Heupklachten. Prof. Sita Bierma-Zeinstra Hoogleraar Artrose en gerelateerde aandoeningen

Transcriptie

1 Heupklachten Prof. Sita Bierma-Zeinstra Hoogleraar Artrose en gerelateerde aandoeningen Dept of General Practice / Dept of Orthopedics Erasmus MC University Medical Center Rotterdam

2 Heupklachten

3 Prevalentie heupklachten In open populatie 10% (UK) 9% (Nederland) - Mannen: 6% - Vrouwen: 12% jaar: 5% jaar:11% 65+ jaar: 16% Birrell, Ann Rheum Dis 2005; Picavet en Schouten, Pain 2003

4 Prevalentie heupklachten bij huisarts en fysiotherapeut Jaarprevalentie per 1000 ingeschreven pt 3,1% komt voor heupklachten NIVEL, Utrecht

5 Te onderscheiden heupaandoeningen Artrose Femoroacetabulair impingement Tendinitis (bursitis) Fractuur Kopnecrose Bottumor (primair of metastase)

6 Heupartrose

7 Beloop heupartrose 1 e lijn over 2 jaar Nieuwe heup na rö-foto: Na 3 jaar 12% Na 6 jaar 22% Verkleij, Ann Rheum Dis 2012; Lievense, Arthr Rheum 2007

8 Behandeling heupartrose Richtlijnen: knie en heupartrose Relatief weinig evidence voor conservatieve behandeling bij heupartrose - OARSI richtlijn (2014): alleen knie artrose - EULAR richtlijn (2013): knie en heup, maar meer onderzoek heup OA - ACR richtlijn (2012): heup, knie en hand Core treatment: Educatie, Lifestyle, Oefentherapie, Afvallen bij overgewicht Paracetamol, NSAID (oraal en topicaal), Intra-articulaire injecties (Opioiden, Duloxetine, HA injecties)

9 Oefentherapie Cochrane review, Fransen et al, 2014 Direct post treatment en 3-6 mnd follow-up effect size bijna 0.4

10 IA corticosteroid injecties heup (echo of fluorscopisch) 1 Injectie Hyaluronzuur Injectie Saline (placebo) Usual care Corticosteroid injectie Atchia, et al. Ann Rheum Dis Injectie Saline (placebo) Injectie Cortcosteroid Injectie hyaluronzuur Qvistgaard, et al. O&C Responder WOMAC20 pain: NNT= 2.2 Injectie Saline (placebo) Injectie Cortcosteroid Lambert et al, Arthritis Rheum 2007

11 Tendinitis Tendinitis/bursitis Beloop trochantaire pijnsyndroom: Na 1 jaar 64% klachtenvrij Na 5 jaar 71% klachtenvrij Lievense et al. Br J Gen Pract, 2005

12 Behandeling trochantair pijn syndroom (1) Evidence voor behandeling zeer gering Zoekactie 2010 (Brinks, PhD thesis, 2011): 4 RCTs, 3 RCTs data RCTs: Cohen et al. (BMJ, 2009): low risk of bias Blinde CS injectie vs Fluoroscpisch beleide CS injectie in bursa Korte termijn: Geen verschil

13 Behandeling trochantair pijn syndroom (2) Rompe (Am J Sports Medicine, 2009): moderate risk of bias Thuisoefeningen vs CS injectie vs shockwave Korte termijn (4 mnd): CS > thuisoefeningen, shockwave Lange termijn (15 mnd): Thuisoefeningen, shockwave > CS Brinks (Ann Fam Med, 2010): weinig risk of bias CS injectie vs Usual Care huisarts Korte termijn (3 mnd): CS > usual care (NNT=4) Lange termijn (12 mnd): geen verschil

14 Femoroacetabulair impingement Beloop tav artrose na 5 jaar (45-60 jarigen): CAM: PPV 25% CAM + endorotatie beperking: PVV 52% PINCER: niet predictief Agricola et al. Ann Rheum Dis 2013 Agricola et al. O&C 2013 Tijdens THP operaties: CAM laesies bij 50% van THPs Palmer et al. Bone Joint Res 2014

15 Femoroacetabulaire CAM impingement Beloop van CAM deformiteit (alpha hoek, afgevlakte nek, verdikking in de nek): Jeugdvoetballers jaar (n=64) Toename afgevlakte nek jarigen: Baseline:13,6% Follow-up: 50% Toename verdikking Bij open groeischijf: Baseline: 7% Follow-up 22.2% Agricola et al. Am J Sports Med 2014

16 Behandeling femoroacetabulair impingement 2 RCT(s) gaande Chirurgisch re-contouren van botabnormaliteiten VS Oefentherapie (spierversterking gluteus/abductoren) en vermijden van activiteiten met veel flexie/abductie in combinatie met endorotatie Palmer et al. Bone Joint Res 2014 Chirurgisch re-contouren van botabnormaliteiten + postoperatieve fysiotherapie (educatie, mobilisatiie, oefentherapie) VS Chirurgisch re-contouren van botabnormaliteiten Bennell et al. BMC Musculoskeletal Disorders 2014

17 Take home Over het algemeen weinig evidence voor behandelingen van heupklachten Voor heupartrose echter wel solide evidence: oefentherapie: kleine tot matige effecten corticosteroid injecties: matige tot grote effecten (kort)