EUROPESE COMMISSIE. Steunmaatregel SA (N 447/2005) (PB C 133 van , blz. 3).

Transcriptie

1 EUROPESE COMMISSIE Brussel, C(2018) 7484 final OPENBARE VERSIE Dit document is een intern document van de Commissie dat louter ter informatie is bedoeld. Betreft: Steunmaatregel SA (2016/N) - Nederland Verlenging van de uitbreiding afdrachtvermindering zeevaart tot Commercial Cruising Vessels Excellentie, 1. PROCEDURE (1) Op 27 oktober 2016 hebben de Nederlandse autoriteiten, overeenkomstig artikel 108, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "VWEU" genoemd), bij de Commissie aanmelding gedaan van de verlenging en wijziging van een steunregeling voor afdrachtvermindering ten behoeve van zeevarenden. (2) Op 21 maart 2007 had de Commissie voor het eerst goedkeuring verleend voor de regeling (hierna "het besluit van 2007" genoemd).1 De regeling had oorspronkelijk een looptijd van zes jaar. Bij besluit van de Commissie van 10 mei (hierna "het besluit van 2012" genoemd) is de regeling verlengd tot 1 januari (3) Bij brieven van 6 december 2016, 8 maart 2017, 5 oktober 2017, 6 februari 2018 en 8 juni 2018 heeft de Commissie verzoeken om aanvullende informatie gezonden, waarop de Nederlandse autoriteiten hebben geantwoord bij brieven van, onderscheidenlijk, 22 december 2016, 4 juli 2017, 21 december 2017, 10 april 2018 en 3 oktober Steunmaatregel SA (N 447/2005) (PB C 133 van , blz. 3). 2 Steunmaatregel SA (2011/N) (PB C 1 van , blz. 5). Zijne Excellentie de Heer Stef Blok Minister van Buitenlandse Zaken Rijnstraat 8 NL XP Den Haag Commission européenne/europese Commissie, 1049 Bruxelles/Brussel, BELGIQUE/BELGIË - Tel

2 2. BESCHRIJVING 2.1. Maatregel (4) Met de te verlengen maatregel krijgen werkgevers een vermindering van afdracht van de loonbelasting en de premie voor de volksverzekeringen ("loonheffingen") voor in aanmerking komende bemanningsleden van Commercial Cruising Vessels (zeegaande recreatievaartuigen voor commercieel gebruik - hierna "CCV's" genoemd). (5) CCV's zijn zeewaardige zeilschepen die in de commerciële zeilvaart worden gebruikt. Pleziervaartuigen zijn van de regeling uitgesloten. De scheepseigenaar komt alleen in aanmerking voor de afdrachtvermindering zeevaart indien het gaat om in aanmerking komende zeevarenden die werken op een schip dat onder EU-/EER-vlag 3 vaart, en indien het schip aan de volgende voorwaarden voldoet: 1. het schip is gebouwd volgens de Voorschriften voor CCV's; 2. voor het schip is een certificaat van deugdelijkheid met onbeperkt vaargebied afgegeven; 3. het schip heeft een lengte van ten minste 24 meter. (6) Deze criteria zijn uitgewerkt om ervoor te zorgen dat de maatregel uitsluitend ten goede komt aan CCV's die zijn gebouwd, ingericht en uitgerust voor exploitatie op de mondiale markt en die dus aan mondiale concurrentie zijn blootgesteld. (7) In het geval van zeevarenden die in een EU-/EER-land wonen, bedraagt de afdrachtvermindering 40 % van het belastbare loon van de zeevarende. In het geval van zeevarenden die niet in een EU-/EER-land wonen, maar die in Nederland loonheffingen verschuldigd zijn, bedraagt de afdrachtvermindering 10 % van het belastbare loon van de zeevarende. (8) Een nadere beschrijving van de kenmerken van de regeling is in het besluit van 2007 te vinden in de punten 5, 6 en 7 (Doel van de maatregel), de punten 11 en 12 (Begunstigden), punt 14 (Voor steun in aanmerking komende kosten), punt 17 (Steunintensiteit) en punt 18 (Cumulering) Rechtsgrondslag (9) De rechtsgrondslag voor de regeling is de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Doel van de maatregel (10) De regeling beoogt de arbeidsmarktpositie van EU-/EER-zeevarenden aan boord van CCV's te versterken door hun arbeidskosten te verlagen. 4 3 In de regeling uit 2007 was het voordeel van de afdrachtvermindering beperkt tot zeevarenden die werken op een schip dat onder Nederlandse vlag vaart. 4 Zie ook punt 5 van het besluit van

