KWALITEITSONDERZOEK MBO. ROC Landstede te Zwolle. Recreatiedieren (Ondernemer/manager recreatiedieren), locatie Raalte

Transcriptie

1 KWALITEITSONDERZOEK MBO ROC Landstede te Zwolle Recreatiedieren (Ondernemer/manager recreatiedieren), locatie Raalte Februari 2014

2 BRIN: 01AA Onderzoeksnummer: Onderzoek uitgevoerd in: November 2013 Conceptrapport verzonden op: 19 december 2013 Rapport vastgesteld te Utrecht op: 5 februari 2014

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding Conclusie en vervolgtoezicht Conclusie Resultaten van het onderzoek Oordeel Ondernemer/manager recreatiedieren... 5 Bijlagen... 9 Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden... 9 Bijlage II Overzicht bc-id Bijlage III Beoordeling aspecten en indicatoren opleiding Ondernemer/ manager recreatiedieren... 12

4

5 1 Inleiding De Inspectie van het Onderwijs voerde in november 2013 een kwaliteitsonderzoek uit bij ROC Landstede. Dit onderzoek had betrekking op het middelbaar beroepsonderwijs. De aanleiding voor dit kwaliteitsonderzoek is het volgende. In het onderzoek naar de Staat van de instelling, waarvan het rapport op 11 juli 2012 is vastgesteld, hebben we bij het vervolgtoezicht bepaald dat we bij twee aselect geselecteerde opleidingen een kwaliteitsonderzoek uitvoeren om te bepalen of de geconstateerde risico s over de gehele breedte van de instelling opgepakt zijn en om vast te stellen of er nog steeds sprake is van tekortkomingen. Eén van deze opleidingen is de opleiding Ondernemer/manager recreatiedieren, crebo en Dit onderzoek richtte zich op het onderwijsproces, de examinering en diplomering, de opbrengsten, de kwaliteitsborging en de naleving van wettelijke vereisten. De volgende opleiding is onderzocht: Gebied Opbrengsten Gebied Onderwijsproces, Kwaliteitsborging en Wettelijke vereisten Bc /97730, Recreatiedieren (Ondernemer /manager recreatiedieren Gebied Examinering en diplomering 97730, Recreatiedieren (Ondernemer/manager recreatiedieren Leerweg, niveau, locatie leerweg bol, niveau 4, locatie Zwolsestraat te Raalte De informatie over de opleiding die bij de inspectie aanwezig is, zoals opbrengstgegevens, uitkomsten tevredenheidonderzoek en signalen is geanalyseerd en is aangevuld met een onderzoek op uw instelling. Tijdens dit onderzoek zijn gesprekken gevoerd met studenten, docenten en management, zijn aanvullend documenten onderzocht en zijn onderwijsactiviteiten geobserveerd. Ook maakte een gesprek met de directie deel uit van het onderzoek. De resultaten van het kwaliteitsonderzoek hebben geleid tot het bepalen van het eventuele vervolgtoezicht. De inspectie heeft zich bij het onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader bve Dit is te vinden op De normering is als bijlage I toegevoegd aan dit rapport. In hoofdstuk 2 leest u de conclusie waaronder ook het vervolgtoezicht voor de instelling. De resultaten van het kwaliteitsonderzoek vindt u in hoofdstuk 3. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 1 van 13

6 Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 2 van 13

7 2 Conclusie en vervolgtoezicht In dit hoofdstuk geven we aan welke conclusie we trekken uit het kwaliteitsonderzoek van de opleiding en wat het vervolgtoezicht inhoudt. 2.1 Conclusie Het kwaliteitsonderzoek bij Ondernemer/manager recreatiedieren crebo heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied Goed Voldoende Onvoldoende Slecht 1. Onderwijsproces 2. Examinering en diplomering 3. Opbrengsten 4. Kwaliteitsborging Voldoet Voldoet niet 5.Naleving wettelijke vereisten Het oordeel leidt niet tot vervolgtoezicht. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 3 van 13

