: Regionaal Transitie Arrangement Jeugdzorg. Korte inhoud : Regionaal Transitie Arrangement Jeugdzorg

Transcriptie

1 Nummer : Onderwerp : Regionaal Transitie Arrangement Jeugdzorg Korte inhoud : Regionaal Transitie Arrangement Jeugdzorg Uithuizen, 16 januari AAN DE RAAD. Inleiding Per 1 januari 2015 wordt de verantwoordelijkheid voor de gehele jeugdzorg overgeheveld naar de gemeente. Dit is een zeer ingrijpende verandering. Een transitie van deze omvang vraagt om samenwerking met andere gemeenten en een gedegen voorbereiding. De gezamenlijk opgestelde Routekaart Transitieplan zorg voor de jeugd wordt hierbij als kompas gebruikt. Dit plan omvat zes overzichtelijke stappen te weten: 1. inventarisatie; 2. contouren bepalen; 3. ontwerp; 4. invoering voorbereiden; 5. invoering; 6. nazorg. Het college van B en W heeft in juli 2012 besloten in te stemmen met deze routekaart en de uitvoering van de stappen 1 en 2. In februari 2013 heeft het college ingestemd met de uitvoering van de stappen 3 en 4 van de routekaart. Ook heeft het college ingestemd met de gezamenlijke uitgangspunten voor de inrichting van de zorg voor de jeugd in de provincie Groningen en de programmaorganisatie voor de uitvoering van de stappen in de routekaart. De betreffende stukken zijn de raad destijds ter informatie aangeboden. In november zijn er in de provincie verschillende raadsinformatieavonden gehouden om het Regionaal Transitie Arrangement. Het is zowel ambtelijk als bestuurlijk een intensief interactief traject geweest om provinciebreed de gemeenschappelijke uitgangspunten voor de toekomst van de jeugdzorg in de provincie Groningen te formuleren. Het Regionaal Transitie Arrangement. (RTA) De gemeenten moesten vóór 1 november 2013 een RTA aan bieden aan de Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd. In opdracht van het Rijk, de VNG en het IPO beoordeelt de onafhankelijke Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd de regionale transitiearrangementen.

2 2 Het college heeft op 29 oktober ingestemd met het RTA. Zo ook de colleges van de andere Groninger gemeenten. De stuurgroep Transformatie Jeugdzorg Groningen heeft het RGA voor 1 november verzonden met daarbij onder anderen het voorbehoud dat de gemeenteraden er ook mee instemmen. Het RTA is op 31 oktober besproken met de Transitiecommissie. Doel van het RTA is om aan te geven welke kaders/uitgangspunten gelden en welke stappen nog verder worden gezet richting besluitvorming van de budgetverdeling voor 2015 en verder. De Groninger gemeenten hebben dit RTA gezamenlijk opgesteld in samenspraak met de huidige financiers en de relevante aanbieders van zorg. Hierin geven de Groninger gemeenten aan hoe zij: - de continuïteit van zorg voor jeugd realiseren; - de hiervoor benodigde infrastructuur waarborgen; - de frictiekosten als gevolg van de transitie per beperken. De Groninger gemeenten beperken zich niet tot het overgangsrecht voor 2015, maar gebruiken het RTA om tot uiterlijk 2018 met de aanbieders en gebruikers van zorg toe te groeien naar een nieuw jeugdstelsel. Als inhoudelijke leidraad hanteren we hiervoor het Groninger Functioneel model. Deze leidraad wordt de komende maanden samen met de aanbieders vertaald naar een traject hoe wij een nieuw jeugdstelsel willen vormgeven. (zie verderop). Het bijgevoegde RTA wordt in alle 23 Groninger gemeenten ter goedkeuring aan de gemeenteraden voorgelegd. De inhoud van het Regionaal Transitie Arrangement. Gemeenten en zorgaanbieders in de provincie Groningen voeren regelmatig en positief overleg met elkaar. Men gelooft in de transformatie en ziet de urgentie om te veranderen. Echter staat de onduidelijkheid over de hoogte van de budgetten hierbij in de weg. De budgetten vallen lager uit dan verwacht vanwege de kortingen die zijn aangegeven door het Rijk. Om de continuïteit in de zorg, een infrastructuur en beperkte frictiekosten te kunnen garanderen, hebben wij gegevens nodig. Om hoeveel jongeren hebben we het voor 2015? Wat kost het om die jongeren in zorg te houden? Wat voor budget krijgen we daar voor? Hoe verdelen we dit budget en hoe beperken wij de frictiekosten? Om deze vragen te kunnen beantwoorden heeft de projectorganisatie een uitvraag gedaan bij de Groninger zorgaanbieders. Hierop kwam geen eenduidig beeld van het aangeleverde materiaal. Oorzaken daarvoor zijn o.a.: het verschil in berekeningswijze (bijv. uitgaan van indicatie of geleverde over- productie), het verschil in aannames( bijv. wel of niet woonplaatsbeginsel meegenomen, te hanteren kortingen, het betrekken van gegevens uit verschillende registratiesystemen), het verschil in tijd (o.a. jaar van berekening, momentopname of niet) en verschil in definities van inhoud van producten. Deze gegevens waren dus onbruikbaar. De tweede methode om antwoord te kunnen geven op bovenstaande vragen is; de gegevens van de huidige financiers via Vektis (informatiecentrum van de zorgverzekeraars) en de gegevens van de provincie over het huidige gebruik naast de gegevens van de meicirculaire te leggen.

