect + Risk Control Europe 90 / 2 Lancering : 14 september tot en met 30 oktober 2015* *Behoudens vervroegde afsluiting 1 21/08/2015 Waarom AG Protect + Risk Control Europe 90 / 2? Volgende reeks
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) In de afgelopen twintig jaar zijn patronen in rendementen van aandelen gevonden die niet vanuit de neo-klassieke economische theorie kunnen worden verklaard. Modellen als
Nadere informatieBUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012
BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012 Een vooruitblik op de schuld, de schuldenlastbetalingen in 2013-2045
Nadere informatieUnderstanding Illiquidity Premiums Better
Understanding Illiquidity Premiums Better In samenwerking met: prof. dr. Marc Francke (Ortec Finance, Universiteit van Amsterdam) Yumei Wang (Universiteit van Amsterdam) In opdracht van INREV. Patrick
Nadere informatiemlw stroom 2.1: Statistisch modelleren
mlw stroom 2.1: Statistisch modelleren College 5: Regressie en correlatie (2) Rosner 11.5-11.8 Arnold Kester Capaciteitsgroep Methodologie en Statistiek Universiteit Maastricht Postbus 616, 6200 MD Maastricht
Nadere informatie3de bach TEW KBM. Theorie. uickprinter Koningstraat Antwerpen ,00
3de bach TEW KBM Theorie Q www.quickprinter.be uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen 168 6,00 Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be BOEK 1: ENKELVOUDIGE EN MEERVOUDIGE REGRESSIE
Nadere informatieEXTRA RENDEMENTSEIS BIJ DE WAARDERING VAN MIDDELGROTE ONDERNEMINGEN
!"# $ %&'()()*+$ %&'()(,-. /,-- ) EXTRA RENDEMENTSEIS BIJ DE WAARDERING VAN MIDDELGROTE ONDERNEMINGEN Over het algemeen worden kleinere ondernemingen relatief lager gewaardeerd dan grotere ondernemingen
Nadere informatieNadere bepaling waarde GSM-spectrum
Amsterdam, 6 december 2006 In opdracht van Ministerie van Economische Zaken, DGET Nadere bepaling waarde GSM-spectrum Joost Poort Matthijs Gerritsen De wetenschap dat het goed is SEO Economisch Onderzoek
Nadere informatieEEN NADERE ANALYSE VAN DE RELATIES TUSSEN AANDELENRENDEMENTEN EN WINSTEN, DIVIDENDEN EN CASH-FLOWS. Gert Hegge en Rezaul Kabir
EEN NADERE ANALYSE VAN DE RELATIES TUSSEN AANDELENRENDEMENTEN EN WINSTEN, DIVIDENDEN EN CASH-FLOWS Gert Hegge en Rezaul Kabir Vakgroep Bedrijfseconomie Katholieke Universiteit Brabant Tilburg, april 1995
Nadere informatieExamen Statistische Modellen en Data-analyse. Derde Bachelor Wiskunde. 14 januari 2008
Examen Statistische Modellen en Data-analyse Derde Bachelor Wiskunde 14 januari 2008 Vraag 1 1. Stel dat ɛ N 3 (0, σ 2 I 3 ) en dat Y 0 N(0, σ 2 0) onafhankelijk is van ɛ = (ɛ 1, ɛ 2, ɛ 3 ). Definieer
Nadere informatieBelgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie
Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie 11 januari 2006 BEPALING VAN DE WACC VOOR 2006 Opgesteld door het BIPT in samenwerking met Bureau van Dijk Management Consultants blanco pagina
Nadere informatieNieuwe inzichten voor ALM analyse naar aanleiding van de krediet crisis
Nieuwe inzichten voor ALM analyse naar aanleiding van de krediet crisis Peter Vlaar Hoofd ALM modellering APG VBA ALM congres 5 november 2009 Agenda Karakteristieken van de kredietcrisis? Hoe kunnen we
Nadere informatieMeervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden
Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd
Nadere informatieClassification - Prediction
Classification - Prediction Tot hiertoe: vooral classification Naive Bayes k-nearest Neighbours... Op basis van predictor variabelen X 1, X 2,..., X p klasse Y (= discreet) proberen te bepalen. Training
Nadere informatieT T A M. Vandaag lijken aandelen volgens TreeTop Asset Management absoluut en relatief goedkoop.