8 Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 4 van 13

9 3 Resultaten van het onderzoek In dit hoofdstuk vermelden we de oordelen over de kwaliteitsgebieden en geven we tevens een toelichting op deze oordelen. 3.1 Oordeel Ondernemer/manager recreatiedieren Het kwaliteitsonderzoek bij Recreatiedieren (Ondernemer/manager recreatiedieren), crebo 97730, niveau 4, heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied Goed Voldoende Onvoldoende Slecht 1. Onderwijsproces 2. Examinering en diplomering 3. Opbrengsten 4. Kwaliteitsborging Voldoet Voldoet niet 5.Naleving wettelijke vereisten Het kwaliteitsonderzoek heeft geleid tot het oordeel voldoende voor de vijf kwaliteitsgebieden. Dat betekent dat de inspectie geen aanleiding heeft vervolgonderzoek uit te voeren of afspraken met het college van bestuur te maken voor deze opleiding. Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel over de aspecten van de vijf kwaliteitsgebieden weer. In bijlage III is de beoordeling van de onderliggende indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied opgenomen. Kwaliteitsgebied Voldoende Aspect Gebied 1: Onderwijsproces Programma 1.1 Samenhang 1.2 Maatwerk Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch handelen* 1.4 Leertijd 1.5 Leeromgeving Begeleiding 1.6 Intake & plaatsing 1.7 Studieloopbaanbegeleiding* 1.8 Zorg Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijkvorming* Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1 Exameninstrumentarium* 2.2 Afname en beoordeling* 2.3 Diplomering* Gebied 3: Opbrengsten 3.1 Rendement Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1 Sturing* 4.2 Beoordeling* 4.3 Verbetering en verankering* 4.4 Dialoog en verantwoording Onvoldoende Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 5 van 13

10 Kwaliteitsgebied Voldoende Aspect Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1 Naleving wettelijke vereisten Onvoldoende De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied. Beschouwing Algemeen Het team Groen van ROC Landstede werkt gedreven aan de kwaliteitsontwikkeling van het onderwijs. De interne audit van 2012 heeft geleid tot een verbeterplan waaraan hard gewerkt is. Wij hebben geconstateerd dat aan de basiskwaliteit wordt voldaan, maar dat er wel nog verbeterpunten zijn. Onderwijsproces Het geven van feedback is als onvoldoende beoordeeld. Deze onvoldoende werkt door in het gehele onderwijsproces, met name bij de studieloopbaanbegeleiding. De leervorderingen worden door de coaches gevolgd en als bij een student de leerresultaten van de beroepsgerichte vakken achter blijven, vindt hierover een gesprek met de coach plaats. De coach kan echter alleen sturen en adviseren, want er zijn geen voorwaarden aan de voortgang van de studenten benoemd. Indien er afspraken zijn gemaakt over de leerprestaties en deze niet nagekomen worden of als er wederom sprake is van onvoldoende prestaties, leidt dit niet tot een gevolg. Hierdoor is niet altijd gegarandeerd dat de student over voldoende basiskennis beschikt voordat begonnen wordt met de beroepspraktijkvorming of de examinering. Binnen de opleiding hebben de coaches een centrale rol. De coaches dragen zorg voor de begeleiding van de studenten in hun ontwikkeling en doen dit zeer gedreven. De overdraagbaarheid van de informatie uit de coachgesprekken in het tweede en derde leerjaar vraagt nog wel de nodige aandacht, aangezien nog maar beperkt gebruik gemaakt wordt van de mogelijkheden van e-to voor deze studenten. Voor het eerste leerjaar wordt dit digitale volgsysteem wel gebruikt. De studenten worden voldoende geïnformeerd. Het team heeft het onderwijs opgebouwd in trajectlijnen. Deze zijn voor het eerste leerjaar omgezet naar de wijze waarop binnen Landstede het onderwijs is georganiseerd. In het rooster van de opleiding zitten grote blokken met uitstroomvakken. Gelet op de spanningsboog van de studenten zou de effectiviteit van deze lesblokken verbeterd kunnen worden door een efficiëntere inrichting, waardoor er minder kans is op inactiviteit onder studenten. Alle studenten werken met een laptop, zij worden onvoldoende gecorrigeerd indien zij andere activiteiten met de laptop uitvoeren dan tijdens de les verwacht wordt. Als aandachtspunt zien wij het voorkomen van onnodige kosten; nu wordt in onvoldoende mate gekeken welke boeken studenten moeten aanschaffen en welke digitale leermiddelen ingezet worden. Bij Nederlands, Engels en rekenen zijn er mogelijkheden tot versnelling en vertraging. In het beroepsgerichte gedeelte zijn mogelijkheden tot verdieping. De plaatsing in de beroepspraktijkvorming is onvoldoende. Het team stelt dat de student zelf verantwoordelijk is voor het vinden van een beroepspraktijkvorming plaats, terwijl hier de opleiding verantwoordelijk voor is. Wij zijn positief over de manier waarop het team de begeleiding van de bpv vorm geeft en contacten onderhoudt met het bedrijf en met het regionale bedrijfsleven. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 6 van 13