3 3 Hieruit concluderen wij echter dat de cijfers die Vektis en de provincie hebben aangeleverd over de huidige zorgconsumptie behoorlijk verschillen met het budget zoals voorgesteld in de meicirculaire. Dit probleem speelt in nagenoeg alle regio s. Het Rijk heeft aangekondigd in december met een uitleg te komen over hoe de verdeling van middelen plaats heeft gevonden en waarmee ze dat het verschil kunnen verklaren. Aannames ten aanzien van het budget. In het Groninger Arrangement wordt er vanuit gegaan dat het budget, zoals aangekondigd in de meicirculaire 2013, aangepast wordt. Daarom wordt de volgende aanname gedaan.: Het RTA is gebaseerd op de werkelijke gegevens van Vektis en de provincie. Alleen dan kunnen de gezamenlijke gemeenten een transformatie plaats laten vinden. Wanneer deze aanname niet goed blijkt te zijn, kunnen de Groninger gemeenten de zorg continuïteit, het in stand houden van de infrastructuur en het beperken van de frictiekosten niet garanderen. Ook zullen we dan geen transformatie realiseren. Omdat voorlopig dus onduidelijk blijft wat de exacte budgetten zijn, heeft de stuurgroep besloten verder te werken in percentages ten opzichte van de cijfers zoals verkregen van Vektis en de provincie. Met het gebruik van percentages willen de gemeenten benadrukken dat het meer een kader/uitgangspunt is die verder uitgewerkt moet worden zodra we zekerheid hebben over middelen en daadwerkelijk afspraken kunnen maken. De gemeenten krijgen natuurlijk niet alleen geld maar ook een compleet functionerend systeem waarvoor zij verantwoordelijk worden en dat ze niet mogen laten omvallen. Er zijn desalniettemin "knoppen" gemaakt om beweging te krijgen in dit systeem. Namelijk 3% om voorliggend veld te versterken en 10% om het bestaande systeem in beweging te krijgen. Dit is weergegeven in het volgde schema. In het schema zijn de bedragen voor de gemeente Eemsmond ingevoerd. Hierbij is uitgegaan van het budget genoemd in de meicirculaire Zoals in het RTA genoemd is de verwachting dat dit budget ±10,4 % hoger uit zal vallen. Beschrijving Totaal budget op % % % Korting per jaar t.o.v % 9% Structurele versterking voorkant functioneel model ( lokaal). 3% ,5% ,5% Uitvoeringskosten gemeente 3% ,5% ,5% Transformatie (inhoudelijke agenda) beschikbaar voor zorg 10% % % Overig budget voor directe zorg 84% % % Daarnaast wordt geprobeerd zoveel als mogelijk de budgetten te flexibiliseren zodat er meer ruimte wordt gecreëerd voor de transformatie. Hoe die transformatie vorm wordt gegeven, wordt bepaald in de transformatieagenda waarvoor het Groninger Functioneel Model de basis is.

