10 e NKI AvL Mammasymposium

Transcriptie

1 10 e NKI AvL Mammasymposium Een decennium lokalisatie van het niet palpabele mammacarcinoom M.T.F.D. Vrancken Peeters, Chirurg Netherlands Cancer Institute Antoni van Leeuwenhoek Hospital Amsterdam, The Netherlands

2 Inleiding Borstkanker = meest voorkomende kanker bij vrouwen Jaarlijks nieuwe gevallen Life time risk van 12 13%

3 Inleiding Door screening meer kleine tumoren en dcis % van de behandelingen voor mammacarcinoom betreft niet palpabele carcinomen

4 Inleiding Door screening meer kleine tumoren en dcis Vaker neoadjuvante chemotherapie toegepast

5 Inleiding Meer borstsparende behandelingen bij niet palpabele tumoren hoog % irradicaliteit

6 Lokalisatie technieken 1979 Draad lokalisatie

7 Lokalisatie technieken 1998 ROLL= Radioactive Occult Lesion Localisation Injectie van Tch 99 intra tumoraal

8 Lokalisatie technieken 1988 IUL = intraoperatieve ultrasound localisation

9 Radioactieve I 125 marker 1999 RSL = radioactive seed localisatie Dauway: 85th ann american college of surgeons clinical congress, chicago Gray : Am J surg 2001 Gebruikt voor brachytherapie bij de prostaat

10 Radioactieve I 125 marker 1999 RSL = radioactive seed localisatie Puntbron van 27 KeV gammastraling, met een halfwaarde tijd van 60 dagen

11 Technische aspecten : WLE WLE J125: De I125 bron wordt gelokaliseerd met een gammaprobe ; op geleide hiervan volgt de wide local excisie

12 Technische aspecten : WLE WLE J125: De I125 bron wordt gelokaliseerd met een gammaprobe ; op geleide hiervan volgt de wide local excisie Mammogram ter controle resectie en aanwezigheid zaadje

13 Radioactieve I 125 marker In Nederland: Dr F Jansen, radioloog Catherina ziekenhuis Eindhoven in 2003 begonnen Brainport Award

14 Radioactieve I 125 marker An adequate method without seed migration n=45 pt, n=48 I-125 procedures eerste n=12 pt I-125 plus twistmarker Tijd inbrengen operatie : dgn (3-136 dgn) Detection rate tijdens operatie: 100 % Seed migration : 0.9 mm Alderliesten et al, Breast J 2011

15 Inleiding Preoperatieve localisatie technieken En wat hebben we nu geleerd van :

16 Inleiding Preoperatieve localisatie technieken En wat hebben we nu geleerd van : Vergelijkende studies: Draad vs ROLL, vs ECHO, vs I 125 ROLL vs Echo, vs I 125

17 Draad vs ROLL Review 2008 EJSO: Iris vd Ploeg; 5 gerandomiseerde studies: radicaliteit Draad % Roll tch %

18 Draad vs ROLL Review 2008 EJSO: Iris vd Ploeg; 5 gerandomiseerde studies: radicaliteit Draad % Roll tch % Review 2011 EJSO: Luvrics 52 studies geidentificeerd; n=46 ROLL, n=6 RSL 27 trials bruikbaar: n=12 ROLL vs Draad n=15 cohort ROLL

19 Draad vs ROLL Review 2008 EJSO: Iris vd Ploeg; 5 gerandomiseerde studies: radicaliteit Draad % Roll tch % Review 2011 EJSO: Luvrics 52 studies geidentificeerd; n=46 ROLL, n=6 RSL 27 trials bruikbaar: n=12 ROLL vs Draad n=15 cohort ROLL Resultaten trial UMCU

20 Draad vs Echo 2002 Rahusen Ann Surg Oncol n= 23 draad, n= 26 echo Radicaliteit Draad 55 % Echo 89 %

21 Draad vs Echo 2007 Haid et al, Ann Surg Oncol n= 61 draad, n= 299 echo Radicaliteit Draad 62 % Echo 81 % PM. Verschillende groepen want draad indien echografisch niet zichtbaar 44 % pure dcis tov 1.3 % bij echo groep