T T A M Een vermogen 249 keer verhogen sinds 1900 Ondanks twee wereldconflicten en de grote crisis van de jaren dertig, verhoogde de reële waarde (na inflatie) van een globale aandelenportefeuille 249
Nadere informatieStudie: verklaart de groei en de waardering van de vrije kasstroom waarom smallcaps en midcaps beter presteren dan blue chips op de lange termijn?
Studie: verklaart de groei en de waardering van de vrije kasstroom waarom smallcaps en midcaps beter presteren dan blue chips op de lange termijn? In deze uiteenzetting gaan we op zoek naar een verklaring
Nadere informatie1 november 2011 Examenhal (18:30 21:30)
Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen Naam: Studentnummer: Tentamen Financiering voor Vastgoedkunde Antwoordsuggesties 1 november 2011 Examenhal (18:30 21:30) Omcirkel het meest juiste antwoord bij de Multiple
Nadere informatieHoofdstuk 8: Multipele regressie Vragen
Hoofdstuk 8: Multipele regressie Vragen 1. Wat is het verschil tussen de pearson correlatie en de multipele correlatie R? 2. Voor twee modellen berekenen we de adjusted R2 : Model 1 heeft een adjusted
Nadere informatieStrategy Background Papers
november 2013 Beleggen in vastgoed Huurder of eigenaar, iedereen krijgt in het dagelijkse leven te maken met vastgoed. De meeste eigenaars van een huis zien hun woning meer als een vorm van comfort dan
Nadere informatieHoofdstuk 10: Kapitaalmarkten en de prijs van risico
Hoofdstuk 10: Kapitaalmarkten en de prijs van risico In dit hoofdstuk wordt een theorie ontwikkeld die de relatie tussen het gemiddelde rendement en de variabiliteit van rendementen uitlegt en daarbij
Nadere informatieHet bepalen van de risicopremie voor aandelen: theorie en praktijk
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2013 2014 Het bepalen van de risicopremie voor aandelen: theorie en praktijk Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van
Nadere informatieCursus TEO: Theorie en Empirisch Onderzoek. Practicum 2: Herhaling BIS 11 februari 2015
Cursus TEO: Theorie en Empirisch Onderzoek Practicum 2: Herhaling BIS 11 februari 2015 Centrale tendentie Centrale tendentie wordt meestal afgemeten aan twee maten: Mediaan: de middelste waarneming, 50%
Nadere informatieOefenopgaven Hoofdstuk 7
Oefenopgaven Hoofdstuk 7 Opgave 1 Rendement Een beleggingsadviseur heeft de keuze uit de volgende twee beleggingsportefeuilles: Portefeuille a Portefeuille b Verwacht rendement 12% 12% Variantie 8% 10%
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor T (2S070) op vrijdag 8 oktober 1999, uur De u
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor T (2S070) op vrijdag 8 oktober 1999, 14.00-17.00 uur De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd
Nadere informatieEnkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden
Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd
Nadere informatieOpgave 1: (zowel 2DM40 als 2S390)
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Biostatistiek voor BMT (DM4 en S39) op donderdag, 4.-7. uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine
Nadere informatieGrote investeringen, grote winsten? Roland de Bruijn en Dirk Korbee
Grote investeringen, grote winsten? Roland de Bruijn en Dirk Korbee Het Financieel Dagblad stond er een tijd geleden vol mee, met bedrijven die enorme investeringen doen. Miljarden guldens worden betaald
Nadere informatieDe evolutie in verkeersveiligheid op autosnelwegen beschreven aan de hand van blootstelling en risico
De evolutie in verkeersveiligheid op autosnelwegen beschreven aan de hand van blootstelling en risico Elke Hermans Geert Wets Filip Van den Bossche Instituut voor Mobiliteit Universiteit Hasselt Het algemene
Nadere informatie4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau
4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit
Nadere informatieBachelorscriptie bedrijfseconomie variant organisatie-economie
1 Bachelorscriptie bedrijfseconomie variant organisatie-economie Scriptiebegeleidster: mw. dr. M.T. Brouwer 2010-2011 Welke kenmerken van een goed doel bepalen de hoogte van het salaris van de topbestuurder?