11 Examinering en diplomering Het exameninstrumentarium is ingekocht bij De groene standaard en eerder door ons als voldoende beoordeeld. Ook het exameninstrumentarium voor Nederlands en Engels wordt ingekocht bij TOA. Dit materiaal hebben we op een eerder moment onderzocht en als voldoende beoordeeld. Het onderscheid tussen ontwikkelgericht toetsen en examinering is voldoende helder in het materiaal aangebracht. Bovendien moet het inrichtingsplan ingevuld worden voor afname van het daadwerkelijke examen. Ondanks dit onderscheid blijkt het voor zowel studenten als docenten niet altijd duidelijk of een toets wel of niet meetelt voor het diploma. De informatie over de ontwikkelingsgerichte toetsing kan derhalve verbeterd worden. Door het team wordt voldoende ingezet op de betrouwbaarheid van de beoordeling. De rollen van begeleider en beoordelaar zijn gescheiden. Indien getwijfeld wordt aan de capaciteit van een beoordelaar kunnen twee beoordelaars van school worden ingezet. De beoordeling van één proeve vindt op school plaats, waarbij een externe deskundige mede beoordeelt. De procedure voor besluitvorming voor diplomering is aangescherpt en werkt voldoende. Bij bijzonderheden wordt de beoordelaar of het team aangesproken. Ook heeft de Landschapsexamencommissie (LEC) voldoende zicht op de examinering. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat begonnen is met het bijwonen van afnames. Het verslag hiervan wordt in de LEC besproken. Ook hebben de externe beoordelaars en de schoolbeoordelaars een certificaat ontvangen, waaruit hun deskundigheid blijkt op het gebied van beoordelen. De praktijkbeoordelaars hebben dit nog niet allemaal. Hiervoor vindt binnenkort een scholing plaats. Het beleid van de LEC is dat elke beoordelaar geschoold moet zijn, anders kan deze beoordelaar niet examineren en wordt er gezocht naar een andere beoordelaar. Opbrengsten De opbrengsten zijn met een jaarresultaat van 66.7 procent en een diplomaresultaat van 50.0 procent voldoende. Voor de beoordeling van de opbrengsten, gebaseerd op de BRON-gegevens zijn de resultaten van de bc-id 180, niveau 4 gebruikt. In bijlage II is te zien welke opleidingen hierbij betrokken zijn. Kwaliteitsborging Het team werkt al enige tijd met teamplannen. Dit plan is afgestemd op de eenheidskaderbrief. In deze brief zijn echter te weinig operationele doelen geformuleerd, die richting geven aan het teamplan. Toch is het team erin geslaagd de eigen doelen over het algemeen smart te formuleren. Dit komt mede doordat de betrokken taakrolhouders intensief samenwerken en de kwaliteit en de verbeterpunten van de opleidingen goed in beeld hebben. Wel kan de opbouw van het teamplan beter, zodat de verbinding tussen plan en analyse van de evaluatieve gegevens duidelijker wordt. De evaluatie vindt plaats middels het monitoringsinstrument uit de toolbox. In deze zelfevaluatie is een aantal verbeterpunten geconstateerd maar deze zijn niet altijd herkenbaar uitgewerkt en in het teamplan aangetroffen. In het monitoringsinstrument zijn nog onvoldoende normen gesteld, waardoor het moeilijk vast is te stellen of de activiteiten tot het gewenste en juiste effect leiden. Dit is een aandachtspunt. De taakhouder kwaliteit draagt zorg voor de acties uit het verbeterplan. Het scholingsplan is in ontwikkeling. In dit plan wordt zowel op team als op individueel niveau de scholing bepaald. Wettelijke vereisten Voor zover onderzocht voldoen de wettelijke vereisten. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 7 van 13

12 Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 8 van 13

13 Bijlagen Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden De normen Op basis van het onderzoek spreekt de inspectie oordelen uit waarvoor zij gebruik maakt van een normering. Deze bestaat uit: 1. Een normering per indicator: wanneer wordt voldaan aan de indicator? Hiervoor gebruikt de inspectie portretten: de aangetroffen situatie voldoet aan de indicator indien deze over het geheel genomen voldoet aan de beschrijving in het portret. Het gaat hier om een weging van het geheel met hantering van toleranties. 2. Een normering per aspect. 3. Een normering per kwaliteitsgebied. Voor de normering van het Onderwijsproces zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn: aspect 1.3 Didactisch handelen, aspect 1.7 Studieloopbaanbegeleiding en aspect 1.9 Beroepspraktijkvorming. Normering Onderwijsproces Goed Aan acht van de negen aspecten is voldaan. Aan alle kernaspecten is voldaan; daarbij is tevens aan alle indicatoren voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd. Voldoende Aan zeven van de negen aspecten is voldaan. Aan alle kernaspecten is voldaan. Voor elk aspect aan alle indicatoren is voldaan, daarbij mag 1 indicator onvoldoende zijn als een aspect meer dan 2 indicatoren omvat. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen. Onvoldoende Aan één of meer kernaspecten is niet voldaan. Aan drie, vier of vijf aspecten is niet voldaan. Slecht Aan geen van de kernaspecten is voldaan. Aan zes of meer aspecten is niet voldaan. Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruik gemaakt van onderstaande norm. Voor een oordeel voldoende moet tenminste aan één van de twee normen zijn voldaan. Niveau Jaarresultaat Diplomaresultaat 1 60,7 45,1 2 56,5 45,2 3 65,3 67,3 4 64,2 67,3 Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 9 van 13