22 Draad vs Echo 2011 Krekel et al, Eur J Surg Oncol Studie vanuit VU, met 4 andere klinieken N= 201 Niet palpabele laesies; geen dcis Irradicaliteit 117 Draad n= 25 21,3 % 52 Echo n= 2 3,7 % 32 ROLL n= 8 25,0 %

23 Draad vs I 125 Radicaliteit gaat niet ten koste van groter excisie volume 2001 Ann Surg Oncol Gray et al.

24 ROLL vs Echo 2011 Krekel et al, Eur J Surg Oncol Studie vanuit VU, met 4 andere klinieken N= 201 Niet palpabele laesies; geen dcis Irradicaliteit 117 Draad n= 25 21,3 % 52 Echo n= 2 3,7 % 32 ROLL n= 8 25,0 %

25 ROLL vs Echo 2007 Haid et al, Ann Surg Oncol

26 ROLL vs I Van Riet Br J Surg Catherina ziekenhuis ( ) n=325; dcis in biopt excluded Alle patiënten Radicaliteit Volume (mediaan) 95.4 % 113,7 cm 3 / 40.9 gr n=15 irradicaal: DCIS (8x), ILC (7x)

27 ROLL vs I Mila Donker, submitted Na neoadjuvante chemotherapie n = 83 n=71

28 ROLL vs I 125 Na neoadjuvante chemotherapie n = 83 n=71 Eindpunten: Radicaliteit Minimale marge Gewicht van het preparaat

29 ROLL vs I 125 Na neoadjuvante chemotherapie n = 83 n=71 Radicaliteit 77 (93 %) 65 (92%) Minimal margin of resected invasive part Mean in mm (range) 4.7 ( ) 3.3 ( )

30 Voor Nadelen Draad Voordelen Bekende methode Nadelen: Moet op dag van of voor OK Kans op dislocatie Kans op draadbreuk Tip vd draad lastig te bepalen Grote dissectie op weg naat tip Hoog percentage irradicaliteit

31 Voor Nadelen Echo Voordelen: Intra operatieve beoordeling locatie tumor Nadelen: Alleen voor US zichtbare tumoren Lange leercurve Resultaten sterk afhankelijk van ervaring chirurg

32 Voor Nadelen ROLL Voordelen: Integratie SN en lokalisatie techniek Nadelen: Moet op dag voor of van OK Geen puntbron Vloeistof nadelig bij stereotaxie

33 Voor Nadelen I 125 Voordelen: Pre operatieve beoordeling locatie tumor Puntbron Mogelijkheid tot meerdere bronnen plaatsen (DCIS)

34 I 125 bij DCIS Mw B. Geboren 1954 Klein niet palpabele laesie re mamma

35 I 125 bij DCIS Mw B. Geboren 1954 Klein niet palpabele laesie re mamma plus edcis

36 I 125 bij DCIS Mw B. Geboren 1954 Klein niet palpabele laesie re mamma plus edcis

37 I 125 bij DCIS

38 I 125 bij DCIS

39 Voor Nadelen I 125 Voordelen: Pre operatieve beoordeling locatie tumor Puntbron Mogelijkheid tot meerdere bronnen plaatsen (DCIS) Lange halfwaardetijd neoadjuvante CT Nadelen: Veiligheidsaspecten

40 Veiligheidsaspecten I 125 Momenteel : I125 bron met lage activiteit maar niet < 0.1 meq Veiligheids eisen: opslag implantatie verwijderen op OK vervoer naar PA vernietiging Toekomst: I125 bron < 0.1 meq

41 Toekomst 2022? Fluorescentie technieken Mieog et al 2011 Ann Surg Oncol Optimalisatie Beeldvorming op OK >0

42 Hoe dan nu verder in 2011? Type tumor Beeldvorming Vertaling hiervan op de operatiekamer >0

43 Aanbevelingen 2011: Niet palpabele invasieve laesie BOB Cluster DCIS of grote gebieden van DCIS Niet palpabele laesie na neoadjuvante CT

44 Acknowledgements Dank voor uw aandacht, en dank aan Marieke Straver, Mila Donker en alle collega s in NKI/AvL Breast Group.