Nadere informatieData analyse Inleiding statistiek
Data analyse Inleiding statistiek Terugblik - Inductieve statistiek Afleiden van eigenschappen van een populatie op basis van een beperkt aantal metingen (steekproef) Kennis gemaakt met kans & kansverdelingen
Nadere informatieOpties. Brochure bestemd voor particuliere beleggers INTERMEDIATE. Member of the KBC group
Brochure bestemd voor particuliere beleggers Gepubliceerd door KBC Securities in samen werking met Euronext. p. 2 Index 1. Inleiding 3 2. Valutaopties 4 Twee valutaoptiecontracten 4 Waarom valutaopties
Nadere informatieInhoud. Data. Analyse van tijd tot event data: van Edward Kaplan & Paul Meier tot David Cox
van tijd tot event data: van Edward Kaplan & Paul Meier tot David Cox Bram Ramaekers Bianca de Greef KEMTA Masterclass Inhoud Data Kaplan-Meier curve Hazard rate Log-rank test Hazard ratio Cox regressie
Nadere informatieTentamen Biostatistiek 1 voor BMT (2DM40), op maandag 5 januari 2009 14.00-17.00 uur
Faculteit der Wiskunde en Informatica Tentamen Biostatistiek voor BMT (2DM4), op maandag 5 januari 29 4.-7. uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine en van een onbeschreven
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor TeMa (S95) Avondopleiding. donderdag 6-6-3, 9.-. uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine
Nadere informatieDe looptijd van een obligatie is bekend van bij de aanvang (met uitzondering van eeuwigdurende obligaties).
Obligatie Verklarende fiche Wat is een obligatie? Een obligatie is een verhandelbaar schuldeffect. Een obligatie kopen komt er dus op neer geld uit te lenen aan de instelling (een Staat of een bedrijf)
Nadere informatieDe invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention
De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention Samenvatting Wesley Brandes MSc Introductie Het succes van CRM is volgens Bauer, Grether en Leach (2002) afhankelijk van
Nadere informatieEIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I. 30 januari 2009
EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I 30 januari 2009 - Dit tentamen bestaat uit vier opgaven onderverdeeld in totaal 2 subvragen. - Geef bij het beantwoorden van de vragen een zo volledig mogelijk antwoord.
Nadere informatieWoordenlijst Active Return: Verschil tussen het rendement van het fonds en van de referte-index. Alpha: Indicator die de bijdrage van de beheerder tegenover de referte-index aangeeft, rekening houdend
Nadere informatieRendement in een laagrentende omgeving
Rendement in een laagrentende omgeving FIN bijeenkomst, 9 april 2015 Hendrik Zonnenberg (Multifund B.V.) Inhoud Lage verwachte lange termijn rendementen 3 Implicaties laag renderende omgeving 6 Impact
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieOpties. Brochure bestemd voor particuliere beleggers INTERMEDIATE. Een onderneming van de KBC-groep
Brochure bestemd voor particuliere beleggers Gepubliceerd door KBC Securities in samen werking met Euronext. p. 2 Index 1. Inleiding 3 2. Valutaopties 4 Drie valutaoptiecontracten 4 Waarom valutaopties
Nadere informatieBusiness is about Good to Great Investing is about Great to Good (and Cheap!)