4 4 Ontwerp voor Groninger Functioneel Model (GFM) In het GFM formuleren de Groninger gemeenten inrichtingskeuzes die de basis vormen voor het nieuwe gemeentelijke jeugdstelsel. Het GFM is daarmee de basis om de transformatie en daarmee de transformatieagenda met elkaar in te vullen en te concretiseren. Daarnaast heeft het functioneel model als doel de zorg in de regio op gelijkwaardig niveau te laten plaats vinden, zodat de werkwijze en de mate van ingezette preventie (in het kader van solidariteit) vergelijkbaar is. Tenslotte moet het functioneel model ruimte bieden om verbinding te maken met de keuzes die in de andere decentralisaties lokaal worden gemaakt. Met deze vernieuwing van het jeugdstelsel binnen het totale sociale domein in de gemeenten worden er verschillende effecten nagestreefd, die vanuit een gebundelde financieringsstroom beter kunnen worden gerealiseerd; het zorgaanbod, de ondersteuning van jongeren en gezinnen wordt effectiever en efficiënter organiseert; er ontstaat op termijn minder grote druk op specialistische zorg; kinderen en gezinnen die dit nodig hebben snelle passende ondersteuning of behandeling. Liefst georganiseerd dichtbij de eigen leefomgeving van jeugdigen, waarbij zoveel mogelijk gebruik gemaakt wordt van de eigen mogelijkheden en kracht en netwerk van gezinnen. Transformatieagenda Door de jeugdzorg aanbieders de ruimte te bieden mee te groeien in de vernieuwing en de daaraan gekoppelde bekostiging worden de frictiekosten beperkt. Daarnaast wordt er drie jaren de tijd genomen om gezamenlijk stapsgewijs ervaringen op te doen en kennis te delen om een solide basis te leggen voor het gemeentelijke jeugdstelsel. Ambities en visies uit het Groninger Functioneel Model worden gezamenlijk vertaald in concrete veranderingen, zodat er invulling wordt gegeven aan de gezamenlijke opgave; een goed en efficiënt stelsel van jeugdzorg ter ondersteuning van onze jongeren en hun opvoeders. Daarnaast is de transformatieagenda de inhoudelijke basis voor een verdere invulling van de inhoudelijke en financiële kaders. In de transformatieagenda worden de pijlers uit het Groninger Functionele Model in stappen, in tijd en met behulp van wie uitgewerkt. Financiële gevolgen Zoals gezegd krijgen de gemeenten niet alleen geld maar ook een compleet functionerend systeem waarvoor zij verantwoordelijk worden en dat niet moet omvallen. Voorgesteld wordt om budget beschikbaar te stellen voor het versterken van het voorliggende veld (3%) en om het bestaande systeem in beweging te krijgen (10%). Dit voorstel heeft betrekking op alle transitiemiddelen die de gemeenten toekomen in het kader van jeugdzorg voor het jaar Dit om zorg continuïteit, een infrastructuur en beperking van de frictiekosten te kunnen garanderen, zoals gevraagd van de Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd. De transformatie agenda functioneert als leidraad om besluiten over de financiën voor 2015, 2016 en 2017 te kunnen te nemen. Hierdoor is het financiële effect gekoppeld aan de inhoudelijk gewenste veranderingen. Financiële gevolgen voor de gemeente Eemsmond (uitgaande van de meicirculaire 2013) Zoals uit het schema blijkt ontvangt de gemeente Eemsmond volgens de meicirculaire voor de uitvoering van de jeugdzorg in het jaar 2015.