3 2.4. Wijzigingen (11) De Nederlandse autoriteiten hebben ermee ingestemd om de beperking van de subsidiabiliteit tot schepen onder Nederlandse vlag te schrappen. De regeling is nu ook uitgebreid tot in aanmerking komende scheepseigenaren met zeevarenden aan boord van schepen die onder EU-/EER-vlag varen Budget (12) Het totale budget voor de aangemelde verlenging van de steunregeling bedraagt 6,6 miljoen EUR Looptijd (13) De regeling zal worden verlengd met een periode van zes jaar: van 1 januari 2017 tot en met 31 december BEOORDELING VAN DE MAATREGEL 3.1. De vraag of er sprake is van steun in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU (14) In de in punt 2 genoemde vorige besluiten over de regeling kwam de Commissie tot de bevinding dat de maatregel staatssteun in de zin van artikel 107, lid 1, VWEU vormt, omdat de afdrachtvermindering een derving van staatsmiddelen inhoudt, daarmee een selectief voordeel aan de begunstigde ondernemingen wordt verleend, het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig wordt beïnvloed en de mededinging wordt verstoord, aangezien de begunstigden concurrenten zijn van andere scheepvaartondernemingen in de EU. 5 Aan die beoordeling wordt door de aanmelding van de onderhavige regeling niets afgedaan Verenigbaarheid Rechtsgrondslag (15) Overeenkomstig artikel 107, lid 3, onder c), VWEU kan steun om de ontwikkeling van bepaalde vormen van economische bedrijvigheid of van bepaalde regionale economieën te vergemakkelijken, als verenigbaar met de interne markt worden beschouwd mits de voorwaarden waaronder het handelsverkeer plaatsvindt daardoor niet zodanig worden veranderd dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad. (16) De Commissie heeft richtsnoeren gepubliceerd voor de toepassing van artikel 107, lid 3, onder c), VWEU op staatssteun voor het zeevervoer 6 (hierna "richtsnoeren zeevervoer" genoemd). Bijgevolg dient steun voor de zeevaartsector in het licht van die richtsnoeren te worden beoordeeld. 5 Zie de punten 19 t/m 23 van het besluit van 2007 en punt 14 van het besluit van Mededeling C(2004) 43 van de Commissie - Communautaire richtsnoeren betreffende staatssteun voor het zeevervoer (PB C 13 van , blz. 3). 3

4 Inachtneming van de regels uit de richtsnoeren zeevervoer wat betreft arbeidskosten (17) In de in punt 2 vermelde besluiten was de Commissie tot de bevinding gekomen dat de regeling met de interne markt verenigbaar was op grond van artikel 107, lid 3, onder c), VWEU en van de richtsnoeren zeevervoer. 7 (18) De onderhavige aanmelding betreft niet alleen een verlenging, maar ook de verruiming van het toepassingsbereik van de steunregeling wat betreft in aanmerking komende vaartuigen. De overige elementen van de regeling blijven ongewijzigd. (19) De Commissie ziet het als een positief punt dat de regeling is uitgebreid tot zeevarenden die werken op schepen die onder een EU-/EER-vlag varen. Dit soort uitbreiding kan potentiële barrières op de interne markt voor het verrichten van zeevervoersdiensten in Nederland helpen te slechten. Een dergelijke uitbreiding is inderdaad noodzakelijk voor de Commissie om de aangemelde steunregeling goed te keuren, aangezien een vereiste om te varen onder de nationale vlag een aspect van de aangemelde steunmaatregel zou zijn dat de EU-regels voor de interne markt zou schenden, terwijl ze zo onlosmakelijk verbonden is met het voorwerp van de aangemelde steunmaatregel dat ze er niet los van beoordeeld kan worden. (20) De Nederlandse autoriteiten hebben ook aangetoond dat de in deel 11 van de richtsnoeren zeevervoer bepaalde maxima inzake financiering in acht worden genomen. In lijn met de bepalingen over het steunplafond van deel 11 komt het steunbedrag niet hoger uit dan een nultarief bij inkomstenbelasting en sociale premies voor zeelieden. (21) Om de bovenstaande redenen blijft de beoordeling door de Commissie van de verenigbaarheid van de maatregel met de interne markt ongewijzigd. 4. BESULUIT (22) Mitsdien heeft de Commissie besloten geen bezwaar te maken tegen de steunregeling die Nederland voornemens is ten uitvoer te leggen, omdat deze met de interne markt verenigbaar is op grond van artikel 107, lid 3, onder c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Ingeval deze brief vertrouwelijke gegevens mocht bevatten die niet mogen worden bekendgemaakt, wordt u verzocht de Commissie daarvan binnen vijftien werkdagen vanaf de ontvangst van dit schrijven in kennis te stellen. Ontvangt de Commissie binnen de vastgestelde termijn geen met redenen omkleed verzoek, dan neemt zij aan dat u instemt met mededeling aan derden en bekendmaking van de volledige tekst van dit schrijven in de authentieke taal op Internet: 7 Zie de punten 27 t/m 31 van het besluit van 2007 en de punten 16 t/m 20 van het besluit van

5 Dit verzoek dient elektronisch te worden gezonden aan: Europese Commissie Directoraat-generaal Concurrentie Griffie staatssteun B-1049 Brussel Met de meeste hoogachting Voor de Commissie Margrethe VESTAGER Lid van de Commissie 5