Leren van s werelds beste Beleggers als Buffett, Greenblatt, O Shaughnessy en veel méér. Meer weten? Schrijf je nù in voor de volledige Masterclass op www.lennartremeijsen.nl Diepgaande kennis en unieke
Nadere informatieReken maar! t.b.v. training CFP-examen (FPSB-Nederland) Donald van As
Reken maar! t.b.v. training CFP-examen (FPSB-Nederland) Donald van As 10-12-2009 Geld (uit)lenen Typen leningen / hypotheken Annuïteitenlening: afl. + rente = constant Lineaire lening: afl. = constant
Nadere informatieTentamen Biostatistiek 2 voor BMT (2DM50), op dinsdag 5 april 2011 9.00-12.00 uur
Faculteit der Wiskunde en Informatica Tentamen Biostatistiek 2 voor BMT (2DM50), op dinsdag 5 april 2011 9.00-12.00 uur Bij het tentamen mag alleen gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine. Het gebruik
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag ,
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S95) op dinsdag 5-03-2005, 9.00-22.00 uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine
Nadere informatieGLOBAL ANALYZER HANDLEIDING
HANDLEIDING GLOBAL ANALYZER RAPPORTS 1 Het Identificatie blok 1 Het Diagnose blok 1 Het Conclusies blok 1 Het bedrijfsprofiel 2 De verschillende Onderdelen 2 DE WAARDERING 2 Koop laag, verkoop hoog! 2
Nadere informatieERASMUS UNIVERSITY ROTTERDAM Erasmus School of Economics Department of Economics
OP WELKE WIJZE KAN DE HOGE LEEGSTAND VAN KANTOREN IN NEDERLAND WORDEN OPGELOST? ERASMUS UNIVERSITY ROTTERDAM Erasmus School of Economics Department of Economics Supervisor: Dr. B.S.Y. Crutzen Name: Elyas
Nadere informatieRobuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid
Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid Dr.ir. P.W. Heijnen Faculteit Techniek, Bestuur en Management Technische Universiteit Delft 6 mei 2010 1 1 Introductie De Energiekamer
Nadere informatieStichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg Beleggingsplan 2011
Stichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg Beleggingsplan 2011 April 2011 ING Investment Management / ICS Inleiding Jaarlijks stelt het Bestuur van de Stichting Pensioenfonds Huntsman Rozenburg (Huntsman)
Nadere informatieSamenvatting goodwill en waardecreatie van overnames
Samenvatting goodwill en waardecreatie van overnames Dit proefschrift gaat over goodwill als maatstaf voor waardecreatie. Een aantal jaren geleden heeft zich in de Verenigde Staten van Amerika (hierna
Nadere informatieDe gemiddelde vermogenskosten en optimale vermogensstructuur
Hoofdstuk 5 De gemiddelde vermogenskosten en optimale vermogensstructuur 5.1 Inleiding In de vorige hoofdstukken hebben we het vreemd vermogen en het eigen vermogen van een onderneming besproken. De partijen
Nadere informatieMeervoudige lineaire regressie
Meervoudige lineaire regressie Inleiding In dit hoofdstuk dat aansluit op hoofdstuk II- (deel 2) wordt uitgelegd hoe een meervoudige regressieanalyse uitgevoerd kan worden met behulp van SPSS. Aan de hand
Nadere informatie2
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 WOORDENLIJST A Active Return: Verschil tussen het rendement van het fonds en van de referte-index. Alpha: Indicator
Nadere informatie2
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 WOORDENLIJST A Active Return: Verschil tussen het rendement van het fonds en van de referte-index. Alpha: Indicator die de bijdrage van de beheerder tegenover de referte-index
Nadere informatie2
2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 WOORDENLIJST A Active Return: Verschil tussen het rendement van het fonds en van de referte-index. Alpha: Indicator