5 5 Indien het college instemt met het RTA dan gaat zij akkoord met de verdeling van de beschikbare middelen voor de jaren 2015, 2016 en 2017, zoals opgenomen in het schema. Nogmaals moet hier worden genoemd dat de bedragen zeer waarschijnlijk zullen wijzigen. Daarom wordt er in het RTA ook van percentages uitgegaan. Overwegingen/risico s Zowel gemeenten als zorgaanbieders hebben zorgpunten geuit. Veel van deze zorgpunten zijn terug te leiden naar onduidelijkheid over cijfers en aannames die gemaakt zijn op de cijfers. Deze zorgpunten zijn allen benoemd in dit RTA en worden besproken met de transitiecommissie. Ook in de aanbiedingsbrief wordt benadrukt welke zorgpunten de regio heeft. Daarbij zijn een aantal stevige voorbehouden gemaakt die vermeld zijn op pagina 2 van het RTA; 1. Voorbehoud van volumes. De transitiearrangementen dienen ruim een jaar voor de inwerkingtreding van de Jeugdwet te worden opgesteld. In het tussenliggende jaar kunnen de cijfers veranderen. We maken een voorbehoud met betrekking tot de volumes. 2. Voorbehoud van macrobudget. In de meicirculaire van 2014 kunnen er wijzigingen in het budget optreden ten opzichte van wat er via de meicirculaire 2013 bekend is gemaakt. In de meicirculaire 2013 constateren wij dat de gemeenten meer gekort worden dan de afgesproken korting in het bestuursakkoord. Daarom maken we ook een voorbehoud op alle negatieve wijzigingen ten opzichte van het budget 2012 (Vektis 2011/2012) minus de afgesproken kortingen. optreden in het macrobudget voor Onzeker is nog hoe het nieuwe landelijke verdeelmodel vanaf 2016 er voor onze regio gaat uitzien. 3. Voorbehoud inwerkingtreding Jeugdwet. Dat de Jeugdwet op 1 januari 2015 in werking treedt is een bestuurlijk voornemen. We maken een voorbehoud dat het voorstel zoals dat nu voorligt niet op relevante onderdelen wordt aangepast. 4. Voorbehoud certificering. Afspraken met betrekking tot jeugdbescherming (JB) en jeugdreclassering (JR) worden gemaakt met de huidige aanbieders. Onder voorbehoud dat deze instellingen daadwerkelijk gecertificeerd zijn in Rekening houdend met deze zwaarwegende voorbehouden wordt de raad geadviseerd in te stemmen met dit Regionaal Transitie Arrangement. Het is belangrijk dat de Groninger gemeenten gezamenlijk optreden om voor onze Groninger jeugd te (blijven) zorgen. Reactie Transitiecommissie op het RTA van de regio Groningen. De commissie hanteert drie termen in de beoordeling van de RTA's; 1;Erg bezorgt, een middencategorie en "De regio is er bijna". De commissie schat in dat de regio Groningen in de middencategorie zit. Immers als het budget conform de meicirculaire 2013 is dan ontstaat er een fors probleem. De commissie heeft geconstateerd dat er in onze regio forse stappen zijn gemaakt en heeft haar waardering uitgesproken voor de voortgang. De commissie zal de aanbiedingsbrief aanhangig maken bij de staatssecretaris en aandringen op duidelijkheid omtrent de budgetten.

6 6 Bijlages: Bij dit voorstel wordt u de volgende bijlagen aangeboden: Regionaal Transitie Arrangement Groningen inclusief: - bijlage 1: Overzicht kosten jeugdigen per gemeente; - bijlage 2: Bovenregionale samenwerking; - bijlage 3: Schets Groninger Functioneel Model - Aanbiedingsbrief aan de Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd. Voorstel De raad wordt voorgesteld om: - in te stemmen met het Regionaal Transitie Arrangement Groningen onder de voorbehouden zoals genoemd in de aanbiedingsbrief aan de Transitie commissie Stelselherziening Jeugd. Burgemeester en wethouders van de gemeente Eemsmond, M. van Beek, burgemeester B.L. Meijer, secretaris