Juridisch secretariaat 3 JURIDISCH SECRETARIAAT 3 (CSE08.3/CREBO:50179)

Transcriptie

1 JURIDISCH SECRETARIAAT 3 (CSE08.3/CREBO:50179)

2 sd.cse08.3.v1 ECABO, Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen of gepubliceerd in enige vorm of wijze, hetzij elektronisch, kopieertechnisch, druktechnisch of fotografisch, zonder voorafgaande toestemming van ECABO. Correspondentie met betrekking tot overneming of reproductie: ECABO Postbus BE AMERSFOORT

3 INHOUD Normeringsmodel met taxonomiecodes 1 2

4 Normeringsmodel met taxonomiecodes Deelkwalificatie Nr. Eindterm Taxonomiecode Waarde per eindterm 1. De kandidaat kan rechtsmiddelen en procedures uit het burgerlijk procesrecht omschrijven. 2. De kandidaat kan de belangrijkste procedures en begrippen uit het strafprocesrecht omschrijven. 3. De kandidaat kan de belangrijkste procedures en instrumenten uit het administratief procesrecht omschrijven. 4. De kandidaat kan omschrijven op welke wijze de rechtsbescherming tegen overheidsbesluiten geregeld is. 5. De kandidaat kan een omschrijving geven van de organisatie van de rechterlijke macht in Nederland. 6. De kandidaat kan de regels voor absolute en relatieve competentie omschrijven. 7. De kandidaat kan de wijze waarop de rechtshulp in Nederland georganiseerd is beschrijven. F 12 F 11 F 11 F 10 F 11 F 8 F De kandidaat kan de positie en de taken van de advocatuur omschrijven. F 9 9. De kandidaat kan de positie en de taken van het notariaat omschrijven. F De kandidaat kan de positie en taken van de deurwaarder omschrijven. F

5 2

6 EINDTERM: 1. De kandidaat kan rechtsmiddelen en procedures uit het burgerlijk procesrecht omschrijven. Waarde: 12 punten 1.1 Omschrijven - procedures uit het burgerlijk procesrecht. de rechtbankprocedure - de hoofdbeginselen van het burgerlijk procesrecht - de relevante begrippen - een schematische weergave van het procesverloop. de kantongerechtsprocedure - de relevante begrippen - het procesverloop. de rekestprocedure - de relevante begrippen. het kort geding - de relevante kenmerken. arbitrage - de relevante kenmerken - rechtsmiddelen uit het burgerlijk procesrecht - de gewone rechtsmiddelen - de buitengewone rechtsmiddelen 3

7 EINDTERM: 2. De kandidaat kan de belangrijkste procedures en begrippen uit het strafprocesrecht omschrijven. Waarde: 11 punten 2.1 Omschrijven - begrippen uit het strafprocesrecht - de onderdelen van het strafproces (opsporing, vervolging, terechtzitting en uitspraak) en de relevante begrippen bij elk van deze onderdelen - procedures uit het strafprocesrecht - de standaard procedure voor de arrondissementsrechtbank - de gewone rechtsmiddelen (bezwaarschrift, verzet, hoger beroep en cassatie) 4

8 EINDTERM: 3 De kandidaat kan de belangrijkste procedures en instrumenten uit het administratief procesrecht omschrijven. Waarde: 11 punten 3.1 Omschrijven procedures en instrumenten uit het administratief procesrecht - het doel van een bestuursrechtelijke procedure - de kenmerken (actieve rechter, geen verplichte rechtsbijstand, kostenregeling) - de drie soorten (bezwaarschriftprocedure, administratieve beroepsprocedure en administratieve rechtspraak) - twee bijzondere procedures:. het verzoek om een voorlopige voorziening. versnelde behandeling 5

9 EINDTERM: 4. De kandidaat kan omschrijven op welke wijze de rechtsbescherming tegen overheidsbesluiten geregeld is. Waarde: 10 punten 4.1 Omschrijven vormen van repressieve rechtsbescherming - bezwaar - administratief beroep - administratieve rechtspraak - relevante begrippen - onderscheiden naar de beroepsinstantie, de aard van de toetsing en de soort uitkomst - t.a.v. administratieve rechtspraak:. kenmerken van het algemeen beroep (Awb-beroep). kenmerken van beroep op een andere administratieve rechter. drie van deze andere administratieve rechters. de rol van de gewone rechter - de rol van de Nationale Ombudsman 6

10 EINDTERM: 5. De kandidaat kan een omschrijving geven van de organisatie van de rechterlijke macht in Nederland. Waarde: 11 punten 5.1 Omschrijven de organisatie van de rechterlijke macht in Nederland - de verschillende soorten rechters en rechterlijke colleges - de taken van deze rechters - de taken van het OM in strafzaken - de opbouw van het OM - de taken van de griffie 7

11 EINDTERM: 6. De kandidaat kan de regels voor absolute en relatieve competentie omschrijven. Waarde: 8 punten 6.1 Omschrijven de regels voor absolute en relatieve competentie in burgerlijke zaken, in strafzaken en in bestuursrechtelijke zaken - met vermelding van hoofdregels en uitzonderingen inclusief de situaties bij verzet, hoger beroep en cassatie 8

12 EINDTERM: 7. De kandidaat kan de wijze waarop de rechtshulp in Nederland georganiseerd is beschrijven. Waarde: 10 punten 7.1 Omschrijven de organisatie van de rechtshulp in Nederland - de instanties/instellingen alsmede de doelgroep(en) waarop deze zich richten en de wijze waarop deze instanties/instellingen gestalte geven aan de rechtshulp, bijvoorbeeld:. bureau voor rechtshulp. vakbond (rechtskundige dienst). consumentenorganisaties. rechts- of wetswinkel. geschillencommissies. assuradeuren. arbitrage. sociale raadslieden 9

13 EINDTERM: 8. De kandidaat kan de positie en de taken van de advocatuur omschrijven. Waarde: 9 punten 8.1 Omschrijven - de positie van de advocatuur in de Nederlandse rechtsorde - met inbegrip van de volgende aspecten:. de Nederlandse orde van advocaten. de algemene raad en deken. de orde van advocaten in een arrondissement. de tuchtrechtspraak - de taken van de advocaat - met inbegrip van:. de begrippen tableau, stagiair en patroon. de bevoegdheden en verplichtingen van advocaat en procureur 10

14 EINDTERM: 9. De kandidaat kan de positie en de taken van het notariaat omschrijven. Waarde: 9 punten 9.1 Omschrijven - de positie van het notariaat - met inbegrip van de volgende aspecten:. benoeming en ontslag van een notaris. standplaats. Koninklijke Notariële Broederschap. Kamer van Toezicht - de taken van de notaris - bevoegdheden en verplichtingen van notaris en kandidaat-notaris - met inbegrip van:. authentieke akte + voorbeelden hiervan. de begrippen: minuut, grosse, afschrift, zegel. relevante begrippen uit het. personen- en familierecht. erfrecht. goederenrecht 11

15 EINDTERM: 10. De kandidaat kan de positie en taken van de deurwaarder omschrijven. Waarde: 9 punten 10.1 Omschrijven - de positie van de deurwaarder - de volgende aspecten:. standplaats en bevoegdheid. benoeming en ontslag. kandidaat deurwaarder. waarnemend deurwaarder - de taken van de deurwaarder - ambtshandelingen - wettelijke werkzaamheden - overige werkzaamhheden (niet-ambtswerkzaamheden) - relevante begrippen uit de deurwaarderspraktijk 12