14 Bij het gebied Examinering en diplomering zijn alle aspecten als kernaspect aangegeven. Normering Examinering en diplomering Goed Aan alle standaarden is voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd. Voldoende Aan alle standaarden is voldaan. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen. Onvoldoende Aan één standaard is niet voldaan. Slecht Aan twee of drie standaarden is niet voldaan. Voor de normering van het gebied Kwaliteitsborging zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn 4.1 Sturing, 4.2 Beoordeling en 4.3 Verbetering en verankering. Deze kernaspecten moeten alle drie voldoende zijn om een voldoende beoordeling te krijgen. Bij één of meer onvoldoende kernaspecten is de kwaliteitsborging onvoldoende. De borging van de kwaliteit van de examinering moet voldoende zijn, om tot een voldoende beoordeling van de kwaliteitsborging te komen. Normering Kwaliteitsborging Goed Aan alle aspecten is voldaan. Aan alle indicatoren is voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd. Voldoende Aan alle kernaspecten is voldaan. Aan alle indicatoren van deze aspecten is voldaan. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen. Onvoldoende Aan twee aspecten is niet voldaan. Aan één of twee kernaspecten is niet voldaan Slecht Aan drie of vier aspecten is niet voldaan. Normering van het gebied Naleving wettelijke vereisten: de instelling of opleiding voldoet niet aan de wettelijke bepalingen indien de inspectie vaststelt dat één van deze bepalingen niet wordt nageleefd. Bij sommige bepalingen vloeit de norm direct uit de wet voort. Voor enkele bepalingen zijn nadere operationaliseringen opgesteld (bv onderwijstijd). Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 10 van 13

15 Bijlage II Overzicht bc-id Hieronder is per onderzochte bc-id aangegeven welke opleidingen betrokken zijn bij het bepalen van de opbrengsten. Overzicht bc-id bc-id: bc180 Crebo: Niveau: 4niveau invullen Opleiding: Recreatiedieren (Ondernemer/manager recreatiedieren) Dierhouder (Manager dierverzorging) Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 11 van 13

16 Bijlage III Beoordeling aspecten en indicatoren opleiding Ondernemer/ manager recreatiedieren Gebied 1: Onderwijsproces Voldoende Onvoldoende Aspecten Indicatoren Programma 1.1 Samenhang Inhoud Programmering 1.2 Maatwerk Differentiatie Leren in de onderwijsinstelling 1.3 Didactisch Interactie handelen* Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten 1.4 Leertijd Benutting Werkdruk 1.5 Leeromgeving Schoolklimaat Materiële voorzieningen Begeleiding 1.6 Intake & Voorlichting plaatsing Intake en plaatsing 1.7 Studieloopbaan Informatievoorziening begeleiding* Studieloopbaanbegeleiding 1.8 Zorg Eerste- en tweedelijnszorg Derdelijnszorg Leren in de beroepspraktijk 1.9 Beroepspraktijkvorming* Voorbereiding studenten en bedrijven Plaatsing Begeleiding door het bedrijf Begeleiding door de opleiding Gebied 2: Examinering en diplomering Voldoende Onvoldoende Aspecten Indicatoren 2.1 Examen Onderscheid tussen instrumentarium* ontwikkelgerichte toetsen en examinering Dekking van het kwalificatiedossier Cesuur Beoordelingswijze Transparantie 2.2 Afname en Authentieke afname beoordeling* Betrouwbaarheid 2.3 Diplomering* Besluitvorming diplomering Verantwoordelijkheid examencommissie Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 12 van 13

17 Gebied 3: Opbrengsten Voldoende Onvoldoende Aspecten Indicatoren 3.1 Rendement Jaarresultaat en/of diplomaresultaat Gebied 4: Kwaliteitsborging Voldoende Onvoldoende Aspecten Indicatoren 4.1 Sturing * Plannen Informatie Continuïteit 4.2 Beoordeling * Monitoring Evaluatie 4.3 Verbeteringen Verbeteraanpak verankering * Deskundigheidsbevordering Verankering 4.4 Dialoog en Intern verantwoording Extern Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten Voldoet Voldoet niet Aspecten Indicatoren 5.1 Naleving wettelijke vereisten Naleving wettelijke vereisten Rapport kwaliteitsonderzoek mbo ROC Landstede pagina 13 van 13