Nadere informatiePortefeuillekeuze voor lange-termijn beleggers met liquiditeitsrisico's. Joost Driessen 26 maart 2013
Portefeuillekeuze voor lange-termijn beleggers met liquiditeitsrisico's Joost Driessen 26 maart 2013 Illiquide assets voor lange-termijn beleggers? David Swensen, CIO Yale endowment: "Accepting illiquidity
Nadere informatieTentamen Biostatistiek 1 voor BMT (2DM40) woensdag 28 oktober 2009, 9.00-12.00 uur
Faculteit der Wiskunde en Informatica Tentamen Biostatistiek voor BMT (DM4) woensdag 8 oktober 9, 9.-. uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine en van een onbeschreven Statistisch
Nadere informatieDe meest frequente Engelse waarderingstermen toegelicht
De meest frequente Engelse waarderingstermen toegelicht In publicaties betreffende waarderingen van ondernemingen worden we vaak geconfronteerd met diverse Engelse termen, al dan niet eenvoudig te plaatsen
Nadere informatieEquitisation and Stock-Market Development
Samenvatting In deze dissertatie worden twee belangrijke vraagstukken met betrekking tot het proces van economische hervorming in Vietnam behandeld, te weten de Vietnamese variant van privatisering (equitisation)
Nadere informatieBachelor scriptie ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM ERASMUS SCHOOL OF ECONOMICS. BSc Economie en Bedrijfseconomie
ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM ERASMUS SCHOOL OF ECONOMICS BSc Economie en Bedrijfseconomie Bachelor scriptie Abnormale rendementen in Nederland en Duitsland na fusies en overnames Samenvatting In dit
Nadere informatieFinancieel Managment
2de bach HI Financieel Managment Prof. Engelen Q www.quickprinter.be uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen 1 142 2,70 Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be 2 Samenvatting financieel
Nadere informatievragenlijsten. Er werd geen verschil gevonden tussen de twee groepen wat betreft het verloop in de tijd van de interveniërende variabelen
Samenvatting Samenvatting De toenemende vraag naar totale heuparthroplastieken (THA) en totale kniearthroplastieken (TKA) leidt tot groeiende wachtlijsten. Om dit probleem het hoofd te bieden hebben veel
Nadere informatieAuteur: Buket Sahin (s ) University of Twente P.O. Box 217, 7500AE Enschede The Netherlands.
De toepasbaarheid van de static trade-off theorie en de pecking order theorie op de vermogensstructuur van beursgenoteerde ondernemingen in de Benelux. Auteur: Buket Sahin (s1248480) University of Twente
Nadere informatieRobuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid
Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid Dr.ir. P.W. Heijnen Faculteit Techniek, Bestuur en Management Technische Universiteit Delft 22 april 2010 1 1 Introductie De
Nadere informatieShortselling en aandelenrendementen 1
Shortselling en aandelenrendementen 1 DIRK F. GERRITSEN a,*, RUBEN VERDOORN b a Utrecht University School of Economics, Utrecht University, Utrecht, The Netherlands b Rotterdam School of Management, Erasmus
Nadere informatieCollege 3 Meervoudige Lineaire Regressie
College 3 Meervoudige Lineaire Regressie - Leary: Hoofdstuk 8 p. 165-169 - MM&C: Hoofdstuk 11 - Aanvullende tekst 3 (alinea 2) Jolien Pas ECO 2012-2013 'Computerprogramma voorspelt Top 40-hits Bron: http://www.nu.nl/internet/2696133/computerprogramma-voorspelt-top-40-hits.html
Nadere informatieG0N11C Statistiek & data-analyse Project tweede zittijd
G0N11C Statistiek & data-analyse Project tweede zittijd 2014-2015 Naam : Raimondi Michael Studierichting : Biologie Gebruik deze Word-template om een antwoord te geven op onderstaande onderzoeksvragen.
Nadere informatie